Vrede, zekerheid en het ’beeld van het beest’
„En hij voerde mij in de kracht van de geest weg naar een wildernis. En ik kreeg een vrouw in het oog die op een scharlakengekleurd wild beest zat, dat vol was van lasterlijke namen en dat zeven koppen en tien horens had.” — OPENBARING 17:3.
1. Waarom is Johannes’ visioen van een zevenkoppig, tienhoornig beest van belang voor ons?
DE APOSTEL Johannes zag dit angstaanjagende beest in een door God geïnspireerd visioen. Maar Johannes is niet de enige die het gezien heeft. Naar alle waarschijnlijkheid hebt u het ook gezien, of er op zijn minst in de kranten over gelezen. Hebt u het herkend?
2, 3. Welke beesten zag Johannes achtereenvolgens in zijn visioen?
2 Wanneer wij dit beest thans zien, heeft het natuurlijk niet het uiterlijk dat door Johannes werd beschreven. Wat Johannes zag, was een symbolische voorstelling van iets wat „in de dag des Heren” op aarde zou bestaan (Openbaring 1:10). Thans zien wij de vervulling ervan. De afstotelijke gedaante van het beest dat door Johannes werd gezien, geeft weer hoe Jehovah datgene beziet wat het afbeeldt — het is weerzinwekkend in zijn ogen! Johannes was er in zijn visioen reeds getuige van geweest dat Satan de Duivel naar de aarde werd geworpen en ’grote toorn had, daar hij wist dat hij slechts een korte tijdsperiode had’ (Openbaring 12:12). Hij had ook de politieke stelsels van Satans wereld afgebeeld gezien als een monsterlijk beest met zeven koppen en tien horens, dat uit de „zee” van de mensheid opsteeg (Openbaring 13:2; 17:15; Jesaja 57:20; Lukas 4:5, 6). Dit beest had autoriteit over de gehele mensheid, en de mensen werden gedwongen het ’merkteken van het beest’ aan hun rechterhand of op hun voorhoofd te laten aanbrengen, ten teken dat zij er hun steun aan gaven. — Openbaring 13:7, 16, 17.
3 Johannes had toegekeken toen mensen een beeld van dit beest maakten (Openbaring 13:14, 15). Dit is het beeld dat hij in het bovengenoemde in Openbaring hoofdstuk 17 beschreven visioen zag. Dit zevenkoppige, tienhoornige „beeld” zal een belangrijke rol spelen in toekomstige gebeurtenissen; het is dus voor ons van het grootste belang het te identificeren. Hoe kunnen wij dat doen?
Het „beeld” van het beest in deze tijd
4, 5. Wat beeldden de koppen van het beest uit het visioen af?
4 Een engel gaf Johannes inlichtingen die ons helpen. Hij zei: „De zeven koppen betekenen zeven bergen, waarop de vrouw gezeten is. En er zijn zeven koningen: vijf zijn gevallen, één is er, de andere is nog niet gekomen, maar als hij gekomen zal zijn, moet hij een korte tijd blijven” (Openbaring 17:9, 10). Uit de vermelding van „koningen” en „bergen” — die in de bijbel vaak politieke machten afbeelden — blijkt dat de koppen van het beest regeringen voorstellen (Jeremia 51:25). Welke zeven regeringen zijn hierbij betrokken?
5 Welnu, vijf waren er in Johannes’ tijd reeds gevallen, één bestond nog en één zou er nog komen. In de bijbelse geschiedenis zijn er voor Johannes’ tijd vijf grote rijken geweest die een bloeiperiode beleefden, Gods volk onderdrukten en vervolgens vielen: Egypte, Assyrië, Babylon, Medo-Perzië en Griekenland. Toen Johannes leefde, was het Romeinse Rijk aan de macht. Eeuwen na Johannes’ dood verdween het Romeinse Rijk van het toneel als overheersende wereldmacht, en uiteindelijk werd het door het Britse Rijk vervangen. De westelijke kolonies van dit rijk verwierven al spoedig onafhankelijkheid en samen met Groot-Brittannië sloten ze zich hecht aaneen tot de Anglo-Amerikaanse wereldmacht. Dit is de „koning” die in Johannes’ tijd „nog niet gekomen” was. In welke betrekking stond het beest dat door Johannes werd gezien tot de zeven rijken die door zijn koppen werden afgebeeld? „Het . . . is ook zelf een achtste koning, maar spruit voort uit de zeven.” — Openbaring 17:11.
6. (a) Wat betekenden de horens van het beest? (b) In welk opzicht hadden ze „nog geen koninkrijk . . . ontvangen”?
6 Houd ook in gedachte dat het beest tien horens had. Hierover zei de engel: „De tien horens die gij gezien hebt, betekenen tien koningen, die nog geen koninkrijk hebben ontvangen, maar wel ontvangen zij voor één uur autoriteit als koningen met het wilde beest” (Openbaring 17:12). Het getal tien in de bijbel duidt op volledigheid met betrekking tot dingen op aarde. Derhalve symboliseren deze horens alle regeringsmachten op de gehele aarde die het wilde beest een korte tijd („één uur”) in „de dag des Heren” ondersteunen. Hiertoe behoren zowel de zevende wereldmacht als de hedendaagse regeringen die uit de andere zes ’koppen van het beest’ zijn voortgekomen, ook al zijn deze zes niet langer wereldmachten. Deze „koningen” bestonden niet in Johannes’ tijd.a Nu zij autoriteit hebben verworven, „geven zij hun kracht en autoriteit aan het wilde beest”. — Openbaring 17:13.
7, 8. (a) Wat is het beest dat door Johannes werd gezien, zoals in Openbaring hoofdstuk 17 wordt beschreven? (b) In welke verhouding staat het tot de koppen en de horens?
7 Herkent u het beest nu? Ja, het komt nauwkeurig overeen met „het walgelijke ding dat verwoesting veroorzaakt”, dat als de Volkenbond begon en dat nu voortbestaat als de Verenigde Naties (Matthéüs 24:15; Daniël 12:11). Hoe kan er worden gezegd dat deze organisatie ’voortspruit uit de zeven wereldmachten’? In die zin dat de gehele met een beest te vergelijken organisatie, als een achtste wereldmacht, door reeds bestaande regeringen tot bestaan wordt gebracht, met de Anglo-Amerikaanse wereldmacht als belangrijkste helper en ondersteuner.
8 Bovendien geven alle „tien horens”, zoals de engel tot Johannes zei, „kracht en autoriteit aan het wilde beest” (Openbaring 17:13). Zonder de steun van de door de koppen en horens afgebeelde regeringen zou het beest zelfs machteloos zijn. Waarom? Omdat het slechts een beeld is (Openbaring 13:14). Zoals alle beelden is het op zichzelf machteloos (Jesaja 44:14-17). Alle leven dat het bezit, is afkomstig van zijn ondersteuners (Openbaring 13:15). Af en toe zijn sommigen van deze ondersteuners via de Verenigde Naties beslissend opgetreden, bijvoorbeeld tijdens de Koreaanse oorlog.
9. Hoe wordt onze identificatie van het beest bevestigd?
9 Onze identificatie van dit beest wordt bevestigd door enkele verdere details die door de engel worden verschaft: „Het wilde beest dat gij gezien hebt, was, maar is niet, en toch staat het op het punt uit de afgrond op te stijgen, en het zal de vernietiging tegemoet gaan” (Openbaring 17:8). Dit is al gedeeltelijk in vervulling gegaan. De Tweede Wereldoorlog heeft een definitief eind gemaakt aan de Volkenbond. In 1942, toen Jehovah’s Getuigen deze profetie duidelijk begonnen te begrijpen, kon er van het Volkenbond-beest gezegd worden dat ’het niet is’.b Maar in 1945 steeg het als de organisatie der Verenigde Naties „uit de afgrond op”. Zal ze haar opdracht om vrede en veiligheid tot stand te brengen met succes volvoeren? Neen, zegt de profetie. In plaats daarvan „zal [ze] de vernietiging tegemoet gaan”.
De berijdster van het beest
10, 11. (a) Wie bereed het beest in Johannes’ visioen? (b) Hoe is dit onderdeel van het visioen in de hedendaagse tijd in vervulling gegaan?
10 Hebt u nog iets anders in verband met het beest opgemerkt? Het werd bereden door een „vrouw”. Zij wordt geïdentificeerd als het wereldomvattende rijk van valse religie, „Babylon de Grote, de moeder van de hoeren en van de walgelijkheden der aarde” (Openbaring 17:3-5, 15). Hebben de religies van de wereld beide organisaties ’bereden’ en geprobeerd hun de koers aan te geven? Ja, vooral de religies van de christenheid.
11 De Nederlandse correspondent Pierre van Paassen beschreef bijvoorbeeld de houding van vertegenwoordigers van de protestantse kerken van Amerika, Groot-Brittannië en de Scandinavische landen die zittingen van de Volkenbond bijwoonden, als „iets dat veel weg had van religieus enthousiasme”. In 1945 verklaarde de Federale Raad van Kerken van Christus in Amerika: „Wij zijn vastbesloten ons in te zetten voor de voortdurende uitbreiding van de curatieve en creatieve functies van de Organisatie der Verenigde Naties.” In 1965 verklaarde paus Paulus VI dat hij in de organisatie „de weerspiegeling [zag] van het liefdevolle en bovenaardse plan van God voor de vooruitgang van de menselijke familie op aarde — een weerspiegeling waarin Wij de hemelse boodschap van het Evangelie aards zien worden”. Ja, de religieuze leiders hebben er werkelijk voor gezorgd dat die organisatie ’vol van lasterlijke namen’ is. — Openbaring 17:3; vergelijk Matthéüs 24:15; Markus 13:14.
Geen kracht die de vrede bevordert
12. Hoe zijn de betrekkingen tussen de ondersteuners van de organisatie der Verenigde Naties en Gods koninkrijk tot nu toe geweest?
12 De Verenigde Naties verheugen zich niet in goede betrekkingen met Gods koninkrijk. De ondersteuners van deze organisatie staan dat koninkrijk zelfs tegen. De engel zei tot Johannes: „[De tien horens] zullen strijden tegen het Lam, maar het Lam zal hen overwinnen, omdat hij Heer der heren en Koning der koningen is. Ook de geroepenen en uitverkorenen en getrouwen met hem zullen dit doen” (Openbaring 17:14). In overeenstemming met deze profetie hebben de natiën gedurende deze gehele tijd van het einde hardnekkig ’gestreden tegen het Lam’ door degenen die als ambassadeurs en gezanten van zijn koninkrijk optreden, tegen te staan en te vervolgen. Het Lam is echter onoverwinnelijk, en dat geldt ook voor zijn dienstknechten op aarde, die het goede nieuws van Gods koninkrijk ondanks verbodsbepalingen en gevangenzetting, en zelfs wanneer zij met de dood worden geconfronteerd, blijven prediken. — Matthéüs 10:16-18; Johannes 16:33; 1 Johannes 5:4.
13. Waarom zouden de Verenigde Naties nooit een kracht kunnen zijn die de ware vrede bevordert?
13 Neen, de organisatie der Verenigde Naties zou in werkelijkheid nooit een kracht kunnen zijn die de ware vrede bevordert. Haar berijdster, „Babylon de Grote”, is een van de meest verdorven oorlogsophitsers in de geschiedenis, en ze is „dronken . . . van het bloed der heiligen en van het bloed van de getuigen van Jezus” (Openbaring 17:6). De oorlogen van de natiën die deze organisatie ondersteunen, hebben de aarde in bloed gedrenkt (Matthéüs 24:6, 7). En de macht die achter ze staat, Satan de Duivel, „de grote draak”, is geen vredestichter (Openbaring 12:9, 17; 13:2). De mensheid zal zich nooit in zekerheid verheugen zolang deze machten bestaan. Ze zullen moeten worden verwijderd.
De noodzakelijke stappen tot vrede
14. (a) Wat gebeurde er in Johannes’ visioen met de berijdster van het beest? (b) Hoe zal dit in vervulling gaan?
14 Als eerste zal de valse religie verdwijnen, op een zeer onverwachte wijze. Het zal als volgt gebeuren: „De tien horens die gij gezien hebt, en het wilde beest, die zullen de hoer haten en zullen haar woest en naakt maken, en zij zullen haar vleesdelen opeten en zullen haar geheel met vuur verbranden.” Wat een schok voor de mensheid! (Openbaring 17:16; 18:9-19) De destructieve, nationalistische „horens” die in de organisatie der Verenigde Naties op de voorgrond treden, zullen haar vernietigen. Hoe treffend herinnert dit ons aan Jezus’ profetie dat „het walgelijke ding” „Jeruzalem” zou verwoesten! (Markus 13:14-20; Lukas 21:20) Maar hoewel de natiën als scherprechters optreden, voltrekken zij in werkelijkheid Gods oordeel aan „de grote hoer”, met inbegrip van de christenheid. Het resultaat? De valse religie „zal nooit meer gevonden worden”. — Openbaring 17:1; 18:21.
15, 16. (a) Wat is de „grote verdrukking”? (b) Wat zal het resultaat ervan zijn? (c) Hoe zal worden verhinderd dat Satan de vredesvooruitzichten van de mensheid verwoest?
15 Jezus zei dat de vernietiging van de christenheid het begin zou vormen van zulk een „grote verdrukking . . . als er sedert het begin der wereld tot nu toe niet is voorgekomen, en ook niet meer zal voorkomen” (Matthéüs 24:15, 21). Terwijl de verdrukking voortduurt, zal Gods koninkrijk het oordeel voltrekken aan alle politieke en commerciële onderdelen van Satans organisatie (Daniël 2:44). Johannes ziet nu de Koning in actie: „Ik zag de hemel geopend, en zie! een wit paard. En degene die erop zat, wordt Getrouw en Waarachtig genoemd, en hij oordeelt en voert oorlog in rechtvaardigheid.” In slagorde tegen hem opgesteld staan de politieke natiën van de aarde, te zamen met het ’beeld van het beest’. Het resultaat van de oorlog? Opnieuw vernietiging voor de vredeverstoorders! — Openbaring 19:11, 19-21.
16 Daardoor zal er nog slechts één groot obstakel voor de vrede overblijven: Satan de Duivel zelf. Johannes beschrijft vervolgens hoe deze grote vijand van de mensheid buiten gevecht wordt gesteld: „Ik zag een engel uit de hemel neerdalen met de sleutel van de afgrond en een grote keten in zijn hand. En hij greep de draak, de oorspronkelijke slang, die de Duivel en Satan is, en hij bond hem voor duizend jaren.” — Openbaring 20:1-3.
Een tijd om te kiezen
17. Welke stappen moeten thans gedaan worden door afzonderlijke personen die ernaar verlangen ware vrede te zien?
17 Wat een tijd van veranderingen voor de mensheid! Maar hoewel organisaties en regeringen worden verwijderd, wordt voornamelijk door de keus die afzonderlijke personen zelf doen, bepaald wat er met hen zal gebeuren. Jehovah heeft in een uiting van liefde verordend dat voorafgaande aan de grote verdrukking „eerst in alle natiën het goede nieuws [moet] worden gepredikt” (Markus 13:10). Vredelievende personen krijgen de uitnodiging ’uit te gaan van’ Babylon de Grote (Openbaring 18:4). Degenen die zich in de christenheid bevinden, worden aangespoord ’naar de bergen te vluchten’ (Lukas 21:21). Allen die zich aan Gods koninkrijk onderwerpen, moeten ervoor zorgen dat zij niet ’het merkteken van het beest’ dragen (Openbaring 14:9-12; Johannes 17:15, 16). Er zal een grote schare van zulke rechtgeaarde personen „uit de grote verdrukking komen” (Openbaring 7:9-14). Ja, niemand hoeft noodzakelijkerwijs te zamen met Satans stelsel om te komen. — Spreuken 2:21, 22.
18, 19. (a) Wat kan er worden gezegd over het tijdstip waarop de grote verdrukking zal uitbreken? (b) Hoe bereiden christenen zich thans op die tijd voor?
18 Wanneer zullen deze wereldschokkende gebeurtenissen plaatsvinden? Welnu, het „goede nieuws” wordt thans over de gehele wereld gehoord. „Het walgelijke ding” is geplaatst (Matthéüs 24:14-16). Het ’beeld van het beest’, dat zich reeds in het tweede stadium van zijn bestaan bevindt, kan nu zelfs elk moment „de vernietiging tegemoet gaan” (Openbaring 17:8). De vervulling van het „teken” toont aan dat wij reeds 71 jaar, sinds 1914, in de tijd van Jezus’ tegenwoordigheid leven (Matthéüs 24:3). Jezus zei: „Wanneer gij al deze dingen ziet, weet dan dat hij nabij is, voor de deur. Voorwaar, ik zeg u dat dit geslacht geenszins zal voorbijgaan totdat al deze dingen geschieden” (Matthéüs 24:33, 34). De „grote verdrukking” moet daarom heel nabij zijn. Kunnen wij ons nog preciezer uitdrukken? Op het ogenblik niet.
19 De apostel Paulus voorzei: „Wanneer zij zeggen: ’Vrede en zekerheid [veiligheid, Willibrordvertaling]!’ dan zal een plotselinge vernietiging ogenblikkelijk over hen komen” (1 Thessalonicenzen 5:3). De grote verdrukking zal derhalve voor de mensheid in het algemeen een schokkende verrassing zijn. Voor christenen zal ze echter geen schok zijn. Zij weten dat de verdrukking komt en zij handelen in overeenstemming met Jezus’ raad: „Blijft dan wakker, te allen tijde smekend dat gij erin moogt slagen te ontkomen aan al deze dingen die stellig gaan geschieden.” — Lukas 21:36.
20. Waarom kunnen christenen op dit moment niet zeggen wanneer de grote verdrukking zal komen?
20 Toch kunnen christenen niet van tevoren zeggen wanneer precies de grote verdrukking zal toeslaan. Jehovah heeft „die dag of het uur” niet geopenbaard (Markus 13:32; Matthéüs 24:42). Wanneer de Verenigde Naties het jaar 1986 bijvoorbeeld tot „Internationaal Jaar van de Vrede” uitroepen, slaan christenen de gebeurtenis met belangstelling gade. Maar zij kunnen niet van tevoren zeggen of dit de vervulling van Paulus’ hierboven aangehaalde woorden zal blijken te zijn. Zij zijn Jehovah evenwel dankbaar dat hij hen in staat gesteld heeft de betekenis van het ’beeld van het beest’ en „het walgelijke ding dat verwoesting veroorzaakt” te onderscheiden. Aldus bezien zij deze organisatie zoals Jehovah ze beziet en worden zij niet misleid door haar pogingen vrede te bewerkstelligen.
21. (a) In welke vrede verheugen christenen zich thans reeds? (b) Waar kunnen zij vol vertrouwen naar uitzien?
21 Degenen die inderdaad ’wakker blijven’ en zich aan Gods koninkrijk onderwerpen, verheugen zich thans reeds in vrede. Jehovah, „de God van vrede”, is met hen en schenkt hun „de vrede van God, die alle gedachte te boven gaat” (Filippenzen 4:7, 9). Bovendien zien zij uit naar de niet al te verre toekomst, wanneer de gehele aarde zich zal verheugen in de vervulling van Jesaja’s prachtige profetie: „Het werk van de ware rechtvaardigheid moet vrede worden, en de dienst van de ware rechtvaardigheid, gerustheid en zekerheid tot onbepaalde tijd. En mijn volk moet in een vredige verblijfplaats wonen en in woonsteden van volledig vertrouwen en in ongestoorde rustplaatsen” (Jesaja 32:16-18). Dit zal zekerheid zijn op wereldomvattende schaal (Jesaja 11:9). En het zal een werkelijke vrede zijn, omdat ze door Jehovah zelf zal zijn verschaft.
[Voetnoten]
a Het politieke toneel ziet er thans heel anders uit dan in Johannes’ tijd. De meeste lid-staten van de VN bestonden toen zelfs niet eens. Daarom kan er terecht gezegd worden dat ze „nog geen koninkrijk [hadden] ontvangen”. Er zijn enkele uitzonderingen, zoals Egypte. Maar zelfs in deze landen is de machtsstructuur in de loop der eeuwen zo veranderd dat de uitspraak van de engel nog steeds waar is: De regeringen die thans aan de macht zijn, hadden in Johannes’ tijd „nog geen koninkrijk . . . ontvangen”.
b Terwijl de Tweede Wereldoorlog in steeds grotere hevigheid woedde, hield de president van het Wachttorengenootschap op 20 september 1942 op het Theocratische Nieuwe-Wereldcongres van Jehovah’s Getuigen de lezing „Vrede — Is hij van blijvende duur?” Daarin toonde hij aan de hand van Openbaring hoofdstuk 17 aan dat de Tweede Wereldoorlog, in tegenstelling tot de verwachting van velen, niet in Armageddon zou culmineren. Eerst moest het ’vredebeest’ opnieuw uit de afgrond van inactiviteit opstijgen om gedurende een figuurlijke periode van „één uur” te zamen met de politieke machten te heersen.
Kunt u zich dit herinneren?
◻ Wat zijn enkele kenmerken van het beest uit Openbaring 17?
◻ Wat beeldt dit beest af?
◻ Waarom kan dit figuurlijke beest nooit vrede tot stand brengen?
◻ Hoe zal Gods koninkrijk uiteindelijk vrede en zekerheid voor de mensheid tot stand brengen?
◻ Hoe kunnen afzonderlijke personen voordeel trekken van deze kennis?
[Inzet op blz. 15]
Paus Paulus VI zag in de Verenigde Naties „de weerspiegeling van het liefdevolle en bovenaardse plan van God voor de vooruitgang van de menselijke familie”
[Illustratie op blz. 17]
Vredelievende personen worden aangespoord van Babylon de Grote ’uit te gaan’