-
Waarschuwingen voor Jehovah’s ongewone werkDe Wachttoren 1959 | 1 juni
-
-
in Christus te geloven, hebben de Verenigde Naties gekozen en daar hun hoop op gesteld. Nu de christenheid de bedreiging van het wereldcommunisme en de vernietiging van de moderne, materialistische beschaving van de twintigste eeuw onder de ogen moet zien, heeft ze in paniek haar toevlucht tot de Verenigde Naties genomen en zich in dit stelsel verborgen. Deze organisatie, die uit vele natiën is samengesteld welke er verschillende politieke ideologieën en allerlei geloofsovertuigingen — christelijke, joodse, mohammedaanse, heidense en communistische — op na houden, is haar laatste hoop.
37. Waarom hebben Jehovah’s getuigen zich niet in paniek tot de Verenigde Naties gewend, waarheen nodigen wij alle op schapen gelijkende mensen uit voor toevlucht en bescherming naartoe te komen, en waarom?
37 Ofschoon Jehovah’s getuigen in de gehele wereld worden gehaat en vervolgd, hebben zij zich niet in paniek tot de Verenigde Naties gewend. In de periode 1918-1919 hebben zij hun geloof op Jehovah’s grondig beproefde en kostbare Steen in Zion gericht. In plaats van de Volkenbond te aanbidden, hebben zij zijn ondergang voorzegd. Thans weigeren wij de Verenigde Naties te aanbidden en er ons vertrouwen in te stellen en voorzeggen wij eveneens haar komende ondergang. Wij verlaten ons voor een toevlucht en schuilplaats op de koninklijke Steen in Zion en wij delen niet in de vrees, de smart en de angst van de wereld. Wij zijn hier nog steeds, daar wij ons onwankelbaar op Jehovah’s kostbare Steen verlaten, en wij nodigen door onze prediking alle op schapen gelijkende mensen over de gehele wereld ertoe uit om met het oog op Armageddon tot Jehovah’s Steen toevlucht te nemen en hem als schuilplaats te beschouwen. Wij hebben onze hoop op Jehovah’s koninkrijk onder Christus gevestigd. Als toevluchtsoord is dat koninkrijk geen leugen, maar waarheid. Als schuilplaats is dat koninkrijk geen bedrog, maar betrouwbare werkelijkheid. Het zal net zo lang als de waarheid blijven bestaan — voor eeuwig!
-
-
Wanneer Jehovah opstaat voor zijn ongewone werkDe Wachttoren 1959 | 1 juni
-
-
Wanneer Jehovah opstaat voor zijn ongewone werk
1. Hoe beschrijft Jesaja de situatie van hen die in de wereldse overeenkomsten voor vrede en veiligheid zorgeloze rust trachten te vinden, en waarom?
HET is nu niet de tijd voor zorgeloze rust of voor zelfvoldaanheid binnen het raam van wereldse overeenkomsten voor vrede, zekerheid, voorspoed en het voortbestaan der mensheid. Iedereen die zich op een door deze wereld verschaft rustbed uitstrekt, ontdekt dat het tekort is en dat zijn voeten er buiten steken en koud worden. Wanneer hij zijn benen zover optrekt dat zijn knieën tot aan zijn kin komen, blijkt het laken of de deken te smal te zijn om zich er in te wikkelen en het gehele lichaam warm te houden. Wanneer men in de steeds donkerder wordende schaduwen van Jehovah’s daad en werk in de komende strijd van Armageddon de situatie van de mensheid ziet en haar pogingen het in deze wereld gemakkelijk aan te doen en rust te vinden, krijgt men het er gewoon koud van. „Want”, zegt Jesaja (28:20, 21), „het bed is tekort gebleken om zich erop uit te strekken, en het geweven laken te smal wanneer men zich erin wikkelt.
-