De God van liefde haat echtscheiding
„Gijlieden moet u hoeden met betrekking tot uw geest, en jegens de vrouw van uw jeugd mag niemand verraderlijk handelen. Want hij [Jehovah] heeft echtscheiding gehaat.” — Mal. 2:15, 16.
1, 2. (a) Welke laakbare handelwijze werd onlangs gevolgd door iemand die een ouderling was geweest? (b) Ten einde welke neiging tegen te gaan, wordt het volgende materiaal besproken?
EEN man die vele jaren achtereen als een ouderling in een christelijke gemeente had gediend, begon problemen in zijn huwelijk te krijgen. Hij pleegde overspel met een wereldse vrouw, in de mening verkerend dat zijn vrouw zich dan van hem zou laten scheiden en hij vrij zou zijn om een medegelovige te trouwen. Tot zijn verbazing was zijn vrouw bereid hem te vergeven en zich met hem te verzoenen. Maar vastbesloten zich vrij te maken, liet hij zich wettelijk scheiden en trouwde hij, nadat de scheiding definitief was, met een andere vrouw. Als gevolg van deze handelwijze werd hij echter uit de christelijke gemeenschap gesloten.
2 Wat zou het fijn zijn wanneer wij zouden kunnen berichten dat zo’n schokkende handelwijze een uitzondering vormde onder degenen die beweren zich aan Jehovah te hebben opgedragen! Maar droevig genoeg is dit niet het geval. Het schijnt zelfs steeds vaker voor te komen dat sommigen de voorkeur geven aan zelfzuchtige genoegens of de gemakkelijkste manier verkiezen om uit een ongelukkige huwelijkssituatie te komen, in plaats dat zij zich aan bijbelse beginselen houden en in gebed naar Jehovah God opzien, zijn Woord raadplegen en de hulp zoeken van de opzieners in de gemeente. Het is te hopen dat wat hier wordt uiteengezet, alle opgedragen christenen ertoe zal brengen hun geest in dit opzicht te versterken, zodat degenen die overwegen zo’n zelfzuchtige handelwijze te volgen, hun situatie opnieuw zullen beschouwen.
3. Wat is de houding van de wereld in het algemeen ten aanzien van echtscheiding?
3 Hoezeer deze neiging ook valt te betreuren, toch hoeft ze ons in werkelijkheid niet te verbazen, gezien hetgeen wij thans in de wereld zien gebeuren. Het is een vaststaand feit dat steeds meer echtparen zich van elkaar laten scheiden. In landen als de Verenigde Staten en Rusland eindigt één huwelijk op de drie in een echtscheiding, en in sommige landen is het percentage bijna één op elke twee huwelijken. Sommige Amerikaanse staten, en trouwens ook een land als Nederland, staan een echtscheiding toe zonder dat er sprake hoeft te zijn van „schuld” van de zijde van een van de partners, hetgeen er ongetwijfeld toe bijdraagt dat echtscheidingen toenemen. Ja, het aantal echtscheidingen zou nog veel groter zijn wanneer niet steeds meer mannen en vrouwen gingen samenleven zonder gehuwd te zijn. Berichten onthullen bijvoorbeeld dat alleen reeds in Brazilië meer dan vier miljoen paren aldus samenwonen.
HOE JEHOVAH ECHTSCHEIDING BEZIET
4, 5. (a) Hoe beziet Jehovah God verraderlijke echtscheiding? (b) Hoe sprak Jezus zich uit over het onderwerp echtscheiding?
4 Hoe beziet Jehovah God echtscheiding? Ziet hij echtscheiding door de vingers, zoals zoveel geestelijken van de christenheid dit doen? Verre van dat! Wij lezen in Maleachi 2:15, 16: „’Gijlieden moet u hoeden met betrekking tot uw geest, en jegens de vrouw van uw jeugd mag niemand verraderlijk handelen. Want hij heeft echtscheiding gehaat’, heeft Jehovah, de God van Israël, gezegd; . . . ’En gij moet u hoeden met betrekking tot uw geest, en gij moogt niet verraderlijk handelen.’” Jezus Christus bracht een overeenkomstige zienswijze tot uitdrukking. Toen de religieuze leiders van zijn tijd hem over de wettigheid van echtscheiding vroegen, antwoordde Jezus: „Hebt gij niet gelezen dat hij die hen van het begin af heeft geschapen, hen als man en als vrouw heeft gemaakt en gezegd heeft: ’Daarom zal een man zijn vader en zijn moeder verlaten en zich hechten aan zijn vrouw, en de twee zullen één vlees zijn’? Zodat zij niet langer twee, maar één vlees zijn. Wat God derhalve onder één juk heeft samengebracht, brenge geen mens vaneen.” — Matth. 19:4-6.
5 Toen de Farizeeën dit antwoord hadden ontvangen, vroegen zij: „Waarom heeft Mozes dan voorgeschreven een certificaat van wegzending te geven en haar door echtscheiding te ontslaan?” Jezus antwoordde: „Mozes heeft u met het oog op de hardheid van uw hart de concessie gedaan uw vrouw door echtscheiding te ontslaan, maar dit is van het begin af niet zo geweest. Ik zeg u dat al wie zich van zijn vrouw laat scheiden, behalve op grond van hoererij, en een ander trouwt, overspel pleegt” (Matth. 19:7-9). Wat leren deze schriftplaatsen ons? Dat noch Jehovah God noch zijn Zoon Jezus Christus de overtreding van Gods wetten inzake huwelijk en echtscheiding licht opvatten. Echtscheiding scheurt uiteen wat Jehovah God heeft samengevoegd. Hij beziet het huwelijk als een band voor het leven.
6. Wat had de wet van Mozes over echtscheiding te zeggen?
6 Daarom werd in het zevende van de Tien Geboden gezegd: „Gij moogt geen overspel plegen” (Ex. 20:14). En bovendien schreef de wet van Mozes voor dat de Israëlieten elke man die overspel pleegde met de vrouw van een ander, alsook de overspeelster, moesten doodstenigen (Lev. 20:10). Zeer terecht laat de apostel Paulus dan ook in Hebreeën 13:4 de waarschuwing weerklinken dat Jehovah God overspelers en hoereerders zal oordelen.
7. Waarom is overspel laakbaarder dan hoererij?
7 Strikt gesproken, is overspel veel ernstiger dan hoererij, dat in woordenboeken wordt gedefinieerd als seksuele betrekkingen tussen personen die niet gehuwd zijn. Maar bij overspel komt nog de factor van schending of verbreking van de huwelijksband. Een ander Nederlands woord voor overspel is dan ook echtbreuk, in welk woord de betekenis ligt opgesloten van een verbreking van de huwelijksband.
WAAROM HAAT JEHOVAH ECHTSCHEIDING?
8, 9. (a) Wat is één reden waarom God verraderlijke echtscheiding haat? (b) Wat is nog een reden voor de haat die hij in dit verband koestert?
8 Jehovah God haat echtscheiding op onschriftuurlijke gronden omdat men hierdoor allereerst tegen hem zondigt. Hij heeft sinds aloude tijden een grote belangstelling voor de instelling van het huwelijk, zodat personen die in dit opzicht in strijd met zijn wil handelen, in werkelijkheid tegen God zondigen. Dat overspel een zonde is tegen God, blijkt uit wat Jozef tegen Potifars vrouw zei toen zij hem ertoe probeerde te verleiden overspel met haar te plegen: „Hoe zou ik . . . deze grote slechtheid kunnen begaan en in werkelijkheid zondigen tegen God?” (Gen. 39:9) En wat zei koning David tot Jehovah toen hij zijn berouw kenbaar maakte over zijn zonde van overspel met Uría’s vrouw? „Tegen u, u alleen, heb ik gezondigd, en wat kwaad is in uw ogen heb ik gedaan.” — Ps. 51:4.a
9 Nog een reden waarom Jehovah God echtscheiding haat, is dat hij belangstelling heeft voor gerechtigheid, voor fair play. In Jakobus 5:1-6 spreekt zijn Woord bijvoorbeeld een krachtige veroordeling uit tegen rijken die hun werknemers onderdrukken. Echtscheiding (die niet is gebaseerd op schriftuurlijke gronden) houdt bijna onveranderlijk in dat men verraderlijk handelt jegens zijn huwelijkspartner, zoals God bij monde van zijn profeet Maleachi verklaarde. De onschuldige partner wordt hierdoor onrecht aangedaan. Evenals Jehovah God in de Mozaïsche wet herhaaldelijk verklaarde dat hij steun verleende aan de zaak van de onderdrukte vaderlozen en weduwen, en degenen zou straffen die hen uitbuitten, zal Jehovah God een ongunstig oordeel vellen over degenen die de mazen in de wet benutten om zich van hun huwelijkspartner te ontdoen, zodat zij met een ander kunnen trouwen. — Deut. 10:17, 18; 27:19.
10. Waarom zou een overspeler een hedonist genoemd kunnen worden?
10 In werkelijkheid zou er van de overspeler gezegd kunnen worden dat hij een hedonist wordt. Een hedonist? Ja, een hedonist is iemand die voornamelijk voor genoegens en zelfzuchtig genot leeft. Iemand die tabak rookt terwijl hij heel goed weet hoe schadelijk dit is, zou een hedonist genoemd kunnen worden (Luk. 8:14; Tit. 3:3, Kingdom Interlinear Translation). Vandaar dat degenen die de genoegens die een echtscheiding en een daarop volgend huwelijk met een ander kunnen brengen, zwaarder laten wegen dan hun verplichting Jehovah God te behagen, hedonisten genoemd kunnen worden. Er kan beslist van hen worden gezegd dat zij meer liefde voor genoegens hebben dan voor God. — 2 Tim. 3:1, 2, 4.
11. Tegen wie zondigt de overspeler die zich van zijn partner laat scheiden, nog meer behalve tegen God en zijn of haar huwelijkspartner?
11 Behalve dat de overspeler die zich van zijn partner laat scheiden, tegen Jehovah God en zijn huwelijkspartner zondigt, zondigt hij ook tegen de gemeente waarmee hij is verbonden, want door zijn handelwijze wordt de goede naam van de gemeente door het slijk gehaald. Door zijn slechte voorbeeld zondigt hij ook tegen de afzonderlijke personen in de gemeente. Toen bijvoorbeeld een nogal op de voorgrond tredende vrouw in een gemeente in de stad New York deze verkeerde handelwijze volgde, gaf dit kort daarna twee andere jongere vrouwen de moed haar voorbeeld te volgen. Zeer terecht gaf de apostel Paulus de waarschuwing anderen niet tot struikelen te brengen. — Fil. 1:9, 10.
12. Welke tot nadenken stemmende vragen dient elke gehuwde christen zich bij wijze van zelfonderzoek te stellen?
12 De bijbel toont duidelijk aan hoe Jehovah God en Jezus Christus over echtscheiding denken. Zij haten echtscheiding! Maar hoe denkt u erover? Hoe beziet u de heilige instelling van het huwelijk? Hebt u Gods zienswijze met betrekking tot echtscheiding, of hebt u zich, precies zoals de wereld in het algemeen, laten beïnvloeden door die kwaadaardige huwelijksverwoester Satan de Duivel? Bent u geneigd het gedrag te vergoelijken van degenen die Gods wetten met betrekking tot het huwelijk, overspel en echtscheiding hebben overtreden? Behoort u tot degenen die, door met personen van het andere geslacht te flirten, met seksuele immoraliteit spelen? (Matth. 5:28; 15:19) Behoedt u uw hart in deze kwesties, of bent u geneigd u over te geven aan aangename, ongeoorloofde fantasieën? — Spr. 4:23.
13. Waaruit blijkt dat bedrog en overspel bijna altijd hand in hand gaan?
13 Echtscheiding en overspel gaan bijna altijd hand in hand. Vooral wanneer er een wettelijke echtscheiding is verkregen zonder dat een van de partners overspel heeft gepleegd, wordt de onschuldige partner ’aan overspel blootgesteld’ (Matth. 5:32). En er bestaat geen twijfel over dat overspel door een van beide partners die persoon geen zuiver geweten zal bezorgen voor het aangezicht van Jehovah God. Hoe zou dit ook kunnen, aangezien het overspel is uitgebroed in bedrog, zoals wij lezen: „Wat het oog van de overspeler betreft, het heeft op de avondschemering gewacht, en hij zegt: ’Geen oog zal mij aanschouwen!’ En op zijn gezicht legt hij een bedekking” (Job 24:15). Hoe bedrieglijk overspel iemand kan maken, blijkt uit de ervaring die aan het begin van dit artikel staat.
14. Hoe zijn de woorden in Psalm 36:1-4 goed van toepassing op de overspeler die zich van zijn of haar partner laat scheiden?
14 Wij worden geholpen echtscheiding door een overspelige partner in het juiste licht te bezien door de woorden van David in Psalm 36:1-4: „De uitspraak van overtreding is voor de goddeloze in het binnenste van zijn hart; geen angst voor God staat hem voor ogen. Want hij heeft te glad jegens zichzelf gehandeld in zijn eigen ogen om zijn dwaling te ontdekken ten einde die te haten. De woorden van zijn mond zijn schadelijkheid en bedrog; hij heeft opgehouden inzicht te hebben om het goede te doen. Dat wat schadelijk is, blijft hij op zijn bed beramen. Hij stelt zich op een weg die niet goed is. Wat slecht is, verwerpt hij niet.” Hoe goed past die beschrijving bij de overspeler die zich van zijn partner laat scheiden!
15. Welke schriftuurlijke beginselen dienen degenen die zich, na overspel gepleegd te hebben, laten scheiden en daarna hertrouwen, ernstig te beschouwen?
15 Het is herhaaldelijk voorgekomen dat personen die uit de gemeenschap waren gesloten omdat zij overspel hadden bedreven, zich van hun partner hadden laten scheiden en waren hertrouwd, slechts ongeveer een jaar na hun uitsluiting weer werden hersteld. De ouderlingen die dergelijke gevallen behandelden, hebben hun beslissing ongetwijfeld gebaseerd op wat Gods Woord over het ten toon spreiden van barmhartigheid heeft te zeggen. Jehovah God is inderdaad barmhartig, en ouderlingen moeten dit ook zijn. Maar tot mannen en vrouwen die op listige wijze zulke stappen hebben beraamd ten einde met elkaar te trouwen, kan er slechts worden gezegd dat ook al hebben de ouderlingen hen hersteld, dat beslist niet het einde van de zaak is. Ouderlingen kunnen hun beslissing alleen maar baseren op de uiterlijke tekenen van berouw, maar zij zijn niet in staat het hart volledig te lezen. Aangezien zij niet de beweegredenen kunnen beoordelen, zullen zij het nu gehuwde paar misschien herstellen. Maar laat dat paar nooit Paulus’ woorden vergeten dat ’God hoereerders en overspelers zal oordelen’ (Hebr. 13:4). In al dergelijke gevallen berust het uiteindelijke oordeel in handen van Jehovah God, die alle omstandigheden kent. Hij kan inderdaad harten lezen, zoals in Jeremia 17:9, 10 wordt gezegd. Hij kent de beweegredenen en is zich bewust van elk bedrog of boosaardig gekonkel van de zijde van personen die zijn wet ten aanzien van het huwelijk overtreden. Ja, „alle dingen liggen naakt en openlijk tentoongesteld voor de ogen van hem aan wie wij rekenschap hebben af te leggen”. Zulke schriftplaatsen dienen ons beslist tot nadenken te stemmen. — Hebr. 4:13.
16. Waarom zou een onschuldige huwelijkspartner er de voorkeur aan kunnen geven, zich niet van de schuldige partner te laten scheiden?
16 Er moet in dit opzicht echter worden opgemerkt dat Gods wet niet van een onschuldige partner verlangt dat hij of zij zich van de overspeler laat scheiden. De omstandigheden kunnen van dien aard zijn dat het een voortreffelijke zaak zou zijn wanneer de onschuldige partij de schuldige vergiffenis zou schenken, vooral als die persoon nederig en oprecht berouw toont. Het is waar dat ontrouw van de zijde van iemands huwelijkspartner een erg vernederende ervaring kan zijn — dat iemands partner elders genoegens en bevrediging heeft trachten te vinden. Maar heel wat liefdevolle echtgenotes en moeders hebben ter wille van hun kinderen een zelfzuchtige of zelfs ontrouwe echtgenoot geduld.
OORZAKEN EN REMEDIES
17. Wat zou het heel goed één reden kunnen zijn waarom sommigen zich hebben vermeten zich, na overspel gepleegd te hebben, van hun partner te laten scheiden en te hertrouwen?
17 Hoe komt het dat sommigen niet staande blijven in de beproeving op hun rechtschapenheid door trouw te blijven aan hun huwelijksverbond? Hiervoor kunnen ongetwijfeld verscheidene oorzaken bestaan. Zou één oorzaak kunnen zijn dat christelijke getuigen van Jehovah geen vrees hebben voor eeuwige pijniging, omdat zij weten dat er niet zo’n plaats als een brandende hel is? Een lutherse geestelijke zei eens tegen een jonge Getuige dat als hij niet in een brandende hel zou geloven, hij allerlei slechtheid zou bedrijven. Ongetwijfeld denken velen in de christenheid hier net zo over. Als ware christenen zijn wij bevrijd van de vrees voor eeuwige pijniging, maar wij willen „deze vrijheid . . . niet als een aanleiding voor het vlees” gebruiken, niet waar? — Gal. 5:13.
18. Welke toestanden maken het noodzakelijk voortdurend op onze hoede te zijn wat onze gedachten en daden op het gebied van seks betreft?
18 In deze tijd is de wereld op seksueel gebied krankzinnig geworden. Vrij geslachtelijk verkeer is aan de orde van de dag. Er bestaat geen twijfel over dat er een toename is in wetteloosheid (Matth. 24:12). Een christen komt op de plaats waar hij of zij werkt, voor allerlei verleidingen te staan, omdat hij of zij is omringd door personen die zich niet door bijbelse beginselen laten leiden en die fysiek aantrekkelijk kunnen lijken. Wij moeten dus voortdurend op onze hoede zijn door zelfbeheersing te oefenen en contacten met personen van de andere sekse die niet onze huwelijkspartner zijn, op een zakelijke basis te houden. Ook moeten wij op onze hoede zijn voor de media — kranten, tijdschriften, televisie en bioscoopfilms. Laten wij ervoor zorgen dat wij niet door middel van de tv in werkelijkheid hoereerders, overspelers en soortgelijke personen in ons huis uitnodigen. Ook dienen wij niet het feit over het hoofd te zien dat een overdaad aan rijke spijzen en drank kan veroorzaken dat een christen, en vooral een broeder, gemakkelijker seksueel wordt geprikkeld. Oefen in alle aspecten van het leven zelfbeheersing! „Haat het slechte.” „Hebt een afschuw van wat goddeloos is.” — Ps. 97:10; Rom. 12:9.
19. Hoe dient de kwestie te worden beschouwd door degenen wier huwelijk iets te wensen overlaat?
19 Ook kan het heel goed mogelijk zijn dat sommige huwelijkspartners niet al te verstandig hebben gehandeld toen zij elkaar uitkozen. Zij kunnen bemerken dat zij niet zo goed bij elkaar passen als zij graag hadden gewild, of zij kunnen teleurgesteld zijn in de intiemere aspecten van het huwelijk. In dat geval gaat het erom dat men het beste van de situatie maakt, waardoor men Jehovah’s regeling eert en rechtvaardigt. De bijbel spreekt met goedkeuring over degene die ’heeft gezworen met betrekking tot wat slecht is voor hemzelf, en het toch niet verandert’ (Ps. 15:4). Eenvoudig gezegd, komt het erop neer dat men in het huwelijk niet alleen het ’zoete’ maar ook het ’bittere’ neemt. In dit verband denken wij aan een ouderling die een grote bekendheid genoot en veel vrienden had onder zijn broeders en zusters. Hij was getrouwd voordat hij een Getuige werd, en zijn ongelovige vrouw deed alles wat zij kon om hem het leven zuur te maken. Toen hem hier eens naar werd gevraagd, antwoordde hij: „Zij heeft een man van mij gemaakt.” Om haar te blijven verdragen, moest hij leren lankmoedig te zijn en moest hij een grote zelfbeheersing oefenen. En hij had de voldoening te weten dat hij de raad van de apostel Paulus opvolgde. — 1 Kor. 7:12-16.
20. Wat zijn enkele omstandigheden die ertoe kunnen bijdragen dat iemand overspelig wordt en zich daarna van zijn partner laat scheiden?
20 Het schijnt echter af en toe voor te komen dat een echtscheiding op grond van overspel vermeden had kunnen worden indien de „onschuldige” partner meer empathie, wijsheid, genegenheid en begrip had getoond. Een echtgenote kan er geleidelijk aan steeds minder aandacht aan schenken haar man in fysiek, mentaal, emotioneel, esthetisch en geestelijk opzicht te behagen, waardoor hij ertoe wordt gebracht elders te gaan kijken om op één of meer van deze gebieden bevrediging te vinden. Zo werd een volle-tijdbedienaar er als gevolg van tegenzin van de zijde van zijn vrouw om hem met betrekking tot de huwelijksplicht ter wille te zijn, ertoe gebracht zich tot haar zuster te wenden voor bevrediging. Natuurlijk bestaat er voor een echtgenoot, ongeacht de wijze waarop zijn vrouw in dit opzicht in gebreke is gebleven, absoluut geen enkele rechtvaardiging voor overspel.
21. (a) Waarom is het verkeerd wanneer iemand zich op verraderlijke wijze van zijn of haar partner laat scheiden? (b) Wat kan er, met betrekking tot verraderlijke echtscheiding, evenwel over Jehovah’s Getuigen in het algemeen worden gezegd?
21 De God van liefde heeft er beslist een goede reden voor om echtscheiding te haten. Wanneer men zich op verraderlijke wijze van zijn partner laat scheiden, zondigt men tegen God, tegen zijn of haar huwelijkspartner, tegen de christelijke gemeente waarmee men is verbonden en tegen de afzonderlijke personen die zich erin bevinden, aangezien deze handelwijze er gemakkelijk toe kan bijdragen dat sommigen tot struikelen worden gebracht. Maar wat is het voortreffelijk dat Jehovah’s Getuigen in het algemeen geen personen zijn die gemakkelijk hun toevlucht nemen tot echtscheiding! Zij staan bekend als een volk dat er ernstig naar streeft Gods raad met betrekking tot het huwelijk toe te passen. Dit maakt hen tot gelukkiger mensen. En hun goede, gelukkige huwelijk wordt vaak door anderen opgemerkt, waardoor sommigen tot de waarheid worden getrokken.
[Voetnoten]
a David had ook tegen Uría gezondigd, maar zijn zonde tegen God was zo groot, dat zijn zonde tegen Uría in vergelijking daarmee onbeduidend leek.
[Illustratie op blz. 20]
Onschriftuurlijke echtscheiding is een zonde tegen anderen
Jehovah
Partner
Afzonderlijke personen
Gemeente