Na Armageddon een rechtvaardige nieuwe wereld
Armageddon zal de aarde van alle onrechtvaardigheid reinigen. Op grond waarvan zijn wij er echter van verzekerd dat de nieuwe wereld van na Armageddon altijd rechtvaardig zal blijven?
VELEN lijkt de komst van een rechtvaardige wereld iets ongelooflijks toe. Hoe zouden de bewoners van een dergelijke wereld ertoe gebracht kunnen worden de weg der rechtvaardigheid te blijven bewandelen? Welke verzekering is er dat de regering niet corrupt zal worden en de mensen zal gaan onderdrukken? Vele mensen gaan op de wereldlijke geschiedenis af en zien maar weinig reden voor hoop op een rechtvaardige nieuwe wereld. Het kan gebeuren dat zij door twijfelachtigheid agnostici worden, zoals de Amerikaanse jurist R. G. Ingersoll, die de regeringen uit het verleden aan een onderzoek onderwierp en zei:
„Wanneer een regering niet op vrijheid en gerechtigheid is gefundeerd, kan ze niet blijven bestaan. Alle wrakken aan weerszijden van de stroom des tijds, alle ruïnes van de grote steden en alle natiën die zijn verdwenen — ze vormen alle een waarschuwing dat geen natie die op ongerechtigheid is gefundeerd, van blijvende duur is. Uit het door zand omringde Egypte, uit de marmerwoestenij van Athene en uit elke gevallen, verbrokkelde steen van het vroeger zo machtige Rome, stijgt als het ware de jammerklacht, de roep op, dat geen enkele natie die op ongerechtigheid is gefundeerd, kan blijven bestaan.”a
Zelfs personen die het aan geloof in Gods Heilige Woord, de bijbel, ontbreekt, zijn dus geneigd te erkennen dat voor een rechtvaardige wereld, een rechtvaardige regering een eerste en onontbeerlijk vereiste is. Indien twijfelende of agnostische personen zich tot de bijbel zouden wenden, Gods beloften aan een grondig onderzoek zouden onderwerpen en zouden zien hoe hij in het verleden in overeenstemming hiermee heeft gehandeld, zou dit een verzekering voor hen kunnen vormen dat een rechtvaardige nieuwe wereld niet alleen mogelijk, maar ook zeker is.
ALLE ONRECHTVAARDIGHEID UITGEROEID
Het spreekt vanzelf dat, wil een dergelijke wereld ooit levensvatbaarheid bezitten, eerst alle onrechtvaardigheid moet worden uitgeroeid of weggevaagd, zodat er geen verdervende invloeden blijven bestaan. De Almachtige God zal dit doen in „de oorlog van de grote dag van God de Almachtige”. Die voorzegde „dag des toorns en der openbaring van het rechtvaardig oordeel Gods”, en — zoals de apostel Petrus deze beschrijft — „den dag van het oordeel en van den ondergang der goddeloze mensen”, zal een grote dag zijn. Petrus verzekert ons voorts dat de goddeloosheid dan grondig zal worden uitgeroeid: „De dag des Heren zal komen als een dief. Op dien dag zullen de hemelen met gedruis voorbijgaan en de elementen door vuur vergaan, en de aarde en de werken daarop zullen gevonden worden.” — Openb. 16:14, NW; Rom. 2:5; 2 Petr. 3:7, 10.
In Armageddon zal deze aarde of mensenmaatschappij derhalve als onrechtvaardig aan de kaak worden gesteld. Geen enkele onrechtvaardigheid zal voor Gods ogen verborgen en derhalve ongestraft blijven, want het profetische woord luidt als volgt: „Want zie, de HERE verlaat zijn plaats om de ongerechtigheid der bewoners van de aarde aan hen te bezoeken; dan zal de aarde het op haar vergoten bloed aan het licht brengen” (Jes. 26:21). Alle onrechtvaardigheid zal derhalve worden geopenbaard en de straf zal worden toegediend door Jehovah’s hemelse oordeelsvoltrekkers onder aanvoering van de koning Jezus Christus, over wie profetisch staat geschreven: „Gord Uw zwaard aan de heup, o Held! Uw Majesteit en Uw heerlijkheid. En rijd voorspoediglijk in Uw heerlijkheid, op het woord der waarheid en rechtvaardige zachtmoedigheid; en Uw rechterhand zal U vreselijke dingen leren. Uw pijlen zijn scherp; volken zullen onder U vallen; zij treffen in het hart van des Konings vijanden.” — Ps. 45:4-6 3-5, SV.
In Armageddon neemt de koning Jezus Christus zijn zwaard op waarmee hij de natiën die de aarde ruïneren, zal neerslaan en vernietigen. Hij gordt niet alleen de door het zwaard voorgestelde autoriteit om het oordeel te voltrekken aan, maar ook majesteit en heerlijkheid, zodat hij optrekt in de glorieuze rol van Jehovah’s Koning en Rechtvaardiger. Gods Strijder-Koning rijdt in het belang der waarheid naar de „oorlog van de grote dag van God de Almachtige”, ten einde de waarheid van Gods gehele geschreven Woord te bevestigen. Hij rijdt op zijn symbolische strijdros naar Armageddon om Jehovah’s universele soevereiniteit te rechtvaardigen en de goddelijke naam te heiligen — de grootste daad van rechtvaardigheid. Ook ten behoeve van het bevestigen van rechtvaardigheid in het gehele universum rijdt hij naar de overwinning. Het boek Openbaring beeldt af dat de Koning een wit paard berijdt en een boog bij zich heeft waarmee hij pijlen op al zijn vijanden afschiet (Openb. 6:1, 2; 19:11-16). Deze geoefende Boogschutter mist zijn doel niet, waardoor hij rechtvaardige personen zou doden; met grote snelheid laat hij zijn pijlen naar het hart van allen die Gods rechtvaardige nieuwe wereld tegenstaan, snellen. Geen enkele vijand van rechtvaardigheid zal de zegevierende rit van de Koning, waardoor de triomfantelijke komst van een rechtvaardige nieuwe wereld wordt gegarandeerd, overleven.
RECHTVAARDIGE REGEERDER EN REGERING
Na een beschrijving van de Armageddon-rit van de Koning in het belang van rechtvaardigheid, geeft de geïnspireerde psalmist ons de verzekering dat de regering van de nieuwe wereld nooit verdorven zal worden, want over de Regeerder in kwestie staat er geschreven: „Uw troon, o God! is eeuwiglijk en altoos; de scepter Uws Koninkrijks is een scepter der rechtmatigheid. Gij hebt gerechtigheid lief, en haat goddeloosheid; daarom heeft U, o God! Uw God gezalfd met vreugdeolie, boven Uw medegenoten.” — Ps. 45:7, 8 6, 7, SV; Hebr. 1:8, 9.
Jezus Christus werd, toen hij in 1914 n. Chr. als Koning op zijn hemelse troon werd geïnstalleerd — hetgeen, zoals in dit tijdschrift vaak is verklaard, een vervulling van de bijbelse profetieën vormde — met „vreugdeolie” gezalfd. Dat was voor Jezus Christus een tijd van vreugde, een uitermate verfrissende ervaring waarop hij aan Gods rechterhand negentien eeuwen had gewacht. Nu hem de vreugde Jehovah’s over het gehele universum regerende Koning te zijn, ten deel is gevallen, zal hij zijn macht nooit misbruiken. De scepter van zijn koningschap is er een van rechtmatigheid en oprechtheid, het is er een waarin nooit ook maar de geringste onoprechtheid zal voorkomen. Jezus gaf er tijdens zijn verblijf op aarde, en zelfs tot in de dood die hij in getrouwheid aan God stierf, blijk van rechtvaardigheid lief te hebben en goddeloosheid te haten. Nu is hij echter uit de doden opgewekt en in een verantwoordelijke positie geplaatst waarin hij voor rechtvaardigheid kan strijden en deze met alle benodigde kracht in hemel en op aarde kan afdwingen. Bovendien verandert hij niet, want „Jezus Christus is gisteren en heden dezelfde en tot in eeuwigheid”. — Hebr. 13:8.
Laten daarom alle personen die naar een rechtvaardige regering hebben verlangd, met het oog op deze verzekering van God naar Jehovah’s Koning opzien en zich verheugen, in de wetenschap dat hij zich nooit aan verdorvenheid en onderdrukking zal schuldig maken. Het koninkrijk van God, dat bij Jezus Christus berust, zal door de rechtvaardige „nieuwe hemelen” van die nieuwe wereld worden gevormd, en Gods belofte zal vervuld worden, precies zoals door de apostel Petrus werd verklaard nadat hij een beschrijving had gegeven van het openbaren en straffen van alle onrechtvaardigheid: „Wij verwachten echter naar zijn belofte nieuwe hemelen en een nieuwe aarde, waar gerechtigheid woont.” — 2 Petr. 3:13.
Dat in Gods nieuwe wereld rechtvaardigheid vast gefundeerd zal zijn, wordt ons verder verzekerd door het feit dat de koning Jezus Christus eveneens de Rechter zal zijn. De apostel Paulus schreef over hem: Hij, God, heeft „een dag . . . bepaald, waarop Hij den aardbodem rechtvaardig zal oordelen door een man, dien Hij aangewezen heeft, waarvan Hij voor allen het bewijs geleverd heeft door Hem uit de doden op te wekken” (Hand. 17:31). Dat Jehovah Jezus Christus uit de doden heeft opgewekt, vormt een verzekering dat alle inwoners van de nieuwe wereld rechtvaardig zullen worden geoordeeld, met inbegrip van al degenen die in de door Jezus genoemde „opstanding ten oordeel” tot het leven terugkeren (Joh. 5:28, 29). Gods Koning en Rechter zal niet naar het uiterlijk of op basis van geruchten en geroddel oordelen, maar hij zal de van Jehovah God afkomstige geest van wijsheid bezitten. Bovendien legt hij vrees voor Jehovah aan de dag; zo gaf de profeet Jesaja de volgende beschrijving van Degene die door God is aangesteld om de rechtvaardige nieuwe wereld te regeren en te richten:
„En op hem zal de Geest des HEREN rusten, de Geest van wijsheid en verstand, de Geest van raad en sterkte, de Geest van kennis en vreze des HEREN; ja, zijn lust zal zijn in de vreze des HEREN. Hij zal niet richten naar hetgeen zijn ogen zien, noch recht spreken naar hetgeen zijn oren horen; want hij zal de geringen in gerechtigheid richten en over de ootmoedigen des lands in billijkheid recht spreken.” — Jes. 11:2-4.
Jezus Christus is inderdaad de ideale Regeerder en Rechter want hij regeert in de vrees van Jehovah. Welk een zegeningen betekent dit voor de gehoorzame mensheid! De vroegere koning David sprak in zijn laatste woorden over deze gezegende tijd, en zei: „Israëls God spreekt, Israëls Rots zegt tot mij: Een rechtvaardige heerser over de mensen, een heerser in de vreze Gods, hij is als het morgenlicht bij het opgaan der zon, een morgen zonder wolken: door den glans na den regen spruit jong groen uit de aarde” (2 Sam. 23:3, 4). Jehovah vergelijkt de godvrezende regeerder aldus met de invloed van zonneschijn op een wolkeloze morgen nadat het geregend heeft, waardoor de groeiende vegetatie op aarde wordt verfrist en nieuwe kracht ontvangt en het jonge groen uit de aarde spruit. De atmosfeer van de nieuwe wereld zal derhalve verfrissend zijn. Onder een dergelijke Jehovah-vrezende Koning zal het leven in een nieuwe wereld dus door niets onaangenaams, niets wat naar ongerechtigheid riekt, worden bedorven; vandaar dat de psalmist met de volgende woorden die heerlijke tijd voor ons afschildert:
„Hij richte uw volk met gerechtigheid, uw ellendigen met recht. Hij zij als de regen die neerdaalt op het grasland, als regenbuien die de aarde besproeien. In zijn dagen bloeie de rechtvaardige en grote vrede, totdat er geen maan meer is.” — Ps. 72:2, 6, 7.
BEWONERS ZULLEN RECHTVAARDIG BLIJVEN
Niet alleen zal de regering van de nieuwe wereld rechtvaardig blijven, maar ook de bewoners moeten de weg der rechtvaardigheid blijven bewandelen. En dit zúllen zij ook. In die nieuwe wereld zal niemand leven die niet van waarheid en rechtvaardigheid houdt en zich niet in overeenstemming met de beginselen der oprechtheid gedraagt. Allen moeten Gods rechtvaardigheid leren kennen, zoals in Jesaja 26:9 werd voorzegd: „Van ganser harte verlang ik naar U in den nacht, ja, uit het diepst van mijn gemoed zoek ik U; want wanneer uw gerichten op de aarde zijn, leren de inwoners der wereld gerechtigheid.” De bewoners van Gods nieuwe wereld zullen, doordat zij de weg der rechtvaardigheid blijven bewandelen, overvloedige zegeningen ontvangen. Hun eigen redding zal zeker zijn: „Druppelt, hemelen, van boven en laten de wolken gerechtigheid doen neerstromen; de aarde opene zich, opdat het heil [de redding, NW] ontluike en zij daarbij gerechtigheid doe uitspruiten! Ik, de HERE, heb dit geschapen.” — Jes. 45:8.
Wil men in Gods rechtvaardige nieuwe wereld kunnen leven en voor redding tot eeuwig leven in volmaakte gezondheid in aanmerking komen, dan kan men niet tot na Armageddon wachten met het leren kennen van rechtvaardigheid. Men moet er thans een begin mee maken en het bevel van Jezus Christus gehoorzamen: „Blijft dan eerst het koninkrijk en zijn rechtvaardigheid zoeken” (Matth. 6:33, NW). Wij moeten onszelf daarom thans in overeenstemming brengen met Gods rechtvaardigheid, door ons vertrouwd te maken met de levenswijze die hij wil dat wij volgen. Wij kunnen God niet misleiden door veel uiterlijk vertoon van oprechtheid. In Jezus’ dagen probeerden de religieuze leiders dit, maar Jezus wist wat er werkelijk in hun hart omging: „Wee u, schriftgeleerden en Farizeeën, gij huichelaars, want gij gelijkt op gewitte graven, die van buiten wel schoon schijnen, maar van binnen vol zijn van doodsbeenderen en allerlei onreinheid. Zo ook gij, van buiten schijnt gij den mensen wel rechtvaardig, doch van binnen zijt gij vol huichelarij en wetsverachting.” — Matth. 23:27, 28.
Wij kunnen een wetteloos hart dus niet onder een dekmantel van uiterlijke rechtvaardigheid verbergen; God ziet wat wij van binnen zijn. Wij moeten eraan denken dat Gods geest van overleg, wijsheid en kennis op de Rechter en Koning, Jezus Christus, rust, en dat de Opperste Soeverein van het universum, de Onderzoeker der harten, achter hem staat: „De HERE doorzoekt alle harten en doorgrondt al wat de gedachten beramen.” „De smeltkroes is voor het zilver en de oven voor het goud, maar de toetser der harten is de HERE” (1 Kron. 28:9; Spr. 17:3). Deze Onderzoeker of Toetser van harten heeft geen enkel mechanisch instrument, zoals een röntgenapparaat, nodig. Hij kan gemakkelijk vaststellen wat iemand innerlijk is, wat zijn intiemste gedachten zijn. Aldus doorzoekt Jehovah het hart en bepaalt hij of iemand een goed hart bezit, of zijn gedachten en beweegredenen rechtvaardig zijn. Daar in Armageddon geen enkele onrechtvaardigheid verborgen en ongestraft zal blijven, is het er thans de tijd voor om voor de rechtvaardige nieuwe wereld te gaan leven.
Dat aldus van de zijde van God de harten worden doorzocht, garandeert bovendien dat de nieuwe wereld voor altijd rechtvaardig zal blijven. Jehovah stelt belang in iemands hartetoestand omdat hij zich ermee bezighoudt schepselen voor eeuwig leven in die nieuwe wereld te rechtvaardigen. Indien iemand met een onrechtvaardig hart het recht zou worden geschonken om voor eeuwig te leven, zou in de toekomst de een of andere vorm van verdorvenheid of opstandigheid de kop opsteken. Jehovah maakt echter uit of iemands hart vast in rechtschapenheid is geworteld; dan weet God dat een dergelijke persoon de gift van eeuwig leven waard is.
Dat is dus de hoop voor allen die van het goede houden. Zie op naar Gods koning, Jezus Christus, en naar zijn hemelse koninkrijk. Toon uw geloof door thans alle noodzakelijke stappen te doen om leven in de rechtvaardige nieuwe wereld te verwerven. Laat de Nieuwe-Wereldmaatschappij van Jehovah’s getuigen u helpen. De leden van déze maatschappij stellen er belang in dat ook u de zegeningen zult genieten die in Psalm 85:11, 12 10, 11 zijn voorzegd: „Goedertierenheid en trouw ontmoeten elkander, gerechtigheid en vrede kussen elkaar, trouw spruit voort uit de aarde, en gerechtigheid ziet neder van den hemel.”
[Voetnoten]
a The Great Quotations, verzameld door G. Seldes, blz. 350.