Voetnoot
„Iemand gelijk een mensenzoon.” Aram.: kevarʹ ʼenasjʹ. Vgl. oe·ven-ʼa·dhamʹ, „en de zoon van de aardse mens”, in Ps 8:4.
„Iemand gelijk een mensenzoon.” Aram.: kevarʹ ʼenasjʹ. Vgl. oe·ven-ʼa·dhamʹ, „en de zoon van de aardse mens”, in Ps 8:4.