Is het de plicht van de religie zich op het terrein van de politiek te begeven?
1. Welke rol speelde prostitutie in de oude Babylonische religie?
IN HET Babylon uit de oudheid, waar de valse religie na de Vloed haar begin vond, behoorde prostitutie tot een deel van de godsdienstoefening. Elke vrouw moest in de tempel van Isjtar — de godin der vruchtbaarheid, „koningin des hemels” en „moeder der goden” genaamd — afstand doen van haar maagdelijkheid. De prijs die door de mannelijke aanbidder werd betaald, verrijkte de geldkisten van de tempel. Ook vele andere religies met deze Babylonische achtergrond beoefenden tempelprostitutie. Zelfs in de dagen van de apostelen werd in Korinthe de oppergodin, Venus, de godin van seksuele liefde en losbandige hartstocht, door prostitutie aanbeden. Een commentator schrijft: „Openbare prostitutie vormde een aanzienlijk aspect van hun religie; en zij waren gewoon in hun openbare gebeden de goden te vragen hun prostituées te vermenigvuldigen! En ten einde hun godheden dank te betuigen voor de gunsten die zij ontvingen, verbonden zij zich er door eden toe het aantal van dergelijke vrouwen te vermeerderen; want geslachtelijke omgang met hen werd noch als zondig, noch als onterend beschouwd.”a
2. Wat was de zienswijze ten opzichte van prostitutie in de natie Israël?
2 Hoewel prostitutie een onderdeel van de aanbidding der Babylonische religies vormde, werd het in Gods wet aan de natie Israël geen enkel meisje toegestaan een prostituée te zijn. Een Israëlitisch meisje dat op deze wijze smaad op haar vaders huis bracht, moest ter dood worden gebracht (Lev. 19:29; Deut. 22:21; 23:17). Door prostitutie verkregen geld was iets weerzinwekkends (Deut. 23:18). In de christelijke gemeente is prostitutie iets afschuwelijks. Hoererij en overspel staan op de lijst van dingen die iemand verhinderen het koninkrijk Gods binnen te gaan. — Gal. 5:19-21.
GEESTELIJK OVERSPEL
3. Wat is geestelijke hoererij, en hoe beziet God dit?
3 Er is ook een symbolisch of geestelijk aspect aan de kwestie. Over christenen, de geestelijke zonen van Jehovah God, wordt gesproken als personen die ten huwelijk zijn beloofd aan Christus (2 Kor. 11:2). Als lichaam van volgelingen worden zij als zijn bruid beschouwd (Openb. 19:7, 8; 21:9). Hun trouw is overgeheveld van het koninkrijk van duisternis naar Gods koninkrijk (Kol. 1:13). Jezus zelf zei dat zijn volgelingen geen deel van de wereld waren (Joh. 15:19). Een christen die een deel van de wereld zou worden of die zijn trouw aan Jehovah God en aan Christus zou verbreken door politieke relaties met de wereld aan te knopen, zou zich bezighouden met geestelijke hoererij. De bijbelschrijver Jakobus zegt: „Overspeelsters, weet gij niet dat de vriendschap met de wereld vijandschap met God is? Al wie daarom een vriend van de wereld wil zijn, maakt zich tot een vijand van God” (Jak. 4:4). Een religieuze organisatie die grasduint in de politiek en zich met de politieke aangelegenheden van de regeringen bemoeit of de maatschappelijke orde tracht te hervormen en deze wereld tracht te veranderen, houdt zich derhalve met prostitutie bezig en bewijst dat ze een deel van Babylon de Grote, het wereldrijk van valse religie, is.
4. Waar nemen wij thans algemeen het bedrijven van geestelijke hoererij waar?
4 Ook thans zien wij de religieuze stelsels van de christenheid, net als in plaatsen zoals Babylon en Korinthe, als een integrerend deel van hun religie — hun vorm van aanbidding — geestelijke hoererij bedrijven. Toen Dr. J.A. Pike nog bisschop van de Episcopale Kerk van Californië was, beweerde hij openlijk dat „de kerk in een hartstochtelijke politieke strijd gewikkeld diende te zijn, vastbesloten de wereld te hervormen”.b D. Soper, een van Engelands vooraanstaande predikanten, liet zich als volgt over de aangelegenheid uit: „Ik geloof dat het socialisme de politieke uitdrukking van het Koninkrijk van God op aarde is. Ik geloof dat, ofschoon de Labour Party niet socialistisch is, ze dit zou kunnen worden en zal worden indien christenen ter wille van Jezus Christus toetreden, haar hervormen en haar als een middel gebruiken voor de vervulling van de omstandigheid dat ’het onze Vader heeft behaagd ons het Koninkrijk te geven’.”c De Houston Post wijdde bijna een gehele pagina aan het onderwerp: „Georganiseerde religie strijdt voor politieke macht.”d
5. Houden heidense religies zich thans met politieke activiteiten bezig?
5 Bemoeienis in politieke zaken is niet alleen ten aanzien van de christenheid waar, maar ook ten aanzien van de zogenaamde heidense religies. Een Duitse correspondent, G. Bonn, meldde bijvoorbeeld in Atlas van oktober 1965 met betrekking tot Narada Thero, een monnik die actief deelneemt aan de politieke aangelegenheden van Ceylon: „Het is het politieke en militante boeddhisme dat Zuid-Oost Azië thans in gisting houdt. . . . De brieven die Narada Thero hier dicteert, houden zich meer bezig met diplomatieke strategie dan met geestelijke wijsheid.”
DE BERUCHTSTE HOER
6. Wat zegt Jehovah’s Woord over zijn standpunt ten aanzien van de in de politiek verwikkelde religie?
6 Het lijdt geen twijfel dat deze dingen veel beroering en lijden hebben veroorzaakt, maar beziet God de zich uit plicht en opdracht in de politiek verwikkelende religie met een goedkeurende glimlach? God getroostte zich de moeite de apostel Johannes een speciaal visioen te verschaffen, waardoor hij zijn officiële standpunt en oordeel te kennen gaf. Johannes beschrijft het visioen met de volgende woorden: „En een van de zeven engelen die de zeven schalen hadden, kwam en sprak met mij, zeggende: ’Kom, ik zal u het oordeel tonen over de grote hoer, die zit op vele wateren, met wie de koningen der aarde hoererij hebben bedreven, terwijl zij die de aarde bewonen, dronken werden gemaakt van de wijn van haar hoererij.’” — Openb. 17:1, 2.
7. In welk opzicht is de hoer van Openbaring, hoofdstuk 17, geen gewone hoer, en welke uitwerking heeft haar ontucht op de mensen gehad?
7 Allereerst spreekt Jehovah over het oordeel dat haar zal treffen. Ze zit op vele wateren, welke de volken der aarde afbeelden, zoals wordt aangetoond in Openbaring 17:15. Ze blijkt geen gewone hoer te zijn, want ze heeft koningen tot klant, met inbegrip van de huidige koningen van de gehele bewoonde aarde, die thans als gevolg van de door demonen geïnspireerde uitingen vergaderd worden tot het slagveld van Har–mágedon. Ze heeft een lange loopbaan van ontucht of overspel achter zich. Door zich aan koningen en regeerders te verkopen, heeft de wijn van haar ontucht alle aardbewoners aangetast en hen dronken en krankzinnig gemaakt, als gevolg waarvan zij neervallen en sterven.
8. Beschrijf de grote hoer die in Openbaring wordt getoond.
8 Johannes geeft ons nog meer inlichtingen over de hoer: „En hij voerde mij in de kracht van de geest weg naar een wildernis. En ik kreeg een vrouw in het oog die op een scharlakengekleurd wild beest zat, dat vol was van lasterlijke namen en dat zeven koppen en tien horens had. En de vrouw was getooid met purper en scharlaken en versierd met goud en edelgesteente en parels, en in haar hand had zij een gouden beker, die vol was van de walgelijkheden en de onreinheden van haar hoererij. En op haar voorhoofd was een naam geschreven, een mysterie: ’Babylon de Grote, de moeder van de hoeren en van de walgelijkheden der aarde.’ En ik zag dat de vrouw dronken was van het bloed der heiligen en van het bloed van de getuigen van Jezus.” — Openb. 17:3-6.
9. Wie is de hoer?
9 Johannes maakt duidelijk dat deze hoer niet het oude Babylon aan de Eufraat is dat in 539 v.G.T. de wereldheerschappij verloor en ten slotte, na eeuwen van verval, voor altijd in de vernietiging is ondergegaan. Neen, het is Babylon de Grote, het wereldrijk van valse religie. Ze wordt afgebeeld alsof ze zich in de wildernis bevindt, waar wilde beesten thuishoren.
DE HOER BERIJDT EEN BEEST
10. (a) Wat zijn de verschillen en overeenkomsten tussen het beest uit de zee (Openbaring 13) en het scharlakengekleurde beest? (b) Wie had het voorstel gedaan het beeld van het beest te maken?
10 Wat is het scharlakengekleurde beest waarop Babylon de Grote rijdt? Het is anders dan het wilde beest van Openbaring 13:1, 2, dat gevlekt was als een luipaard, hoewel het qua algemene vorm op dit wilde beest dat uit de zee opsteeg, lijkt. Zijn kleur is anders. Er wordt niet gezegd dat dit scharlaken beest uit de zee is opgestegen maar het heeft wel zeven koppen en tien horens en is vol van lasterlijke namen, zodat het op het oorspronkelijke wilde beest, dat lasterlijke namen op zijn koppen had, lijkt. Het scharlakengekleurde beest heeft ook tien horens, maar niet met tien diademen, zoals in het geval van de horens van het eerste wilde beest. Het is een bééld van het wilde beest dat uit de afgrond van de zee kwam. Openbaring 13:14, 15 onthult dat het tweehoornige wilde beest, dat uit de aarde opsteeg, het voorstel had gedaan het beeld van het beest te maken. Openbaring 17:3 toont aan hoe het beeld eruit zag. Het heeft dezelfde vorm als het wilde beest uit de zee. Wanneer verscheen dit scharlakengekleurde wilde beest en wanneer ging de hoer op zijn rug zitten?
11. Wat is het „tweehoornige beest”, en hoe hielp het eraan mee het beeld van het beest uit de zee op te richten?
11 Het tweehoornige wilde beest trad het meest op de voorgrond op de vredesconferentie in Frankrijk in 1919, toen de toonaangevende vertegenwoordigers van Engeland en Amerika, waaruit dit beest als de zevende wereldmacht is samengesteld, pleitten voor een internationale organisatie voor het handhaven van de vrede, namelijk de Volkenbond, en het pleit wonnen. De vredesconferentie tekende het vredesverdrag waarin de overeenkomst voor een Volkenbond was opgenomen. Dit vond plaats op 28 juni 1919, en tegen oktober had het vereiste aantal regeringen het verdrag met de erin opgenomen overeenkomst voor een verbond geratificeerd en trad het verdrag in Frankrijk in werking.
12. Beschrijf de houding van de christenheid ten opzichte van de Volkenbond.
12 In 1919 spraken religieuze organisaties van de christenheid zich ten gunste van de Bond uit en pleitten ze voor de aanneming ervan. Op 10 januari 1920 werd het verdrag door de machten die het verdrag hadden ondertekend, in Parijs geratificeerd en trad de Volkenbond in werking. Koning George V van Groot-Brittannië was, als de hoogste bestuurder van de Kerk van Engeland, vóór de Bond, en Griekenland, waarvan de Oosters-Orthodoxe Kerk de staatskerk is, trad op 30 maart 1920 tot de Bond toe.
13. Had de Rooms-Katholieke Kerk zeggenschap in de oprichting van de Bond? Waarom?
13 De pontifex maximus van de Rooms-Katholieke Kerk had geen officiële zeggenschap op de vredesconferentie. Dit kwam door de duidelijke relaties tussen het pauselijke Vaticaan en de Teutoonse bondgenoten tijdens de Eerste Wereldoorlog. Het was de paus van Rome dus niet toegestaan met betrekking tot vrede of tot vraagstukken die door de oorlog waren gerezen, door diplomatieke handelingen te interveniëren.e Maar de rooms-katholieke uitingen van steun aan de Bond kwamen naderhand.
14. Was Babylon de Grote begerig om het beest te berijden? Waarom?
14 Men bemerkt dus dat Babylon de Grote onmiddellijk op het beest plaatsnam. Ze had daartoe reeds in 1919 stappen ondernomen. Het beest was aantrekkelijk voor haar. Het had een scharlaken kleur, hetgeen voor haar koninklijk gezag vertegenwoordigde, waarvan ze zoveel houdt. Het was een teken van luxe — zijzelf is in purper en scharlaken getooid. — Matth. 27:28-31; 2 Sam. 1:24.
RELIGIEUZE STELSELS AANBIDDEN HET BEEST
15. Wat zijn enkele van de „lasterlijke namen” die aan het scharlakengekleurde beest zijn gegeven, en wie heeft een voorname rol in het geven van deze namen vervuld?
15 Babylon de Grote bedreef daardoor nog meer ontucht met de koningen der aarde. Ze aanbad dit „beeld” van het wilde beest en bewoog anderen ertoe dit ook te doen. De lasterlijke namen die het heeft, zijn namen zoals „het enige licht dat er is”, „de hoop der wereld”, en Babylon de Grote zelf gaf het de naam „de politieke uitdrukking van het Koninkrijk Gods op aarde”. De Verenigde Naties, wat de huidige naam van de internationale vredesorganisatie is, werd op maandag 4 oktober 1965 door de paus bezocht. Tijdens zijn bezoek bestempelde hij haar met nog meer lasterlijke namen, zeggende: „Deze organisatie vertegenwoordigt de noodzakelijke weg tot de moderne beschaving en de wereldvrede”, en „de volkeren van de aarde wenden zich tot de Verenigde Naties als de laatste hoop op vrede en eendracht”. Hij moedigde tot aanbidding van het beest aan door te zeggen: „Wij veroorloven ons bij hun hulde van lof en hoop, ook onze hulde aan te bieden” en „het gebouw dat gij hebt geconstrueerd [de V.N.] moet nimmer falen; het moet volmaakt gemaakt worden”.f
16. Waarom zijn de namen die aan het beest zijn gegeven lasterlijk?
16 Deze namen die eraan verbonden zijn, zijn lasterlijk omdat ze aan de Verenigde Naties hebben toegeschreven wat alleen Gods koninkrijk doen kan. Deze namen brengen God in diskrediet, ze richten de hoop en het vertrouwen van de mensen op iets wat door mensen is gemaakt en maken een beeld om dat te aanbidden in plaats van Jehovah God en om daar hun vertrouwen in te stellen in plaats van in Jehovah’s Messiaanse koninkrijk.
17. (a) Hoe komt de hoer zo rijk gekleed? (b) Wat wordt door de gouden beker in haar hand afgebeeld?
17 De vrouw wordt getoond, getooid in purper en scharlaken en versierd met goud en edelgesteente en parels. Deze internationale hoer heeft zich door middel van haar ontucht verrijkt. Door haar valse, misleidende leerstellingen heeft ze mensen verleid en hen tot een gemakkelijke prooi voor de politieke regeerders gemaakt, en in ruil daarvoor heeft ze van de politici rijkdommen en speciale gunsten ontvangen. Ze kan de mensen door middel van haar religie leiden en aldus uit winstbejag al hun steun op de koningen der aarde en de regeerders overdragen. De beker in haar hand, hetgeen erop duidt dat ze haar religieuze aanhangers iets te drinken toereikt, is van goud. Met andere woorden, aan de buitenkant ziet hij er prachtig uit en alleen geschikt om de allerbeste drank te bevatten, maar, zoals Jezus tot de religieuze leiders van zijn tijd zei, van binnen is hij vol walgelijkheden en de onreinheden van haar hoererij. — Vergelijk Matthéüs 23:25, 26.
18. Wat is voor het mensdom het gevolg van de wijn uit haar beker en haar hoererij geweest?
18 Ten gevolge van het drinken van de wijn uit haar beker en vanwege haar hoererij met de regeerders, hebben de mensen door religieuze oorlogen, economische onderontwikkeldheid, analfabetisme, een lage moraal en gebrek aan geloof in de bijbel met als gevolg tegenstand tegen Gods Messiaanse koninkrijk, onnoemelijk veel leed moeten ondergaan.
ONWETTIGE KINDEREN VAN DE HOER
19. Wat wordt afgebeeld door het feit dat de hoer haar naam op haar voorhoofd draagt?
19 De hoer draagt haar naam op haar voorhoofd, zodat deze voor iedereen te zien is. Hoewel de naam een mysterie is geweest, een religieus geheim — precies wat ze symboliseert — heeft Jehovah God deze ontsluierd en aan de kaak gesteld zodat iedereen kan zien dat ze het wereldrijk van valse religie is. Ze is thans duidelijk geïdentificeerd — net zoals Jehovah’s christelijke getuigen door het standpunt dat zij innemen en door hun doen en laten, als slaven van God en Christus zijn geïdentificeerd, zoals wordt aangetoond in Openbaring 14:1. Ze geeft door haar activiteiten te kennen dat ze, evenals het Babylon uit de oudheid, wordt beheerst door valse religie, die haar oorsprong vindt bij Nimrod, de machtige jager in strijd met Jehovah God. In werkelijkheid is ze een slavin van de Duivel.
20. In welk opzicht is ze een moeder, en waarvan?
20 Hoewel de vrouw een hoer is, is ze toch een moeder. Ze heeft vele dochters. Dit zijn de verschillende religieuze sekten, zowel in de christenheid als in het heidendom, die haar te zamen tot een internationale organisatie maken, het wereldrijk van valse religie. Al deze dochters of ontuchtige organisaties bootsen hun moeder in het bedrijven van hoererij met de koningen der aarde na. Ze heeft de ware christelijke gemeente onder Jezus Christus ertoe trachten te brengen een hoer te worden, doch haar krachtsinspanningen hebben gefaald.
21. Waarvan is Babylon de Grote nog meer de moeder geweest, behalve van haar religieuze „dochter”-organisaties?
21 Babylon de Grote is ook in een andere betekenis een moeder, dat wil zeggen, de moeder „van de walgelijkheden der aarde”. Ze heeft er aanspraak op gemaakt God te vertegenwoordigen, maar heeft onwettige kinderen voortgebracht, zoals afgoderij, zowel letterlijk als figuurlijk, in strijd met Gods wet (Rom. 2:22; Matth. 24:15; 1 Kon. 11:5, 7; 2 Kon. 23:13). Ze heeft ook onwettige personen voortgebracht, geestenmediums, waarzeggers en astrologen, en ze heeft zelfs het brengen van mensenoffers ingesteld en doorgevoerd (2 Kon. 23:24; Jes. 66:3; Ezech. 20:7, 8, 30; Hos. 9:10). In plaats van de vrucht van de geest aan te kweken en haar religieuze aanhangers hiertoe aan te moedigen, heeft ze onder haar ondersteuners de werken van het vlees beoefend en bevorderd, zoals onzedelijke praktijken, losbandig gedrag, zelfs tempelprostitutie en de daarmee gepaard gaande immoraliteit; ook geeft men zich ter ere van een valse god aan dronkenschap over.
WORD NIET DRONKEN MET DE HOER
22. Wat is de lievelingsdrank van Babylon de Grote, en wiens doel heeft ze door het drinken ervan gediend?
22 Babylon zelf is een oude dronkelap, doch haar drank is walgelijker dan alcoholische dranken, want ze vindt het heerlijk dronken te worden van mensenbloed, speciaal van bloed dat in religieuze vervolgingen is vergoten. Ze was zelfs al vóór de tijd van Johannes „dronken [geworden] van het bloed der heiligen”, en was verantwoordelijk voor het vergieten van het bloed van Jezus Christus, „de Heilige” (Hand. 3:14, 15; 4:27, 30; Mark. 1:24; Luk. 4:34). Maar zelfs tot op deze dag heeft ze, als Gods bitterste aardse vijandin, volop gedronken „van het bloed van de getuigen van Jezus”. Aangezet door Satan heeft ze fanatieke pogingen gedaan de stemmen van deze getuigen, die Jehovah’s Messiaanse koninkrijk prediken, tot zwijgen te brengen en heeft daardoor de dood van velen van hen veroorzaakt. — Openb. 17:6; 6:9-11.
23, 24. Waarom is de vraag: „Is het de plicht van de religie zich op het terrein van de politiek te begeven?” belangrijk?
23 De vraag: „Is het de plicht van de religie zich op het terrein van de politiek te begeven?” is dus voor iedereen van belang, doch vooral voor hen die lid van een religieuze organisatie zijn, want wie wil met Babylon de Grote een dronkaard worden, in het bijzonder dronken van bloed wegens het ondersteunen van en verbonden zijn met de bloedschuld-dragende, moorddadige organisatie? Wie wil zich schuldig maken aan lastering tegen God en aan het aanbidden van een beeld dat God en zijn koninkrijk tegenstaat? (Openb. 18:3, 4; 6:10, 11). Bedenk dat het visioen dat Johannes in Openbaring werd gegeven het oordeel betrof dat aan de hoer voltrokken zou worden. Wij willen stellig niet door de Almachtige God veroordeeld worden door hem tot toorn te prikkelen. Het is zoals de apostel Paulus zegt, namelijk: „Zijn wij soms sterker dan hij?” — 1 Kor. 10:22.
24 In volgende uitgaven van dit tijdschrift zullen nog meer details over het scharlakengekleurde wilde beest van de aan Johannes gegeven Openbaring besproken worden en ook de voltrekking van Gods oordeel aan de beruchte hoer, Babylon de Grote.
[Voetnoten]
a Clarke’s Commentary, Deel VI, blz. 187.
b Ontwaakt! van 8 januari 1967.
c The Methodist Magazine van augustus 1959.
d Ontwaakt! van 8 januari 1967.
e The Encyclopedia Americana, uitgave van 1929, Deel 17, blz. 632, 633.
f New York Herald Tribune van 5 oktober 1965, blz. B, speciale uitgave.