-
Een natie wacht op bevrijdingDe Wachttoren 1965 | 1 april
-
-
(Gen. 19:23-25)]; het zal in eeuwigheid niet meer bewoond worden, noch bevolkt zijn van geslacht tot geslacht; geen Arabier zal daar zijn tent opslaan, geen herders zullen daar legeren [zij zullen het vrezen als een door geesten bezochte plaats]; maar hyena’s zullen er legeren en hun huizen zullen vol uilen zijn; struisvogels zullen daar wonen en veldgeesten daar rondhuppelen, wilde honden zullen huilen in de burchten en [de grote slang zal zijn] in de paleizen van wellust [niet de „Sirrus”, de draak die een symbool vormde voor Babylons god Mardoek, maar een letterlijke slang die in eenzame, verwoeste plaatsen woont]. Weldra zal zijn tijd komen en zijn dagen zullen niet verlengd worden.” — Jes. 13:19-22, NW.
15 Een dergelijke verwoesting zou een van de onderdelen zijn van de wraak van Jehovah God over dat wereldbeheersende centrum van valse religie, dat vanaf zijn oorsprong in de dagen van Nimrod Gods vijand was. Hoewel er, nadat Babylon in 539 v. Chr. voor de Meden en Perzen zou vallen, nog vele eeuwen zouden verstrijken voordat deze verwoesting over de stad zou komen, zou deze toch onontkoombaar zijn.
16 Toen het tijdstip naderde waarop de zeventigjarige ballingschap van de joden zou eindigen, naderde ook Babylons val, en daarom maakten de joden die geloof stelden in Jehovah God en die zijn ware aanbidding hersteld wensten te zien, zich geen zorgen en deden zij geen pogingen op God vooruit te lopen door een opstand te ontketenen en pogingen te doen zich van de gevangenschap in Babylon te bevrijden. Op het ogenblik is er een Groter Babylond dat zijn val en ontzettende verwoesting nadert, maar degenen die Gods Woord lezen en hebben gezien hoe vele van Gods voornemens precies op tijd verwezenlijkt werden, weten dat het Grotere Babylon evenzo in de zeer nabije toekomst zal vallen en volledig verwoest zal worden en dat het niet hun taak is gewapenderhand op te treden of vleselijke wapens te gebruiken om dit tot stand te brengen, doch dat het tot Jehovah’s eer door Hem en zijn onzichtbare hemelse strijdkrachten zal worden gedaan. Babylon de Grote zal precies als het oude Babylon, dat thans nog slechts een verlaten ruïne is, voor eeuwig verwoest worden. Dan zal reine aanbidding de aarde vervullen en het bestuur van Jezus Christus, de Grotere Kores, volledige bevrijding betekenen voor allen die zich in zijn koninkrijk verheugen. Verdere besprekingen van Jesaja’s en Jeremia’s profetieën betreffende Babylon zullen in de hieropvolgende uitgaven verschijnen. — Openb. 18:21, NW.
-
-
Rokende synodeDe Wachttoren 1965 | 1 april
-
-
Rokende synode
In de New Zealand Herald van 14 april 1964 stond het volgende berichtje: „De voorzitter van de 36e algemene synode van de Anglicaanse Kerk, de primaat en aartsbisschop van Nieuw-Zeeland, . . . onderbrak gisteren de ochtendzitting om de vergadering in de gelegenheid te stellen te roken. ’Ik begrijp’, zo zei hij, ’dat enkelen van onze zwakkere broeders niet een gehele ochtend de zitting kunnen bijwonen zonder even te roken.’ Vervolgens stak de aartsbisschop een sigaret op. Een groot aantal van de aanwezigen volgde zijn voorbeeld.”
-