-
Uit de duisternis tot het lichtDe Wachttoren 1964 | 1 oktober
-
-
geweest. Ik dank de grote God Jehovah dat hij mij uit de geestelijke duisternis tot zijn wonderbaarlijke licht heeft geroepen.
(Ondanks het feit dat de gezondheid van broeder Kuhn, die zich in de „roeping naar boven” verheugde waarover in Filippenzen 3:14 (NW) wordt gesproken, in later jaren hard was achteruitgegaan, heeft hij tot zijn dood op 5 oktober 1963 getrouw op het Bethelhuis in Bern dienst verricht.)
-
-
Een voorafschaduwing van de afgoderij der christenheidDe Wachttoren 1964 | 1 oktober
-
-
Een voorafschaduwing van de afgoderij der christenheid
Maakt de christenheid zich schuldig aan afgoderij? In welke opzichten?
WAT Gods Woord, de bijbel, over het onderwerp afgoderij heeft te zeggen, is duidelijk en ondubbelzinnig. De woorden welke Jehovah tot de Israëlieten richtte, die hij pas uit het land Egypte, het slavenhuis, had gebracht, zijn niet mis te verstaan: „Gij zult geen andere goden voor mijn aangezicht hebben. Gij zult u geen gesneden beeld maken noch enige gestalte van wat boven in den hemel, noch van wat beneden op de aarde, noch van wat in de wateren onder de aarde is. Gij zult u voor die niet buigen, noch hen dienen.” — Ex. 20:3-5.
Alhoewel christenen „niet onder de wet . . . maar onder de onverdiende goedheid” staan, worden zij niettemin eveneens uitdrukkelijk en krachtig tegen afgoderij gewaarschuwd: ’Afgodendienaars zullen Gods koninkrijk niet beërven.’ „Wordt ook geen afgodendienaars.” „Geliefden, ontvliedt de afgoderij.” „Welke overeenkomst heeft Gods tempel met afgoden?” „De werken van het vlees zijn openbaar, welke zijn . . . afgoderij.” „Kindertjes, wacht u voor de afgoden.” En tot degenen die geen toegang hebben tot de heilige stad, degenen wier bestemming het meer van vuur ofte wel de tweede dood is, behoren ook de afgodendienaars. — Rom. 6:14; 1 Kor. 6:9, 10; 10:7, 14; 2 Kor. 6:16; Gal. 5:19, 20; 1 Joh. 5:21; Openb. 21:8; 22:15, NW.
Wat is afgoderij? Natuurlijk omvat afgoderij de aanbidding van letterlijke afgoden, van beelden en beeldjes en van stoffelijke voorstellingen van een godheid. Hiertoe is ze echter geenszins beperkt. Afgoderij is de aanbidding van iemand of iets buiten de ware God. Een moderne definitie luidt: „Het schenken van absolute toewijding en volkomen vertrouwen aan iets buiten God; buitensporige gehechtheid aan of verering van iets; eerbied of liefde welke die benadert waarop een goddelijke macht recht heeft.” — Webster’s Third New International Dictionary.
POPULAIRE AFGODEN
De christenheid beweert de God van de bijbel te aanbidden en ziet neer op wat ze heidense afgodendienaars noemt. Uit de feiten blijkt echter, dat degenen die deel uitmaken van de christenheid, zelf schuldig zijn aan afgoderij, en dat in zeer vele opzichten. Denkt u bijvoorbeeld eens aan de vergoding van politieke helden. Ex-president
-