Waarom is uw bediening succesvol?
„In dat geval zult gij succesvol blijken te zijn, indien gij ervoor zorgt de voorschriften en de rechterlijke beslissingen die Jehovah . . . geboden heeft, te volbrengen.” — 1 Kron. 22:13, NW.
1. Hoe wordt, in tegenstelling tot de beschrijving die de bijbel van de meeste christelijke gelovigen geeft, succes tegenwoordig afgemeten?
SUCCES wordt tegenwoordig afgemeten in termen van hoeveel onderwijs iemand heeft genoten en hoeveel geld, populariteit of bekwaamheid hij tijdens zijn leven heeft verworven. Hoe blij kunnen wij zijn dat God geen overvloed van een van deze dingen van ons verlangt om succesvol in de christelijke bediening te zijn! Hoewel de apostel Paulus een geleerd man was, opgeleid aan de voeten van de eminente leraar Gamaliël, besefte hij niettemin de nederige status van de meeste christelijke gelovigen. „Gij ziet uw roeping, broeders, dat niet veel wijzen naar het vlees werden geroepen, niet veel machtigen, niet velen van edele geboorte; maar God heeft de dwaze dingen der wereld uitgekozen om de wijzen te beschamen; en God heeft de zwakke dingen der wereld uitgekozen om de sterke dingen te beschamen; en God heeft de onedele dingen der wereld uitgekozen en de dingen waarop wordt neergezien, de dingen die niet zijn, om de dingen die zijn, teniet te doen, opdat geen vlees zou roemen voor het aangezicht van God” (1 Kor. 1:26-29). Het is bij het afmeten van succes in onze bediening derhalve van het allergrootste belang dat wij de dingen vanuit Gods standpunt bezien.
2. Waarom maakt een beperkte schoolopleiding iemand niet onbekwaam voor de bediening?
2 Een fundamentele schoolopleiding is nuttig in de bediening, doch men dient niet ontmoedigd te zijn of zich onbekwaam voor de bediening te voelen als zijn wereldlijke opleiding beperkt is geweest. Bij God geldt niet hoeveel u weet, doch hoeveel liefde u voor de in uw hart geplante waarheid hebt, zodat u deze voedt en doet groeien. Het gaat thans evenzeer op als in Paulus’ tijd dat „de wereld . . . door middel van haar wijsheid God niet heeft leren kennen” (1 Kor. 1:21). Bedenk dat velen van Jezus’ discipelen, met inbegrip van de vooraanstaande apostelen Petrus en Johannes, „ongeletterde en gewone mensen waren” (Hand. 4:13). Toen de nederige volgelingen van Jezus, na onderwezen en uitgezonden te zijn, tot hem terugkeerden, en hij de goede resultaten in de bediening vernam, was zijn reactie, zoals ons wordt verteld: „In datzelfde uur werd hij verrukt in de heilige geest en zei: ’Ik loof u in het openbaar, Vader, Heer van hemel en aarde, omdat gij deze dingen voor wijzen en intellectuelen zorgvuldig hebt verborgen en ze aan kleine kinderen hebt geopenbaard. Ja, o Vader, want dit te doen, werd de door u goedgekeurde weg’”! — Luk. 10:21.
3. Toon aan waarom rijkdom en populariteit geen juiste maatstaven zijn voor het beoordelen van succes in de bediening.
3 Wat rijkdom en populariteit betreft, deze moeten wij meteen als maatstaven voor het beoordelen van succes in de christelijke bediening uitsluiten. Materiële bezittingen en persoonlijk prestige leggen bij God geen gewicht in de schaal. De geestelijken der christenheid trachten beide te verkrijgen en bootsen hiermee de religieuze leiders in Jezus’ tijd na. „De Farizeeën nu, die liefhebbers van geld waren, luisterden naar al deze dingen, en zij hoonden hem.” Jezus zei: „Alle werken die zij doen, doen zij om door de mensen gezien te worden . . . Zij zijn gesteld op de voornaamste plaats aan de avondmaaltijden en de voorste zitplaatsen in de synagogen en de begroetingen op de marktplaatsen, en worden door de mensen graag Rabbi genoemd.” Jezus onderrichtte zijn discipelen tevreden te zijn met dat wat voor het leven noodzakelijk is, nederig te zijn, geen titels aan mensen te geven en elkaars dienaars te zijn. Hun beweegreden was ’schatten in de hemel te vergaren’ en de gunst van God, niet van mensen, te verkrijgen. De armen en impopulairen werden door Jezus verwelkomd. — Luk. 16:14; 15:1-7; Matth. 23:5-12; 6:19, 20, 31-34.
4. Welke rol speelt bekwaamheid in een succesvolle bediening?
4 Wat bekwaamheid betreft, welnu, dat is iets waaraan de wereld veel gewicht hecht, en inderdaad zijn er met bekwame hersenen en handen veel uitzonderlijke prestaties geleverd. Succes in de bediening vereist eveneens bekwaamheid, doch het is voor niemand te moeilijk de kunst meester te worden een goede onderwijzer van Gods Woord te zijn. Hoewel het vele jaren van studie en praktijk kost een bekwaam chirurg of ingenieur te worden en het aantal mensen dat hierin slaagt gering is, is dit niet het geval met degenen die bekwame bedienaren van het evangelie wensen te worden. Niet dat het niet veel studie kost en dat het niet nodig is de geleerde dingen geregeld in de praktijk te brengen. Dat wel, doch wat uniek is met betrekking tot de bediening, is dat men er, na slechts een korte tijd van studie, aan kan gaan deelnemen. Als iemand de goede dingen uit Gods Woord leert kennen en inziet dat het belangrijk is ze aan anderen te onderwijzen, is er geen reden waarom hij zich ervan zou weerhouden deze goede dingen aan zijn naaste te vertellen. Als beginneling dient hij er natuurlijk voor op te passen dat hij niet ongemerkt iets verkeerds onderwijst, dus dient hij, als hij met hart en ziel oefent, nauwgezet naar instructies van meer ervaren bedienaren van het evangelie te luisteren. Weldra kan hij zich aan God opdragen, gedoopt worden en een geordineerde bedienaar van het evangelie worden die anderen bekwaam onderwijst.
5. (a) Hoe zullen wij de juiste maatstaven voor het beoordelen van succes in de bediening kunnen bepalen? (b) Welke factoren, behalve het maken van discipelen, hebben de bediening van Jezus tot een volledig succes gemaakt?
5 Indien schoolopleiding, rijkdom, populariteit en zelfs bekwaamheid niet de belangrijkste factoren zijn bij het afmeten van succes in de bediening, aan de hand van welke maatstaven zullen wij dan bepalen of onze bediening succesvol is? Is het misschien het aantal bekeerlingen dat men maakt, of is er meer bij betrokken? Door de bediening van Christus Jezus te onderzoeken en de instructies na te gaan die hij gaf om de bediening na zijn hemelvaart voort te zetten, zullen wij het antwoord krijgen. Met betrekking tot het maken van bekeerlingen is het interessant op te merken dat er een tijd was dat Jezus’ bediening er alle uiterlijke schijn van had gefaald te hebben. Toen hij gearresteerd werd, lieten al zijn discipelen hem in de steek, hoewel dit door hem was voorzegd (Joh. 16:32). Toen evenwel met Pinksteren 33 G.T. de heilige geest werd uitgestort, waren er in een bovenzaal in Jeruzalem 120 getrouwe discipelen die op instructies wachtten. Op diezelfde dag sprak de apostel Petrus tot een grote menigte joden, en uit hen stelden er nog 3000 meer geloof in Christus Jezus en werden door heilige geest verwekt. Van die dag af werden er velen aan de christelijke gemeente toegevoegd. Jezus was klaarblijkelijk zeer succesvol geweest in het bijeenbrengen van de eerste leden van de christelijke gemeente. Men moet echter bedenken dat slechts een beperkt aantal joden hem als de Messías aanvaardde. Er vond geen massabekering plaats. Het aantal nieuwe discipelen vormde niet de enige factor waarnaar het succes van Jezus’ bediening werd afgemeten. Dit kwam in feite op de tweede plaats. Hij legde de nadruk op het verheerlijken van zijn hemelse Vader. Bovendien bewees Jezus, door zijn getrouwe handelwijze in alles, met inbegrip van alle beproevingen en tegenstand die door de Duivel werden veroorzaakt, zijn onverbrekelijke toewijding aan zijn hemelse Vader en brandmerkte hij de grote Tegenstander als een leugenaar. Volgens de door Jehovah gestelde maatstaven, was de bediening van Jezus een volledig succes.
HUIDIGE MAATSTAVEN VOOR HET AFMETEN VAN SUCCES
6. Zijn onze opdracht en ons doel in de bediening in deze moderne twintigste eeuw veranderd?
6 Nu de eerste eeuw G.T. van de vroege christelijke gemeente ver achter ons ligt, zou men kunnen denken dat de maatstaven voor het afmeten van succes in de bediening zijn veranderd. In werkelijkheid zijn ze dezelfde gebleven. Dit komt omdat onze opdracht en ons doel in de bediening dezelfde zijn gebleven. Er zijn geen nieuwe instructies voor het geven van het laatste getuigenis uitgevaardigd, slechts die welke Gods Woord bevat. Door zijn Woord nauwgezet te onderzoeken, zullen wij het succes in onze bediening kunnen beoordelen. Als wij punten ontdekken waarin het succes in onze bediening beperkt is, zullen wij bovendien nauwkeuriger het voorbeeld van de Meester-Leraar, Christus Jezus, en de vroege discipelen die hij onderwees, kunnen navolgen.
7. (a) Wat is de eerste van de vier redenen om in deze „tijd van het einde” getrouw te prediken? (b) Wat is de tweede?
7 Evenals in Jezus’ tijd zijn er ook thans vier fundamentele redenen waarom wij in deze „tijd van het einde” blijven prediken, en om het succes in onze bediening te kunnen bepalen, moet elk ervan aan een onderzoek worden onderworpen. Wij nodigen u uit om bij elke reden die wij beschouwen, na te gaan hoe uw eigen bediening ermee overeenstemt. Hoewel Jehovah de Beoordelaar is, zijn wij er zeker van dat de punten waarin u uw bediening getrouw blijft verrichten, u reden geven aangemoedigd te zijn, en als u punten vindt waarin uw bediening versterkt moet worden, zult u er de nodige aandacht aan kunnen besteden. 1. Evenals Jezus een boodschap van redding predikte, voelen Jehovah’s getuigen duidelijk hun verplichting ’discipelen van mensen uit alle natiën te maken’, zoals Christus Jezus heeft geboden (Matth. 28:19, 20). Rechtgeaarde personen moeten de boodschap horen prediken, willen zij de smalle weg naar het leven leren kennen en van de brede weg, die naar de vernietiging voert, afslaan. 2. In tegenstelling daarmee prediken wij te midden van alle bewoners der aarde ook een boodschap van waarschuwing betreffende de komende dag van Gods oordeelsvoltrekking over alle boosdoeners. — Matth. 7:13, 14; Ezech. 3:17-19; Openb. 14:6, 7.
8. Hoe kunnen wij aangemoedigd worden wanneer wij onze bediening met betrekking tot de eerste twee redenen waarom wij de mensen Gods boodschap prediken, onderzoeken?
8 Wij hebben dus niet alleen de opdracht ontvangen „de zachtmoedigen goed nieuws” te vertellen en „het jaar van goede wil van de zijde van Jehovah” uit te roepen, maar dienen ook de „dag der wraak van de zijde van onze God” bekend te maken (Jes. 61:1, 2, NW; Luk. 4:16-21). Evenals Gods getrouwe dienstknecht Ezechiël, moeten ook wij in deze tijd tot de mensen blijven prediken, „of zij horen dan wel het nalaten”, en dit ondanks tegenstand (Ezech. 2:5-7; 3:4, 7-9). Vrijmoedig, maar toch met tact en oprechte liefde, kondigen wij de oordeelsboodschap aan, van tevoren wetend dat de overgrote meerderheid niet zal luisteren, maar toch bestaat de mogelijkheid dat de ogen van sommigen die de boodschap aanvankelijk tegenstaan, opengaan. Maakt u getrouw van alle gelegenheden gebruik het goede nieuws te prediken en degenen die gunstig op de boodschap reageren, gewetensvol te onderwijzen? Als dit zo is, is er reden aangemoedigd te zijn en krijgt u van Jehovah de verzekering dat hij u succes zal schenken en u aanhoudend zal blijven versterken. Jehovah’s hedendaagse getuigen hebben het voorrecht gehad duizenden met schapen te vergelijken personen te helpen zich aan de zijde van redding, aan de rechterhand van de Herder-Koning, Christus Jezus, te scharen, terwijl zij met bokken te vergelijken tegenstanders zelf het bewijs hebben laten leveren dat zij het verdienen aan zijn linkerhand te worden geplaatst om vernietigd te worden. — Matth. 25:31-46.
9. Welke derde reden wordt er gegeven om getrouw te prediken, en waarom is dit bij het bepalen van succes belangrijk?
9 Een derde en zeer belangrijke reden waarom wij moeten blijven prediken is 3. dat het Jehovah’s dienstknechten op aarde de gelegenheid geeft hun liefde voor en hun rechtschapenheid jegens Jehovah te demonstreren. Het is gemakkelijk te zeggen dat wij God en onze naaste liefhebben, maar dit te bewijzen is iets anders. Bovendien ontdekken wij juist als wij bezig zijn te bewijzen wat wij innerlijk denken te zijn, punten ter verbetering en vervolmaking van onze liefde en rechtschapenheid. Wij leren ons op God te verlaten (2 Kor. 12:9). Wij zien er de noodzaak van in tactvol, geduldig en barmhartig te zijn. Het mag voor enkelen in sommige opzichten een beproeving zijn geregeld in het predikingswerk uit te trekken, doch wij moeten bedenken dat beproevingen volharding tot gevolg kunnen hebben en ons kunnen helpen heiligheid tot volmaaktheid te brengen: „Laten wij . . . juichen terwijl wij in verdrukkingen zijn, daar wij weten dat verdrukking volharding voortbrengt, volharding vervolgens een goedgekeurde toestand, de goedgekeurde toestand vervolgens hoop, en de hoop leidt niet tot teleurstelling, want de liefde Gods is in ons hart uitgestort door middel van de heilige geest, die ons werd gegeven” (Rom. 5:3-5). Zij die veteranen in het van-huis-tot-huiswerk zijn, zullen u zonder enige aarzeling vertellen dat niets de bediening kan vervangen als middel waardoor wij onze waardering kunnen verhogen, onze gehoorzaamheid kunnen vervolmaken, onze liefde voor God en onze naaste kunnen voeden, mensenvrees kunnen uitbannen en kunnen tonen wat wij innerlijk werkelijk zijn. — 2 Tim. 4:2-5.
10. Welke voldoening geeft het als wij onze toewijzingen getrouw behartigen?
10 Welk een voldoening schenkt het te weten dat wij het ons toegewezen werk hebben verricht! Jezus zei in gebed tot zijn Vader: „Ik heb u op de aarde verheerlijkt, daar ik het werk heb voleindigd dat gij mij te doen hebt gegeven” (Joh. 17:4). Wat moet de man in linnen innerlijk ontroerd zijn geweest toen hij, na allen gekenmerkt te hebben die voor redding in aanmerking kwamen, meldde: „Ik heb gedaan zoals Gij mij bevolen hadt” (Ezech. 9:1-4, 11). Hebt u, ondanks tegenstand van uw familie, een neiging tot verlegenheid, een zwakke gezondheid of welke andere hindernis of moeilijkheid maar ook die zich mocht voordoen, gehoorzaam en moedig gelegenheden geschapen om een aandeel aan de bediening te hebben? Hebt u uw liefde voor Jehovah en uw medemens, zelfs voor uw vijanden, door de verschillende situaties die u in de bediening tegenkomt, laten groeien? Bent u als gevolg daarvan beter in staat moeilijkheden en beproevingen het hoofd te bieden? Als dit zo is, dan kunt u, voor zover het persoonlijke resultaten betreft, zeggen dat uw bediening ook in dit opzicht een succes is.
11. Wat is de vierde en belangrijkste reden om getrouw te prediken?
11 En als wij de redenen beschouwen waarom wij blijven prediken, komen wij ten slotte aan de vierde en belangrijkste van alle redenen, namelijk 4. de naam en voornemens van Jehovah bekend te maken. Jezus heeft Jehovah’s naam aan zijn discipelen bekendgemaakt en hun geleerd te bidden: „Uw naam worde geheiligd” (Matth. 6:9; Joh. 17:26). Alleen al in de profetie van Ezechiël vinden wij op zijn minst zestig maal de woorden van God dat personen op aarde zullen „moeten weten dat ik Jehovah ben”. Het is Jehovah’s voornemen dat in de hedendaagse vervulling van Exodus 9:16 zijn naam ’op de gehele aarde wordt verkondigd’. Zijn naam omvat zijn reputatie en anderen moeten de gelegenheid hebben te weten te komen dat de Schepper liefdevol en barmhartig is, en toch zal degenen die verkiezen hem te negeren en die zijn liefde versmaden het recht worden ontzegd in zijn nieuwe samenstel van dingen te leven.
12. Waarom is het van levensbelang dat wij werken voor de rechtvaardiging van Jehovah’s naam, en welke aanmoediging krijgen degenen die dit doen?
12 Velen hebben, zonder de grote strijdvraag te begrijpen waarbij de tegenstander, Satan de Duivel, is betrokken, God de schuld gegeven voor kwaad en ellende. Zonder reden is zijn naam gesmaad, er is over hem gelogen en hij is in een verkeerd daglicht gesteld. Miljoenen valse goden hebben de eer en eerbied ontvangen die Hem toekomen, terwijl sommige personen in deze moderne tijd zelfs de Duivel in eigen persoon aanbidden. Wie is de ware God? Leeft God trouwens wel? Moge het, als wij onze rol als Jehovah’s getuigen vervullen, nooit gebeuren dat een van ons weigert het in de rechtsarena van de wereld voor Jehovah onze God op te nemen en alle mensen te laten weten dat hij de ware God is en dat hij niet alleen leeft, maar er ook op zal toezien dat zijn voornemens ten uitvoer worden gebracht! Hebt u niet alleen gebeden of Jehovah’s naam geheiligd mag worden, doch ook in overeenstemming met uw gebed gehandeld door over Jehovah’s grootheid en zijn wonderbare werken te spreken? Zo ja, dan is ook in dit opzicht uw bediening succesvol daar het in de ogen van God de juiste soort van bediening en een lieflijk, aanvaardbaar lofoffer voor Hem is. — Jes. 43:10, NW; Hebr. 13:15.
SUCCES BOEKEN ONDANKS BELEMMERINGEN
13. (a) Wat dient onze zienswijze te zijn, ook al luisteren de meesten niet naar de boodschap? (b) In welk opzicht is onze bediening desondanks niet tevergeefs?
13 Wij moeten niettemin beseffen dat er een aantal factoren zijn waardoor wij individueel ontmoedigd kunnen raken en die ons het gevoel kunnen geven dat onze bediening niet succesvol is. Als wij de waarheden van Gods Woord leren kennen, zijn wij verlangend ze met onze familieleden en vrienden te delen en vervolgens willen wij graag van-huis-tot-huisbezoeken afleggen. Wij bemerken echter dat velen ons enthousiasme en onze liefde voor deze pas gevonden waarheden niet delen. Ja, in sommige gebieden gaan wij wellicht naar heel wat deuren voordat wij lang genoeg met de bewoners kunnen spreken om ons toespraakje te houden en bijbelse lectuur aan te bieden die hen bij een studie van Jehovah’s Woord zal helpen. Wij gaan ons misschien afvragen: „Wat schort eraan?” Maar als wij er even over nadenken en de dingen in het licht van Gods Woord beschouwen, zien wij in dat de tegenstand niet tegen ons persoonlijk is gericht doch tegen de boodschap die wij brengen. Als wij goed nadenken, vinden wij wellicht manieren om onze aanbiedingen pittiger te maken, zodat wij met meer overtuiging kunnen spreken en een grotere reactie op de boodschap kunnen teweegbrengen, doch het belangrijkste is dat wij er niet mee ophouden. Onze bediening zal ons, ondanks deze incidenten, voldoening schenken als wij beseffen dat wij getrouw pogingen in het werk hebben gesteld het getuigenis te geven. Degenen die weigeren te luisteren, zullen geen verontschuldiging hebben door te zeggen dat zij niet de gelegenheid hebben gehad te horen. Wat een geweldige vreugde is het echter hier en daar een horend oor te vinden! Deze ervaringen maken alle keren dat wij werden afgewezen, meer dan goed.
14. Hoe zullen redelijke doeleinden succes in de bediening helpen te verzekeren?
14 Als wij redelijke doeleinden in de bediening stellen, draagt dit tot ons succes bij. Doeleinden dienen niet te hoog te zijn, zodat dit, als ze niet worden bereikt, een reden tot ontmoediging zou zijn. Aan de andere kant dienen de doeleinden ook niet zo laag te liggen dat wij tevreden zijn met louter een symbolische dienst. De doeleinden dienen natuurlijk binnen onze mogelijkheden te liggen, hetgeen wordt bepaald door onze gezondheid, familieomstandigheden en andere factoren. Kunt u regelingen treffen om een volle-tijdprediker van het goede nieuws te zijn? Zo ja, dan zou dit voor u een redelijk doel zijn. Het kan daarentegen ook zijn dat u wegens ziekte aan huis bent gebonden. In dit geval kunt u misschien zeer weinig van huis tot huis gaan, doch dan zullen er gelegenheden zijn degenen die u bezoeken, getuigenis te geven; ook zult u misschien de telefoon kunnen gebruiken en brieven kunnen schrijven om anderen met de Koninkrijksboodschap te bereiken. Als u een goed schema maakt en u hier vastberaden aan houdt, zal dit u helpen het redelijke doel van activiteit in de bediening dat u zich hebt gesteld, te bereiken. Bedenk ook dat anderen uw getrouwheid in de bediening onder deze omstandigheden zien en daardoor zelf tot grotere activiteit worden aangemoedigd. Succes in de bediening wordt bovendien ook weerspiegeld door het feit dat u christelijke beginselen toepast, zodat u aangenaam bent en volharding en een positieve geestesgesteldheid toont, in plaats van toe te laten dat uw ziekelijkheid u onaangenaam maakt of moeilijk om mee om te gaan.
15. Waarom is er, als onze gelegenheden in de bediening door onvermijdelijke omstandigheden beperkt zijn, geen reden zich ontmoedigd te voelen?
15 Ten gevolge van bepaalde omstandigheden, zoals gebrek aan schoolopleiding, gevorderde leeftijd of een lichamelijke handicap, is iemand misschien niet uitgekozen om openbare lezingen vanaf het podium te houden of hij heeft er misschien wat moeite mee een bijbelstudie met iemand anders te beginnen of deze geregeld te leiden. Hij heeft misschien ijverig getracht vorderingen te maken en heeft wellicht de hulp van anderen aanvaard, doch het is moeilijk voor hem gebleken geregeld een bijbelstudie te leiden. Hij heeft ook bemerkt dat hij het eenvoudig niet tot het peil van een openbare spreker kan brengen. Hoewel hij hierdoor wellicht wat ontmoedigd raakt, bestaat er alle reden toe zich aangemoedigd te voelen. Er wordt toch iets goeds tot stand gebracht. Door in de bediening te volharden, zullen velen de gelegenheid hebben het goede nieuws op zijn minst te horen en kan er bijbelse lectuur worden verspreid. Degenen met wie contact wordt opgenomen, kunnen deze lezen en er voordeel van trekken. Deze ijver en het verlangen vorderingen te maken, zullen op onverwachte manieren rijkelijk door Jehovah worden gezegend. Wij kunnen in geen geval zeggen dat zijn bediening een fiasco is. In dit geval zou men een levend voorbeeld kunnen zijn van het feit dat God „de zwakke dingen der wereld [heeft] uitgekozen om de sterke dingen te beschamen”.
16. Wat kan er in vele gevallen worden gedaan als iemands schoolopleiding of natuurlijke bekwaamheden beperkt zijn?
16 Indien u iemand bent die weinig schoolopleiding heeft gehad of weinig natuurlijke bekwaamheden hebt, dan moet u alle voorzieningen die Jehovah heeft getroffen om u voor de bediening op te leiden, gebruiken, zelfs indien dit, zoals in sommige gevallen, betekent dat u van meet af aan moet beginnen met te leren lezen en schrijven. Meer ervaren bedienaren van het evangelie zullen u graag helpen. Als iemand een gewillige geest heeft en Jehovah’s wil ten aanzien van hem wil doen, zal hij succes in de bediening hebben, omdat Jehovah dit door zijn geest garandeert. — Luk. 11:13; 2 Tim. 1:6-8.
17. Hoe kan iemand die jong van jaren is succesvol in de Koninkrijksactiviteit zijn?
17 Een verkondiger die jong van jaren is, zou het gevoel kunnen hebben dat zijn activiteit, omdat hij niet evenals meer ervaren verkondigers bijbelse toespraakjes kan houden of bijbelstudies kan leiden, niet succesvol is. Integendeel, jonge verkondigers van het goede nieuws kunnen veel doen om anderen te helpen de waarheid te leren kennen. Hoewel hun bijbelse activiteit aanvankelijk wellicht beperkt is tot een weloverwogen aanbieding in verband met de verspreiding van exemplaren van de tijdschriften de Wachttoren en Ontwaakt! en het benutten van gelegenheden om met hun onderwijzers en medeleerlingen over de bijbel te spreken, zullen zij met de hulp van hun ouders geleidelijk aan in staat zijn hun activiteit uit te breiden tot het nabezoek- en bijbelstudiewerk. Tal van jonge dienstknechten hebben zich op school en op andere manieren bijzonder kranig gehouden door in de dagen van hun jeugd moedig over hun Schepper te spreken. Denk er ook eens over na wat een voortreffelijke indruk het op anderen moet maken jongens en meisjes zulk een eerbaar werk te zien doen in plaats van tot luie onruststokers in de maatschappij op te groeien. — Pred. 12:1; Matth. 21:16; Ps. 148:12, 13.
18. Bestaat er voor iemand die tot op heden nog niemand heeft geholpen een gedoopte discipel te worden, reden toe hieruit op te maken dat zijn bediening een fiasco is?
18 Het kan evenwel zijn dat een ervaren verkondiger over zijn bediening nadenkt en beseft dat hij tot op heden nog niemand heeft geholpen een discipel te worden die zo ver is dat hij zich opdraagt en laat dopen. Er is bijbelse lectuur verspreid en er zijn nabezoeken gebracht, en in sommige gevallen werd er wellicht een bijbelstudie opgericht en een tijd lang gehouden. Hoewel de verwachte resultaten tot op heden misschien nog niet zijn gekomen, is het goed te bedenken dat iemands bediening geen fiasco is omdat hij tot op heden nog niemand heeft geholpen een discipel te worden. Neen, zijn bediening is een praktische realiteit; hij heeft nog steeds actief het goede nieuws gepredikt en Jehovah’s grote naam hooggehouden. Hij is getrouw geweest in de bediening en dit heeft hem geholpen zijn rechtschapenheid jegens en liefde voor Jehovah verder te ontwikkelen. Nu zal het, door onderwijsmethoden toe te passen en de hulp van meer ervaren bedienaren van het evangelie te aanvaarden, misschien mogelijk zijn niet alleen een bijbelstudie op te richten doch deze ook geregeld te houden en er aldus een aandeel aan te hebben ’discipelen te maken’.
19. Vat de vier redenen waarom onze bediening succesvol is samen.
19 Waarom is uw bediening succesvol? Vergeet nimmer dat ze dit in meer dan één opzicht is! Wij zullen blijven werken voor Jehovah en met vertrouwen naar hem blijven opzien voor toename, doch naarmate wij het einde naderen, zullen wij niet ontmoedigd zijn als de toename in sommige delen der wereld langzamer gaat. Wij zijn er trouwens van tevoren voor gewaarschuwd dat de tijd zal komen dat er niemand meer naar Jehovah’s christelijke getuigen wil luisteren. Desondanks zullen wij, met Jehovah’s zekere hulp, getrouw het laatste getuigenis blijven prediken als een waarschuwing voor Jehovah’s komende terechtstelling van de goddelozen en zullen wij ondanks tegenstand en tegenspoed onze rechtschapenheid handhaven en bovenal Jehovah’s grote naam hooghouden. „Hierin wordt mijn Vader verheerlijkt, dat gij veel vrucht blijft dragen en u mijn discipelen betoont.” — Joh. 15:8.
[Illustratie op blz. 436]
Ook gehandicapten kunnen het „goede nieuws” met succes verbreiden door brieven te schrijven en te telefoneren