-
Jehovah sterkt degenen die bewijzen loyaal te zijnDe Wachttoren 1973 | 1 februari
-
-
goddeloze samenstel van dingen steeds dichter bij zijn einde komt en spoedig zal worden verwijderd.
Als ik terugkijk op mijn bijna veertig jaren volle-tijddienst, ben ik blij dat ik bij Jehovah’s organisatie ben gebleven. Jehovah’s organisatie heeft mij de antwoorden op mijn vele bijbelse vragen gegeven, met inbegrip van mijn vraag over de identiteit van „Babylon de Grote”. Wat ben ik dankbaar voor het door het Wachttorengenootschap uitgegeven boek „Babylon de Grote is gevallen!” Gods koninkrijk heerst!, waarin duidelijk wordt bewezen dat het mystieke Babylon de Grote niets anders is dan het wereldrijk van valse religie! Wat ben ik dankbaar voor de voorrechten die ik heb ontvangen om mensen te helpen „Babylon de Grote” te ontvluchten voordat het te laat is! — Openb. 18:4.
Ook ben ik dankbaar voor de kracht die Jehovah mij heeft gegeven om deze vele jaren voorwaarts te gaan. Ik heb gedurende deze tijd gezien dat de vervolgers van Jehovah’s volk geen succes hebben gehad; sommigen van de vervolgers hebben zich zelfs vernederd en zijn zelf Getuigen geworden. Daarom zie ik samen met mijn getrouwe christelijke broeders en zusters in Malawi vol vertrouwen uit naar de toekomst, wetend dat Jehovah ons zal sterken voor wat wij misschien nog moeten meemaken, zolang wij maar bewijzen loyaal te zijn.
-
-
Vragen van lezersDe Wachttoren 1973 | 1 februari
-
-
Vragen van lezers
● Waarom gebruiken wij de uitdrukking „besturend lichaam” voor de ouderlingen die de leiding hebben over het werk van Jehovah’s getuigen? — V.S.
De uitdrukking „besturend lichaam” wordt als zodanig niet in de Schrift aangetroffen. Maar er zijn wel tal van bewijzen waaruit blijkt dat in de eerste eeuwse christelijke gemeente een lichaam van ouderlingen in een besturende hoedanigheid dienst verrichtte.
Paulus gaf zijn medechristenen de aansporing: „Houdt hen in gedachtenis die onder u de leiding nemen, . . . Weest gehoorzaam aan hen die onder u de leiding nemen en weest onderdanig.” Of, zoals andere vertalingen het zeggen, gedenkt en gehoorzaamt „uw leidslieden” of „voorgangers” (Petrus-Canisiusvertaling; Nieuwe Vertaling van het Nederlandsch Bijbelgenootschap). De Kingdom Interlinear luidt: „Weest degenen indachtig die u besturen [Gr.: hegoumenon].” — Hebr. 13:7, 17, 24.
Vormen van dit zelfde Griekse woord worden in Matthéüs 2:6, Luk. 22:26, Hand. 7:10 en 15:22 aangetroffen, en wel in een overeenkomstige betekenis, namelijk in de zin van besturend, optredend als de voornaamste of de leiding nemend. De Septuaginta gebruikt een vorm van dit woord om Maleachi 1:8 te vertolken: „Breng het alstublieft eens naar uw bestuurder [Gr.: hegoumenoi] toe.”
Het is dus duidelijk dat sommige personen in de christelijke gemeente bestuur uitoefenden doordat zij de leiding namen en hun broeders in rechtvaardige werken en godvruchtige beginselen voorgingen.
Het Latijnse werkwoord voor „besturen”, gubernare, is afgeleid van het Griekse werkwoord kuberna.oo, dat de betekenis heeft van „de roerpen grijpen”, „sturen, v.e. wagen” of „besturen, het schip van staat, gedachten” (Grieksch Woordenboek, door Dr. F. Muller Jzn., 1933, blz. 450). Een „besturend lichaam” kan derhalve betrekking hebben op een vertegenwoordigende groep mensen die gedragslijnen verschaft en richting, leiding en voorschriften aan een organisatie geven.
Commentaar gevend op het Griekse werkwoord waaruit het Nederlandse woord „besturen” is vertaald, zegt de Expository Dictionary of New Testament Words door W. E. Vine (Deel II, blz. 168): „kuberna.oo, leiden (vandaar Eng., govern), duidt op (a) het sturen, het loodsen [vergelijk Handelingen 27:11]; (b) overdrachtelijk, regeringen of regeerders, gezegd van degenen die als voorgangers in een plaatselijke kerk dienst doen, 1 Kor. 12:28.” Deze tekst, 1 Korinthiërs 12:28, luidt: „En God heeft de respectieve personen in de gemeente geplaatst, ten eerste apostelen, ten tweede profeten, ten derde leraren; voorts krachtige werken, dan gaven van gezondmakingen, diensten voor hulpbetoon, bekwaamheden om leiding te geven [Gr.: kubernèseis].”
De Septuaginta maakt voor het vertalen van het Hebreeuwse woord tachbulah, dat ’het sturen, leiding’ betekent, van dit Griekse woord gebruik, zoals bijvoorbeeld in Spreuken 1:5: „Een man van verstand is degene die bekwaam beleid [Gr.: kubernèsin] verwerft.”
In de eerste eeuw hebben de ouderlingen en opzieners in de verschillende gemeenten hun „bekwaamheden om leiding” te geven beslist in de plaatselijke gebieden aangewend, aangezien dit noodzakelijk was
-