-
Hoe Jehovah zijn werk voorspoed schenktDe Wachttoren 1961 | 15 september
-
-
verkopen van eigendommen en een gedurende die voortgezette periode van omgang gemeenschappelijk delen van alles (Hand. 2:1, 38-47; 4:32-37). Niemand was verplicht om iets te verkopen of bijdragen te schenken, maar wel werd van iedereen verwacht dat hij de waarheid vertelde. Ananias en Sapphira overlegden met elkaar om ten aanzien van de grootte van hun bijdrage te liegen en zij werden door God weggerukt (Hand. 5:1-11). Dit gemeenschappelijke bezitten vormde geen communisme, zoals sommigen veronderstellen, maar het was een tijdelijke regeling; iets dergelijks gebeurt wanneer de getuigen van Jehovah die in een stad wonen waar het Wachttorengenootschap een congres heeft georganiseerd, bezoekende afgevaardigden in hun huis verwelkomen en voedsel en onderdak met hen delen. Zo worden er ook wel eigendommen aan het Genootschap overgedragen en wordt het in testamenten als begunstigde genoemd. Al dergelijke giften helpen net als met Pinksteren de geestelijke verlichting verbreiden. Niets hiervan is ooit verplicht of communistisch.
V. Leert u dat stoffelijke gaven een middel vormen tot verzoening voor zonden?
A. Neen. De bijbel zegt: „Wetende, dat gij niet met vergankelijke dingen, zilver of goud, zijt vrijgekocht van uw ijdelen wandel, die u van de vaderen overgeleverd is, maar met het kostbare bloed van Christus, als van een onberispelijk en vlekkeloos lam.” — 1 Petr. 1:18, 19.
Jehovah’s getuigen erkennen dat er voor de doeltreffende verbreiding van het goede nieuws van Gods rechtvaardige nieuwe wereld een aanzienlijke hoeveelheid geld nodig is (2 Petr. 3:13). Zij beseffen eveneens dat het geven van bijdragen ten behoeve van deze bekendmaking een door Jehovah geschonken voorrecht is. Net als David zeggen zij: „Van U, o HERE, is de grootheid en de kracht, de heerlijkheid, de roem en de majesteit, ja, alles wat in den hemel en op de aarde is; . . . Want het komt alles van U, en wij geven het U uit uw hand.” — 1 Kron. 29:11, 14.
Op deze wijze schenkt Jehovah zijn werk voorspoed.
-
-
De bacillendodende kracht van wijnDe Wachttoren 1961 | 15 september
-
-
De bacillendodende kracht van wijn
ER IS de laatste tijd vaak bericht dat wijn ten aanzien van bacteriën een penicilline-achtige werking bezit. Waardoor wordt deze werking veroorzaakt? Door de alcohol? Klaarblijkelijk niet, want prof. S.P. Lucia uit de VS schrijft in Wine as Food and Medicine: „Door de uitwerking van wijn met die van water met eenzelfde hoeveelheid alcohol te vergelijken, is gebleken dat de bacteriedodende werking van wijn drie maal groter is dan die van water met een gelijk alcoholgehalte.”
● Wat is er dan verantwoordelijk voor? „De antiseptische hoedanigheden van wijn”, zo zegt dr. Lucia, „zijn ten dele toe te schrijven aan de organische zuren welke wijn bevat, speciaal melkzuur dat, naar is gebleken, in zwakke concentratie de voortplanting van bepaalde micro-organismen remt. . . . Hoewel er meer dan zes uur voor nodig was om E. typhosa te doden wanneer de zuren van de wijn waren geneutraliseerd, stierven deze bacteriën in natuurlijke wijn binnen vijftien minuten.” De professor verklaarde vervolgens: „Remlinger en Bailly erkennen de bacteriedodende rol van looizuren en ethers, maar zijn door gebrek aan gegevens niet in staat om het mechanisme van de werking van elk te bepalen. Anderzijds handhaaft Dietze de mening dat het organische zuur van wijn bijdraagt tot de bacillendodende kracht van de alcohol. De specifieke bacillendodende kracht welke door wijn met een laag alcoholgehalte wordt uitgeoefend, zo betoogt hij, is te danken aan de gunstige samenwerking tussen alcohol en zuur.” De mens heeft klaarblijkelijk het geheim nog niet volledig doorgrond. Volgens dr. Lucia „hebben recente onderzoekingen aangetoond dat wijn een antibacteriologische werking bezit welke die van zijn gehalte aan zuren, alcohol, looizuur en carbolzuren te boven gaat. . . . Wijn, de op melk na ingewikkeldste biologische vloeistof buiten een bloedvat, weerstaat met al zijn veelvuldige eigenschappen, net als het raadsel van het leven, een volledige analyse.”
● Nu wij van de antiseptische eigenschappen van wijn afweten, kunnen wij de handelwijze van de barmhartige Samaritaan in Jezus’ gelijkenis begrijpen. Hij zag een man die halfdood door rovers was achtergelaten, „ging naar hem toe, verbond zijn wonden, goot er olie en wijn op”. — Luk. 10:34.
-