Hoofdstuk 24
Een grootse toekomst ligt voor je
1-3. (a) Waarom leven wij in een zeer begunstigde tijd van de mensengeschiedenis? (b) Welke verandering zal God tot ons nut tot stand brengen?
IN VELE opzichten leef je in een zeer begunstigde tijd van de mensengeschiedenis. Niet vanwege de huidige wereldtoestanden, maar vanwege dat wat volgens de bijbel de naaste toekomst brengen zal.
2 Jehovah God weet dat een verandering — een grote verandering — dringend nodig is op aarde. Het is duidelijk dat hij de Enige is die deze verandering tot stand kan brengen. De wereld der mensheid is nu duizenden jaren oud. Maar ze worstelt nog steeds met dezelfde oude problemen waaronder de mensenmaatschappij sinds jaar en dag gebukt gaat: oorlog, honger, woningnood, ongerechtigheid en economische problemen.
3 De dingen die in het huidige wereldstelsel in orde gebracht moeten worden, zijn werkelijk te veel om op te noemen. Er moet toch wel wat beters bestaan. En de bijbel laat zien dat Jehovah God iets veel beters in petto heeft voor degenen die hem liefhebben en dienen. Ja, hij is er reeds ongeveer zesduizend jaar mee bezig zijn voornemen te ontvouwen een volledig nieuwe ordening, een paradijs van geneugte, tot stand te brengen. Hij heeft beloofd dat in die nieuwe en heerlijke ordening der dingen de corrupte, gewelddadige en zelfzuchtige toestanden die het leven van zoveel vreugde beroven, eens en voor altijd voorbij zullen zijn.
HOE EN WANNEER DE VERANDERING ZAL KOMEN
4-8. (a) Hoe zal Jehovah de nodige veranderingen tot stand brengen? (b) Wat bewijst dat de tijd daarvoor zeer nabij is? (2 Timótheüs 3:1-5; Matthéüs 24:7, 8, 32, 33)
4 Hoe zal God dit doen? Door eerst de verwarde en ondoeltreffende heerschappij van de honderden thans functionerende politieke stelsels uit de weg te ruimen. Hij heeft zijn voornemen bekendgemaakt deze regeringsstelsels door één regering te vervangen die hij zelf vormt: zijn koninkrijk onder zijn Zoon, Jezus Christus. God liet zijn profeet Daniël dit voorzeggen: „In de dagen van die koningen [of heerschappijen] zal de God des hemels een koninkrijk oprichten dat nooit te gronde zal worden gericht. En het koninkrijk . . . zal al deze koninkrijken verbrijzelen en er een eind aan maken, en zelf zal het tot onbepaalde tijden blijven bestaan” (Daniël 2:44). Wanneer zal dit gebeuren? Er bestaat een mogelijkheid erachter te komen wanneer die tijd nabij is.
5 Wanneer je ergens op aarde woont waar een gematigd klimaat heerst en ziet dat de bladeren aan de bomen bruin worden en afvallen, en dat er steeds meer grauwe dagen komen en de lucht fris en koel wordt, terwijl je ook ziet hoe zwermen vogels naar een warmere streek op aarde trekken, dan weet je — zonder op de kalender te kijken — dat de winter nabij komt, niet waar? Je komt niet tot deze conclusie omdat je één van deze tekenen ziet, want ook in de zomer kan er wel eens een grauwe lucht zijn, of bomen kunnen ziek worden en hun bladeren verliezen. Maar al deze dingen samen vormen een zeker teken dat de winter nabij komt.
6 Op overeenkomstige wijze wordt ook in de bijbel een uit vele onderdelen bestaand „teken” beschreven. Dit teken onthult ons dat de tijd nabij is dat Gods koninkrijk onder Christus Jezus de heerschappij over deze aarde zal overnemen. Je kunt dit teken in deze tijd zien wanneer je alleen maar de krant leest of de nieuwsberichten over radio en televisie volgt. Waaruit bestaat dit teken?
7 Jezus voorzei dat er binnen de levensduur van een bepaald geslacht een tijd zou komen die in het bijzonder gekenmerkt zou zijn door oorlogen, honger, ziekten en aardbevingen, alsook door grote angst en onzekerheid met betrekking tot de toekomst. Zijn dat niet de dingen waarmee wij dagelijks via de nieuwsberichten geconfronteerd worden? Geen vroegere generatie in de mensengeschiedenis heeft al deze dingen in zo’n grote hoeveelheid gezien als het geslacht dat sinds 1914 op aarde leeft. Daarom noemen historici 1914 een „keerpunt” in de geschiedenis der mensheid.
8 Sprekend over het geslacht dat dit „teken” zou zien, zei Jezus: „Wanneer gij deze dingen ziet geschieden, weet dan dat het koninkrijk Gods nabij is. Voorwaar, ik zeg u: Dit geslacht zal geenszins voorbijgaan totdat alle dingen geschieden” (Lukas 21:31, 32). Dit betekent dat Gods nieuwe ordening nabij is. Welke veranderingen zal die nieuwe ordening brengen?
DE VERANDERINGEN DIE GOD VOOR DE MENSELIJKE FAMILIE IN PETTO HEEFT
9-13. (a) Welke toestanden zullen in Gods nieuwe ordening op de gehele aarde heersen? (b) Wat overtuigt je ervan dat dit alles werkelijkheid kan en zal worden? (Openbaring 21:5)
9 Doordat God deze planeet en de bewoners ervan onder de heerschappij van slechts één volmaakte, door de hemel bestuurde regering plaatst, maakt hij eens en voor altijd een eind aan het politieke gekrakeel en gestrij waardoor zo’n groot deel van de rijkdommen der aarde verkwist wordt. Dan zullen alle oorlogen voorbij zijn, en de room van de natiën — de jeugd — zal niet meer in de oorlog uittrekken om bij duizenden op het slagveld te sneuvelen of verminkt — misschien zonder handen, armen of benen, of blind — weer thuis te komen. In Gods nieuwe ordening zullen alleen vredelievende mensen leven, die zich aan de in Jesaja 2:4 opgetekende bijbelprofetie hebben gehouden: „Zij zullen hun zwaarden tot ploegscharen moeten slaan en hun speren tot snoeimessen. Natie zal tegen natie geen zwaard opheffen, en zij zullen de oorlog niet meer leren.” Wanneer er op de hele aarde vrede heerst, kan er voor alle mensen veel goeds tot stand worden gebracht.
10 Niet alleen zullen corruptie onder politici en verkwisting van belastinggelden ophouden, maar er zal ook een eind komen aan de hebzucht van reusachtige commerciële stelsels. Door veel van deze stelsels wordt de aarde — de lucht, het water en het land — verontreinigd en dierlijk leven uitgeroeid. Doch volgens Openbaring 11:18 gaat God degenen „verderven die de aarde verderven”. Dan zullen de bossen weer schoon zijn, de rivieren en meren weer helder glinsteren, de lucht zal weer fris en geurig ruiken, terwijl vogels, vissen en landdieren weer in een rijke gevarieerdheid hersteld zullen worden. Jij kunt tot degenen behoren die dit alles zullen beleven, want God heeft deze grootse toekomst weggelegd voor hen die in zijn Woord geloven.
11 Onze Schepper belooft dat in zijn nieuwe ordening alle personen, waar ze ook wonen, zullen genieten van de rijke opbrengst van de aarde. Nergens op deze aarde zul je dan uitgehongerde kinderen met opgeblazen buikjes en dunne armpjes zien, zoals men dat tegenwoordig in vele delen van de aarde kan zien. In Jesaja 25:6, 8 liet God de volgende profetie optekenen: „En Jehovah der legerscharen zal . . . stellig voor alle volken een feestmaal aanrechten van schotels rijk aan olie . . . hij zal werkelijk de dood voor eeuwig verzwelgen, en de [Soevereine] Heer Jehovah zal stellig de tranen van alle aangezichten wissen.”
12 Ja, en wat het beste is, de bijbel toont aan dat God alle gehoorzame mensen weer volkomen gezond zal maken. Alle bedroefdheid en lijden ten gevolge van ziekte, pijn en de dood zullen voor eeuwig voorbij zijn wanneer het koninkrijk van zijn Zoon de mensen van ziekte en onvolmaaktheid geneest. Openbaring 21:4 vertelt ons: „Hij zal elke traan uit hun ogen wegwissen, en de dood zal niet meer zijn, noch rouw, noch geschreeuw, noch pijn zal er meer zijn. De vroegere dingen zijn voorbijgegaan.”
13 Dat betekent dat eens de tijd komt waarin niemand meer ten gevolge van menselijke onvolmaaktheid oud zal worden. Hoe liefderijk van God, in een toekomst te voorzien waarin de mensen geen rimpels of grijs haar meer zullen hebben, niet kaal meer zullen zijn, noch brosse beenderen of stijve spieren zullen hebben en evenmin te kampen zullen hebben met kortademigheid en alle andere dingen die nu met de ouderdom gepaard gaan. En voor mensen die reeds oud zijn, zal God datgene doen wat in Job 33:25 wordt beschreven: „Zijn vlees worde frisser dan in de jeugd; hij kere terug tot de dagen van zijn jeugdige kracht.” Ja, Jehovah God kan een grotere gezondheid en kracht geven dan waarin de jeugd zich thans verheugt, want ook jonge mensen worden nu ziek en sommigen sterven onverwacht op jeugdige leeftijd.
HOE JIJ DIE GROOTSE TOEKOMST KUNT BELEVEN
14-16. Wat moet je doen om deze grootse toekomst te kunnen beleven?
14 Dat kan ook jouw grootse toekomst zijn wanneer je zo handelt als in de bijbel staat: „Gedenk nu uw grootse Schepper in uw jongelingsdagen [of gedurende je meisjesjaren], voordat de rampspoedige dagen gaan komen, of de jaren zijn aangebroken waarin gij zult zeggen [zoals mensen dit zeggen die onder de gevolgen van hun ouderdom te lijden hebben]: ’Ik heb er geen behagen in.’” — Prediker 12:1.
15 Het is niet genoeg om alleen maar af en toe aan je Schepper te denken. Je moet dagelijks, en de hele dag door, aan hem denken door te trachten zo te leven dat het God behaagt en dat hij je daarom graag in zijn nieuwe ordening zal willen laten leven. Hij zal je er niet toe dwingen. Je moet dit uit vrije wil doen en omdat je het zelf verkiest. Je weet dat het je ouders geen werkelijke vreugde geeft jou iets te zien doen waartoe ze jou hebben moeten dwingen. Maar wanneer je iets bereidwillig en graag doet omdat je weet dat zij het fijn vinden, verschaf je hun veel vreugde. Zo zegt ook Jehovah in zijn Woord: „Wees wijs, mijn zoon, en verheug mijn hart.” — Spreuken 27:11.
16 Ja, geniet van je jeugd, de lente van je leven, en maak je jeugd tot een succes. Ontwikkel de eigenschappen die je niet alleen nu, maar ook in de toekomst zo gelukkig mogelijk maken. Gebruik je jeugd om je een voortreffelijke start op je levensweg te geven, niet slechts voor enkele korte tientallen jaren in het huidige stervende, in verval gerakende samenstel van dingen, maar voor het eeuwige leven, waarvan je in de frisheid van de kracht der jeugd op Gods paradijsaarde mag genieten.