Het levende Woord
„Want het Woord Gods is levend en oefent kracht uit en is scherper dan enig tweesnijdend zwaard en dringt zelfs zover door dat het de ziel en de geest, en de gewrichten en hun merg scheidt, en het kan de gedachten en bedoelingen van het hart onderscheiden.” — Hebr. 4:12, NW.
1. Wat is de Bijbel?
JEHOVAH’S Woord: wat is het? „De Bijbel,” zegt gij zeer juist. Wat is de Bijbel? De Bijbel is een verzameling boeken die de geïnspireerde opgetekende openbaring van God uitmaken. De Bijbel is het grote religieuze document. Hem enkel in bezit te hebben, of hij nu met de hand is geschreven of door een machine is gedrukt, heeft zijn bezitters om verscheidene redenen min of meer bevrediging geschonken. Ligt de volledige betekenis van het Woord van God hierin, dat het slechts een boek is dat tot op zekere hoogte door tegenstrijdige religiën kan worden aangehaald voor hun krachtige gezegden en welgekozen zinsneden? Neen, dank zij de Auteur er van heeft de Bijbel meer betekenis dan dat.
2. Wat beweegt de mensen tot handelen?
2 Sedert er mensen op aarde zijn geweest, is hun geest voortdurend aangevallen en het voorwerp van verovering geweest. Thans als in geen vorig tijdperk wordt het hart en de geest van de mensen overstroomd met propaganda, waarvan het doel is hun handelwijze te bepalen. Wat beweegt mensen er toe te doen wat zij doen? Ideeën. Er bevinden zich ideeën in hun geest, die hen er toe brengen de een of andere handelwijze te volgen. Mensen zijn geen automaten, en evenmin gaan zij uitsluitend volgens instinct te werk. Mensen hebben een geest en een hart waarin het vermogen tot redeneren en de zetel der beweegreden zijn gevestigd. Daarin kunnen ideeën worden geplant, en het doel van de propaganda der oude wereld is, de geest van alle personen te veroveren en mee te slepen, hen allen in groepen organiserend of opstellend in oppositie tegen het koninkrijk van Jehovah God onder Christus Jezus. — Spr. 23:7, KJ.
3. Wat kan er worden gezegd betreffende het woord van de Duivel?
3 De demonische bron van onreine leringen is de Draak-Duivel. Door middel van zijn beestachtige organisatie werkt hij op de zelfzuchtige geest en het zelfzuchtige hart van de valselijk profeterende heersers en leiders van het volk, en door bemiddeling van hen op de geest van de mensen der wereld in het algemeen. Profetisch staat in de Openbaring opgetekend: „Ik zag drie onreine geïnspireerde uitingen, die er als kikvorsen uitzagen, uit de mond van de draak en uit de mond van het wilde beest en uit de mond van de valse profeet komen. In werkelijkheid zijn ze uitingen die door demonen zijn geïnspireerd, en ze doen tekenen, en ze gaan uit tot de koningen van de gehele bewoonde aarde, om hen te vergaderen tot de oorlog van de grote dag van God de Almachtige” (Openb. 16:13, 14, NW). Door zulk een uiting of woord van de Draak, welke uiting op vele wijzen wordt gedaan, wordt een beroep gedaan op zelfzucht, op het eigenbelang van de mensen, en worden zij er toe bewogen zulk schijnbaar eigenbelang te volgen vooruitlopend op en met voorbijzien van beginselen van rechtvaardigheid. — Joh. 3:20, NW.
4. Beschrijf en illustreer het verband dat er bestaat tussen woorden en ideeën.
4 Klaarblijkelijk zijn in alle gevallen van deze strijd om de geest van de mens, woorden de voornaamste werktuigen voor het overbrengen van ideeën. Woorden zijn symbolen van beelden en indrukken die zich in de geest bevinden, en ze worden gebruikt om zulke ideeën van de ene met verstand begaafde persoon op de andere over te brengen. Woorden hebben betekenis vanwege hun associatie met de ideeën die er door worden voorgesteld. Zonder deze associatie met ideeën, welke door alle betrokkenen worden aangenomen en begrepen, is een woord slechts een onverstaanbare klank of een nietszeggend geschreven symbool. Dit wordt duidelijk geïllustreerd door het feit dat een woord betekenis heeft voor een persoon die de bepaalde taal waarvan het woord deel uitmaakt, verstaat, maar geen betekenis heeft voor een andere persoon die volkomen onbekend is met die taal. In onze eigen taal, wat deze ook moge zijn, informeren wij ongetwijfeld dikwijls naar de betekenis van een woord dat nieuw voor ons is. De verklaring kan ons worden gegeven in vele andere woorden waarmede wij de erkende betekenis in verband brengen, en aldus komen wij tot een begrip van de betekenis van het nieuwe woord. Waar het op neerkomt, is dat woorden ideeën overbrengen. Door ideeën worden de mensen tot handelen bewogen.
5. Waarin ligt de kracht van woorden en van ideeën?
5 Woorden vinden hun kracht in datgene wat ze voorstellen; ideeën vinden hun kracht in het resultaat dat ze in de geest en handelingen der mensen teweegbrengen. Voor zover de vele millioenen boeken die door mensen zijn geschreven, waarheidsgetrouwe inlichtingen verschaffen waardoor de geest wordt opgebouwd, zijn ze heilzaam. Voor zover de geschriften van de mens de denkwijze en handelingen van de mens beïnvloeden, zijn ze krachtig. Voor zover enig op schrift gesteld of uitgesproken of anderszins gesymboliseerd idee boosheid en goddeloosheid op de geest overbrengt, hetgeen tot een handelwijze leidt waardoor Gods rechtvaardige beginselen worden overtreden, is zulk een idee duivels en is tegen de beste belangen van de mensheid terwijl Jehovah’s naam er door te schande wordt gemaakt. — Joh. 8:42-47, NW.
6. Met betrekking waartoe bestaat het geschil om de geest der mensen?
6 Klaarblijkelijk is het niet voornamelijk met betrekking tot enkel feiten als zodanig, dat er een geschil bestaat, maar het belangrijke geschil om de geest der mensen bestaat veeleer met betrekking tot leringen die van invloed zijn op de verhouding van de mens tot God. Wat kwantiteit betreft, het Woord van God, de Bijbel, vormt een grote tegenstelling met het gepubliceerde woord van de mens. Naar wordt bericht, zijn er in Amerika in de Bibliotheek van het Congres alleen al zeven millioen boekdelen, wat ons er aan herinnert dat „men . . . boeken [kan] schrijven zonder eind, maar veel studeren vermoeit het vlees” (Pred. 12:12, PC). In de „kleine” Bijbel worden zeer vele feiten vermeld die algemeen bekend zijn; er wordt bijvoorbeeld vele malen de aandacht gevestigd op de schoonheden van de natuurlijke schepping.
7. Hoe beschouwen mensen in het algemeen Bijbelse gedragsbeginselen?
7 Niet alleen deze erkende feiten verschijnen in de Schrift, maar ook gedragsbeginselen worden er in gevonden. Over het algemeen zullen de mensen toegeven dat die beginselen goed zijn en zij zijn tevreden dat vele van zulke beginselen in de wetten van de natiën zijn opgenomen. Om enkele dingen op te noemen, de Bijbel veroordeelt liegen, stelen en moorden. Goede beginselen erkennend, verbieden de wetten van het land deze dingen eveneens en er zijn voorzieningen in getroffen om overtredingen die onder bepaalde omstandigheden worden begaan, te straffen. Het aanvaarden van de rechtvaardige beginselen van Gods Woord is voor de mensen echter moeilijker dan de Bijbelse feiten te aanvaarden die algemeen bekend zijn. Vele mensen zeggen met hun lippen en in hun publicaties dat Bijbelse gedragsbeginselen goed zijn, en toch is de werkelijke, consequente en voortdurende beoefening van diezelfde beginselen door zulke mensen inderdaad een zeldzaamheid. Wanneer ze niet worden toegepast, zijn ze geen levende beginselen.
8. Welk krachtige derde kenmerk bevat de Bijbel, behalve de feiten die algemeen worden erkend en gedragsbeginselen?
8 Algemene feiten en goede beginselen zijn niet alle dingen die het Woord van God bevat. Er is ook nog profetie. Alhoewel Bijbelse profetieën een van de verbazingwekkendste en krachtigste kenmerken van de Bijbel zijn, waarvan de uitlegging en vervulling bij Jehovah God berusten, zijn ze voor de wereld in het algemeen absoluut dood; zowel de zogenaamde Christelijke als de niet-Christelijke wereld zijn dood ten aanzien er van en ze reageren er niet op. Over het algemeen worden de Bijbelse profetieën niet begrepen, niet als waar aanvaard; er wordt geen geloof aan gehecht en ze worden genegeerd.
9. Wat is het belangrijkste element van de Bijbel?
9 Gods Woord bevat meer dan zelfs deze voorgaande kenmerken. Het belangrijkste element van de Bijbel is, dat de waarachtige God er in wordt geopenbaard. Dit Boek bevat zijn vele titels en maakt hem bekend onder zijn naam JEHOVAH. Bijbelse feiten, beginselen en profetieën vinden alle hun werkelijke waarde hierin, dat ze de aandacht vestigen op de levende God. — Jer. 10:10, NBG.
10. Op welke wijze wordt de oneindige geest van Jehovah God aan de mens geopenbaard?
10 Omdat de Bijbel het Woord van de levende God is, is de Bijbel levend en heeft hij kracht; alleen de Bijbel, die in de wereld staat als een bolwerk tegen de vloed van schadelijke propaganda, biedt een bescherming voor de geest en het hart van de mensen. De Bijbel is een openbaring van de geest van de Schepper, Jehovah God, en het middel dat hij gebruikt om ideeën van zijn oneindige geest over te dragen op de geest van mensen. De Bijbel is samengesteld uit woorden welke de woorden van Jehovah God zijn, en die ons ter beschikking staan in welke taal die wij ook maar spreken, daar ze voor ons zijn vertaald uit de oorspronkelijke talen waarin de eerste Bijbelse berichten werden opgetekend. Die woorden vertegenwoordigen ideeën welke Gods gedachten zijn. Even stellig als de grote Gever van het Woord de levende God is, zo zeker is zijn geïnspireerde woord der waarheid het levende Woord.
11. Wat is krachtiger, het Woord van God of het woord en de gewelddaad van mensen?
11 Het is een algemeen gezegde dat de pen machtiger is dan het zwaard. Dit is een erkenning van het feit dat ideeën die op de geest van de mensen worden overgedragen, krachtiger zijn dan slechts physieke kracht (Hebr. 11:34, NW). Niet alleen is Gods Woord krachtiger dan physieke kracht en gewelddaad, maar het is machtiger dan de geschreven of gesproken woorden van alle propagandamachten van deze goddeloze oude wereld. Gods Woord is levend. De oude wereld is stervend en haar woorden zijn doodaanbrengend. Een algemeen motto is ook „Daden spreken sterker dan woorden”. Zulk een motto erkent dat het mogelijk is één ding te zeggen en iets anders te doen. Wat een persoon ten slotte doet, openbaart datgene wat in zijn hart is, ook al kan zijn spraak misleiden. — Matth. 23:3, NW.
12. Licht toe hoe er prachtige uitdrukkingen kunnen worden gebruikt terwijl er toch niet in overeenstemming mede wordt gehandeld.
12 „Ik ben uw knecht, geef mij verstand [inzicht], opdat ik uw getuigenissen kenne. Het is tijd voor den HERE om te handelen, zij hebben uw wet verbroken. Daarom heb ik uw geboden lief, meer dan goud, ja dan fijn goud; daarom houd ik al uw bevelen in alles voor recht, ik haat elk leugenpad. Wonderbaar zijn uw getuigenissen, daarom bewaart ze mijn ziel” (Ps. 119:125-129, NBG, AS). De prachtige en wonderbaarlijke uitdrukkingen die in deze passage voorkomen, kunnen worden herhaald zonder dat hetzij de spreker of de hoorder ze werkelijk gelooft. Iemand kan tot God zeggen: ’Ik ben uw knecht,’ en Jehovah toch niet dienen. Hij kan om inzicht vragen, maar kan het vermijden Gods Woord te bestuderen, waaruit alleen inzicht kan komen. Iemand kan belijden dat hij Gods geboden meer liefheeft dan goud en toch kan degene die dit belijdt, Gods geboden veronachtzamen, door ze in de Bijbel te lezen en niet op te volgen, maar in plaats daarvan zijn tijd en krachtsinspanningen te besteden aan het verwerven van goud. Indien Gods voorschriften betreffende alle dingen in werkelijkheid als iets goeds worden beschouwd en waardevol en juist worden geacht om na te komen, dan zal de dienstknecht van Jehovah, wanneer hij tot een begrip komt van Jehovah’s raad ten aanzien van een aangelegenheid, die raad volgen en hij zal werkelijk en letterlijk onjuistheden vermijden omdat hij ze haat, terwijl hij er veeleer behagen in schept dat hij mag leven om de wonderbaarlijke getuigenissen van God te onderhouden.
13. Vermeld waarom het Woord van Jehovah krachtig is.
13 Gods woorden zijn krachtig, levend en doeltreffend. Ten eerste, omdat ze afkomstig zijn van de Schepper van het universum, de Almachtige Jehovah God, en ze worden geschraagd door zijn kracht en almacht en ze zijn juist; ten tweede, omdat ze, indien ze in een goed en oprecht hart en in een goede en oprechte geest worden ontvangen, de dienstknecht van God in een juiste handelwijze leiden, hetgeen voor hem eeuwig leven tot gevolg zal hebben en tot uitbundige vreugde zal strekken van de God wiens geboden worden gehoorzaamd en die daardoor wordt gerechtvaardigd. Er kan niet genoeg de nadruk worden gelegd op het feit dat woorden ideeën symboliseren. Gods ideeën moeten in uw geest komen, en opdat deze ideeën krachtig kunnen zijn, moeten ze een uitwerking hebben op uw denkwijze en uw levenswijze. Daarin ligt hun kracht; maar om als enkeling of als natie slechts in het bezit te zijn van een boek dat de Bijbel wordt genoemd, zonder de dingen die God in dat boek heeft laten uiteenzetten, toe te passen, werpt geen voordeel af voor de bezitters. Het resultaat van het volgen van Gods Woord is de aanbidding van Jehovah en derhalve leven voor zijn aanbidders. Eenvoudig geloof in de Schrift, gebaseerd op een begrip er van en waardering er voor en op liefde voor God en rechtschapenheid, is het grote vereiste dat in het Woord van God staat opgetekend.
14. Vertel in uw eigen woorden de verschillen die in Psalm 1:1-6 worden uiteengezet.
14 Nu volgt een verschil tussen twee algemene handelwijzen en gedachtengangen, dat in de allereerste Psalm als volgt onder woorden is gebracht: „Gelukkig [gezegend] de man, die de raad der goddelozen niet volgt, niet de weg der zondaars betreedt, niet neerzit in de kring van de spotters.” Dit betekent dat ongeacht in welke mate goddeloze raad, zondige praktijken en verachting van God en zijn Woord onder de aandacht van de door Jehovah gezegende man gebracht mogen worden, hij deze dingen terzijde zal stellen. „Maar die zijn vreugde vindt in Jahweh’s wet, en dag en nacht zijn wet overweegt.” In symbolische taal, doch die stellig de juiste gedachte overbrengt, wordt getoond dat het einde van zo iemand als volgt is: „Hij is als een boom, aan stromend water geplant, die zijn vrucht geeft op tijd, en waarvan het blad niet verwelkt: al wat hij doet, zal gedijen.” Goddeloze raadgevers, met inbegrip van de religie-aanhangers die u aanhoudend aanraden de studie van Gods Woord met Jehovah’s getuigen na te laten, zijn geen vruchtbare bomen die gedijen. Neen, „den goddelozen zal het heel anders gaan: als kaf opgejaagd door de wind! Daarom houden de bozen het bij het oordeel niet uit, de zondaars niet in de gemeenschap der vromen. Want Jahweh kent het pad der rechtvaardigen, maar de weg der goddelozen loopt uit op verderf.” — Ps. 1:1-6, PC, AS.
KRACHT
15. (a) Hoe krachtig is het Woord van God in ons leven? (b) Geef een verklaring van het zindeel „de betekenis er van begrijpt”.
15 Hoe krachtig is het Woord van God in ons leven? Voor zover het de enkeling betreft, dat hangt er in zekere mate van af of hij al dan niet de betekenis er van begrijpt. Dit wordt vele malen door Jezus aangetoond, die bij een zekere gelegenheid gewag maakte van „[hem] die het woord hoort en de betekenis er van begrijpt, die werkelijk vruchten draagt en voortbrengt, deze honderd-, die zestig-, en de andere dertigvoud” (Matth. 13:23, NW). Wat betekent het, de betekenis van het Woord van God te begrijpen? Jezus maakt dit in een overeenkomstig bericht duidelijk: „Dit zijn zij die het woord, nadat zij het met een juist en goed hart hebben gehoord, vasthouden en met volharding vruchten dragen” (Luk. 8:15, NW). De betekenis van Gods Woord begrijpen, betekent dit Woord met werkelijk inzicht en werkelijke waardering te horen, een besef te hebben van de betekenis er van, de strekking, het doel, de betekenis die redelijk begrijpelijk en in overeenstemming met het gehele overige gedeelte van Gods Woord en met Jehovah’s rechtvaardigheid is. Er is een juist en goed hart voor nodig om dat te kunnen doen, en zulk een hart zal het woord vasthouden. De kracht van Gods levende Woord wordt gemanifesteerd als zijnde in het hart van zulk een persoon doordat hij vruchten draagt en volharding heeft door zijn dienst tot eer van Jehovah. „Neemt hierom de volledige wapenrusting Gods op, opdat gij weerstand kunt bieden in de boze dag en, nadat gij alle dingen nauwgezet hebt gedaan, pal kunt staan.” — Ef. 6:13, NW.
16. Toon welk een geweldige kracht door het levende Woord wordt uitgeoefend zowel voor bescherming als voor aanval.
16 Het zesde hoofdstuk van Efeze, waarin Gods voorziening symbolisch een wapenrusting wordt genoemd, toont dat Gods Woord in de Christelijke oorlogvoering zowel voor bescherming als voor aanval kracht heeft (Ef. 6:17, NW). De apostel Paulus gaf dezelfde waarheid als volgt te kennen: „De nacht is vergevorderd; de dag is nabijgekomen. Laten wij daarom de werken die tot de duisternis behoren, afleggen en laten wij de wapenen des lichts aandoen” (Rom. 13:12, NW). De schrijvers van de Christelijke Griekse Geschriften ontleenden deze voorstelling van Gods Woord als een krachtige strijduitrusting ongetwijfeld aan de Hebreeuwse profeten van God, want in Jesaja lazen zij: „Hij bekleedde Zich met gerechtigheid als met een pantser en de helm des heils [der redding] was op zijn hoofd; Hij bekleedde Zich met wraak als met een gewaad en Hij hulde Zich in ijver als in een mantel” (Jes. 59:17, NBG, LV). De profeet zeide ook: „En Hij heeft mijnen mond gemaakt als een scherp zwaard, in de schaduw zijner hand mij beschut; en Hij heeft mij gemaakt tot een gladgeslepen pijl, in zijnen koker mij verborgen” (Jes. 49:2, Ned. PB, voetnoot). De geestelijke en daarom van levensbelang zijnde bescherming door de waarheid wordt verder getoond in de wijze waarop men wordt hernieuwd, zoals van toepassing wordt gebracht op de geestesgesteldheid van een Christen: „En wordt niet langer naar dit samenstel van dingen gevormd, maar wordt veranderd door uw geest te hervormen, opdat gij voor u zelf de goede en aangename en volledige wil van God moogt beproeven” (Rom. 12:2, NW). Dit is een geweldige kracht welke door Jehovah’s Woord wordt uitgeoefend in het leven van zijn volk.
17. Wat heeft de kracht met betrekking tot het opbouwen van christenen?
17 Paulus verklaarde aan hen in wier midden hij het koninkrijk Gods had gepredikt, dat hij wegging en dat zij hem niet meer zouden zien. Hij waarschuwde hen voor symbolische wolven die onder de Christelijke kudde zouden komen en woorden zouden leren die in strijd waren met de waarheid welke de apostel Paulus hun had gebracht en waardoor zij zo rijkelijk waren gezegend. Paulus zeide: „Ik weet dat na mijn heengaan onderdrukkende wolven onder u zullen binnenkomen en de kudde niet met tederheid zullen behandelen, en uit uw eigen midden zullen mannen opstaan en verdraaide dingen spreken om de discipelen af te trekken achter zich. Blijft daarom waakzaam, en houdt in gedachten dat ik er drie jaar lang, dag en nacht, niet mede ben opgehouden een ieder van u met tranen te vermanen. En nu vertrouw ik u toe aan God en aan het woord van zijn onverdiende goedgunstigheid, welk woord u kan opbouwen en u de erfenis kan geven onder alle geheiligden” (Hand. 20:29-32, NW). Paulus toont hier de kracht welke Gods Woord heeft om de Christelijke gemeente op te bouwen. Dit kan nergens anders door worden gedaan en niets anders kan de erfenis brengen welke door rijpheid en getrouwheid wordt verworven.
18. Wat heeft kracht om ons in ons leven te identificeren?
18 Bovendien heeft het Woord van God, dat door zijn dienstknechten wordt herhaald en bekendgemaakt, kracht om hen als aanbidders van Jehovah te identificeren. Zij die tegengesteld aan de Schrift spreken, worden door hun woorden eveneens op tegenovergestelde wijze geïdentificeerd. De grote Onderwijzer gebruikte een zeer duidelijke illustratie om dit te bewijzen, zeggende: „Want er is geen goede boom die rotte vruchten voortbrengt; daarentegen is er geen rotte boom die goede vruchten voortbrengt. Want elke boom wordt gekend aan zijn vruchten. Mensen oogsten bijvoorbeeld geen vijgen van doornen, noch snijden zij druiven van een doornbos. Een goede mens brengt het goede voort uit de goede schat van zijn hart, maar een goddeloze mens brengt voort wat goddeloos is uit zijn goddeloze schat; want uit de overvloed des harten spreekt zijn mond.” — Luk. 6:43-45, NW.
19. Verklaar wat nog meer uitsluitend een kracht van Gods Woord is.
19 Er wordt gezegd dat dit levende Woord van God, dat kracht uitoefent, scherper is dan enig tweesnijdend zwaard, dat zelfs zover doordringt dat het de ziel en de geest scheidt en kan onderscheiden wat zich in het hart van de mens bevindt (Hebr. 4:12, NW). Geen ander woord dat bestaat, kan dat doen. Geen ander woord dan het levende Woord van God heeft de kracht om op deze wijze te onderscheiden en te oordelen. Jezus sprak het woord van zijn hemelse Vader en zeide: „Wie mij minacht en mijn woorden niet aanneemt, heeft een die hem oordeelt. Het woord dat ik heb gesproken, zal hem oordelen ten laatste dage” (Joh. 12:48, NW). De apostel Paulus zag uit naar de grote ’laatste dag’ van oordeel, waarin wij thans leven, en terwijl hij onmiddellijke raad gaf aan de gemeente te Korinthe, sprak hij ook profetisch, zeggende: „Oordeelt daarom niets voor de bestemde tijd, totdat de Here komt, die zowel de verborgen dingen der duisternis aan het licht zal brengen als de raadslagen van het hart openbaar zal maken, en dan zal elk zijn lof van God ontvangen.” — 1 Kor. 4:5, NW.
20. Geef een nadere verklaring over ’het scheiden van de ziel en de geest’.
20 In verband met deze kracht om te oordelen, welke van Gods Woord uitgaat, brengen wij ons wederom te binnen dat het ’zelfs zover doordringt dat het de ziel en de geest scheidt’ (Hebr. 4:12, NW). De ziel en de geest zijn geen synoniemen. Het levende schepsel is de ziel, maar zijn geest is de kracht die hem aandrijft. Ze beweegt hem. Iemand kan een goede geest of een slechte geest bezitten. Soms zeggen wij: „Ik kan daar niet persoonlijk zijn, maar ik zal er in de geest zijn,” en dat is een juiste uitdrukking, die door de Schrift wordt gerechtvaardigd. Paulus zeide bijvoorbeeld tot de Kolossenzen: „Want hoewel ik afwezig ben in het vlees, ben ik toch bij u in de geest, terwijl ik mij verheug en uw goede orde en de standvastigheid van uw geloof ten aanzien van Christus zie” (Kol. 2:5, NW). Het Woord van God onderzoekt het leven van de leden van zijn volk zodanig en dringt zover in hun leven door, dat het onderscheid maakt en zelfs een ieder in staat stelt onderscheid te maken tussen datgene wat hij in werkelijkheid doet, hetgeen eveneens door andere personen kan worden gezien, en de geest waarin hij het doet, dat wil zeggen, zijn beweegreden, zijn aandrijvende kracht. Zelfonderzoek in het licht van Gods Woord stelt ons in staat te bepalen of wij hetgeen wij doen, uit liefde voor God doen.
21. Waarom en hoe moeten wij Jehovah dienen, en waardoor kunnen wij dit doen?
21 Jehovah’s Woord is zo krachtig dat het ons in staat stelt God voortdurend, consequent en getrouw te dienen, terwijl wij jaar in jaar uit volharden, vooruitgang maken in de waarheid, vreugde en geluk behouden, en dit in weerwil van wat enig ander schepsel doet of schijnt te doen, of hij zich nu in de organisatie van Gods volk bevindt of buiten de Nieuwe-Wereldmaatschappij staat. Wij moeten Jehovah God dienen wegens onze persoonlijke verhouding tot hem, en moeten ons leven op de juiste wijze leiden in overeenstemming met Gods Woord en andere mensen hun leven laten leiden, terwijl zij voor God hun eigen verantwoordelijkheid dragen voor de handelwijze die zij volgen (Gal. 6:5, NW). Wij kunnen andere mensen bedriegen. Mensen kunnen ons bedriegen. Indien wij niet toelaten dat Gods Woord in ons doordringt en ons onderzoekt, onderscheid makend tussen onze ziel en geest, kunnen wij ons zelf bedriegen, maar Gods Woord en het oordeel dat er in staat opgetekend, veranderen wij niet, noch Jehovah zelf noch Christus Jezus, zijn aangestelde Rechter. Omdat Gods Woord Jehovah’s oordelen bekend maakt, die stellig komen, heeft het de kracht om te verbranden en te verbreken, zoals hij zegt: ’Is Mijn woord niet alzo, als een vuur? spreekt Jehovah, en als een hamer, die een steenrots te morzel slaat?’ (Jer. 23:29) Wij moeten ons nimmer uit zijn glorierijke dienst terugtrekken.