Als u God wilt dienen, breng uw leven dan in het reine!
ZIJ was een negentienjarig fotomodel met een gezond en fris uiterlijk. Haar foto was op de omslag van een tijdschrift voor mannen verschenen, en nu wilden de uitgevers van dit blad een naaktfoto van haar om dit op de beide zijden van het binnenblad af te drukken. Maar toen gebeurde er iets.
Deze jonge vrouw was ermee begonnen met een van Jehovah’s getuigen de bijbel te bestuderen. Zoals in het tijdschrift Time (28 februari 1972) werd opgemerkt, was dit de reden waarom „het knappe model zich was gaan bezinnen op de juistheid van een lichtzinnige levenswijze en het tijdschrift verzocht van de foto op het binnenblad af te zien. ’Iedereen lachte’, zei Debbie. ’Zij dachten dat ik een grapje maakte. Toen ik de volgende ochtend opstond, bad ik als een bezetene.’ Toen belde zij . . . weer op. Deze keer drong de boodschap door.”
Deze annulering koste het fotomodel vijfduizend dollar, maar dit was het waard, want nu begon zij zich er zorgen over te maken God te behagen. Hoe zou haar naaktfoto ooit kunnen stroken met de „welverzorgde kleding” en de ’bescheidenheid en het gezonde verstand’ waardoor christelijke vrouwen volgens de bijbel gekenmerkt dienen te worden? — 1 Tim. 2:9.
Er kan over het algemeen gezegd worden dat de religieuze leiders van de christenheid niet van hun kerkgangers verlangen dat zij zulke veranderingen in hun leven aanbrengen. Zulke ondeugden als gokken, dronkenschap, oneerlijke zakenpraktijken en seksuele immoraliteit worden door de vingers gezien. De geestelijken van de christenheid worden net als ouders steeds toegeeflijker. De pers blijft er melding van maken dat steeds meer geestelijken, zowel protestantse als rooms-katholieke, niet alleen voorechtelijk geslachtsverkeer door de vingers zien en overspel vergoelijken, maar zelfs homoseksuelen in de echt verbinden en toelaten dat zij als lidmaten van de kerk een goede reputatie blijven genieten. — Rom. 1:24-32.
Maar als u werkelijk de ware God Jehovah wenst te dienen, staat het u niet vrij een dergelijke handelwijze te volgen, want hij zegt: „Gij moet heilig zijn, want ik ben heilig” (1 Petr. 1:16). Ja, als u Jehovah God wenst te dienen, kunt u zich niet met de wereld vereenzelvigen. Dit is ook de reden waarom de apostel Paulus aan christenen schreef: „Wordt niet langer naar dit samenstel van dingen gevormd, maar wordt veranderd door uw geest te hervormen, opdat gij u ervan kunt vergewissen wat de goede en welgevallige en volmaakte wil van God is.” De handelwijze van een christen dient stellig van die van de wereld te verschillen, en daarom moet een christen er zorgvuldig op toezien dat hij anders is dan de wereld. — Rom. 12:2.
Ook door de geïnspireerde woorden van de apostel Petrus wordt beklemtoond welk een tegenstelling er tussen wereldlingen en ware christenen bestaat: „Want het is voldoende dat gij in de voorbijgegane tijd de wil van de natiën hebt volbracht, toen gij u overgaaft aan daden van losbandig gedrag, wellusten, overdaad van wijn, brasserijen, . . . Omdat gij niet langer met hen deze weg bewandelt naar dezelfde lage poel van liederlijkheid, staan zij vreemd te kijken en gaan zij voort schimpend over u te spreken.” — 1 Petr. 4:3, 4.
GODS VEREISTEN MOETEN ERNSTIG WORDEN OPGENOMEN
In plaats dat de Schrift zulke wereldse praktijken vergoelijkt, verlangt ze van christenen dat zij Gods vereisten ernstig opnemen: „Laat hoererij en allerlei onreinheid of hebzucht onder u zelfs niet ter sprake komen, zoals het heiligen past. Laat niemand u met ijdele woorden bedriegen, want wegens de voornoemde dingen komt de gramschap van God over de zonen der ongehoorzaamheid. Wordt daarom niet hun deelgenoten. Blijft u ervan vergewissen wat de Heer welgevallig is, en hebt niet langer met hen deel aan de onvruchtbare werken die tot de duisternis behoren, maar wijst ze veeleer zelfs terecht.” — Ef. 5:3, 6, 7, 10, 11.
Christenen die God wensen te dienen, worden voor de werken van het gevallen vlees gewaarschuwd: „De werken van het vlees nu zijn openbaar, welke zijn hoererij, onreinheid, een losbandig gedrag, . . . twist, jaloezie, vlagen van toorn, ruzies, . . . drinkgelagen, brasserijen, en dergelijke. Aangaande deze dingen waarschuw ik u van tevoren, zoals ik u reeds van tevoren gewaarschuwd heb, dat wie zulke dingen beoefenen, Gods koninkrijk niet zullen beërven.” Paulus nam deze dingen ernstig op. Hij had hen er voordien voor gewaarschuwd en nu deed hij het opnieuw door middel van deze brief. — Gal. 5:19-21.
De Hebreeuwse christenen in Judéa ontvingen een soortgelijke waarschuwing van de geïnspireerde apostel: „Het huwelijk zij eerbaar onder allen en het huwelijksbed zonder verontreiniging, want God zal hoereerders en overspelers oordelen” (Hebr. 13:4). Om God te kunnen dienen, moet uw huwelijksleven in overeenstemming zijn met de bijbel. U kunt niet met iemand samenleven met wie u niet schriftuurlijk gehuwd bent. De christelijke gemeente te Korinthe was in gebreke gebleven Gods rechtvaardige vereisten ernstig op te nemen, want ze had een man in haar midden geduld die met de vrouw van zijn vader samenleefde. De apostel Paulus was zeer gebelgd over deze situatie, en na de gemeente hier ernstig over berispt te hebben, gaf hij dan ook het bevel: „Verwijdert de goddeloze man uit uw midden.” — 1 Kor. 5:1-13.
Dat de vroege christenen Gods rechtvaardige vereisten ernstig opnamen, blijkt ook uit de wijze waarop er tegen Ananías en Saffíra werd opgetreden omdat zij op huichelachtige wijze hadden gelogen. Zij werden wegens hun bedrog door Gods heilige geest gedood. „Dientengevolge kwam er grote vrees over de gehele gemeente en over allen die omtrent deze dingen hoorden.” Ja, Jehovah God dacht er niet over leugenachtige huichelaars in zijn pas gevormde christelijke gemeente te dulden. — Hand. 5:1-11.
HEDENDAAGSE VOORBEELDEN
Jehovah God verlangt in dit opzicht niet meer dan waartoe zijn aardse onvolmaakte dienstknechten in staat zijn. Degenen die hun leven in het reine brengen, ontvangen dienovereenkomstige zegeningen. Zo bevond zich onder degenen die in 1970 tijdens het congres van Jehovah’s getuigen in Anaheim, Californië, werden gedoopt, een voormalige beroepsdief wiens belangrijkste zorg het was geweest niet in handen van de politie te vallen. Toen hij met de Getuigen de bijbel begon te bestuderen, zei hij: „Mijn vrienden lachten mij uit en zeiden dat God mij nooit al mijn verkeerde daden zou vergeven. Maar Jehovah heeft dit gedaan.” Nu is hij een ander mens geworden, terwijl het zijn belangrijkste zorg is geworden het goede nieuws van Gods koninkrijk te prediken. — Matth. 24:14.
Dan was er de huisvrouw in de stad New York, wier huis een toevluchtsoord was voor dronkaards, waartoe zij zelf ook gerekend kon worden. Door zich te bedrinken, trachtte zij de werkelijkheid te ontvluchten; haar twee volwassen zoons waren namelijk aan verdovende middelen verslaafd en maakten zich aan diefstallen schuldig. Toen zij met de Getuigen ging studeren, bracht zij haar leven in het reine en maakte ook thuis schoon schip. Zij bedronk zich niet langer en stond erop dat een van haar zoons, die niet van plan was het gebruik van drugs te laten, uit huis ging. De andere zoon, die genezen uit een ziekenhuis terugkeerde, mocht van haar blijven. En nu is ook hij ermee begonnen de bijbel met een van de Getuigen te bestuderen.
Een vrouw in de Amerikaanse staat Pennsylvania verschafte weer een ander voorbeeld. Nadat haar man was gestorven, leefde zij negen jaar lang in hoererij met een man die zijn vrouw had verlaten zonder zich van haar te hebben laten scheiden. Toen zij de bijbel met de Getuigen begonnen te bestuderen, wilden ook zij Jehovah dienen, om welke reden zij hun leven in het reine brachten.
In de te Davenport, in de Amerikaanse staat Iowa, verschijnende Times Democrat van 29 mei 1971 werd melding gemaakt van een gezin waarin de man er tegenop zag thuis te komen omdat zijn vrouw zo’n „haaibaai” was, zoals zij later zelf zei. Hun twee zoons leefden als hippies en vonden het doodgewoon drugs te gebruiken. Zij bleven lange periodes van huis weg omdat hun ouders altijd ruzie maakten. Doordat deze mensen nu met Jehovah’s getuigen de bijbel bestuderen, is dit alles veranderd en zijn zij een verenigd en gelukkig gezin. Een van de zoons zei: „Toen vader volgens de bijbel begon te leven, konden wij hem respecteren en was het niet zo moeilijk gehoorzaam aan hem te zijn.”
HULPMIDDELEN
Tot de hulpmiddelen die God heeft verschaft om iemand te helpen zijn leven in het reine te brengen, behoort de bijbel. Door deze dagelijks te lezen en geregeld met de hulp van bijbelse studiehulpmiddelen te bestuderen, zult u worden gesterkt in uw besluit en in uw krachtsinspanningen uw leven in het reine te brengen. De Schrift is beslist „nuttig om te onderwijzen, terecht te wijzen, dingen recht te zetten, streng te onderrichten in rechtvaardigheid”. — 2 Tim. 3:16.
Ook het gebed is een grote hulp, zoals blijkt uit het verslag over het fotomodel. De bijbel moedigt ons aan ’onophoudelijk te bidden’ en God daarbij vooral om zijn heilige geest te vragen, die God bereidwilliger zal geven dan aardse ouders goede dingen aan hun kinderen geven. — 1 Thess. 5:17; Luk. 11:13.
Verder is het ook belangrijk geregeld om te gaan met degenen die hun leven in het reine hebben gebracht, en daarbij tevens slechte omgang — waardoor ’nuttige gewoonten worden bedorven’ — te mijden (1 Kor. 15:33). Goede metgezellen worden altijd op de gemeentevergaderingen van Jehovah’s getuigen aangetroffen. Door die vergaderingen te bezoeken, zult u dus beslist geholpen worden. — Hebr. 10:23-25.
EEN DRINGENDE ZAAK
Het is zo dringend uw leven in het reine te brengen, dat u dit niet tot morgen dient uit te stellen. Het is namelijk best mogelijk dat de verleidingen of de druk van morgen uw verlangen om uw leven in het reine te brengen, zullen verzwakken. Morgen kan het te laat zijn. Hoe dat zo? Omdat wij in de „laatste dagen” van dit goddeloze samenstel van dingen leven. Jezus gaf door middel van een illustratie te kennen hoe dringend deze zaak is: „Wanneer gij daarom het walgelijke ding dat verwoesting veroorzaakt . . . ziet staan . . . ., laten dan zij die in Judéa zijn, naar de bergen vluchten. Laat de man die zich op het dak bevindt, niet naar beneden komen om de goederen uit zijn huis te halen; en laat de man die op het veld is, niet naar het huis terugkeren om zijn bovenkleed op te halen.” Er bestaat geen twijfel over dat de vlucht uit dit ten ondergang gedoemde goddeloze samenstel van dingen dringend is, en hoe langer men dit uitstelt, des te moeilijker het zal worden, aangezien „die dag en dat uur” steeds meer naderen. Men dient geen tijd te verliezen! — Matth. 24:15-18, 34-36.
In dit verband zijn ook de woorden van de psalmist toepasselijk: „Heden, indien gij naar zijn stem luistert, verhardt uw hart niet.” Indien u het tot een later tijdstip zou uitstellen uw leven in het reine te brengen, zou u uw hart verharden! — Ps. 95:7, 8.
Als u dus de handelwijze van deze goddeloze wereld hebt gevolgd en God wenst te dienen, weet u wat u te doen staat. U dient uw leven in het reine te brengen, en wel zo snel mogelijk!