Het begin van een bijbels mysterie
JEHOVAH is een God van licht. Bij de verwezenlijking van zijn voornemens heeft hij heilige geheimen, maar hij houdt deze niet altijd voor zich, doch onthult ze volledig op zijn bestemde tijd. Hij is niet een God van onverklaarbare mysteriën, want de lezer van zijn Boek, de bijbel, zal tot de ontdekking komen dat, te beginnen met het eerste boek Genesis en eindigend met zijn laatste boek Openbaring, hij stap voor stap een groot mysterie ontvouwt dat hij niet zelf in het leven heeft geroepen doch waarvan hij het bestaan heeft toegelaten. In het laatste gedeelte van de bijbel wordt de oplossing als bij helder daglicht onthuld. Indien u de draad van dit mysterie door de bijbel heen volgt, zult u bemerken, dat Gods onthulling onnoemelijk veel interessanter is dan enig verzonnen mysterie en dat u er veel meer door in beslag wordt genomen, want niet alleen zijn de situaties en de persoonlijkheden werkelijkheid, maar uw eigen leven is afhankelijk van uw begrip van deze oplossing. U kunt het zich niet veroorloven één van de sleutels die u voor de oplossing worden geboden, te negeren, want dan zal uw begrip ervan slechts vaag zijn en zult u niet in staat zijn de levengevende handelwijze te volgen die God onthult naarmate het mysterie zijn hoogtepunt bereikt.
Wat is eigenlijk het thema van dit mysterie? Het is de val van „Babylon de Grote”. Deze val is zo uiterst belangrijk voor de lezer, omdat hij nauw in verband staat met Gods koninkrijk en zelfs betekent dat Gods koninkrijk regeert. De val van Babylon de Grote zou zo schokkend plotseling komen, dat de grote meerderheid der mensheid erdoor verrast en door de wereldomvattende consequenties ervan getroffen zou worden. Een begrip van dit mysterie zal iemand die rechtvaardig gezind is in staat stellen zich bij anderen aan te sluiten die eeuwenlang om deze gebeurtenis hebben gebeden, in de wetenschap dat ze bevrijding betekent van een onderdrukking die zo lang heeft geduurd.
Indien Babylon verdoemd is, komen wij voor een keuze te staan die wij eerlijk en moedig onder de ogen moeten zien. Daar wij Gods Woord, de bijbel, tot onze beschikking hebben, behoeven wij ten aanzien van deze keuzen niet in onwetendheid te verkeren. Via de bladzijden van dit Boek komt het bezielende bevel tot degenen die Gods volk willen zijn, uit Babylon weg te trekken. Hierdoor wordt te kennen gegeven, dat zij allen op de een of andere wijze als slaven van Babylon in gevangenschap verkeren. Wij moeten weten wat Babylon de Grote is en bovendien wat Gods koninkrijk inhoudt, want de keuze is: Blijf in het verdoemde Babylon en sterf, of ga uit haar vandaan en plaats uzelf, in het belang van uw leven, onder de heerschappij van Gods koninkrijk.
Om volledig te kunnen begrijpen wat Babylon de Grote eigenlijk is, moeten wij eerst het oude Babylon, waarvan de val in 539 v. Chr. van grote geschiedkundige betekenis was, eens nader beschouwen. Er zijn vele archeologische en historische gegevens over Babylon bekend, in het bijzonder nu sinds 1899 de indrukwekkende ruïnes van deze stad zijn blootgelegd en ook omdat de bijbel ons vele historische feiten betreffende het oude Babylon meedeelt. Waarom staat er in de bijbel zoveel over het oude Babylon? Romeinen 15:4 (NW) vertelt ons: „Alle dingen die eertijds werden geschreven, werden tot ons onderricht geschreven, opdat wij door middel van onze volharding en door middel van de vertroosting uit de Schriften hoop zouden hebben.” Het mysterie van Babylon de Grote behoort nu bijna tot het verleden. Het is derhalve belangrijk, ja, uitermate dringend, de geschiedenis, de val en de uiteindelijke vernietiging van het oude Babylon te begrijpen, want daardoor wordt licht geworpen op het tegenbeeld van deze stad, Babylon de Grote, waarvan in het boek Openbaring wordt gezegd, dat het lang nadat de stad Babylon als wereldlijke politieke macht ten onder was gegaan, heerschappij oefende.
EEN TEGENSTANDER VAN GOD BOUWT BABYLON
Babylon wordt in de bijbel voor het eerst in het tiende vers van het tiende hoofdstuk van Genesis 10:10 genoemd, waar staat: „En het begin van zijn koninkrijk was Babel.” Babylon is hetzelfde als Babel, want de eerste geschreven vertaling van de Hebreeuwse Geschriften in een vreemde taal is de Griekse Septuaginta, en de Grieks sprekende Hebreeën die deze tot stand brachten, vertaalden de naam Babel met Babylon. Ook de Latijnse Vulgaat gebruikt de naam Babylon, evenals andere vertalingen. Het is een interessant feit dat de bijbel het enige historische verslag is dat ons over de oorsprong en de stichter van Babel of Babylon inlicht. Dit boek vertelt ons dat Babels stichter een man was die Nimrod heette, een nakomeling van Kusch, de zoon van Cham. Hij was dus een achterkleinzoon van Noach. Het bijbelse verslag deelt ons tevens mee, dat Nimrod de eerste menselijke koning was. De Nieuwe Vertaling van het Nederlandsch Bijbelgenootschap brengt ons verslag uit met de volgende woorden: „Dit zijn de nakomelingen der zonen van Noach: Sem, Cham en Jafeth; hun werden namelijk zonen geboren na den vloed. De zonen van . . . Cham waren Kusch, Mizraïm, Put en Kanaän. . . . En Kusch verwekte Nimrod; deze was de eerste machthebber op de aarde; hij was een geweldig jager voor het aangezicht des HEREN; daarom zegt men: Een geweldig jager voor het aangezicht des HEREN als Nimrod. En het begin van zijn koninkrijk was Babel, Erech, Akkad en Kalne, in het land Sinear. Uit dat land trok hij naar Assur en hij bouwde Ninevé, Rehoboth-Ir, Kalah en Resen tussen Ninevé en Kalah; dat is de grote stad.” — Gen. 10:1-12.
Zelfs thans nog krijgen befaamde jagers wel de bijnaam Nimrod. Jaagde deze Nimrod echter alleen op dieren? Wat voor soort van jager was hij eigenlijk precies? In The Jewish Encyclopedia staat in Deel 9 van de uitgave van 1909 op bladzijde 309, dat Nimrod in de geschriften van joodse rabbijnen „het prototype van een opstandig volk vormt en dat zijn naam wordt geïnterpreteerd als ’hij die alle mensen tegen God in opstand deed komen’”.
In zijn werk „The Book of Beginnings” vertaalt A. Marlowe Genesis 10:8, 9 als volgt: „En Kusch verwekte Nimrod; hij begon een machtige tiran in het land te worden. Hij was een verschrikkelijke onderwerper, opstandig voor het aangezicht van Jehovah: om welke reden er wordt gezegd, net als Nimrod, de reusachtige jager, aanmatigend in de plaats van Jehovah.”a
Het Hebreeuwse voorzetsel liphnei’ is het woord dat in de uitdrukking „voor het aangezicht des HEREN” met „voor het aangezicht” is weergegeven. De Cyclopædia van M’Clintock en Strong verklaart op bladzijde 109 van Deel VII, in de uitgave van 1894:
Het voorzetsel לפני heeft dikwijls, zoals [lexicograaf] Gesenius erkent, een vijandige betekenis — tegenover, met het doel te bestrijden (Numeri 16:2; 1 Kronieken 14:8; 2 Kronieken 14:10); en de Septuaginta verleent het deze betekenis in het vers dat hier ter sprake is — ἐναντίον Κυρίου — „tegen de Heer”. De [joodse] Targoems en [historicus] Josefus geven het voorzetsel deze vijandige betekenis. Ook de context doet ons hiernaar overhellen. Dat het machtige jagen niet tot de dierenjacht was beperkt, blijkt uit het feit dat het nauw in verband wordt gebracht met de bouw van acht steden. . . . Wat Nimrod als jager bij de dierenjacht deed, was een vroeger symbool voor hetgeen hij als veroveraar tot stand bracht. Jagen en heldenmoed werden namelijk vanouds speciaal en als vanzelfsprekend met elkaar in verband gebracht, . . . De Assyrische monumenten beelden ook vele bijzondere jachtprestaties uit, en het woord wordt dikwijls gebezigd ter aanduiding van een veldtocht. . . . De betekenis zal derhalve zijn, dat Nimrod na de vloed de eerste was die een koninkrijk stichtte, die de fragmenten van een verspreide patriarchale heerschappij verenigde en deze onder zichzelf als het enige hoofd en de enige meester consolideerde; met dit alles tartte hij Jehovah, want het betekende dat een Chamitische macht gewelddadig een Semitisch gebied binnendrong.
In overeenstemming met dit diepe inzicht in deze aangelegenheid, vertaalt de New World Translation of the Holy Scriptures Genesis 10:8-10 in de uitgave van 1961 als volgt: „En Kusch werd de vader van Nimrod. Hij maakte er een begin mee een machtige te worden op de aarde. Hij deed zich kennen als een machtig jager in strijd met Jehovah. Daarom is er een gezegde: ’Zoals Nimrod, een machtig jager in strijd met Jehovah.’ En het begin van zijn koninkrijk werd Babel en Erech en Akkad en Kalne, in het land Sinear.”
DE MENS IS GOD VERANTWOORDING SCHULDIG VOOR BLOEDVERGIETEN
Toen Noach en zijn gezin, nadat zij een zonnejaar in de ark waren geweest, weer voet op droge grond zetten, hadden zij één geest of geestelijke instelling. Hun eerste daad, zo deelt het verslag ons mee, bestond hierin, dat zij de ware aanbidding op aarde herstelden door een altaar te bouwen en hun Schepper en Bewaarder aangename, aanvaardbare bloedige dankoffers te brengen. In antwoord hierop zegende God Noach en zijn zoons en stelde hij hen op de hoogte van de wet die nu ’s mensen verhouding tot de dierlijke schepping en zijn medemens zou bepalen. Voor het eerst gaf hij de mens toestemming het vlees van viervoetige dieren, vogels en vissen te eten. Als de Schepper en Eigenaar van alle dingen, met inbegrip van het leven van mens en dier, gaf God toen tegenover Noach terecht uitdrukking aan het feit dat het leven hem heilig is. Dit was 1657 jaar na de schepping van Adam (2369 v. Chr., gerekend volgens de Gregoriaanse kalender).
Jehovah God zette hier tegenover Noach uiteen, dat het leven, of de ziel, van het vlees zich in het bloed bevindt en dat hoewel hij de mens thans het vlees van dieren te eten gaf ten einde zijn leven in stand te houden, niemand het recht had het bloed van het schepsel te eten of te drinken, omdat dit zou betekenen dat hij het leven van het schepsel tot zich zou nemen, en dit leven, of de ziel, behoort de Levengever toe (Gen. 9:3, 4). Hoe diende men zich van dit bloed te ontdoen? Het moest worden afgetapt wanneer het dier werd gedood en het moest op de grond, op „moeder” aarde, worden uitgegoten (Lev. 17:13; Deut. 12:16; 15:23; Hand. 15:20, NW). Het was alsof het leven aan God werd teruggegeven, terwijl alleen het vlees werd genomen als iets wat goedgunstig door Hem was toegestaan. De bijbel veroordeelt daarom niet het jagen op dieren ter wille van het voedsel en de kleding of ten einde zich te beschermen, maar wel het willekeurig doden uit sport of genotzucht, waarbij het bloed of het leven niet met een nuttig of door God voorgeschreven doel wordt vergoten.
Nog belangrijker dan het leven van lagere dierlijke schepselen is het leven van de mens, want de mens werd naar Gods beeld gemaakt. God legde er de nadruk op hoe ernstig hij dit opneemt, toen hij tegen Noach en zijn zoons zei: „En bovendien zal ik uw bloed van uw zielen terugeisen. Van de hand van elk levend schepsel zal ik het terugeisen; en van de hand van de mens, van de hand van een ieder die zijn broeder is, zal ik de ziel van de mens terugeisen. Al wie ’s mensen bloed vergiet, diens bloed zal door de mens vergoten worden, want naar Gods beeld heeft hij de mens gemaakt.” — Gen. 9:5, 6, NW.
Het bloed of leven van de mens werd dus meer waarde toegekend dan dat van dieren, en God zei dat hij iedereen die een mens van het leven zou beroven, ter verantwoording zou roepen. Hij zou met zijn eigen leven moeten boeten. De gehele mensheid moet zich, daar alle mensen afstammelingen van Noach en zijn zoons zijn, aan deze wet van God houden.
GROVE OVERTREDING VAN GODS GEBOD BETREFFENDE BLOED
Nimrod legde echter een andere geest aan de dag dan Noach en Sem. Hij spreidde de slechte, zelfzuchtige, eerzuchtige, bloeddorstige geest van Gods grote tegenstander, Satan de Duivel, tentoon. Als achterkleinzoon van Noach viel hij zeer zeker onder die wet betreffende het gebruik van bloed. Uit zijn handelwijze bleek evenwel, dat hij een enorme minachting voor Gods wet had, want niet alleen maakte hij zonder een geldig motief doch louter om zichzelf tot een held te maken jacht op wilde dieren, maar ook breidde hij dit jagen uit tot veroveringsveldtochten en het doden van menselijke schepselen. The Catholic Encyclopedia verklaart in Deel 10 op bladzijde 741 betreffende Nimrod als „een geweldig jager voor het aangezicht des HEREN”: „Dit laatste kan in de strikte betekenis worden opgevat — jager op wilde dieren, want wij weten dat de Babylonische vorsten dit zijn geweest; of in de betekenis van krijger of strijder, daar het oorspronkelijke woord gibbor ’held’ betekent.” The Encyclopedia Americana, Deel 20, uitgave van 1929, stemt hier op bladzijde 350 mee in, door te verklaren: „Hij wordt een ’geweldig jager voor het aangezicht des HEREN’ genoemd, een enigszins vage uitdrukking, die echter klaarblijkelijk zowel op strijd en verovering duidt, als op de jacht.” De bijbel zegt in Genesis 10:11, 12: „Uit dat land [Sinear] trok hij naar Assur en hij bouwde Ninevé, Rehoboth-Ir, Kalah en Resen tussen Ninevé en Kalah; dat is de grote stad.”
Tegen de tijd van Nimrod moet de bevolking in gehoorzaamheid aan Gods gebod aan Noach en zijn zoons Sem, Cham en Jafeth, namelijk „weest vruchtbaar en wordt talrijk, wemelt op de aarde, ja, wordt talrijk daarop”, sterk gegroeid zijn (Gen. 9:1, 7). Er waren dus mensen over wie Nimrod zich in de stad Babylon (Babel) in het land Sinear als koning kon opwerpen.
Toen hij zijn rijk vanuit Babylon tot in Assyrië uitbreidde, moest hij het gebied van Sems zoon binnenvallen, want Assyrië was het land van Assur, een zoon van Sem (Gen. 10:22). Dit was agressie, die ongetwijfeld gepaard ging met bloedvergieten, het doden van mensen die in het gebied woonden dat hij bij de stichting van Ninevé, de hoofdstad van Assyrië, bezette. Nimrod was dus een moordenaar, en wel op grotere schaal dan de eerste moordenaar Kaïn. Nimrods hoofdstad Babel was hiervoor verantwoordelijk, want ze bouwde haar rijk op met vergoten bloed. Geen wonder dat het land van de agressieve Assyrische Wereldmacht in Micha 5:4, 5 5, 6 het „land van Nimrod” wordt genoemd. Wat een patroon heeft Nimrod in de vorm van Babel haar tegenbeeld, Babylon de Grote, verschaft! — Openb. 17:5, 6, NW.
De bijbel vertelt ons niet hoe God al het bloed dat Nimrod had vergoten, van hem terugeiste, maar wanneer de afstammelingen van Noachs drie zoons worden opgesomd, worden er van Nimrod geen kinderen genoemd. De bijbel snijdt hem dus af en maakt geen melding van de kinderen die hij misschien heeft gehad. Door heidense historici opgetekende legenden en overleveringen geven te kennen, dat Nimrod door scherprechters om het leven is gebracht.
Nimrods handelwijze „in strijd met Jehovah” bleef echter niet eens beperkt tot tegen Gods wet indruisende, agressieve, moorddadige oorlogen. Zoals wij in de volgende uitgave van dit tijdschrift zullen zien, gebruikte hij zijn stad, Babylon, om nog verder te gaan en zelfs de universele soevereiniteit van Jehovah God uit te dagen, waardoor hij ons nog een sleutel verschaft voor de oplossing van het mysterie van Babylon de Grote.
[Voetnoten]
a Aangehaald uit de uitgave van 1938, gepubliceerd door Wm. B. Eerdmans Publishing Co., Grand Rapids, Michigan, V.S.
[Illustratie op blz. 409]
BABYLON DE GROTE