Zal er ooit vrede komen op aarde?
De wereld valt van de ene crisis in de andere. Zal men ooit uit de greep van de vrees worden bevrijd?
HET meisje wilde vrede, maar zij was bang. Zij merkte de onheilspellende loop der wereldgebeurtenissen op en vroeg zich af hoe haar leven zou verlopen. Zij schreef aan een grote krant en zei:
Ik ben een van de 16-jarige meisjes die hun wereld in de leegte van de dood zien glijden.
Ik luister dagelijks in de hoop niet het gestamp van mannenvoeten te horen die zich naar het einde van een wereld bewegen, een wereld die ik pas begonnen ben te voelen, te horen en te zien.
Ik weet dat als de tijd komt, er geen ontsnapping zal zijn, noch van de barmhartige snelheid van de bom, noch van de langzame foltering van onbarmhartige atoomstraling. . . .
Ik wacht op het teken dat mij vertelt dat ik eens zal kunnen ademhalen en zien, zonder van angst een brok in mijn keel en een waas dat in mijn ogen steekt.
Ik wacht erop dat de mensen die het lot van mijn wereld in handen hebben mij vertellen dat ik het recht heb volwassen te worden, te trouwen en kinderen te krijgen die niet op zo’n plaats zullen leven, die niet bang zullen zijn om zelfs deze nachtmerrie van een wereld te verliezen eer zij ze hebben leren kennen. — New York Times van 18 september 1961.
De brief van dit meisje werd geschreven in 1961. Is haar verlangen naar vrede in de tijd die sinds dat jaar is verstreken dichter bij de verwezenlijking gekomen? Is vrijheid van vrees dichter bij de werkelijkheid gekomen?
In 1965 wordt ons in een redactioneel artikel op dezelfde pagina van dezelfde krant het volgende verteld:
Het is een angstige maar onontkoombare gedachte dat de wereld sinds april 1963, toen paus Joannes zijn opmerkenswaardige oproep deed voor ’een gemeenschap van volken, gebaseerd op waarheid, rechtvaardigheid, liefde en vrijheid’, van elkaar vervreemd en nog meer versplinterd is. Deze tijd zou zelfs zijn wonderbaarlijke gave van optimisme en geloof in de mensheid op de proef hebben gesteld.
Door de hele geschiedenis heen zijn er op verschillende tijden verschillende elementen aan het werk geweest om een anker, een amalgamatie, een bron van eenheid voor gemeenschappen te verschaffen. Er bestonden familiebanden, grote alleenheersers, grote keizerrijken, grote wereldgodsdiensten en, in recente tijden, politieke ideologieën. Thans schijnt geen van deze factoren sterk genoeg om samenlevingen in bedwang te houden of naties en volken in vrede te verenigen.
Dit tijdperk is de weg kwijtgeraakt en doolt huilend van woede en om zich heenslaand van pijn in de wildernis rond. — New York Times van 18 februari 1965.
Naties en afzonderlijke personen worden dus vijandiger, en de wereld wordt steeds dichter naar een catastrofale kernoorlog gevoerd. De verschrikkelijke gevolgen van een dergelijke oorlog werden kort geleden duidelijk gemaakt door de staatssecretaris van defensie van de Verenigde Staten. Hij schatte de tol aan mensenlevens in geval van een bomaanval van de Sowjet op steden in de Verenigde Staten, op 149 miljoen! Een wraakoefening op de Sowjet-Unie zou 100 miljoen levens eisen en naar schatting 80% van de industriële capaciteit van die natie vernietigen, zo zei hij!
En dat is nog niet alles wat de vrede thans bedreigt. Thans bezitten ook andere landen, inclusief communistisch China, kernwapens. Daarenboven zouden binnen tien of twintig jaar ook vele kleinere naties gemakkelijk atoommogendheden kunnen worden. Zonder centraal toezicht zouden kleine geschillen op een wereldomvattende nucleaire slachting kunnen uitlopen.
Werkelijk, de wereld schijnt krankzinnig te worden! Niet alleen dat de vrede thans verder af is dan ooit, maar het schijnt met het oog op de rijzende geschillen tussen naties, blokken van naties, gemeenschappen en raciale groepen, volslagen irreëel te verwachten dat er nog vrede komt.
BESTAAT ER EEN ANTWOORD?
De geschiedenis van de mensheid is niet vreedzaam geweest. Integendeel, ze is vol conflicten en bloedvergieten geweest. Telkens weer zijn er naties aan de macht gekomen, in wilde drift tegen hun buren opgetreden en hebben een gedeelte van de bewoonde aarde in duisternis en pijn gehuld. Met de dodelijke vernietigingswapens waartoe de wetenschap heeft bijgedragen, werd het kwaad verhoogd en het terrein vergroot totdat het wereldomvattend werd. Thans heeft de bedreiging van de vrede een nieuw hoogtepunt bereikt. Het voortbestaan van de gehele mensheid staat op het spel!
Waarom bestaat deze toestand nu al zo lang? Waarom werd de aarde telkens weer in bloed gedrenkt en vloeide er o zo vaak onschuldig bloed? Zal er ooit algehele vrede op aarde komen? Bestaan er waarheidsgetrouwe en bevredigende antwoorden op dergelijke vragen? Jawel. Maar deze antwoorden kunnen niet gevonden worden in de geschiedenissen of filosofieën van mensen. Was dit wel het geval, dan zouden de vele remedies die voor de kwalen van de wereld zijn voorgesteld en geprobeerd, tegen deze tijd succes hebben gehad. Maar dat is niet het geval. Ze hebben alle gefaald.
De antwoorden moeten komen van Iemand die de wreedheid van mens tegen mens niet alleen ziet, maar ook weet waarom het plaatsvindt en wat het definitieve geneesmiddel is. Die Iemand kan alleen de Schepper van de mens, Jehovah God, zijn. Evenals de voortbrenger van een machine het beste kan zeggen wat er zal gebeuren als men er niet goed mee omgaat en wat er gedaan moet worden als ze niet goed werkt, zo ook met ’s mensen Voortbrenger of Schepper, God. Daar hij de mens heeft gemaakt, weet hij wat dit schepsel moet doen om goed in de menselijke maatschappij te functioneren. Hij weet waarom zo’n menselijke maatschappij achteruitgaat en waarom ze in toenemende mate slechter wordt. Hij kan ons vertellen waarom vrede zo ver van de zuchtende mensheid is verwijderd. Hij kan ons bovendien vertellen wat de toekomst brengt en wat het geneesmiddel is. Ja, de Almachtige God, Jehovah, kan de vraag beantwoorden: Zal er ooit vrede komen?
WAAROM IS DE VREDE VERDWENEN?
Het begin van de menselijke familie zou niet beter hebben kunnen zijn. Volmaakt geschapen, werden man en vrouw in een paradijs van algehele vrede geplaatst, kregen aangenaam werk, en zouden deze begeerlijke toestanden over de gehele lengte en breedte van de aarde beginnen uit te breiden. De aarde zelf zou voor de mensheid overvloedig veel voortbrengen en zelfs de dieren zouden vreedzaam zijn. De slotsom was: „God zag alles wat Hij gemaakt had, en zie, het was zeer goed.” — Gen. 1:31.
Niets zou deze vrede in de weg kunnen staan, mits de sleutel tot het menselijke gedrag, de geest, functioneerde zoals hij moest. Dit zou gebeuren zolang de mens zijn geest met gezonde gedachten zou vullen door te luisteren naar de stem van zijn Schepper en door binnen de hem toegemeten grenzen te blijven. Welke grenzen? Welnu, de grenzen van gehoorzaamheid aan Gods wetten. Zolang de mens Gods rechtvaardige vereisten zou gehoorzamen, zou hij voorspoedig zijn. Niet als hij ze overtrad. Wij kunnen dit vergelijken met de wetten die thans de vrede handhaven. Iemand kan de wet niet overtreden zonder tegenover de burgerlijke autoriteiten strafbaar te zijn. Dit komt de gehele maatschappij ten goede. Gods wetten zijn dezelfde. Ze komen ordelievende mensen ten goede. Indien de mens echter tegen de goddelijke wet in opstand kwam, zou hij „voorzeker sterven” werd hem gezegd. — Gen. 2:17.
Het droevige verslag, dat voor ons in de enige betrouwbare geschiedenis uit die oude tijden, de bijbel, werd bewaard, toont aan dat Adam en Eva, de vader en moeder van de hele menselijke familie, de hun gestelde grenzen overschreden. Zij wilden dat waarop zij geen recht hadden. Zij begeerden volledige onafhankelijkheid van God en zijn wetten en bewezen dit door de wet te overtreden. Ten gevolge hiervan werd de straf voltrokken — zij zouden te zijner tijd sterven. Hun lichaam zou niet langer volmaakt blijven, doch zij zouden beginnen te degenereren, totdat de dood hen achterhaalde. Ook hun geest zou degenereren. Omdat zij niet door God en zijn wegen werden geleid, zouden zij in conflict komen met anderen, met het dierenrijk, en zelfs met hun eigen lichaam. Omdat zij God hadden verworpen, begon door hun toedoen de mens daar even zeker te vallen als een steen doet die van een hoogte wordt afgeworpen. — Gen. 3:17-19.
Niet alleen traden nu degeneratie en de dood de menselijke familie binnen, maar ook vredebreuk. De mensen begonnen met elkaar te twisten. Haat en achterdocht, geweld en bloedvergieten verslonden de mensenmaatschappij, totdat, meer dan 1600 jaar later, de toestand was zoals de bijbel die beschrijft: „De aarde nu was verdorven voor Gods aangezicht, en de aarde was vol geweldenarij. En God zag de aarde aan, en zie, zij was verdorven, want al wat leeft had zijn weg op aarde verdorven.” — Gen. 6:11, 12.
Een vredige wereld veranderde spoedig in een onvredige wereld. Van dit alles kon God echter niet de schuld worden gegeven. Het gebeurde toen de mens onafhankelijk van God wilde zijn. En daar God de mens tot een vrij moreel handelend individu maakte, zou Hij dit experiment tijdelijk toelaten. Beschouw de gevolgen! Kunt u zeggen dat de ervaring die de mensheid in de afgelopen 6000 jaren heeft opgedaan vredig, gelukkig en succesvol is geweest? Natuurlijk niet! Pijn, ellende, verdriet, tranen en de dood zijn door de eeuwen heen het lot van de mens geweest, totdat denkende personen zich thans afvragen of de mensheid als geheel zal blijven bestaan!
ZAL DE VREDE WEERKEREN?
God heeft het opstandige gedrag van de mens getolereerd, doch slechts tijdelijk. Als een liefdevolle God kon hij niet gedogen dat zijn aarde en de schepselen erop voor altijd misbruikt zouden worden. Daarom zal goddeloosheid niet veel langer op aarde voortduren. Door zijn profeten en geschreven Woord heeft God herhaaldelijk gewaarschuwd dat er een eind zou komen aan de ongehoorzaamheid van mensen en naties. — 2 Thess. 1:8; Hebr. 5:9.
De krankzinnige stormloop van de naties naar een kernvernietiging zal door God gestuit worden. Hij heeft beloofd: „Boosdoeners worden uitgeroeid . . . Immers nog een wijle, en de goddeloze is niet meer; als gij let op zijn plaats, dan is hij niet meer; maar de ootmoedigen beërven het land en verlustigen zich in groten vrede.” — Ps. 37:9-11.
God heeft het experiment van de mens, in onafhankelijkheid van Hem, lang genoeg getolereerd zodat niemand God ervan kan beschuldigen de mens niet voldoende gelegenheid te hebben gegeven zijn eigen oplossingen te vinden. Zij hebben die gelegenheid gehad. Zij hebben jammerlijk gefaald. De bijbelse profetie toont daarom duidelijk aan, dat het voor God nu de tijd is in te grijpen, goddeloosheid te vernietigen en de volledige zeggenschap over de aangelegenheden van de mens over te nemen. Jezus Christus zelf heeft evenals de apostel Paulus voorzegd dat de nood van de naties die thans zo zichtbaar is, een bewijs zou zijn dat wij ons in de „laatste dagen” van deze wereld bevinden (Matth. 24:3-14; 2 Tim. 3:1-5). Vandaar dat Gods toorn tegen deze chaotische wereld spoedig tot uitdrukking zal worden gebracht, evenals zijn gunst zal worden verleend aan hen die hem liefhebben. Over onze tijd staat daarom geschreven: „Úw gramschap kwam, en de bestemde tijd om de doden te oordelen en om aan uw slaven, de profeten, en aan de heiligen en aan hen die uw naam vrezen, de kleinen en de groten, hun beloning te geven, en om te verderven die de aarde verderven.” — Openb. 11:18.
DE VREDE DIE ZAL WEERKEREN
Het einde van dit huidige boze samenstel van dingen betekent dat de vrede die God oorspronkelijk voor de aarde bedoelde, erop zal weerkeren. Ze zal niet langer een plaats zijn die vervuld is van haat en geweld. Ook zal Gods recht om te regeren definitief worden bevestigd. Die kwestie zal voor altijd zijn afgedaan en nooit zal aan mensen meer de volstrekte onafhankelijkheid worden vergund om de vrede met hun verdeeldheid brengende experimenten en ideeën te bederven.
De overlevenden van het einde van deze wereld zullen gezegend worden met vrede, want, zoals de psalmist van God zei: „Die oorlogen doet ophouden tot het einde der aarde, den boog verbreekt, de lans stukslaat, de strijdwagens met vuur verbrandt” (Ps. 46:10 9). „Groot zal de heerschappij zijn en eindeloos de vrede.” — Jes. 9:6 7.
Ook zal de mens niet slechts zeventig jaar leven om dan in de dood te worden afgesneden. In Gods nieuwe ordening zal Zijn geneeskracht zich tot alle mensen uitstrekken. Zij zullen geleidelijk tot volmaaktheid worden opgeheven, om welke reden Jezus over die tijd kon spreken als over de „herschepping” (Matth. 19:28). Zelfs velen van de doden zullen er voordeel van trekken, want degenen die God uitkiest, zullen uit de opstanding te voorschijn komen. — Joh. 5:28, 29.
Als volmaaktheid van geest en lichaam is teruggekeerd, zullen ziekte en dood ten gevolge van Adam tot het verleden behoren. Daarom kon de psalmist zeggen: „De rechtvaardigen beërven het land en wonen daarin voor immer” (Ps. 37:29). Als toevoeging aan dit grootse beeld van komende dingen, verklaart de apostel Johannes onder inspiratie: „God zelf zal bij hen zijn. En hij zal elke traan uit hun ogen wegwissen, en de dood zal niet meer zijn, noch rouw, noch geschreeuw, noch pijn zal er meer zijn. De vroegere dingen zijn voorbijgegaan” (Openb. 21:3, 4). Dit alles betekent dat de vredige toestanden die voor die tijd zijn beloofd, zullen voortduren, daar alle dingen en alle personen die de vrede verbreken, verwijderd zullen worden.
Klinkt dit te mooi om waar te zijn? God zelf verdrijft de twijfel, door te zeggen: „Schrijf, want deze woorden zijn getrouw en waarachtig” (Openb. 21:5). U kunt dus met vertrouwen uitzien naar de vervulling van Gods belofte van vrede in een rechtvaardige nieuwe ordening.
ZULT U DIE VREDE GENIETEN?
Er zal stellig vrede zijn. Maar zult ú er zijn? Zult u leven om de verwezenlijking ervan te genieten? Indien u in de zegeningen van een hersteld paradijs wilt delen, zult u moeten leren wat Gods voornemens en vereisten zijn, want alleen zij die doen wat God verlangt, zal hij met vrede zegenen.
Om meer over God te vernemen, moet u naar de plaats gaan waar hij zich openbaart. Die plaats is zijn Woord, de bijbel. Lees wat daarin staat over uw verplichtingen jegens uw Schepper. Verneem welke dingen u moet doen om het einde van dit goddeloze samenstel van dingen te overleven, en doe die dan. Zoek ook Gods volk op dat hetzelfde doet en verbind u met hen. Dit volk zal u helpen de gehoorzaamheid aan God te leren waarin uw voorvader Adam nalatig is geworden.
Door u op God te leren verlaten en zijn wil te doen, kunt u zich voorbereiden op de komende tijd van vrede, die thans zo nabij is. En ook al leeft u in een meer en meer verdeelde wereld, u zult de toekomst met vertrouwen tegemoet kunnen zien, gelukkig in de wetenschap dat u kunt delen in de verwezenlijking van Gods beloften omdat u zijn wil doet, want „de wereld gaat . . . voorbij en ook haar begeerte, maar wie de wil van God doet, blijft in eeuwigheid.” — 1 Joh. 2:17.