„Uw woord is waarheid”
„Gelukkig zijn de zuiveren van hart”
IN HEEL Gods Woord wordt het hart op de voorgrond geplaatst en wordt de belangrijkheid ervan beklemtoond. Ja, het hart wordt ongeveer 740 maal van Genesis tot Openbaring genoemd.
Een typisch voorbeeld van de belangrijkheid die Gods Woord aan het hart toekent, vinden wij in de woorden van Spreuken 4:23: „Beveilig uw hart, ja, meer dan al het andere dat te behoeden is, want daaruit zijn de oorsprongen van het leven.”
Heel passend legde Jezus in zijn Bergrede de nadruk op de noodzaak het hart zuiver te houden. Dit was de zesde van zijn ’zaligsprekingen’ of gelukkigverklaringen. Hij stelt degenen die een zuiver hart bezitten zelfs een van de grootste beloningen in het vooruitzicht. Wat dan wel? Dat zij „God [zullen] zien”, Die geen mens ooit heeft gezien; noch kan iemand van vlees en bloed hem zien en leven. — Matth. 5:8; Ex. 33:20; Joh. 1:18.
Het hart is de zetel van de beweegredenen, emoties, genegenheden en verlangens. Het Griekse woord dat hier met „zuiver” is weergegeven, wordt door Griekse schrijvers gebruikt om niet alleen datgene te beschrijven wat vrij is van verontreiniging, zoals zuiver water, maar ook dat wat onvervalst, onverdund, of onvermengd is, zoals zuivere melk, zuivere wijn, zuiver zilver en zuiver goud. En het werd ook gebruikt om mensen te beschrijven die moreel zuiver waren, vrij van beschuldiging.
Wat betekent het dan voor iemand een zuiver hart te bezitten? Onder andere betekent het dat men een onverdeeld hart heeft, een hart dat Jehovah God geeft wat hij van ons verlangt, namelijk exclusieve toewijding (Ex. 20:5). De psalmist bad: „Verenig mijn hart om uw naam te vrezen” (Ps. 86:11). Christenen moeten Jehovah God met een „onverdeeld hart” dienen, zij moeten hem met hun „gehele hart” liefhebben. Aan degenen die in dit opzicht te kort schieten, schreef de discipel Jakobus: „Zuivert uw hart, besluitelozen.” — 1 Kron. 28:9; Mark. 12:29-31; Jak. 4:8.
Een zuiver hart is ook een hart dat moreel rein is. Er kunnen allerlei onreinheden in het hart gekoesterd worden, zoals Jezus aantoonde: „goddeloze overleggingen, moord, overspel, hoererij” — die dingen verontreinigen zowel het hart als de mens zelf. Ten einde een zuiver hart te bezitten, moet men zich rein houden van „elke verontreiniging van vlees en geest”. — Matth. 15:19, 20; 2 Kor. 7:1.
Nog iets waardoor velen een onzuiver hart bezitten, is huichelachtigheid. Daarom vertelt Gods Woord ons dat „het doel van deze opdracht [is,] liefde uit een rein hart en uit een goed geweten en uit geloof zonder huichelarij”. Als wij God willen behagen, mogen wij geen bijbedoelingen hebben als wij iets doen, zoals het geval was met de religieuze leiders die Jezus tegenstonden. Hij keurde hun huichelachtigheid herhaaldelijk in de krachtigste bewoordingen af. — 1 Tim. 1:5; Matth. 6:1-6; 23:13-36; Luk. 12:1.
Een sterk geloof is nog een vereiste voor een zuiver hart. Daarom wordt christenen de raad gegeven: „Past op, broeders, dat er zich in niemand van u ooit een goddeloos, ongelovig hart ontwikkelt, doordat hij zich terugtrekt van de levende God.” Ja, zij moeten ’met geheel hun hart op Jehovah vertrouwen’ willen zij een zuiver hart bezitten. — Hebr. 3:12; Spr. 3:5, 6.
Wat zal u helpen een zuiver hart te bezitten? De vrees Jehovah God te mishagen, de vrees zijn toorn op te wekken, zal u helpen. „De vrees voor Jehovah betekent het kwade te haten.” „De vrees voor Jehovah is zuiver, standhoudend voor eeuwig.” Er bestaat geen twijfel over dat een gezonde vrees Jehovah God te mishagen, u zal helpen een zuiver hart te bezitten. — Spr. 8:13; Ps. 19:9.
Het hart wordt ook geholpen zuiver te zijn door liefde voor rechtvaardigheid, door het vaste besluit een goed geweten te bezitten. Niets verontreinigt een hart zozeer als een slecht geweten; als u dus zo handelt dat u een goed geweten hebt, zal dat u helpen uw hart zuiver te houden. De bijbel toont aan dat de apostel Paulus zich er ernstig om bekommerde een goed geweten te hebben. — Hand. 23:1; 24:16; 2 Kor. 1:12.
Een warme, liefdevolle, dankbare waardering voor alles wat Jehovah voor u heeft gedaan, zal u ook helpen een zuiver hart te bezitten. Liefde voor God zal u ertoe bewegen zijn geboden te houden, en deze zijn niet zwaar. Een van deze geboden is om, boven al het andere, uw hart te beveiligen. — Spr. 4:23; 1 Joh. 5:3.
Wat ook een grote hulp vormt bij het zuiver houden van uw hart, is de hoop op de beloning van eeuwig leven, in de hemel of in een aards paradijs, die God in het vooruitzicht stelt aan allen die hem werkelijk liefhebben en dienen. „Een ieder die deze hoop op hem stelt, zuivert zich zoals hij zuiver is.” — 1 Joh. 3:3.
De vrees God te mishagen, een goed geweten, dankbare waardering en de hoop op eeuwig leven — hoe kunt u dit alles versterken? Jehovah God heeft daarvoor drie basishulpmiddelen verschaft. Een van deze is zijn Woord. Lees het dagelijks. Bestudeer het (2 Tim. 3:16, 17). Een andere hulp is Gods heilige geest, die u helpt zijn Woord te begrijpen en u sterkt in uw beslissing een zuiver hart te bezitten (Luk. 11:13; 1 Kor. 2:9, 10). Ook heeft God voorzien in een zichtbare organisatie, een „getrouwe en beleidvolle slaaf” die u van geestelijk voedsel voorziet. Deze organisatie publiceert bijbelse studiehulpmiddelen en treft regelingen voor vergaderingen waar u kunt samenkomen met medechristenen die zich er evenals u om bekommeren een zuiver hart te bezitten. — Matth. 24:45-47; Hebr. 10:23-25.
Zullen allen die een zuiver hart bezitten. God letterlijk van aangezicht tot aangezicht zien? Neen, dat zal slechts het geval zijn met degenen op wie deze ’zaligsprekingen’ of gelukkigverklaringen in de eerste plaats van toepassing zijn. Dat zijn Jezus’ gezalfde volgelingen, aan wie geschreven is: „Geliefden, thans zijn wij kinderen van God, maar wat wij zullen zijn, is nog niet openbaar gemaakt. Wil weten wel dat wanneer hij openbaar wordt gemaakt, wij aan hem gelijk zullen zijn, want wij zullen hem [God] zien zoals hij is” (1 Joh. 3:2). Hoe zal dit mogelijk zijn? Doordat zij een onverderfelijk, onsterfelijk, geestelijk lichaam zullen bezitten, zij zullen deelhebbers zijn aan de goddelijke natuur. Betreffende hen staat er geschreven: „Want dit wat verderfelijk is, moet onverderfelijkheid aandoen en dit wat sterfelijk is, moet onsterfelijkheid aandoen.” En ook: „Hij [heeft] ons vrijelijk de kostbare en zeer grootse beloften gegeven, opdat gij daardoor deelhebbers aan de goddelijke natuur moogt worden.” — 1 Kor. 15:53; 2 Petr. 1:4.
Zullen dezen de enigen zijn die het geluk ervaren dat in Matthéüs 5:8 wordt genoemd? Neen, want er bestaat meer dan één manier waarop men God kan zien. Men kan hem letterlijk of figuurlijk zien. Herinnert u zich die oude, getrouwe dienstknecht van Jehovah God, Job? Nadat God hem had ingelicht en terechtgewezen kon Job tot God zeggen: „Van horen zeggen heb ik omtrent u vernomen, maar nu heeft mijn eigen oog u gezien” (Job 42:5). Degenen die de „grote schare” vormen die in Openbaring 7:9 wordt genoemd, zullen God zien op de wijze zoals Job, met de ’ogen van hun hart’. Dit was een van de redenen waarom Jezus naar de aarde kwam, om zijn hemelse Vader aan de mensen te openbaren, opdat zij hem zouden ’zien’. — Luk. 10:22: Joh. 14:9. Ef. 1:18.
Laten daarom allen die God en rechtvaardigheid liefhebben, ernaar streven zuiver van hart te zijn en aldus de verzekering te hebben dat zij God zullen zien, hetzij letterlijk, bij de „eerste opstanding”, of figuurlijk, met de ogen van hun hart. — Openb. 20:6.