Jehovah’s Woord is onfeilbaar!
’Ik, Jehovah, doe het woord van mijn knecht uitkomen.’ — JESAJA 44:24-26.
1. Welke toekomst werd in 1864 voorspeld?
WAT zal de dag van morgen brengen? Dat zouden de mensen graag willen weten. Maar hoe onbevredigend zijn hun voorspellingen! Ter illustratie: In 1864 voorspelde de zoöloog Alfred R. Wallace de volgende door mensen bewerkstelligde ’toekomst voor het mensdom’: „Iedereen zal . . . zijn eigen geluk bewerken in relatie tot dat van zijn medemensen; . . . de evenwichtige morele vermogens zullen iemand nooit toestaan de gelijke vrijheid van anderen te schenden; . . . iedereen zal zich door de beste wetten laten leiden; door een diepe waardering voor de rechten en een volmaakt medegevoel met de gevoelens van allen om hem heen.” Ja, Wallace voorzei dat de mens onze aarde zou veranderen in „een prachtig paradijs waarvan geen enkele ziener of dichter ooit heeft durven dromen”!
2. Tot welke vragen leidt het falen van zuiver menselijke voorspellingen?
2 De man die deze voorspelling deed, stierf slechts negen maanden voordat de mensheid in het duister van de Eerste Wereldoorlog werd gedompeld. Waar was toen dat ’prachtige paradijs’ vol meedogende mensen? En hoe is de situatie in deze tijd? Er bestaat geen twijfel over dat ’de liefde van de meesten is verkoeld’ — ondanks voorspellingen dat het tegendeel zou gebeuren (Matthéüs 24:12). Maar mag dit ons aan alle voorzeggingen doen twijfelen? Jehovah God identificeert zich als Degene ’die wijzen achterwaarts doet wijken en hun kennis in dwaasheid verandert, terwijl hij het woord van zijn knecht doet uitkomen’ (Jesaja 44:24-26). Sommigen zullen zich echter afvragen: ’Kunnen wij ons op bijbelse profetieën verlaten? Is Jehovah’s Woord werkelijk onfeilbaar?’
Ondergang en herstel
3. Wat is er in overeenstemming met Leviticus 26:27-35 in de zevende eeuw v.G.T. met Juda en Jeruzalem gebeurd?
3 Er is een overvloed aan bewijzen dat wij ons inderdaad op bijbelse profetieën kunnen verlaten. Profetieën van ondergang en herstel zijn bijvoorbeeld uitgekomen in het geval van Gods volk uit de oudheid, de Israëlieten. Toen zij Jehovah getrouw aanbaden, genoten zij voorspoed in het hun door God geschonken ’land van melk en honing’ (Leviticus 20:24; 1 Koningen 4:1, 20). Zij waren er echter voor gewaarschuwd dat dit paradijselijke land een woeste wildernis zou worden als zij ongehoorzaam zouden zijn (Leviticus 26:27-35). In het jaar 607 v.G.T., ongeveer negenhonderd jaar nadat Mozes Leviticus had opgetekend, veroverden de Babyloniërs Juda en Jeruzalem. Niet lang daarna vluchtten de in het land achtergebleven joden naar Egypte en was de voorzegde verwoesting volledig. — Jeremia 39:8-10; 40:5; 41:2; 43:1-7.
4. (a) Welke belofte had Jehovah aan zijn volk gedaan lang voordat Jeruzalem in 607 v.G.T. werd verwoest? (b) Hoe werd deze belofte vervuld?
4 Meer dan een eeuw vóór Jeruzalems verwoesting had Jehovah echter beloofd dat hij zijn berouwvolle volk naar hun verwoeste vaderland zou terugbrengen en de paradijselijke pracht ervan zou herstellen (Jesaja 35:1-4). God had ook gezegd: ’Ik, Jehovah, die het woord van mijn knecht doe uitkomen en Degene die de raad van mijn eigen boden volledig ten uitvoer breng, ben Degene die van Jeruzalem zegt: „Ze zal bewoond worden”, en van de steden van Juda: „Ze zullen herbouwd worden”’ (Jesaja 44:24-26). In 539 v.G.T. werd Babylon door de Meden en Perzen onder aanvoering van Cyrus, veroverd, precies zoals door Jesaja was voorzegd (Jesaja 44:27–45:6). Cyrus’ besluit waarbij het de joden werd toegestaan naar hun vaderland terug te keren en de tempel te herbouwen, werd in 537 v.G.T. van kracht en na verloop van tijd onderging het land Juda inderdaad de voorzegde verandering (Ezra 1:1-4; Jesaja 35:5-10; Ezechiël 36:35). Jehovah’s Woord bleek inderdaad onfeilbaar te zijn!
Tyrus kon de profetieën niet trotseren
5. Wat had Jehovah bij monde van Ezechiël over Tyrus voorzegd?
5 De door God geïnspireerde profetieën gingen ook in vervulling ten aanzien van de oude stad Tyrus, terecht „de koningin van de zee” genoemd. Jehovah had betreffende deze Fenicische zeehaven verklaard: „Ik ben tegen u, o Tyrus, en ik wil vele natiën tegen u aanvoeren . . . Zie, ik breng tegen Tyrus Nebukadnezar, de koning van Babylon . . . en uw torens zal hij afbreken . . . En uw stenen en uw houtwerk en uw stof zullen zij zelfs midden in het water deponeren. . . . En ik wil u tot een glanzend, kaal oppervlak van een steile rots maken. Een droogplaats voor sleepnetten zult gij worden.” — Ezechiël 26:3-14.
6. Wat is er, als een vervulling van de profetieën, met het oude Tyrus gebeurd?
6 Zo’n val scheen onmogelijk. De Babylonische belegering van Tyrus heeft volgens de joodse geschiedschrijver Josephus dertien jaar geduurd (Josephus, Tegen Apion, Boek I, hfdst. 21). De geschiedenis verhaalt niet hoe doeltreffend Nebukadnezars krachtsinspanningen zijn geweest, hoewel het door Tyrus geleden verlies aan bezittingen en mensenlevens groot geweest moet zijn. In een latere profetische verklaring bij monde van Zacharia werd te kennen gegeven dat God de stad volledig zou vernietigen (Zacharia 9:3, 4). Deze profetie ging bijna tweehonderd jaar nadat ze werd uitgesproken, in vervulling. Degenen die toen in de nabijgelegen eilandstad Tyrus woonden, voelden zich veilig achter de enorme muren van de stad. Maar in 332 v.G.T. wierpen de strijdkrachten van Alexander de Grote die eilandstad omver; daarbij maakten zij gebruik van het puin van de oude stad Tyrus op het vasteland, om een dam naar het eiland te leggen. Sindsdien is dit kunstmatige schiereiland door aanslibbing groter geworden. Bovendien kan men in het huidige havenplaatsje vissers hun netten zien drogen — nog een vervulling van de profetieën. Jehovah’s Woord is beslist onfeilbaar!
De „stad van bloedvergieten” delft het onderspit
7, 8. (a) Wat had Jehovah bij monde van zijn profeten over Ninevé voorzegd? (b) Waarom moet het onmogelijk hebben geleken dat Ninevé een „verlaten woestenij” zou worden?
7 Gods profetische Woord bleek ook waar te zijn in het geval van het oude Ninevé, de hoofdstad van het Assyrische Rijk dat Jehovah’s volk onderdrukte (2 Koningen 17:1-6; 1 Kronieken 5:6, 26). Bij monde van zijn profeten verklaarde Jehovah over de stad Ninevé, toen ze op het hoogtepunt van haar macht was: „Plundert zilver; plundert goud; want er komt geen eind aan de uitstalling van dingen. . . . Leegte en holheid, en een verwoeste stad! . . . Wee de stad van bloedvergieten” (Nahum 2:9, 10; 3:1). „Hij zal Ninevé tot een verlaten woestenij maken, . . . en in haar midden zullen stellig kudden uitgestrekt neerliggen.” — Zefanja 2:13, 14.
8 Hoe zou dit ooit kunnen gebeuren? Ninevé was „de grote stad” (Jona 1:2). Volgens de oude geschiedschrijver Diodorus had Ninevé een dertig meter brede muur, zo breed dat er drie wagens naast elkaar op konden rijden. In de dagen van de profeet Jona (de negende eeuw v.G.T.), woonden er meer dan 120.000 mensen in de stad (Jona 4:11). Zou dit allemaal een „verlaten woestenij” worden?
9. Hoe heeft Ninevé een verder bewijs verschaft dat Jehovah’s Woord onfeilbaar is?
9 In 632 v.G.T., minstens zestien jaar na Zefanja’s profetie, werd Ninevé door de Babyloniërs en de Meden belegerd. Volgens Diodorus (Boek II, hfdst. 27) leidden „hevige en voortdurende regens” ertoe dat de Eufraat buiten haar oevers trad. Hierdoor „kwam niet alleen een gedeelte van de stad blank te staan, maar stortten ook de muren over een afstand van twintig stadiën in”. Ninevé werd ingenomen. „Zij voerden veel buit uit de stad en het tempelgebied weg en veranderden de stad in een ruïneheuvel en puinhoop”, staat in een oude Babylonische kroniek. Eeuwenlang zou Ninevé nu een „verdwenen” stad zijn. Haar omverwerping was beslist „goed nieuws” voor Gods volk, dat opnieuw de verzekering ontving dat ’Jehovah goed is’ en „bekend [is] met degenen die bij hem hun toevlucht zoeken” (Nahum 1:7, 15). Thans kan iemand die in Irak de ruïnes van de stad Ninevé bezoekt, precies zoals was voorzegd schapen in de buurt van haar ruïneheuvels zien grazen. Dit alles verschaft ons een verder bewijs dat Jehovah’s Woord onfeilbaar is.
„Een opvallende horen” wordt gebroken
10. (a) Welk profetische visioen staat in Daniël 8:1-8 opgetekend? (b) Hoe legde Gabriël de verschillende gedeelten van deze profetie uit?
10 In een profetische visioen zag Daniël hoe een tweehoornige ram werd gedood door een geitebok met „een opvallende horen”. Deze horen werd gebroken en er kwamen vier horens voor in de plaats (Daniël 8:1-8). Wat zou dit kunnen betekenen? De engel Gabriël legde uit: „De ram die gij gezien hebt, die de twee horens had, beduidt de koningen van Medië en Perzië. En de harige bok beduidt de koning van Griekenland; en wat de grote horen aangaat die tussen zijn ogen was, die beduidt de eerste koning. En dat die gebroken werd, zodat er vier waren die ten slotte in zijn plaats opstonden: er zijn vier koninkrijken uit zijn natie die zullen opstaan, maar niet met zijn kracht.” — Daniël 8:16, 20-22.
11, 12. Hoe ging Daniël 8:20-22 in vervulling?
11 Het machtige Babylon was veroverd door Medo-Perzië, de tweehoornige ram uit het visioen. Maar Gods engel had voorzegd dat „de harige bok”, Griekenland, de ram zou doden. Zo gebeurde het precies, in de vierde eeuw v.G.T., toen Grieks-sprekende legers van Alexander de Grote het Medo-Perzische Rijk omverwierpen. In 323 v.G.T. stierf Alexander echter onverwachts op 32-jarige leeftijd, zonder een bekwame opvolger achter te laten. Met Alexanders dood was de „opvallende horen” gebroken. Maar hoe stond het met de voorzegde ’vier horens die er uiteindelijk voor in de plaats opstonden’?
12 Alexander had een aantal generaals, maar vier van hen trokken ten slotte de macht aan zich. Zo kwam het dat de „opvallende horen” werd gebroken en uiteindelijk door ’vier horens’ of „vier koninkrijken” werd vervangen. Omstreeks 301 v.G.T. hadden de volgende generaals zich de macht toegeëigend: Ptolemaeus Lagi (Egypte en Palestina), Seleukos Nikator (Mesopotamië en Syrië), Cassander (Macedonië en Griekenland) en Lysimachos (Thracië en Klein-Azië).a Opnieuw zien wij dat Jehovah’s Woord onfeilbaar is.
„Messías de Leider” verschijnt!
13. Wat wordt in Daniël 9:24, 25 gezegd over de verschijning van de Messías?
13 Het boek Daniël verschaft nog meer in het oog springende bewijzen dat Jehovah’s Woord onfeilbaar is. Eeuwen van tevoren werd Daniël ertoe geïnspireerd nauwkeurig het tijdstip aan te geven waarop de Messías op aarde zou verschijnen. In deze opwindende profetie stond onder andere: „Zeventig weken zijn vastgesteld over uw volk en over uw heilige stad, om de overtreding te doen eindigen en aan zonde een eind te maken en verzoening te doen voor dwaling en voor onbepaalde tijden rechtvaardigheid in te voeren en een zegel te drukken op visioen en profeet, en om het Heilige der heiligen te zalven. En gij dient te weten en het inzicht te hebben dat er vanaf het uitgaan van het woord om Jeruzalem te herstellen en te herbouwen tot op Messías de Leider, zeven weken, alsook tweeënzestig weken, zullen zijn.” — Daniël 9:24, 25.
14. (a) Welke schriftuurlijke basis is er voor de gedachte dat elke dag in de „weken” van Daniël 9:24, 25, voor één jaar telt? (b) In welk jaar ging ’het woord om Jeruzalem te herbouwen’ uit? (c) Hoe lang duurden de 69 „weken”, en wanneer begonnen en eindigden ze?
14 Waren deze „weken” letterlijk? Neen, want alles wat hier over de Messías werd geprofeteerd, gebeurde niet binnen zeventig weken, of nog geen anderhalf jaar. Het bleken „weken” te zijn waarin elke dag voor één jaar telde. (Vergelijk Numeri 14:33, 34.) „Het woord om Jeruzalem te herstellen en te herbouwen” ging uit in het twintigste jaar van de Perzische koning Artaxerxes (Longimanus) (Nehemía 2:1-18). Aangezien hij in 474 v.G.T. begon te regeren, viel zijn twintigste jaar in 455 v.G.T. Daarom bedroegen de 69 jaarweken vanaf ’het woord om Jeruzalem te herbouwen tot op Messías de Leider’ 483 (7 × 69) jaar en eindigden ze in 29 G.T.
15. Welke verwachting leefde er in 29 G.T. onder de joden?
15 In dat jaar was Johannes de Doper druk bezig met de prediking van „de doop als een symbool van berouw tot vergeving van zonden”. En hoe stond het met de joden? ’Het volk was vol verwachting en allen overlegden in hun hart omtrent Johannes: „Zou hij misschien de Christus zijn?”’ (Lukas 3:3-6, 15) Met betrekking tot deze verwachting merkte de joodse geleerde Abba Hillel Silver op: „De eerste eeuw evenwel, vooral de generatie vóór de verwoesting [van Jeruzalem], was getuige van een opmerkelijke uitbarsting van Messiaanse emotionaliteit. Dit moet niet worden toegeschreven . . . aan een verheviging van de Romeinse vervolging, maar aan het heersende geloof dat was teweeggebracht door de populaire chronologie van die tijd . . . De Messías werd omstreeks het tweede kwart van de eerste eeuw G.T. verwacht.” Die „populaire chronologie” was op het boek Daniël gebaseerd.
16. (a) Waarom was het vijftiende jaar van de regering van Tiberius Caesar belangrijk? (b) Wat gebeurde er toen Jezus werd gedoopt?
16 In Daniëls profetie was te kennen gegeven dat de 69 jaarweken zich tot 29 G.T. zouden uitstrekken. Welnu, verscheen de Messías dan ook precies op tijd in dat jaar? Ja, inderdaad! Johannes de Doper was „in het vijftiende regeringsjaar van Tiberius Caesar” met zijn prediking en doopwerkzaamheden begonnen (Lukas 3:1-3). Aangezien Tiberius op 17 augustus 14 G.T. (Gregoriaanse kalender) Romeins keizer was geworden, begon Johannes’ werk in het vijftiende jaar daarna, of in het voorjaar van 29 G.T. In de herfst van dat jaar werd Jezus van Nazareth door Johannes gedoopt, waarna de heilige geest uit de hemel neerdaalde om Jezus als de Christus, of Messías, te zalven (Lukas 3:21, 22). De Messiaanse profetie was in vervulling gegaan.b Opnieuw was bewezen dat Jehovah’s Woord onfeilbaar is.
17. Wat waren enkele Messiaanse profetieën die in verband met Jezus Christus in vervulling gingen?
17 Er zijn in verband met Jezus Christus nog veel meer profetieën uit de Hebreeuwse Geschriften in vervulling gegaan. Jezus werd bijvoorbeeld in Bethlehem geboren uit een maagd (Jesaja 7:14; Micha 5:2; Matthéüs 1:18-23; 2:3-6). Na zijn geboorte werden kleine kinderen gedood (Jeremia 31:15; Matthéüs 2:16-18). Hij had een voorloper (Jesaja 40:3; Matthéüs 3:1-3). Jezus droeg onze ziekten (Jesaja 53:4; Matthéüs 8:16, 17). Hij ging Jeruzalem binnen op een ezelsveulen (Zacharia 9:9; Johannes 12:12-15). Een van de apostelen verraadde hem voor dertig zilverstukken (Psalm 41:9; Zacharia 11:12; Matthéüs 26:14-16, 46-56; Johannes 13:18). Nadat Jezus aan de paal was genageld, verdeelden soldaten zijn kleding onder elkaar en wierpen zij het lot over zijn onderkleed (Psalm 22:18; Johannes 19:23, 24). Zijn beenderen werden niet gebroken, maar hij werd doorstoken (Psalm 34:20; Zacharia 12:10; Johannes 19:33-37). Na gedeelten van drie dagen in het graf geweest te zijn, werd hij uit de doden opgewekt (Jona 1:17; 2:10; Matthéüs 12:39, 40; Markus 9:31; Handelingen 10:40). Dit zijn slechts enkele voorbeelden van de wijze waarop Messiaanse profetieën zich in Jezus hebben vervuld. Maar ook hierdoor wordt bewezen dat Jehovah’s Woord onfeilbaar is.
De toekomst kan bekend zijn
18, 19. (a) Waarom is het niet zinloos de vraag te stellen wat de dag van morgen zal brengen? (b) Welke verdere vragen worden er opgeworpen?
18 Jezus, de Messías, heeft ook zelf hoop inboezemende profetieën geuit. Hij heeft bijvoorbeeld zijn toekomstige „tegenwoordigheid” voorzegd (Matthéüs 24:3-14). Verscheidene bijbelschrijvers hebben in feite bemoedigende profetieën opgetekend die in deze twintigste eeuw van groot belang zijn. De vraag ’Wat zal de dag van morgen brengen?’ is dus niet zinloos. Wij kunnen het te weten komen!
19 Tot dusver hebben wij enkele bijbelse profetieën beschouwd die in vroeger tijden in vervulling zijn gegaan. Maar hoe staat het met onze tijd? Beschikken wij over nog meer opwindende bewijzen dat Jehovah’s Woord onfeilbaar is?
[Voetnoten]
a Zie voor details blz. 189-195 van het boek „Uw wil geschiede op aarde”, in 1961 in het Nederlands uitgegeven door de Watchtower Bible and Tract Society of New York, Inc.
b Zie voor verdere details over de „zeventig weken” hoofdstuk 7 van het boek „Uw koninkrijk kome”, uitgegeven door de Watchtower Bible and Tract Society of New York, Inc.
Kunt u zich dit herinneren?
□ Wat gebeurde er, zoals was voorzegd, met het Tyrus uit de oudheid?
□ Hoe heeft Ninevé bewijzen verschaft dat Jehovah’s Woord onfeilbaar is?
□ Hoe is Daniël 8:20-22 in vervulling gegaan?
□ Hoe lang duurden de 69 „weken”, en wanneer zijn ze begonnen en geëindigd?
□ Wat zijn enkele Messiaanse profetieën die in verband met Jezus in vervulling zijn gegaan?