„Uw wil geschiede op aarde” — Deel 19
Onze halfmaandelijkse vooruitgang in het boek „Uw wil geschiede op aarde” heeft ons nu in hoofdstuk 8, getiteld „De ’kleine horen’ in oppositie”, gebracht. Deze horen van wereldomvattende belangrijkheid treedt in het zevende hoofdstuk van Daniëls profetie op de voorgrond, waar Jehovah’s profeet de verschrikkelijke droom beschrijft die hij in het eerste jaar van Belsazar, de laatste koning van de Babylonische wereldmacht, ontving. In deze profetische droom rezen uit een zee die door de vier winden des hemels in beroering was gebracht, vier ongewone wilde beesten op; de eerste zag er als een leeuw uit, de tweede als een beer, de derde als een panter en de vierde als een verschrikkelijk en sterk dier dat anders was. Tussen de tien horens op zijn vreselijke kop kwam een kleine horen op waarvoor drie van de andere horens werden uitgerukt; en „zie”, zegt de profeet, „in dien horen waren ogen als mensenogen en een mond vol grootspraak”. — Dan. 7:2-8.
4. Wie werden, zoals door de engel aan Daniël te kennen werd gegeven, door de vier wilde beesten afgebeeld, en met welke andere symbolen komen deze vier overeen?
4 In de tegenwoordige wereld kent men de Britse „leeuw”, de Amerikaanse „arend”, de Russische „beer”, de Chinese lung of „draak” en de keizerlijke Duitse dubbelkoppige „adelaar met uitgespreide vleugels”. Wat beelden de vier verschillende beesten van Daniëls droom echter in de geschiedenis af? In een vurig verlangen vroeg Daniël het voor ons aan een engel, opdat wij in deze tijd de „waren zin van dit alles” zouden weten. Daniël vertelt ons: „Hij sprak tot mij en gaf mij de uitlegging daarvan te kennen: die grote dieren, die vier, zijn vier koningen die uit de aarde zullen opkomen.” Aha, de vier beesten komen dus overeen met de vier metaalsoorten van het beeld waarover koning Nebukadnezar meer dan vijftig jaar voordien had gedroomd en welke droom hem door Daniël was verklaard (Dan. 7:15-17; 2:31-45). Door middel van twee van de hemel afkomstige dromen zou de opmars der wereldmachten van 607 v. Chr. tot op de huidige tijd als door twee getuigen in dubbele mate worden bevestigd.
5. Wat beeldt de zee in dit gezicht af, en wat de vier winden?
5 De vier beesten stegen uit een woelige zee op, precies zoals de apostel Johannes honderden jaren later in een visioen het zevenkoppige, tienhoornige wilde beest dat op een luipaard geleek maar de poten als van een beer en een muil als van een leeuw had, uit de afgrond der zee zag opkomen (Openb. 13:1, 2). In de bijbelse symboliek wordt de zee gebruikt als een afbeelding van „natiën en menigten en volken en talen”, het uitgestrekte lichaam der mensheid, dat de bewoonbare aarde bedekt zoals de wateren de zeebeddingen bedekken. Dit omvat alle mensen die door zonde en door de „overste van de macht der lucht”, Satan de Duivel, van Jehovah God zijn vervreemd (Openb. 17:15; Jes. 57:20, 21; Ef. 2:2). De vier winden der hemelen, die de grote zee in beroering brachten zodat de vier beesten eruit opstegen, vormen een afbeelding van de „boze geesten in de hemelse gewesten” te zamen met Satan, „den geest, die thans werkzaam is in de zonen der ongehoorzaamheid”, daar zij allen gezamenlijk hun krachten op de zee der mensheid, die door Satan wordt geëxploiteerd, beproeven en tegen Jehovah God woeden opdat zij de wereldmachten kunnen voortbrengen die zinnebeeldig door de vier boosaardige beesten worden voorgesteld.
6. Hoe stond dit eerste symbolische beest op, en hoe gedroeg het zich als een leeuw?
6 Uit Genesis 10:8-10 (NW) blijkt duidelijk dat Babylon, dat de derde wereldmacht werd en hier zinnebeeldig door de leeuw met adelaarsvleugels wordt voorgesteld, niet uit Jehovah’s volk opstond, maar zijn oorsprong vond bij Nimrod, de ’machtige jager in strijd met Jehovah’. Vandaar dat dit symbolische beest ’uit de zee opsteeg’. De koning die erdoor werd afgebeeld, was de dynastieke lijn van Chaldeeuwse koningen van Babylon, van Nebukadnezar tot Belsazar. Deze Babylonische koninklijke macht verslond natiën en volken als een leeuw, met inbegrip van Jehovah’s natie van het Israël uit de oudheid. — Jer. 4:5-7; 50:17.
7. Welke uitwerking had het op deze symbolische leeuw dat zijn vleugels werden uitgerukt, hij op twee voeten overeind werd gezet en hem een mensenhart werd gegeven?
7 Als het ware met de hulp van adelaarsvleugels snelt deze symbolische leeuw in een aanvalsoorlog voorwaarts om te veroveren (Klaagl. 4:19; Hab. 1:6-8). Tegen de tijd dat de dynastieke heerschappij van Babylon in koning Belsazar haar einde vond, werden Babylons vleugels uitgerukt. Hij verloor zijn snelheid om tot de aanval over te gaan en zijn met een leeuw overeenkomende vermogen om zich als koning van de beestachtige wereldmachten te handhaven. Hierdoor werd hij betrekkelijk zwak, zoals een mens, die zich niet sneller kan voortbewegen dan met twee benen. Daar hij niet langer het „hart van een leeuw” had maar een „mensenhart” in een beestenlichaam kreeg, was hij niet in staat zich als koning „onder de dieren des wouds” te gedragen (Micha 5:7; 2 Sam. 17:10). Babylon ging in een nederlaag die hem door de symbolische beer werd toegebracht ten onder en moest de wereldheerschappij aan Medo-Perzië afstaan.
8. Wat werd zinnebeeldig voorgesteld door de beer, door het feit dat hij zich op de ene zijde oprichtte, en dat hij drie ribben in zijn muil had?
8 De door de beer gesymboliseerde ’koning’ was de lijn van Medo-Perzische heersers van Darius de Meder tot Darius III de Pers, van 539 v. Chr. tot 331 v. Chr. Deze lijn van wereldheersers werd zinnebeeldig door de zilveren borst en armen van het beeld in Nebukadnezars droom voorgesteld. Deze symbolische beer „richtte zich op de ene zijde op”, hetzij om tot de aanval over te gaan ten einde de wereldmacht in handen te krijgen, te verbreiden en te handhaven of anders om aan te tonen dat de Perzische lijn van heersers het overwicht over de koning der Meden, Darius, die de eerste en enige Meder in de Medo-Perzische wereldheerschappij was, zou krijgen. De symbolische beer had drie ribben in zijn muil tussen zijn tanden. Dit duidt wellicht op de drie richtingen waarin de Perzische wereldmacht haar veroveringen uitbreidde: naar het noorden om Babylon in 539 v. Chr. te vernederen, naar het westen via Klein-Azië naar de overkant tot in Thracië en naar het zuiden om Egypte te veroveren. Daar het getal drie ook een symbool van intensiteit of nadruk is, kunnen de drie ribben eveneens de hebzucht beklemtonen waarmee deze symbolische beer op gebiedsveroveringen uit is.
9. Wat was het gevolg toen hij het bevel gehoorzaamde om op te staan en veel vlees te eten?
9 Gehoor gevend aan het bevel: „Sta op, eet veel vlees”, wierp hij zich hongerig op de natiën. Door Babylon overeenkomstig de wil van Jehovah God te verslinden, was deze vierde wereldmacht door bemiddeling van Kores de Grote, de Pers Darius I en Artaxerxes I in staat de joodse gevangenen die in Babylon vertoefden huiswaarts te laten keren en hen te helpen en aan te moedigen om de tempel van Jehovah te Jeruzalem te herbouwen en de muren van de heilige stad te bouwen en te herstellen. Deze wereldmacht werd vet als een beer doordat ze „honderd zeven en twintig gewesten” onder zich had staan, zodat Ahasveros of Xerxes I, de echtgenoot van de joodse koningin Esther, koning was „van Indië tot Ethiopië”. — Esther 1:1.
10. Wat werd door het derde wilde beest gesymboliseerd, hoe had het snelheid, en in welk opzicht was het waar dat het heerschappij werd gegeven om over de gehele aarde te regeren?
10 Onder de inwerking van de onzichtbare werkzame kracht der demonen bracht de onstuimige zee der mensheid nog een ander symbolisch beest van wereldheerschappij voort, de panter met vier vleugels en vier koppen. De hierdoor gesymboliseerde ’koning’ was de Macedonische of Griekse lijn van wereldheersers, te beginnen met Alexander de Grote. De snelheid waarmee Alexander de Perzische wereldmacht veroverde, waarbij hij zich een weg door Klein-Azië baande, vervolgens zuidelijk tot in Egypte doordrong en ten slotte in oostelijke richting tot aan de westgrenzen van India kwam, kan zeer goed met de snelheid van een panter worden vergeleken, die met vier vleugels zijn beperkte behendigheid en snelheid kan doen toenemen (Hab. 1:8). Zijn heerschappij was groter dan die van de symbolische beer en omvatte niet alleen de gebieden van het Perzische rijk, maar eveneens Macedonië, Griekenland en Thracië. Alexander legde het er in 334 v. Chr. op aan het Perzische rijk te veroveren. Toen hij op 13 juni 323 v. Chr. te Babylon stierf, had hij nog steeds ambitieuze plannen. Daniël had in zijn profetie zeer terecht over deze symbolische panter gezegd: „Aan hem werd heerschappij gegeven”; „welks heerschappij zich over de gansche aarde zal uitstrekken.” — Dan. 7:6; 2:39, OB.
11. Hoe kreeg de symbolische panter vier koppen?
11 De symbolische panter kreeg vier koppen toen Alexander stierf en vier van zijn militaire generaals zich als opvolgers (Diadochen) over delen van zijn gebied trachtten op te werpen. Ten slotte behield generaal Seleucus Mesopotamië en Syrië, generaal Ptolemeüs de gebieden in Afrika, generaal Lysimachus Klein-Azië en Thracië en generaal Cassander Macedonië.
12. Hoe werd deze symbolische panter ten slotte getemd en onderworpen?
12 Er heersten geen vredige betrekkingen tussen deze afscheidingen van het Macedonische rijk. Uit het westen, uit Rome, kwam een nieuwe bedreiging opzetten, welke opkomende politieke, militaire macht zich steeds meer met de aangelegenheden van de Hellenistische politieke afscheidingen van het rijk bemoeide. Eén voor één werden ze door de westerse macht veroverd, totdat de symbolische panter ten slotte werd getemd en aan een sterkere meester werd onderworpen.
13. Wat werd door het vierde wilde beest gesymboliseerd, en van welke bijzondere kenmerken wilde Daniël de ware zin weten?
13 Tegen het jaar 30 v. Chr. voerde het symbolische vierde beest de volledige, onbetwistbare heerschappij als de zesde wereldmacht in de bijbelse geschiedenis. Met deze ’koning’ werd de lijn van politieke wereldheersers bedoeld welke met keizer Caesar Augustus van Rome begon en met de overheersende wereldheersers van tegenwoordig eindigt. Daniël had er, evenals godvrezende bijbelonderzoekers in deze tijd, belangstelling voor te weten wat door dit beest, dat zo geheel anders was, werd voorgesteld. Hij zei: „Toen wilde ik den waren zin weten van het vierde dier, dat van die alle verschilde, dat buitengewoon vreselijk was met zijn ijzeren tanden en zijn koperen klauwen, dat at en vermaalde en wat overbleef met zijn poten vertrad, en van de tien horens, welke op zijn kop waren, en van dien anderen, die zich verhief en waarvoor er drie uitvielen, terwijl deze horen met ogen en een mond vol grootspraak, er groter uitzag dan de andere. Ik zag, dat die horen strijd voerde tegen de heiligen [qaddishín] en hen overmocht.” — Dan. 7:19-21.
14. Welke verklarende inlichtingen gaf de engel vervolgens aan Daniël?
14 De engel gaf Daniël verklarende inlichtingen, die in werkelijkheid een leidraad voor óns begrip in deze tijd vormen. „Hij sprak aldus: Dat vierde dier is het vierde koninkrijk, dat op aarde zal zijn, dat verschillen zal van alle andere koninkrijken, en dat de gehele aarde zal verslinden en haar zal vertreden en vermorzelen. En de tien horens — uit dat koninkrijk zullen tien koningen opstaan, en na hen zal een ander opstaan; die zal van de vorige verschillen en drie koningen ten val brengen. Hij zal woorden spreken tegen den Allerhoogste, en de heiligen des Allerhoogsten te gronde richten; hij zal er op uit zijn tijden en wet te veranderen, en zij zullen in zijn macht gegeven worden voor een tijd en tijden en een halven tijd” (Dan. 7:23-25). De geboekstaafde geschiedkundige feiten bevestigen die profetie.
15. Waarmee begon dit symbolische vierde beest, en in welk opzicht was de eerste ontwikkeling ervan anders dan van de voorgaande beesten?
15 Er wordt herhaaldelijk te kennen gegeven dat dit symbolische vierde beest van de drie voorgaande verschilt. Dit „beest” begon met het Romeinse rijk, en hierover zegt H.G. Wells, in A Short History of the World:
Deze nieuwe Romeinse macht nu, die in de tweede en eerste eeuw v. Chr. opstond om de westelijke wereld te beheersen, was in verschillende opzichten anders dan een der grote rijken die tot op dat moment een overheersende positie in de beschaafde wereld hadden ingenomen. Ze was oorspronkelijk geen monarchie, noch had ze haar macht aan de een of andere grote veroveraar te danken. Ze was waarlijk niet de eerste der republikeinse rijken; . . . Maar ze was het eerste republikeinse rijk dat niet te gronde ging en tot nieuwe ontwikkelingen voortvoer. . . . Daar centraal-Azië of Perzië te ver van haar bestuurscentrums vandaan lag, kon ze zich nimmer in deze gebieden handhaven. Ze . . . verenigde dadelijk bijna alle Griekse mensen in de wereld, en haar bevolking was minder sterk Hamitisch en Semitisch dan die van enig voorgaand rijk . . . Het Romeinse rijk was dus in de grond der zaak een eerste poging om een grote heerschappij op hoofdzakelijk Arische voet uit te oefenen. In zoverre was het een nieuw patroon in de geschiedenis, het was een tot ontplooiing gekomen Arische republiek. . . . Het Romeinse rijk was een uitwas, een nieuwe uitwas die zonder een tevoren opgesteld plan tot stand was gekomen; het Romeinse volk was bijna ongemerkt in een grootscheeps bestuursexperiment gewikkeld geraakt. . . . Dit was steeds aan veranderingen onderhevig en verwierf nimmer een zekere stabiliteit. In zekere zin mislukte het [bestuurs]experiment. In zekere zin blijft het experiment onvoltooid en Europa en Amerika zijn er tegenwoordig nog steeds mee bezig de raadsels van een wereldomvattende staatkunde uit te werken waarmee het Romeinse volk zich eerst geconfronteerd zag. — Hoofdstuk 33, „De groei van het Romeinse rijk”, de bladzijden 149-151. Uitgegeven in 1922.
16. Hoe breidde deze zesde wereldmacht zich uit, maar waarin viel het als een vervulling van de profetie uiteen?
16 De Romeinse wereldmacht breidde zich rondom de gehele Middellandse Zee uit en omvatte eveneens Marokko en Spanje. Ze baande zich een weg in noordwestelijke richting dwars door Europa heen en strekte zich via het Engelse Kanaal tot in Brittannië zelf uit. In 55 v. Chr. vielen de Romeinen onder aanvoering van Julius Caesar, de oudoom van Caesar Augustus, Brittannië voor het eerst binnen. In 120 (n. Chr.) bracht keizer Hadrianus zelf een bezoek aan Brittannië, bij welke gelegenheid hij de Romeinse muur die van de rivier de Tyne naar de Solway-baai loopt, bouwde. In 204 (n. Chr.) onderwierpen de Romeinen het zuidelijke deel van Brittannië en verdeelden het in twee provincies. Volgens Jehovah’s uitgestippelde profetie moest deze hebzuchtige, dominerende zesde wereldmacht echter de weg van haar voorgangers gaan. Ze werd eveneens ontbonden, terwijl de delen waarin ze uiteenviel, door de tien horens op de kop van het vreselijke en schrikwekkende vierde beest werden gesymboliseerd. Hun aantal tien duidt zinnebeeldig op volledigheid met betrekking tot onze aarde.
17. Wat werd door de andere horen, die er drie omverwierp, gesymboliseerd, en in welk opzicht is deze horen volgens de beschrijving in The Encyclopædia Britannica anders?
17 Daniël wilde in het bijzonder weten wat de andere horen, die zich verhief en drie van de horens ten val bracht, te betekenen had. Aan de hand van de onfeilbare geschiedkundige berichten weten wij thans waarmee die horen vereenzelvigd moet worden. Hij verhief zich als het Britse rijk, in het bijzonder sedert de zeventiende eeuw. De engel verklaarde betreffende de ’koning’ die door deze zegevierende horen wordt afgebeeld het volgende: „Die zal van de vorige verschillen.” Over dit verschil lezen wij in The Encyclopædia Britannica (elfde uitgave van 1910), Deel 4, de bladzijden 606a en 610a, over het jaar 1910:
HET BRITSE RIJK, de naam die thans oppervlakkig aan het gehele aggregaat van gebied wordt gegeven welks bewoners, die onder verscheidene bestuursvormen staan, uiteindelijk naar de Britse kroon als het opperste gezag opzien. De uitdrukking „rijk” wordt in dit verband klaarblijkelijk veeleer gemakshalve gebruikt dan dat het in enig opzicht equivalent is aan de oudere of despotische rijken die de geschiedenis heeft gekend.
De uitgestrekte verzameling van staten, die zeer verschillend van aard zijn en op vele verschillende manieren zijn verworven, worden op grond van een algemeen erkend drievoudig beginsel van zelfbestuur, zelfondersteuning en zelfverdediging onder het opperste gezag van de kroon bij elkaar gehouden. In sommige delen van het rijk wordt het beginsel vollediger toegepast dan in andere; . . .
18. Hoe beschrijft een Britse geschiedschrijver die horen als zijnde anders?
18 De Britse geschiedschrijver H.G. Wells zegt:
Wij doen er goed aan hier kort nota te nemen van de gevarieerde aard waardoor de samenstellende delen van het Britse rijk, die door het stoomschip en de spoorweg waren bijeengebracht, in 1914 werden gekenmerkt. Het was en is een zeer unieke politieke combinatie; niets van dit soort heeft ooit eerder bestaan. Het eerste wat het hele stelsel kende en waar alles om draaide, was de „gekroonde republiek” van het Verenigde Britse Koninkrijk, . . . Het zal daarom wel duidelijk zijn dat geen enkele regeringsinstantie en geen enkel brein het Britse rijk ooit als een geheel heeft bestuurd. Het was een mengsel van uitwassen en opeengestapelde bezittingen en totaal verschillend van iets wat ooit voordien een rijk is genoemd. . . . Het was, evenals het Atheense rijk, een overzees rijk; zijn gewoonten waren zeegewoonten en zijn algemene schakel was de Britse zeemacht. Zoals bij alle rijken, was de samenhang van dit rijk in fysiek opzicht van een communicatiestelsel afhankelijk; . . . — De bladzijden 365, 366 en 368 van A Short History of the World, Hoofdstuk 64, „Het Britse rijk in 1914.”
19. In welk opzicht ’verslond’ deze symbolische horen „de gehele aarde”, en wat werd een deel ervan waardoor zijn kracht werd vergroot?
19 Het Britse rijk ’verslond de gehele aarde’ doordat het zich over heel de aardbol uitstrekte, zodat de zon in zijn bezittingen en gebieden nimmer onderging. Het besloeg één vierde van de bevolking der aarde. Het was het grootste rijk dat de geschiedenis der wereld ooit heeft gekend. Dit is echter nog niet alles: In 1775 kwamen de dertien Britse koloniën in Amerika in opstand, die zich na acht jaar strijd onafhankelijk maakten. De koningloze Amerikaanse republiek, met een president als hoofd aan de regering, zette de strijd voort en breidde haar gebied dwars over het Noordamerikaanse vasteland, van de kust aan de Atlantische Oceaan tot de kust aan de Stille Zuidzee uit. Ze kocht Alaska en kwam in het bezit van verscheidene eilanden in de wereldzeeën. Uit hoofde van gebiedende omstandigheden werd ze de bondgenoot van het Moederland, zodat Groot-Brittannië en Amerika te zamen door twee wereldoorlogen heen de moeilijke strijd om de overwinning streden. Hoewel de Amerikaanse republiek uit het tweede wereldconflict als de overheersende natie der wereld te voorschijn is gekomen, onderhoudt ze nog steeds nauwe betrekkingen met Groot-Brittannië en werkt ze er in zeer belangrijke aangelegenheden nog steeds mee samen.
20. Wat symboliseerde die horen in zijn laatste ontwikkeling, en welke drie horens heeft hij ten val gebracht?
20 De voorzegde „horen met ogen en een mond vol grootspraak, [die] er groter uitzag dan de andere” wordt door de geschiedenis als de Anglo-Amerikaanse dualistische wereldmacht, de zevende wereldmacht die in de bijbelse profetieën is voorzegd, geïdentificeerd. De drie horens of „drie koningen” die vóór 1914 door deze machtige „horen” ten val werden gebracht, waren de zeemachten 1. Spanje, 2. Nederland en 3. Frankrijk.a
21. In welk opzicht heeft deze symbolische horen ogen, en hoe heeft zijn mond grote dingen en zelfs woorden tegen de Allerhoogste gesproken?
21 Deze Anglo-Amerikaanse zevende wereldmacht is zeer opmerkzaam, sluw, diplomatiek en wereldwijs; ze is de „horen met ogen”. Ze heeft een „mond vol grootspraak”, die voor een groot deel van de wereld de gedragslijn voorschrijft en eveneens als de woordvoerder of profeet voor de wereld optreedt (Openb. 16:13; 19:20). Alvorens hun loopbaan te bepalen, hebben natiën hun oren gespitst om te luisteren naar wat ze te zeggen had. Evenals de voorgaande wereldmachten Egypte, Assyrië, Babylon, Medo-Perzië, Griekenland en Rome heeft ze haar mond tegen Jehovah God gebruikt en met Jehovah’s getrouwe getuigen, zijn „heiligen” op aarde, te doen gehad. „Hij zal woorden spreken tegen den Allerhoogste, en de heiligen des Allerhoogsten te gronde richten; hij zal er op uit zijn tijden en wet te veranderen” (Dan. 7:25). Ondanks dit alles beweert „hij” christelijk te zijn!
22. Waarvan is deze symbolische horen een deel, en hoe heeft hij niet in het belang van Gods koninkrijk gewerkt of overeenkomstig Gods wil gesproken?
22 De Anglo-Amerikaanse dualistische wereldmacht is onloochenbaar een deel van deze onchristelijke wereld. Ze is een deel van „al de koninkrijken der wereld en hun heerlijkheid”, die Satan de Duivel op de berg der verzoeking aan Jezus Christus heeft aangeboden maar door Jezus van de hand werden gewezen met de woorden: „Ga weg, satan! Er staat immers geschreven: Den Here uw God, zult gij aanbidden en Hem alleen dienen” (Matth. 4:8-10). In zijn gewetenloze streven naar de wereldheerschappij heeft deze symbolische horen met ogen en een mond niet ten behoeve van de belangen van het beloofde Koninkrijk Gods gewerkt. Bij het tot uitdrukking brengen van zijn doeleinden met betrekking tot het leiderschap in deze wereld is zijn praatzieke mond niet vrij geweest van zonde of diplomatieke leugens. Hij heeft tegen de wil en het voornemen van de Allerhoogste gesproken en heeft geweigerd te erkennen dat „Gij, wiens naam JEHOVAH is, dat Gij alleen zijt Opperheer der gansche aarde!” — Ps. 83:19, Pa.
(Wordt vervolgd)
[Voetnoten]
a Zie Modern Europe to 1870, door C.J.H. Hayes, van 1953, de bladzijden 330-356, in hoofdstuk 8, getiteld „Britse uitbreiding”. Neem vooral nota van paragraaf 2 op bladzijde 356, waarin de aandacht wordt gevestigd op twee eeuwen van strijd door Groot-Brittannië met de Spanjaarden, de Nederlanders en de Fransen, ten einde in 1763 als de „voornaamste commerciële en koloniale macht in de wereld” te voorschijn te komen.
[Kaarten op blz. 661]
(Zie publicatie voor volledig gezette tekst)
HET BABYLONISCHE RIJK (607-539 v. Chr.)
Grenzen —
Steden en plaatsen °
SCHAAL 1:25.000.000
0
150
300
450
Byzantium
(Zwarte Zee)
ARABIË
Elath
Duma
Tachpanhes
HET BABYLONISCHE RIJK
(Perzische Golf)
Ur
CHALDEA
Babylon
Eufraat
Karchemis
Haran
Tigris
Assur
Tadmor
Damascus
Sidon
Tyrus
Jeruzalem
Gaza
DE GROTE ZEE
KITTIM
KAFTOR
HET LYDISCHE RIJK
Sardes
Halys
PISIDIË
CILICIË
Tarses
SCYTHEN
(Kaspische Zee)
HET RIJK DER MEDEN
Urartu
Ararat
Wan Meer
Oermia Meer
Ninevé
Ekbatana, Achmetha
Susa, Susan
ELAM
PERZIË
[Kaart]
HET PERZISCHE RIJK (539-331 v. Chr.)
Grenzen —
Steden en Plaatsen °
SCHAAL 1:56.000.000
0
200
400
600
800
(Kaspische Zee)
SCYTHEN
(Zwarte Zee)
SCYTHIË
GRIEKENLAND
Athene
DE GROTE ZEE
KAFTOR
KITTIM
Odessus
(Thracië)
Byzantium
Granicus
Sardes
LYDIË
CILICIË
Tarses
Issus
SYRIË
Tadmor
Damascus
Sidon
Tyrus
Jeruzalem
EGYPTE
Nijl
Memphis
Thebe
Syene
LIBYE
Cyrene
ARABIË
Rode Zee
BERG SINAÏ
Elath
Tema
ARMENIË
Phasis
Eufraat
Babylon
Tigris
Gaugamela
Arbela
Ninevé
MEDIË
Ekbatana, Achmetha
Susa, Susan
Perzische Golf
PERZIË
Pasargadae
Persepolis
GEDROSIË
(Indus)
(Dsjilam)
(Tsjinab)
(Rawi)
(Satledsj)
INDIA
DRANGIANA
ARACHOSIË
PARTHIË
(BALKH) BACTRIË
ARIA
SOGDIANE
Samarkand
HYRCANIA
[Kaarten op blz. 662]
(Zie publicatie voor volledig gezette tekst)
HET GRIEKSE RIJK (331-30 v. Chr.)
Tocht van Alexander . . .
Steden en plaatsen °
SCHAAL 1:56.000.000
0
225
450
675
900
(MIDDELLANDSE ZEE)
MACEDONIË
Filippi
Pella
THESSALIË
GRIEKENLAND
Chalcis
Athene
Sparta
KRETA
CYPRUS
THRACIË
Byzantium
(Zwarte Zee)
Ilion
Granicus
BITHYNIË
Sardes
Tarses
CILICIË
Issos
Seleucië
Antiochië
Tadmor (Palmyra)
Damascus
Byblos
Sidon
Tyrus
Jeruzalem
Gaza
EGYPTE
Nijl
Alexandrië
Memphis
LYBIË
Oase van Ammon
Rode Zee
ARABIË
Elath
PONTUS
ARMENIË
MESOPOTAMIË
Eufraat
Babylon
BABYLONIË
Tigris
(Perzische Golf)
MEDIË
Gaugamela
PERSIS
Susa
Persepolis
Pasargadae
Ekbatana
PARTHIË
Hecatompylos
(KASPISCHE ZEE)
AZIË
HYRCANIA
Alexandroupolis
ARIA
DRANGIANA
ARACHOSIË
BALKH
BACTRIË
SOGDIANE
Alexandreia
(Indus)
(Dsjilam)
(Tsjinab)
(Rawi)
(Satledsj)
(Karachi)
GEDROSIË
CARMANIA
[Kaart]
HET ROMEINSE RIJK tijdens zijn grootste gebiedsuitbreiding (in de dagen van koning Trajanus)
Steden en plaatsen °
SCHAAL 1:42.600.000
0
150
300
450
600
(Atlantische Oceaan)
IERLAND
BRITTANNIË
York
Antonius-wal
Borcovicium
Hadrianus wal
(U.S.S.R.)
POLEN
DUITSLAND
Rijn
FRANKRIJK
Tours
PYRENEEËN
SPANJE
PORTUGAL
Tartessus
Cadiz
(Straat van Gibraltar)
(Middellandse Zee)
BALEAREN
CORSICA
SARDINIË
ITALIË
Rome
SICILIË
MILETE
MALTA
KRETA
CYPRUS
MACEDONIË
Korinthe
Athene
Actium
Donau
OOSTENRIJK
Wenen
HONGARIJE
ROEMENIË
(Zwarte Zee)
Jalta
JOEGOSLAVIË
BULGARIJE
TURKIJE
Constantinopel, Istanboel
Nicaea
Ancyra
Efeze
Magnesia
ARMENIË
KAUKASUS
(Kaspische Zee)
PARTHIË
IRAN
PERZIË
Tigris
Bagdad
BABYLONIË
Eufraat
(Perzische Golf)
SAOEDI ARABIË
IRAK
SYRIË
Antiochië
Emesa
Palmyra
Damascus
Jeruzalem
Petra
Rode Zee
EGYPTE
Nijl
Alexandrië
El Alamein
Syene (Aswan)
LYBIË
Cyrene
Tripoli
Carthago
Algiers
MAROKKO