Voetnoot
b Jesaja richtte zich in een profetie tot letterlijke eunuchen in zijn tijd, die maar een beperkt aandeel aan de aanbidding van de Israëlieten hadden. Hij voorspelde dat eunuchen door gehoorzaam te zijn „iets wat beter is dan zonen en dochters” zouden krijgen, „een naam tot onbepaalde tijd” in Gods huis (Jes. 56:4, 5).