-
Lering trekken uit het verledenDe Wachttoren 1958 | 15 november
-
-
Zij knoeien rustig verder evenals de dwazen uit het verleden. U behoeft niet als hen te zijn als u de leiding van de Schrift kunt volgen. Wat u uit dit boek leert over het verleden kan als gids dienen voor uw toekomst.
-
-
De vreugdevolle dag waarop God de doden gedenktDe Wachttoren 1958 | 15 november
-
-
De vreugdevolle dag waarop God de doden gedenkt
Eens komt de dag waarop God zich de doden zal herinneren. Dat zal beslist een der vreugdevolste tijden in de menselijke geschiedenis zijn.
CHRISTUS Jezus sprak aldus over de vreugdevolle dag waarop Jehovah de doden zal gedenken: „Het uur komt, dat allen in de herinneringsgraven zijn stem zullen horen en zullen uitkomen, wie het goede hebben gedaan tot een opstanding ten leven, wie het verachtelijke hebben beoefend tot een opstanding ten oordeel” (Joh. 5:28, 29). Dat zal me een vreugdevolle tijd zijn! „Allen in de herinneringsgraven,” dus zij die hoewel zij dood zijn, in Gods herinnering leven, zullen Christus’ stem horen, die zei: „Ik ben de opstanding en het leven. Wie geloof in mij oefent, zal, ook al sterft hij, tot leven komen” (Joh. 11:25, 26).
Deze leerstelling over de opstanding der doden is derhalve niet uit ’s mensen brein voortgesproten, maar kon slechts haar oorsprong vinden in de geest van Jehovah God, de Schepper van hemel en aarde. Het valt daarom niet te verwonderen dat deze leerstelling onbekend is bij de wijste heidenen en de zogenaamde grote filosofen uit de oudheid! De heidense filosofen van het Athene uit de oudheid zeiden tot een van Christus’ apostelen: „Gij brengt iets ter sprake wat ons vreemd in de oren klinkt.” Hiertoe behoorde onder andere de opstanding der doden. „Toen zij van een opstanding der doden hoorden,” zo vertelt de bijbel ons, „begonnen sommigen te spotten, terwijl anderen zeiden: ’Wij zullen u hier nog wel eens over horen.’” De leerstelling der opstanding is alleen vreemd voor hen die Jehovah God en zijn Woord, de bijbel, niet kennen. — Hand. 17:20, 32.
Hoe dikwijls wordt er in de bijbel niet melding gemaakt van de opstanding der doden! Abraham verwierf Gods goedkeuring doordat hij zijn zoon Izak trachtte op te offeren. Hoe hij dit kon? Door geloof ’rekende hij er op dat God hem zelfs uit de doden kon opwekken.’ De rechtschapen man Job bad tot God: „Ach, dat gij mij in Sheol zoudt willen verbergen, mij zoudt willen wegstoppen totdat
-