-
„De dood zal er niet meer zijn”De Wachttoren 1960 | 15 mei
-
-
er de voorkeur aan zouden geven opstandig te worden en een ongunstig oordeel van God zouden ontvangen, zullen zij opnieuw sterven. Dat zal voor dezulken de tweede en laatste dood betekenen, de eeuwige dood, die gesymboliseerd wordt door de vuurpoel.
Daar het einde van de Adamitische dood zal betekenen dat de mensen voor onbepaalde tijd zullen kunnen leven zolang zij maar gehoorzaam zijn, kunnen wij daaruit toch niet de conclusie trekken dat de aarde overbevolkt zal worden. Degene die een einde aan de dood kan maken en de doden weer tot het leven kan terugroepen, is ook in staat te voorkomen dat de aarde te volkrijk zal worden. Wij kunnen met een vast vertrouwen vooruitzien naar de tijd waarin de dood er niet meer zal zijn, want Degene die het heeft beloofd, kan niet liegen. Het tijdstip waarop dit zal geschieden, valt nog in het leven van de mensen die thans op aarde wonen.
-
-
Bescherm uw denkvermogenDe Wachttoren 1960 | 15 mei
-
-
Bescherm uw denkvermogen
„Bescherm praktische wijsheid en het vermogen om te denken, en ze zullen leven voor uw ziel blijken te zijn”. — Spr. 3:21, 22, NW.
1. Wie is de bron van het denkvermogen, en waarom is het belangrijk het te beschermen?
JEHOVAH God is de grote denkende Persoonlijkheid die sinds alle eeuwigheid bestaat en de Bron of Schepper van alle bestaande dingen is. Als bewijs van zijn wijsheid heeft hij andere denkende persoonlijkheden met òf een geestelijk òf een vleselijk, menselijk, lichaam geschapen. In het menselijke lichaam bevindt zich de geest van een denkende persoonlijkheid in de vorm van de functie van levende hersenen. Dat er met verstand begaafde, logisch redenerende persoonlijkheden bestaan die met een geest zijn toegerust, vormt een van de bewijzen dat de mens door een hogere intelligentie, een persoonlijke God, werd geschapen, want een niet met verstand begaafde, onpersoonlijke kracht zou nooit de logisch redenerende, met verstand begaafde, op zichzelf staande, denkende persoonlijkheden welke thans de mensheid uitmaken, hebben kunnen voortbrengen. Hoewel geleerden de fysieke hersenen kunnen wegen, meten en analyseren en bepaalde functies ervan kunnen vaststellen, kunnen zij met al hun instrumenten toch niet de geest of het verstand van de mens uitvorsen. Hun pogingen om de geest te beoordelen door het gedrag van de mens aan bepaalde theorieën te toetsen, zijn noch exact noch wetenschappelijk. Toch is de oefening van onze geest en het beschermen van ons denkvermogen belangrijker dan iets anders, omdat ons eeuwige leven er van afhangt. „Bescherm praktische wijsheid en het vermogen om te denken, en ze zullen leven voor uw ziel blijken te zijn” (Spr. 3:21, 22, NW; Matth. 15:18-20; Rom. 8:6). In het Woord van Jehovah, Degene die ’s mensen gedachten kan wegen, kunnen wij gezonde raad betreffende het beschermen van ons denkvermogen vinden. „De
-