Het leven heeft veel meer te bieden!
1. Waarom putten zovelen zo weinig vreugde uit het leven? (Prediker 1:14, 15; 2:17, 18)
WELVAART, vrede, een goed leven! Wat een begerenswaardige dingen! Maar hoe brengt u uw dagen door? Mannen die hun gezin onderhouden, hebben vaak een baan die hun niet bevalt, en niet weinigen hangt constant de dreiging van werkloosheid boven het hoofd. Veel huisvrouwen kennen slechts lange dagen van gesloof met dag in dag uit weinig verademing en slechts geringe voldoening. Grote aantallen jonge mensen groeien op met een soortgelijk vooruitzicht voor het leven. Zelfs voor de weinigen die vinden dat het leven hen wat vriendelijker heeft behandeld, is de toekomst bewolkt door onzekerheid.
2. Hoe ziet de toekomst er voor de mensheid uit? (Jesaja 60:2)
2 Is dat nu werkelijk alles wat het leven te bieden heeft? Kijk waar u wilt in de wereld, het stelsel schijnt zwaar ziek te zijn. Het heeft zijn energiecrisissen en uit de hand lopende inflatie, voedseltekorten en milieuvervuiling, revoluties, koude en hete oorlogen, voorraden kernwapens, rassenproblemen, en onder de overgrote meerderheid een groeiende onvrede. Geen enkel deel van de aarde is vrij van problemen die een gevaar vormen voor het leven en het voortbestaan van de mensheid!
3. Waarom dienen wij ons om de toekomst te bekommeren? (Openbaring 3:10)
3 Sommige mensen schijnen een houding aan te nemen van: ’Wat doet het er toe, zolang het mij maar niet raakt!’ Maar wat kortzichtig! De onvermijdelijke conclusie is dat deze problemen heel spoedig het leven van iedereen zullen raken.
4, 5. (a) Welke houding schijnt de meerderheid van de mensheid aan te nemen, en waarom? (b) Waarom zou de oplossing wel eens in de bijbel te vinden kunnen zijn? (2 Timótheüs 3:16, 17; Romeinen 15:4; 1 Korinthiërs 10:11)
4 Menselijke leiders hebben mogelijke oplossingen aan de hand gedaan — op internationale schaal, op economisch, wetenschappelijk en politiek gebied. Maar zijn die niet allemaal ijdel en onbevredigend gebleken? De meeste van de voorgestelde plannen voor verlichting komen zelfs nooit van de grond. Geen van de wereldleiders kan een werkelijke oplossing van lange duur bieden. Het gevolg is dat de meerderheid van de mensen geen doel in het leven schijnt te hebben; hun houding is over het algemeen: „Laat ons eten en drinken, want morgen sterven wij.”
5 Deze hierboven geciteerde woorden staan in de bijbel, in 1 Korinthiërs 15:32,a maar de context waarin deze tekst staat, moedigt tot een positief standpunt aan. Zou het kunnen zijn dat de bijbel de oplossing voor de problemen van de mensheid bevat? Er zijn natuurlijk veel mensen die de bijbel verwerpen. Maar misschien is het met het oog op de hachelijke toestand in de wereld, tijd om de bijbel nog eens ter hand te nemen. Per slot van rekening is het een zeer oud boek, waarvan sommige delen ruim 3400 jaar geleden geschreven zijn. De bijbel heeft het respect van mensen van alle rassen gewonnen. Hij is vertaald in het grootste aantal levende talen en de verspreiding ervan heeft die van elke andere publikatie in de menselijke geschiedenis ver overtroffen. Welnu, toont de bijbel ons dat het leven veel meer te bieden heeft?
HET ANTWOORD VINDEN OP DE PROBLEMEN VAN HET LEVEN
6. Hoe beziet de bijbel de christenheid? (Jakobus 1:27; 5:3-5)
6 Sommigen die de bijbel kritiseren, hebben gewezen op de reputatie van de christenheid in verband met het uitbuiten van de armeren en het vergieten van veel onschuldig bloed door kruistochten, inquisities en de oorlogen van deze twintigste eeuw. ’Als de bijbel mensen ertoe brengt zó te handelen, willen wij er niets mee te maken hebben’, zeggen zij. De waarheid is echter, dat zulke met bloedschuld beladen mensen de bijbel eenvoudig hebben gebruikt als een dekmantel voor onchristelijke daden. De bijbel zelf veroordeelt hun optreden krachtig en stelt hen als schijn-christenen aan de kaak. De bijbel staat een werkelijk moreel hoogstaand leven voor.
7, 8. (a) Op welke vragen zou de bijbel antwoord kunnen geven? (Matthéüs 7:7) (b) Hoe heeft de bijbel veel mensen geholpen? (Psalm 119:105, 165)
7 Andere critici beweren dat de bijbel onwetenschappelijk en verouderd is, en dat het een boek vol mythen is. Maar is dat zo? Wij hebben thans overtuigende antwoorden nodig op essentiële vragen die ons leven raken, zoals: Waar is de mens vandaan gekomen? Wat is de betekenis van de huidige toestanden? Zal het menselijk leven van de aarde worden weggevaagd? Wat heeft de toekomst voor de mensheid in petto?
8 De bijbel beantwoordt deze en veel andere vragen die mensen vaak stellen. En verre van mythen te bevatten, houdt de bijbel zich bezig met werkelijkheden. Het is een feit dat hij mensen in elk deel van de wereld tot gids heeft gediend om hun leven te gebruiken op een wijze die hun ware voldoening en tevredenheid schenkt. Wanneer u de bijbel onderzoekt, zult u merken dat hij antwoorden op uw vragen verschaft, en u praktische hulp geeft om waar geluk in uw leven te vinden. De bijbel zal u helpen het leven zinvol te maken.
HOE HET UNIVERSUM IS ONTSTAAN
9, 10. (a) Wat is volgens de bijbel de oorsprong van het universum? (Jesaja 45:12, 18) (b) Hoe getuigt het universum zelf van schepping? (Hebreeën 3:4)
9 Indien wij erachter willen komen wat het leven allemaal inhoudt, is een van de fundamentele vragen die beantwoord moeten worden: Wat is de oorsprong van het leven? Met andere woorden: Waar komen wij vandaan? Heeft het een bedoeling dat wij leven? De bijbel zegt dat ’God de hemel en de aarde schiep’ (Genesis 1:1). Maar hedendaagse denkers vragen zich af: Is er werkelijk een Almachtige God — een Schepper? Is het niet zo dat veel mensen geloven dat het universum een produkt van evolutie is?
10 Hebt u ooit een planetarium bezocht? Zo ja, dan hebt u ongetwijfeld versteld gestaan van het ingewikkelde mechanisme, ontworpen om de exacte afbeelding van de hemelen op de gebogen koepel te projecteren, en ook van de nauwkeurige beweging van het model van ons zonnestelsel. Misschien hebt u wel gedacht: Wat een geweldig produkt van ’s mensen fotografisch en technisch kunnen! Maar denkt u eens even na. Als er talentvolle mensen nodig waren om zo’n weergave van het universum te maken, dan is er beslist een nog veel talentvoller Intellect nodig geweest om het ontzagwekkende universum zelf te construeren.
11. Wat hebben enkele geleerde wereldse denkers wel móeten toegeven? (Romeinen 1:20-23)
11 Het was in de negentiende eeuw dat Charles Darwin theoretiseerde dat het universum geheel en al een produkt van evolutie is. Denkt u echter ook dat niemand dit alles heeft gemaakt? Denkt u dat het leven bij toeval is ontstaan? Veel intelligente mensen bemerken dat de evolutietheorie gebreken vertoont. Zo verklaarde bijvoorbeeld de historicus Arnold Toynbee:
„Ik vind niet dat de darwinistische evolutietheorie een positief verslag heeft gegeven van een alternatieve manier waarop het universum tot stand gebracht kan zijn.”1
Ja, zelfs Darwin gaf toen hij de bron van het leven besprak toe:
„Een andere bron van overtuiging voor het bestaan van God, verband houdend met de rede en niet met gevoelens, maakt indruk op me . . . Dit spruit voort uit het feit dat het zo uiterst moeilijk of veeleer onmogelijk is zich dit onmetelijke en prachtige universum, met inbegrip van de mens met zijn vermogen achterom en ver in de toekomst te zien, voor te stellen als het resultaat van blinde toevalligheid of noodzaak. Wanneer ik hierbij stilsta, voel ik mij gedwongen naar een Eerste Oorzaak uit te zien.”2
12. Wat dienen wij nederig te erkennen, en waarom? (Handelingen 14:15-17)
12 Ja, de simpele logica vertelt ons dat er een grote Eerste Oorzaak moet zijn, een Schepper — God! En wanneer wij bedenken dat de krachtigste telescopen van de mens nog maar nauwelijks in de diepten van Zijn wonderbaarlijke universum beginnen door te dringen, dan dienen wij nederig te erkennen dat de wijsheid en de bekwaamheden van de mens in het niet verzinken bij de uitnemende wijsheid en macht van God. Zoals wij zullen zien, kunnen wij God niet buiten beschouwing laten indien wij ons in een gelukkig en zinvol leven willen verheugen. Hij moet een bedoeling gehad hebben met het scheppen van het universum, onze aarde inbegrepen. Naarmate wij meer over zijn grootse voornemen te weten komen, kunnen wij verwachten te ontdekken dat het leven veel meer te bieden heeft!
HOE HET LEVEN OP AARDE BEGON
13. Waarom is deze aarde iets opvallends in Gods schepping? (Psalm 104:24)
13 Laten wij onze aandacht nu richten op dit kleine stipje in de uitgestrektheid van het universum — de aarde zelf. Deze aarde is van een bijzondere schoonheid. Ze is bekleed met kleur en is verrijkt met een geweldige verscheidenheid van levensvormen. Er is leven op. Een van de astronauten die naar de maan reisden, gaf de volgende beschrijving van de aarde:
„In het gehele universum, waar wij ook keken, was het enige beetje kleur dat wij zagen, daarginds op de aarde. Daar konden wij het koninklijke blauw van de zeeën, de bruine kleurschakeringen van het land en het wit van de wolken zien. . . . Het was het prachtigste wat er in heel het uitspansel te zien was. De mensen hier beneden beseffen niet wat zij hebben.”3
Er is geen twijfel aan dat deze aarde opvalt als een edelsteen in het onmetelijke universum. Het krioelt er inderdaad van leven. En al dit leven moet toch zeker een bedoeling hebben! Laten wij eens zien of wij erachter kunnen komen wat deze bedoeling is.
14. Waar is het leven vandaan gekomen, en hoe? (Psalm 104:30, 31)
14 Het is niet al te moeilijk erachter te komen waar het leven vandaan is gekomen. Een bijbelschrijver verwees 3000 jaar geleden naar die Bron toen hij verklaarde:
„Hoe kostbaar is uw liefderijke goedheid, o God! . . . Want bij u is de bron van het leven; door licht van u kunnen wij licht zien.” — Psalm 36:7, 9.
Enkele hardnekkige bijbelcritici hebben moeten toegeven dat God de Bron van het leven is. Zelfs de evolutionist Darwin erkende dat het leven oorspronkelijk „door de Schepper in enkele vormen of in één vorm ingeblazen”4 moet zijn. Maar als God het leven in „enkele vormen” kon inblazen, waarom zou hij het dan niet op dezelfde manier in honderden geschapen „soorten” inblazen, elk op zijn beurt? De bijbel zegt dat hij juist dat heeft gedaan! Hij schiep alles wat leeft „naar zijn soort” (Genesis 1:12, 21, 24, 25). Gods schepping van de eerste mens wordt als volgt beschreven:
„En Jehovah God ging ertoe over de mens te vormen uit stof van de aardbodem en in zijn neusgaten de levensadem te blazen, en de mens werd een levende ziel.” — Genesis 2:7.
Zo is volgens de bijbel het menselijk leven hier op aarde ontstaan, nog maar 6000 jaar geleden — door rechtstreekse schepping door God. Het is uiterst belangrijk dat wij dat feit begrijpen om te beseffen dat het leven veel meer te bieden heeft.
15. Zou het leven bij toeval ontstaan kunnen zijn? (Psalm 100:3)
15 In tegenstelling tot het ongecompliceerde scheppingsverslag in de bijbel, klinken sommige van de verklaringen van evolutionisten als fantasieën. Eén geleerde op het gebied van de evolutie schrijft bijvoorbeeld het volgende:
„Op een keer, heel lang geleden, misschien wel twee en een half miljard jaar terug, onder een dodelijke zon, in een van ammoniak doortrokken oceaan overkoepeld door een giftige atmosfeer, te midden van een soep van organische moleculen, kwam bij toeval een nucleïnezuurmolecule tot stand die op de een of andere manier een duplicaat van zichzelf kon vormen — en van toen af volgde alles vanzelf!” (Wij cursiveren)5
Kan dat u overtuigen? De evolutionist Lecomte du Noüy berekende de kans dat één eiwitmolecule zich zelf kon produceren, en dat onder gunstige omstandigheden, in een oceaan van chemicaliën ter grootte van de aarde. Hij zei dat dit slechts één maal in de 10243 (dat is het cijfer 1 gevolgd door 243 nullen) miljard jaren kon gebeuren.6 Een levende cel bestaat echter niet uit één maar uit honderden eiwitmoleculen, alsook uit vele andere samengestelde substanties! Het is toch wel zeker dat het leven niet bij toeval is ontstaan!
16. Waarom kan evolutie een „mythe” worden genoemd? (1 Timótheüs 1:3, 4)
16 Er is zoveel in de evolutietheorie dat in strijd is met de feiten! Zo is het een onveranderlijke genetische wet voor al wat leeft — plant, dier en mens — dat elk zich slechts naar zijn soort kan voortplanten. Er kunnen veranderingen binnen de soort zijn, zoals waarneembaar is in de vele variëteiten van honden. Maar de hondesoort brengt altijd honden voort. Hij kan niet gekruist worden met de kat, of met andere soorten. Zeer tot teleurstelling van de evolutionisten, hebben fossiele overblijfselen in de rotsen niet de voorzegde „ontbrekende schakels” tussen de soorten opgeleverd. Bovendien zijn „mutaties” of veranderingen in de cellen bijna altijd schadelijk geweest — het omgekeerde van wat de evolutie beweert — en hebben ze in het geval van de mens slechts mongoloïden of anderszins gebrekkigen voortgebracht. Geen wonder dat bepaalde geleerden van aanzien de evolutie nu beschrijven in termen als „mythe”, „oordeelkundig gegis”8 en „het grootste sprookje dat ooit als wetenschap vermomd is geweest”.9
17. In welke opzichten is de mens wonderbaarlijker gemaakt dan de dieren? (Genesis 1:27, 28)
17 De mens zelf is echter geen „mythe”. Hij leeft. Zijn bestaan op zich als een intelligent, moreel schepsel, gemaakt „naar Gods beeld” en geleid door een geweten, onderscheidt hem volkomen van alle lagere levensvormen. Het leven moet dus veel meer te bieden hebben dan slechts te bestaan als dieren. Een enorme kloof scheidt de mens van de dieren. Welk dier besteedt wel twintig jaar aan het verzorgen en opleiden van elk van zijn jongen? Slechts de mens kan de wonderbaarlijke eigenschappen liefde, vriendelijkheid, overleg en vindingrijkheid aanwenden en schoonheid, beeldende kunsten en muziek waarderen. Dienen uit dankbaarheid voor deze rijke gave, niet alle mensen die het leven liefhebben met de woorden van koning David uit de oudheid in te stemmen: „O Jehovah, . . . Ik zal u prijzen omdat ik op een vrees inboezemende wijze wonderbaar ben gemaakt”? — Psalm 139:4, 14.
WELKE INVLOED „EVOLUTIE” OP HET LEVEN HEEFT GEHAD
18, 19. Welke invloed heeft evolutie gehad op (a) de moraal? (Psalm 10:3, 4) (b) de houding van heersers? (1 Johannes 3:15)
18 Waarom is de evolutie door zoveel mensen in deze tijd gretig aanvaard? Eén reden is dat het populair en in de mode is geraakt erin te geloven. Bovendien heeft ze in een ontsnappingsweg voorzien voor onafhankelijke of immorele mensen die ’hun eigen weg willen gaan’ zonder zich verantwoordelijk te voelen tegenover een Schepper of zijn morele wetten. In The Outline of History beschrijft H. G. Wells hoe de evolutietheorie zich heeft ontwikkeld, en bij zegt: „Ze bracht niets constructiefs . . . om de oude morele waarden te vervangen. Een ware demoralisatie volgde.”10 Ze droeg niets bij om het leven de moeite waard te maken.
19 De geschiedschrijver Wells vertelt als volgt over een verder gevolg van evolutionair onderwijs: „Invloedrijke volken geloofden . . . dat ze zegevierden krachtens de Strijd om het Bestaan, waarin de sterken en de slimmen de zwakken en goedgelovigen de baas worden. . . . Derhalve scheen het hun juist toe dat de grote honden van de menselijke meute de rest zouden ringeloren en onderdrukken.”11 Zo voorzag de evolutie de „christenheid” van een excuus voor het voeren van beestachtige oorlogen. Het boek Evolution and Christians schrijft de tragedie van de Eerste Wereldoorlog in 1914 en later de boosaardige excessen van het nazisme aan de darwinistische leer toe.12 Evenzo moet de evolutie medeverantwoordelijk geacht worden voor de opkomst van het communisme. Van Karl Marx wordt gezegd dat hij Darwins Origin of Species met veel genoegen las en erover opmerkte dat het God „de genadeslag” gaf.13 Bovendien zei hij:
„Darwins boek is zeer belangrijk en dient mij als basis voor de klassenstrijd in de geschiedenis.”14
Tot op deze dag streven communistische natiën hun doel van wereldheerschappij na op basis van de evolutieleer van het „overleven van de geschiktsten”. Ook andere natiën nemen deel aan de strijd om overleving en het gevolg is de massale bewapeningswedloop van dit atoomtijdperk. Het leven van de gehele mensheid loopt gevaar.
20. Hoe zou het geloof in evolutie uw eigen leven kunnen beïnvloeden? (Kolossenzen 2:8)
20 Hoe is dit van invloed op uw eigen leven? Het kan voor u persoonlijk heel schadelijk zijn verstrikt te raken in de evolutietheorie. Indien de evolutie waar zou zijn, zou het leven doelloos en zinloos worden. Het zou niets anders zijn dan een genadeloze strijd om in leven te blijven met slechts de dood als eindresultaat. Omdat de evolutionist in het „overleven van de geschiktsten” gelooft, heeft hij geen reden om zijn medemens lief te hebben, een fatsoenlijk moreel hoogstaand leven te leiden of zich anders te gedragen dan redeloze dieren. De evolutie is volkomen negatief in haar invloed op de mensheid. Ze kan op geen van de vragen van het leven een bevredigend antwoord verschaffen. De bijbel kan dit echter wel.
WAAROM IS HET LEVEN ZO VOL PROBLEMEN?
21, 22. (a) Waarmee kan de huidige situatie van de mens worden vergeleken? (b) Aan welk „verkeersbord” heeft Adam zich niet gehouden, en met welk gevolg? (Genesis 2:15-17; 3:17-19)
21 De situatie is te vergelijken met een gezin, dat op een prachtige verkeersweg rijdt. Die weg voert door een heerlijk paradijs. Alles is gunstig voor een goede reis. Dan zien zij echter een brede zijweg met het bord: „Gevaar — Geen toegang.” Hun nieuwsgierigheid en geest van onafhankelijkheid krijgen de overhand. Zij rijden die weg op en raken steeds verder van de hoofdweg verwijderd. Ten slotte komt er een steile helling naar beneden. Zij hebben de auto nu niet meer onder controle. Het is hun onmogelijk op de hoofdweg terug te komen. De remmen weigeren hun dienst. Stoppen gaat niet. Sneller en sneller gaat het naar beneden. Uiteindelijk storten zij over een steile rotswand naar beneden, hun vernietiging tegemoet.
22 De bijbel laat zien dat het met de mensheid net zo gesteld is. God zette voor de eerste mens in de Hof van Eden een „verkeersbord” neer: ’Gij moogt van deze ene vrucht niet eten.’ Van de man en zijn vrouw werd verlangd dat zij hun liefde voor God zouden tonen door dat simpele gebod te gehoorzamen. Zij bleven echter in gebreke. Moedwillig dwaalden zij van de hoofdweg af en sloegen de weg der zonde in, die krachtens Gods oordeel naar de dood en de vernietiging voert. In Romeinen 5:12 lezen wij: ’Door bemiddeling van één mens is de zonde de wereld binnengekomen en door middel van de zonde de dood, en aldus heeft de dood zich tot alle mensen uitgebreid omdat zij allen gezondigd hadden.’ Omdat wij de nakomelingen van de ongehoorzame Adam zijn, hebben wij dus allemaal over die onaangename weg moeten reizen, ver verwijderd van de volmaaktheid die de ouders van de menselijke familie in het paradijs genoten. Wat hobbelig en onaangenaam is die weg de afgelopen jaren geworden! Het is een brede eenrichtingsweg, en geen van de politici of wijzen van de wereld is in staat geweest de menselijke familie de weg terug te wijzen. Voor iedereen die zich erop bevindt, is het einde van de weg de dood. En de vernietiging van de gehele mensenwereld is een onmiskenbare mogelijkheid geworden.
23, 24. (a) Wat betekent Johannes 14:6, en hoe is dit van toepassing op Jezus? (b) Wat voor voordeel zou het voor u afwerpen naar die hoofdweg terug te keren? (Johannes 3:16)
23 Maar kijk! Er valt een straaltje licht op een zijweg, een smalle weg die van de brede weg terugvoert naar de hoofdweg. Op het eerste gezicht lijkt hij bijzonder nauw te zijn. Het zal moeilijk zijn de draai te nemen om erop te komen. De grote familie van mensen die nu roekeloos over de brede weg reist, geeft er de voorkeur aan de smalle weg te negeren. Zij gaan liever met de grote massa mee. De grote meerderheid van de mensen blijft op de brede weg vanwege het gemak en om de tijdelijke genoegens ervan. Zij slaan geen acht op verdere waarschuwingen voor dreigend gevaar. Maar sommige mensen die op hun hoede zijn, slaan de smalle weg in. Daar hebben zij het lang niet gemakkelijk, en zij moeten waakzaam zijn, maar na verloop van tijd is het prettig reizen. En uiteindelijk leidt deze weg hen naar een hersteld paradijs van overvloed. Wat een genoegen is het voor hen hun ogen te laten weiden over dat verrukkelijke, vredige paradijs.
24 En weer is het, zoals de bijbel laat zien, net zo met de menselijke familie. Terwijl de meerderheid op haar onafhankelijkheid staat en met de grote massa mee op de brede weg naar de vernietiging reist, heeft zich een weg geopend om terug te gaan. Toen Jezus, de Zoon van God, hier op deze aarde was, vestigde hij daar de aandacht op met de woorden: „Ik ben de weg en de waarheid en het leven” (Johannes 14:6). Omdat Jezus getrouw Gods wil op aarde deed, zozeer zelfs dat hij zijn leven ten behoeve van de menselijke familie offerde, stelde God hem aan tot „de Voornaamste Bewerker van het leven”. Hij is ook in de wereld gekomen om „getuigenis af te leggen van de waarheid” en Gods voornemen bekend te maken (Handelingen 3:15; Johannes 18:37). Hij alleen is in staat leden van de menselijke familie de weg terug te wijzen naar de prachtige hoofdweg die leidt naar een ten volle genieten van een gelukkig leven in het aardse paradijs van God.
25. Waarom is het leven op de paradijsaarde zo iets begeerlijks? (Openbaring 21:3, 4)
25 Zou u niet graag op zo’n hoofdweg reizen, rechtstreeks naar een luisterrijke aarde, en met het vooruitzicht voor altijd in volmaakte gezondheid en geluk te leven? Zo’n leven zou beslist veel meer te bieden hebben!
26. Hoe belangrijk is het dat u werkelijk de waarheid te weten komt? (Johannes 8:31, 32)
26 Door geloof te oefenen in Gods Voornaamste Bewerker van het leven, kunnen wij de „weg” naar dat leven vinden. Het leven is zo anders wanneer het zinvol is, en wanneer er een krachtige hoop is op een voldoening schenkend, lonend leven dat zich tot ver in de toekomst uitstrekt. En hoe kunnen wij die hoop verwezenlijken? Jezus zelf geeft in een gebed tot zijn Vader het antwoord: „Dit betekent eeuwig leven, dat zij voortdurend kennis in zich opnemen van u, de enige ware God, en van hem die gij hebt uitgezonden, Jezus Christus” (Johannes 17:3). Door de Schrift ijverig te onderzoeken, kunnen wij de waarheid te weten komen; en door die dagelijks toe te passen, kunnen wij nu al beginnen werkelijk te leven!
WERELDTOESTANDEN DIE UW LEVEN BEÏNVLOEDEN
27. In welke situatie verkeren wij nu? (2 Timótheüs 3:1)
27 Zoals algemeen wordt erkend, worden de wereldtoestanden slechter. In de grote steden nemen armoede en misdaad toe. Waar u ook woont, u betaalt meer voor uw brood, meer voor uw vlees, en de elementaire kosten van levensonderhoud schieten de hoogte in. In veel plaatsen waart de wetteloosheid op straat rond. Op elk moment schijnt het tot een uitbarsting van meer gewelddadigheid en zelfs oorlog te kunnen komen. Het is alsof de mensheid zich definitief langs het laatste stukje van de weg der vernietiging naar beneden stort.
28. Wie schuilt er achter alle moeilijkheden, en welk doel streeft hij na? (2 Korinthiërs 4:4)
28 Welke kracht schuilt er achter dit alles? Het is een goddeloze geestelijke persoon, „de grote draak, de oorspronkelijke slang, die Duivel en Satan wordt genoemd, die de gehele bewoonde aarde misleidt”. Hij trekt aan de touwtjes achter de diplomatie van de natiën. Gods tijd is nu echter aangebroken om Satans gezag te vervangen door een harmonieuze, liefdevolle heerschappij over de mensheid door middel van Christus’ hemelse koninkrijk. Zijn tijd is gekomen om degenen die het leven liefhebben, terug te voeren naar de hoofdweg om eeuwig leven in geluk te genieten. Maar Satan weigert plaats te maken. Daarom is het nu „wee de aarde . . ., want de Duivel is tot u neergedaald, en hij heeft grote toorn, daar hij weet dat hij slechts een korte tijdsperiode heeft” (Openbaring 12:9, 12). Zijn doel is, de mensheid in het verderf te storten.
29. Wat is Gods voornemen voor deze tijd? (Psalm 37:9-11)
29 Er is geen twijfel aan! Waar u thans ook op aard kijkt, de bewijzen zijn er dat „de gehele wereld . . . in de macht van de goddeloze”, Satan, ligt (1 Johannes 5:19). God zal echter niet toelaten dat Satan in zijn boosaardige opzet slaagt! Het is waar, de vernietiging van deze wereldmaatschappij staat voor de deur. Maar Gods voornemen is, levens te redden. In de profetieën van de bijbel laat hij zien hoe hij dit precies zal doen.
HOE BIJBELPROFETIEËN HELPEN LEVENS TE REDDEN
30. Waarom kunt u erop vertrouwen dat bijbelprofetieën over onze tijd vervuld zullen worden? (2 Petrus 1:19-21; Daniël 9:24-27)
30 Veel bijbelprofetieën hebben reeds een opmerkelijke vervulling gehad. Zo voorzeiden deze profetieën honderden jaren voordat Jezus op deze aarde verscheen, nauwkeurig de datums van zijn predikingsactiviteit — 29 tot 33 G.T. — alsook talrijke details van zijn leven en dood. Al deze dingen gingen in vervulling. Ook Jezus zelf sprak enkele opvallende profetieën uit. Een ervan ging over „het besluit van het samenstel van dingen” en kreeg een opmerkelijke vervulling ten aanzien van het joodse samenstel van dingen in de eerste eeuw.
31, 32. Hoe heeft in 70 G.T. een profetie levens helpen redden? (Lukas 21:20-24)
31 Volgens Matthéüs 24:3, 15-22, wees Jezus erop dat Jeruzalem belegerd zou worden door het „walgelijke ding”, de legers van het keizerlijke Rome. In zijn profetie zei hij dat wanneer christenen dit zagen, zij ’naar de bergen moesten beginnen te vluchten’. Ongeveer drieëndertig jaar later trokken die legers werkelijk tegen Jeruzalem op. Ze vervulden veel onderdelen van Jezus’ profetie; zo sloten ze de stad in met versterkingen en drongen ze zo ver door dat ze zelfs in de „heilige plaats” stonden, tot aan de westelijke muur van Jeruzalems tempel (Matthéüs 24:15). Maar hoe konden de christenen in deze schijnbaar onmogelijke situatie de stad verlaten?
32 Plotseling, en zonder duidelijke reden, trokken de Romeinse legers terug! In gehoorzaamheid aan Jezus’ gebod, konden de christenen nu voor hun leven vluchten naar de bergen aan de overkant van de rivier de Jordaan. Later kwamen de Romeinse legers onder generaal Titus terug, en in 70 G.T. werden Jeruzalem en zijn tempel met de grond gelijk gemaakt. De belegering, de honger en het zwaard kostten 1.100.000 nationalistische joden het leven, terwijl er 97.000 gevankelijk werden weggevoerd in slavernij, zo bericht de geschiedschrijver Josephus. Door echter de bijbelse profetie te gehoorzamen, brachten degenen die het leven werkelijk liefhadden, het er levend af!
33. Welke thans heersende situatie komt overeen met de laatste dagen van het joodse stelsel? (Lukas 21:25, 26)
33 Jezus gebruikte deze voorzegde gebeurtenissen uit de eerste eeuw als een patroon van wereldschokkende gebeurtenissen die nog zouden plaatsvinden in de generatie vanaf 1914 G.T. Ook nu moeten er levens worden gered! Want nu zijn wij aangeland in „het besluit van het samenstel van dingen”, het gehele wereldstelsel dat door Satan wordt beheerst. Hoe duidelijk bewijzen de gebeurtenissen sedert 1914 dat dit zo is! Als laatste vervulling van Jezus’ profetie zag dat jaar „een begin van weeën der benauwdheid” toen ’natie tegen natie opstond’ in het bloedbad van de Eerste Wereldoorlog. Dit werd, zoals voorzegd, gevolgd door „grote aardbevingen . . . pestilentiën en voedseltekorten”. Een tweede wereldoorlog, veel verschrikkelijker dan de eerste, volgde, en nu wordt de aarde gekweld door „het toenemen der wetteloosheid” (Matthéüs 24:7-13; Lukas 21:10, 11). De natiën verkeren in radeloze angst. Geen van alle weten ze een uitweg.
34. Hoe handelt God om levens te redden? (Daniël 2:44)
34 God echter wel! Wanneer God erover spreekt dat hij de zelfzuchtige koninkrijken of natiën der aarde zal oordelen, verklaart hij dat hij „een koninkrijk [zal] oprichten dat nooit te gronde zal worden gericht” en dat „al deze koninkrijken [zal] verbrijzelen en er een eind aan [zal] maken” (Daniël 2:44). Het zal dan al degenen die Jezus’ Koninkrijksheerschappij hebben aanvaard, leven onder vredige omstandigheden schenken. Om al zulke personen die het leven zoeken te helpen, nemen ware christenen thans deel aan een levenreddend werk als een vervulling van het verdere gedeelte van Jezus’ grote profetie: „En dit goede nieuws van het koninkrijk zal op de gehele bewoonde aarde worden gepredikt tot een getuigenis voor alle natiën, en dan zal het einde komen.” — Matthéüs 24:14.
35. (a) Wanneer en hoe zal het einde komen? (b) Hoe kan het acht slaan op profetieën u tot voordeel strekken? (Lukas 21:34-36)
35 Natuurlijk zijn wij er ten zeerste in geïnteresseerd te weten wanneer precies ’het einde zal komen’. Want werkelijk, ons leven is ermee gemoeid! In Job 24:1 lezen wij: „De dag der afrekening is geen geheim voor de Almachtige, ofschoon degenen die hem kennen geen aanwijzing hebben voor de datum ervan” (The New English Bible). Hij moet echter zeer nabij zijn! Want Jezus zegt over personen die de „weeën der benauwdheid” in 1914 G.T. zagen beginnen: ’Dit geslacht zal geenszins voorbijgaan totdat al deze dingen geschieden’ (Matthéüs 24:34). Inbegrepen bij „al deze dingen” is de vernietiging van de huidige verdorven maatschappij, zoals Jezus die juist had beschreven: „Er zal dan zulk een grote verdrukking zijn als er sedert het begin der wereld tot nu toe niet is voorgekomen, en ook niet meer zal voorkomen. Indien die dagen trouwens niet werden verkort, zou geen vlees worden gered; maar ter wille van de uitverkorenen zullen die dagen worden verkort” (Matthéüs 24:21, 22). Indien de „grote verdrukking” niet werd verkort, zou de mensheid vanzelf van de aarde vergaan! Maar gelukkig kunnen al degenen die God liefhebben, het er levend afbrengen. „Jehovah behoedt allen die hem liefhebben, maar alle goddelozen zal hij verdelgen” (Psalm 145:20). Indien u acht slaat op de bijbelprofetieën, kunt ook u ontkomen en in leven blijven.
DE WEG DIE NAAR OVERLEVING EN EEUWIG LEVEN VOERT
36. Hoe zou u 1 Johannes 2:15-17 in uw dagelijks leven toepassen? (Markus 12:28-31)
36 Zult u tot de overlevenden behoren? Dat hangt ervan af of u van de brede weg die onvermijdelijk naar de vernietiging voert, afslaat. Het hangt ervan af of u zich houdt aan de verkeersborden langs de weg die naar het leven leidt. Indien u werkelijk wilt leven, is dat niet al te moeilijk. Het betekent dat u leert God en uw naaste lief te hebben. Zoals 1 Johannes 5:3 vermeldt: „Dit betekent de liefde tot God, dat wij zijn geboden onderhouden.” Sommige van de dingen die hij van ons verlangt, staan eerder in deze brief van Johannes genoemd (2:15-17):
„Hebt de wereld niet lief noch de dingen in de wereld. Indien iemand de wereld liefheeft, is de liefde van de Vader niet in hem; want alles wat in de wereld is — de begeerte van het vlees en de begeerte der ogen en het opzichtige geuren met de middelen voor levensonderhoud die men heeft — spruit niet voort uit de Vader, maar uit de wereld. De wereld gaat bovendien voorbij en ook haar begeerte, maar wie de wil van God doet, blijft in eeuwigheid.”
Ten einde eeuwig te blijven leven, Gods bescherming en gunst te ontvangen tijdens de „grote verdrukking” en tot in het herstelde paradijs, moeten wij ons afkeren van de dingen die God haat — de immoraliteit, de hebzucht, de oneerlijkheid, de leugenachtigheid, de diefstallen en de conflicten van de wereld. Door dit te doen, kunnen wij het leven ook nu de moeite van het leven waard doen zijn.
37. (a) In welk opzicht dienen wij „geen deel van de wereld” te zijn? (Johannes 15:17-19) (b) Hoe kunt u tonen dat u Gods koninkrijk ondersteunt? (Matthéüs 6:33)
37 Jezus zelf zei over zijn discipelen: „Zij zijn geen deel van de wereld, evenals ik geen deel van de wereld ben” (Johannes 17:16). Hoe zouden wij dit in ons leven toepassen? Het betekent dat wij ons moeten afscheiden van de doelstellingen en programma’s van een wereld die zich feitelijk naar de vernietiging spoedt onder haar god en heerser, Satan, de „goddeloze”. In ons dagelijks leven dienen wij niet deel te nemen aan wereldse activiteiten die in strijd zijn met Gods heerschappij. Zoals in Matthéüs 24:3 en 25:31 wordt aangetoond, is het teken van „het besluit van het samenstel van dingen” ook het teken van Jezus’ „tegenwoordigheid” in de hemel met Koninkrijksmacht. Daarom gaat sedert het jaar 1914 ook de profetie in vervulling: „Het koninkrijk der wereld is het koninkrijk van onze Heer [God] en van zijn Christus geworden, en hij zal als koning regeren tot in alle eeuwigheid” (Openbaring 11:15). Nu is het de tijd om dat koninkrijk onze steun te verlenen! Ons toekomstige leven hangt van Gods koninkrijk af. Kunnen wij dan met een rustig geweten de oorlogen, de revoluties, de politieke bewegingen of de wereldse plannen van onze tijd ondersteunen? Die zullen hun doel stellig niet bereiken. Want zij beweren te doen wat alleen Gods koninkrijk tot stand kan brengen. Het gehele stelsel is ten ondergang gedoemd. Dus waarom meehelpen aan pogingen het op te lappen? Laten wij veeleer het zekere geneesmiddel — Gods koninkrijk! — van harte ondersteunen.
38. Wat dient thans onze houding jegens heersers te zijn? (Lukas 20:25)
38 Betekent dit dat wij anarchisten moeten worden? Verre van dat! Want „God is geen God van wanorde, maar van vrede” (1 Korinthiërs 14:33). Zo lang de huidige regeringen nog bestaan, verwacht God van ons dat wij hun wetten gehoorzamen en hun heersers respecteren. Romeinen 13:1 zegt immers: „Iedere ziel zij onderworpen aan de superieure autoriteiten.” Dit betekent dat wij „caesar” (de regering) geven wat hem toekomt door belastingen te betalen en ons aan alle wetten te houden, mits ze niet in strijd zijn met Gods wet. — Markus 12:17.
39. Hoe kunt u naastenliefde tonen? (1 Korinthiërs 13:4-7)
39 Behalve liefde voor God, moeten wij ook liefde voor onze naaste tonen. Waar kunnen wij beter beginnen dan in ons eigen gezin! Maar hoe kunnen wij dit doen? In Kolossenzen 3:18-21 staat het eenvoudige bijbelse antwoord:
„Gij vrouwen, weest aan uw man onderworpen, zoals het betaamt in de Heer. Gij mannen, blijft uw vrouw liefhebben en weest niet bitter toornig op haar. Gij kinderen, weest uw ouders gehoorzaam in alles, want dit is de Heer welgevallig. Gij vaders, tergt uw kinderen niet, zodat zij niet moedeloos worden.”
Beslist een voortreffelijke basis om een verenigd gezin op te bouwen! En niet alleen in het gezin, maar ook in onze betrekkingen met alle anderen kunnen wij de eigenschappen „mededogen, goedheid, ootmoedigheid van geest, zachtaardigheid en lankmoedigheid” aankweken. En wat is het voornaamste? „Bekleedt u bij al deze dingen echter met liefde, want ze is een volmaakte band van eenheid.” — Kolossenzen 3:12, 14.
40. Wat voor mensen zijn Jehovah’s getuigen? (Johannes 13:34, 35)
40 U vraagt zich misschien af: Is er thans wel een groep van mensen op aarde die in hun leven werkelijk deze liefde voor God en de naaste toepassen? Zo’n groep is er. Als er een Koninkrijkszaal bij u in de buurt is, hoeft u niet verder te zoeken om hen te vinden. Zij zijn een internationale groep die uit miljoenen mensen bestaat. Voor het grootste deel zijn zij heel gewone mensen, qua achtergrond niet anders dan de meesten van hun buren, en gewoonlijk hebben zij dezelfde dagelijkse bezigheden als anderen bij hen in de buurt. Hun liefde is echter in de eerste plaats op hun God gericht. Zij zien ernaar uit dat Zijn wil op aarde wordt gedaan, en zij leven dienovereenkomstig. Vandaar dat zij de bijbel ijverig bestuderen, de beginselen ervan in hun dagelijks leven toepassen en de erin vervatte boodschap aan hun naasten vertellen. Het zijn Jehovah’s christelijke getuigen. Waarom maakt u geen kennis met hen in de Koninkrijkszaal bij u in de buurt? U zult bemerken dat er geen riten zijn, er gaan geen collecteschalen rond en er is geen stijf formalisme. In plaats daarvan zult u hartelijke mensen aantreffen die nu reeds veel voldoening uit het leven putten en die uitzien naar eeuwig leven in volmaaktheid op een paradijsaarde.
41. Hoe hebben de Getuigen grote problemen opgelost? (Handelingen 10:34, 35)
41 Zou u niet willen omgaan met mensen die deze hoop hebben en ernaar leven? Zij bezitten een wereldomvattende eenheid die tot stand is gekomen door volgens bijbelse beginselen te leven. In hun eigen kring hebben zij de problemen opgelost waaraan de natiën al eeuwenlang vruchteloos hebben gewerkt, zoals oorlogen, het racisme en nationalisme. Omdat zij volgens de bijbel leven, komen problemen in verband met geweld, misdaad, oneerlijkheid en immoraliteit onder hen vrijwel niet voor. Zij worden niet geplaagd door maatschappelijke kwalen. Zelfs indien een van hen een ernstige misstap zou begaan, hoewel dit zelden voorkomt, wordt hij, wanneer hij berouw heeft, liefdevol gerehabiliteerd. Wetend dat God „uit één mens elke natie van mensen [heeft] gemaakt om op de gehele oppervlakte der aarde te wonen”, laten zij hun kijk op iedereen afzonderlijk niet beïnvloeden door zijn maatschappelijke status, zijn opleiding of gebrek aan onderwijs, zijn nationaliteit of de kleur van zijn huid. — Handelingen 17:26.
WAAROM HET LEVEN VEEL MEER TE BIEDEN HEEFT!
42. Welke toekomst wacht degenen die het leven liefhebben? (Psalm 72:1-8)
42 Een glorieuze toekomst wacht degenen die het leven liefhebben en die nu iets doen om hun leven te redden. Hoe zal die toekomst eruitzien? Ze zal niet te vergelijken zijn met het eentonige leven dat zovelen van de menselijke familie thans leiden. „De vroegere dingen” — het verdriet, de dood en de pijn van het huidige stelsel — zullen zijn „voorbijgegaan”. Wat zal er dus volgen? God zelf verklaart: „Zie! Ik maak alle dingen nieuw” (Openbaring 21:4, 5). In het nieuwe samenstel van dingen zal de hemelse Koning, Jezus Christus, liefdevol als een „Eeuwige Vader” over de gehele menselijke familie regeren. „Aan de overvloed van [zijn] vorstelijke heerschappij en aan vrede zal geen einde zijn.” Recht en rechtvaardigheid zullen de fundamenten van dat koninkrijk zijn (Jesaja 9:6, 7). Wat voldoening schenkend en plezierig zal het leven onder die omstandigheden zijn! Het zal een doel hebben, het doen van Gods wil op aarde met liefde jegens onze medemens. Jezus verzekert ons dat zelfs degenen in de graven „zijn stem zullen horen” en te voorschijn zullen komen om van die paradijsaarde te genieten. — Johannes 5:28, 29.
43. Wat kunt u doen opdat uw leven wordt gespaard? (Zefanja 2:2, 3)
43 Dit „tegenwoordige goddeloze samenstel van dingen” staat op het punt zich van de brede weg in de vernietiging te storten. Maar u behoeft niet mee ten onder te gaan. Verenigd met Gods eigen volk — degenen die het leven liefhebben — kan uw leven gespaard worden wanneer God uittrekt om de met bloed bevlekte natiën der aarde te verdelgen:
„Ga, mijn volk, begeef u in uw binnenkamers, en sluit uw deuren achter u. Verberg u voor slechts een ogenblik, totdat de openlijke veroordeling voorbijgaat. Want zie! Jehovah komt uit zijn plaats te voorschijn om de bewoner van het land rekenschap te vragen van diens dwaling, en het land zal stellig zijn bloedvergieten aan het licht brengen en zal zijn gedoden niet langer bedekken.” — Jesaja 26:20, 21.
44. Welke grootse gelegenheid ligt nu vóór u? (Deuteronomium 30:19, 20)
44 Door er nu een begin mee te maken in overeenstemming met bijbelse maatstaven het werkelijke leven tot uw levenswijze te maken, kunt u dus te zamen met de ijverige, vooruitziende maatschappij van Gods volk, levend door de „grote verdrukking” heen komen en zult u deze aarde nooit door de dood behoeven te verlaten. Er kan beslist vol vertrouwen worden gezegd dat een „grote schare” die nu leeft, wellicht nooit zal sterven!
45. (a) Wat werkt er nu en in de toekomst? (1 Timótheüs 6:11, 12) (b) Hoe kunt u tonen dat u beseft dat het leven veel meer te bieden heeft? (1 Timótheüs 6:17-19)
45 In de levende maatschappij van zijn getuigen overal op aarde, heeft Jehovah iets voortgebracht dat nu reeds werkt! Het kan ook voor u werken! En het zal in bijzondere mate werken op de paradijsaarde, waar ten slotte „al wat adem heeft” de grote Levengever, Jehovah God, zal loven (Psalm 150:6). Werkelijk, het leven heeft veel meer te bieden!
VERWIJSBRONNEN
1. Intellectual Digest, december 1971, blz. 59.
2. Charles Darwin: His life, hoofdstuk 3, blz. 66.
3. The Yomiuri, Tokio, 17 januari 1969.
4. Charles Darwin, Origin of Species, slotzin.
5. Isaac Asimov, The Wellsprings of Life, 1960, blz. 224, 225.
6. Lecomte du Noüy, Human Destiny, 1947, blz. 34.
7. Prof. J. N. Moore, Michigan State University, verhandeling van 27 december 1971, blz. 5.
8. Isaac Asimov, The Wellsprings of Life, 1960, blz. 85.
9. M. S. Keringthan, The Globe and Mail, Toronto, 26 november 1970, blz. 46.
10. H. G. Wells, The Outline of History, 3de druk, 1921, blz. 956.
11. Idem, blz. 957.
12. Ph. G. Fothergill, Evolution and Christians, 1961, blz. 17.
13. Himmelfarb, Darwin and the Darwinian Revolution, blz. 398.
14. J. D. Bernal, Marx and Science, 1952, blz. 17.
[Voetnoten]
a Tenzij anders aangegeven, zijn de in deze publikatie geciteerde schriftplaatsen genomen uit de moderne Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift.
[Illustratie op blz. 6]
Bekwame geleerden hebben modellen van ons zonnestelsel geconstrueerd. Zou er geen veel groter Intellect nodig zijn om het onmetelijke universum zelf te construeren?
[Illustratie op blz. 8]
Een astronaut beschreef de Aarde als „het prachtigste wat er in heel het uitspansel te zien was”. Dit komt doordat er leven op is, geschapen door God
[Illustraties op blz. 10]
Er zijn veel honderassen, die gekruist kunnen worden. Maar ze kunnen niet worden gekruist met een andere „soort” zoals een kat
[Illustratie op blz. 11]
The Seattle Times, November 21, 1971
The Washington Daily News, December 27, 1971
The Express, Easton, Pa., May 3, 1973
Krantekoppen: „Evolutietheorie wordt sterk betwist”; „Had Darwin het toch mis?”; „Geleerden zeggen dat God, niet evolutie, de mens heeft geschapen”
[Illustratie op blz. 12, 13]
Het is onmogelijk de grote kloof tussen mens en dier te overbruggen. Ze zijn afzonderlijk geschapen „soorten”
[Illustratie op blz. 15]
De mens werd geschapen om in een heerlijk paradijs te leven. Of hij ervan zou blijven genieten, hing van gehoorzaamheid af
[Illustratie op blz. 20]
Dit reliëf op de Titusboog [in Rome] geeft de verwoesting van Jeruzalem in 70 G.T. weer als geschiedkundig feit
[Illustratie op blz. 21]
Acht slaan op bijbelse profetieën redde het leven van eerste-eeuwse christenen. Evenzo kan het thans uw leven redden
[Illustratie op blz. 23]
’De Eerste Wereldoorlog luidde de eeuw van Totale Oorlogvoering in. . . . Nog nooit waren er zoveel natiën bij betrokken geweest. Nog nooit was de slachting zo veelomvattend en niets ontziend geweest.’ — „World War I”, door H. W. Baldwin.
[Illustratie op blz. 23]
Naar schatting zijn 400.000.000 mensen ernstig ondervoed
[Illustratie op blz. 29]
De nieuwe maatschappij van godvruchtige mensen zal het werkelijke leven genieten en God voor eeuwig loven