-
Gods geneesmiddel tegen zondeDe Wachttoren 1961 | 15 januari
-
-
door bemiddeling van Jezus Christus een vurig gebed tot God op om vergeving. Hij keert zijn slechte handelwijze niet de rug toe.
Iemand die daarentegen ’een zonde niet tot de dood’ bedrijft, heeft een andere hartetoestand. Hij is gebroken van hart als gevolg van zijn handelwijze. Hij heeft er berouw over en bidt God vurig en volhardend om vergeving. Hij geeft het niet op goed te doen en bedrijft niet bij herhaling opzettelijke zonden, zodat hij het tot een regelmatige gewoonte maakt. Hij laat rijpe leden van de christelijke gemeente voor hem bidden: „Is iemand bij u ziek? Laat hij dan de oudsten der gemeente tot zich roepen opdat zij over hem een gebed uitspreken en hem met olie zalven in den naam des Heren. En het gelovige gebed zal den lijder gezond maken, en de Here zal hem oprichten. En als hij zonden heeft gedaan, zal hem vergiffenis geschonken worden.” Door zijn latere handelwijze toont hij dat hij geen opzettelijke, moedwillige zondaar is die zich ’aan eeuwige zonde schuldig’ heeft gemaakt. De hartetoestand van degenen die onvergeeflijke zonden bedrijven, is dus geheel verschillend van die welke degenen bezitten die een vergeeflijke zonde begaan. — Jak. 5:14, 15.
De christen die Gods wet liefheeft, zal al het mogelijke doen om zich ervoor te behoeden een „zonde tot den dood” te begaan. Hij hoedt zich ervoor kleine zondige daden te bedrijven, wetend dat wanneer zoiets niet in bedwang wordt gehouden, dit tot grote zonden van ontrouw jegens God kan leiden. Hij bestudeert Gods geboden en laat ze diep in zijn hart en geest bezinken. Hij oefent zijn geweten aan de hand van Gods wet. Door zijn liefde voor God en de goddelijke wet wordt hij er evenals Gods getrouwe dienstknecht Jozef toe gedreven verleidingen te ontvlieden. — Gen. 39:10-12.
Trek voordeel van Gods geneesmiddel voor zonde. Oefen geloof in het zonden verwijderende rantsoenoffer van Jezus Christus en vestig uw hoop op Gods koninkrijk. Zorg ervoor dat u ervoor in aanmerking komt eeuwig leven in Gods zondeloze nieuwe wereld te verkrijgen door thans de goddelijke wil te doen. Tot Jehovah’s onvergankelijke heerlijkheid zal er geen doodaanbrengende, overgeërfde zonde worden overgelaten om die nieuwe wereld te verderven, want dan zullen de geïnspireerde woorden in vervulling gaan: „Hij zal alle tranen van hun ogen afwissen, en de dood zal niet meer zijn, noch rouw, noch geklaag, noch moeite zal er meer zijn, want de eerste dingen zijn voorbijgegaan.” — Openb. 21:4.
-
-
„Verscherping van de strijd”De Wachttoren 1961 | 15 januari
-
-
„Verscherping van de strijd”
De Rooms-Katholieke Kerk in Polen gaat een moeilijke tijd tegemoet. Aan de hand van nauwkeurig omschreven instructies uit Moskou heeft de Poolse regering een programma opgesteld, dat in de komende twee jaar de Kerk van Rome de ene vernietigende slag na de andere moet toebrengen. Volgens dit tweejarenplan moeten voor 1962 alle nog bestaande rooms-katholieke orden en congregaties verdwijnen, moet het katholieke karakter van de universiteit van Lublin vernietigd zijn, moeten charitatieve organisaties der kerk opgeheven zijn, moet het restant der rooms-katholieke pers geliquideerd zijn en zal de sluiting van alle seminaries een feit moeten zijn. Dit programma van actie der Poolse communisten, dat reeds op gang is gebracht, sluit aan op de mislukte conferentie der zogenaamde gemengde commissie, waarin drie bisschoppen en drie hoge staatsfunctionarissen zitting hebben. Dat het programma onmiddellijk in werking is getreden, blijkt uit het feit dat sedert vorige zomer de regering het godsdienstonderwijs op de lagere scholen steeds nieuwe moeilijkheden in de weg legt. Ook konden de klein-seminaries van Gorzow, Wolsztijn en Kielce niet heropend worden, daar de regering haar machtiging hiertoe weigerde. In het programma passen evenzeer de nieuwe en zware belastingen op kloosters en andere kerkelijke instellingen, die daardoor in grote financiële moeilijkheden zijn geraakt.
-