Het grotere geluk dat geven schenkt — Ervaart u het?
DE LICHTEN van de feestzaal zijn getemperd, de muziek is zacht gedraaid. Er wordt niet meer gedanst. Een enkele schijnwerper speelt met zijn lichtbundel over een stapel vrolijk verpakte dozen. Er zijn grote en kleine dozen. Vierkante dozen en ronde, roze en blauwe, zilver- en goudkleurige. Ze zijn alle versierd met opvallende linten en strikken. Met nerveus bewegende handen pakt de opgewonden bruid zorgvuldig elke doos uit terwijl een ietwat verlegen bruidegom haar zwijgend assisteert.
Er zijn broodroosters en mixers voor in de keuken; serviesgoed en bestek, tafelkleden en bijpassende servetten voor de eetkamer. Er zijn handdoeken en washandjes in overvloed, en voldoende beddelakens en kussenslopen voor een heel leven. Er zijn voldoende klokken voor elke kamer in het huis en kookboeken met meer dan genoeg recepten om elke fijnproever tevreden te stellen.
Als de cadeaus worden geopend, weerklinken er „o’s” en „ah’s” en welgemeende uitingen van dankbaarheid van het kersverse echtpaar. Zij hebben het geluk ervaren dat voortvloeit uit het krijgen van geschenken van hen die de vreugde van het geven kenden.
Bruiloften, jubileums, kerstvieringen, verjaardagen en een heleboel andere vieringen zijn allemaal sociale gebruiken waarbij het geven van geschenken verwacht wordt en een algemeen aanvaard onderdeel van het ritueel vormt. Maar juist doordat het in veel landen wordt verwacht, wordt het voor de gever vaak een last die afdoet aan de vreugde van het geven. Er bestaat echter een spontane vorm van geven, het geven zonder dat het wordt verwacht. Dit brengt de ontvanger in verrukking, of het geschenk nu klein is of groot. En op zulke momenten ervaart de gever het grootste geluk.
Het is natuurlijk zo dat degenen die meer bezitten, meer kunnen geven. De 19de-eeuwse industrieel Andrew Carnegie bijvoorbeeld had de eerste miljardair van zijn land kunnen zijn. In plaats daarvan gaf hij in een periode van 18 jaar 90 procent van zijn fortuin weg. Toen zijn secretaris hem waarschuwde dat hij bezig was zijn persoonlijke kapitaal uit te putten, antwoordde hij vrolijk: „Geweldig dat te horen kerel, ga zo door.” In diezelfde tijd leefde John D. Rockefeller, een van ’s werelds rijkste mannen, die tijdens zijn leven $750 miljoen weggaf. Over de zanger Elvis Presley staat geschreven dat hij „Cadillacs uitdeelde bij tientallen” en daar veel genoegen in schepte.
Geen nieuw gebruik
Het geven van geschenken is een gewoonte die bijna zo oud is als de mens zelf. Vanaf de vroegste tijden heeft het in het leven van mensen een belangrijke rol gespeeld. Abrahams bejaarde knecht gaf geschenken in de vorm van juwelen aan Rebekka nadat hij het bewijs had gezien dat Jehovah haar had aangewezen als een vrouw voor Isaäk. Ook werden er „uitgelezen dingen aan haar broer en aan haar moeder” geschonken (Genesis 24:13-22, 50-53). Nadat Jobs tegenspoed voorbij was, kreeg hij geschenken aangeboden door zijn broers en zusters en vroegere kennissen — waarbij „ieder een geldstuk en ieder een gouden ring” gaf. — Job 42:10, 11.
Toen de niet met name genoemde koningin van Scheba naar Jeruzalem reisde om koning Salomo te bezoeken, was zij diep onder de indruk van zijn door God geschonken wijsheid en prees zijn dienaren gelukkig dat zij in staat waren deze wijste der mensen aan te horen en daar voordeel van te trekken. Zij was zo onder de indruk dat zij Salomo 120 talenten goud (met een waarde van ongeveer ƒ 100.000.000) alsook kostbare stenen en de zeer begeerde balsemolie als geschenken aanbood. Dit betekende wellicht dat aan de schatkist van haar kleine koninkrijk een aanzienlijk bedrag onttrokken werd, maar ongetwijfeld schonk dit geven haar vreugde. Salomo zou eveneens de vreugde van het geven ervaren, want op zijn beurt gaf hij haar geschenken die blijkbaar de waarde overtroffen van de schatten die zij hem had geschonken. — 2 Kronieken 9:12; Nieuwe Vertaling van het Nederlands Bijbelgenootschap.
De vroege christenen schonken bijdragen ten behoeve van hun behoeftige broeders. De apostel Paulus schreef over de christenen in Macedonië en Acháje, die, hoewel zij arm waren, boven hun vermogen gaven aan hun in nood verkerende Judese broeders. ’Zij hebben het graag gedaan’, zei de apostel Paulus. — Romeinen 15:26, 27.
Geschenken die „spreken”
Ook in deze tijd is het duidelijk dat het geven van geschenken nog steeds een fundamentele manier is waarop mensen banden van liefde en vriendschap smeden en versterken, waarmee wij anderen laten weten dat wij om hen geven.
Zo zijn er geschenken van de ene huwelijkspartner aan de andere, eenvoudig om te zeggen: „Ik hou van je” — een simpele doos bonbons of een bos bloemen. Er zijn geschenken die kinderen aan ouders geven. En welke liefhebbende ouders geven niet altijd aan hun kinderen? Er zijn geschenken om iemand te vertroosten die gebroken van hart is, of om iemand op te vrolijken die terneergeslagen is, om te zeggen „word snel beter”, om waardering te uiten voor betoonde vriendelijkheid en genoten gastvrijheid, of eenvoudig om te zeggen: „Ik heb het geweldig fijn gehad.”
Er zijn giften aan behoeftigen of, na een ramp, aan slachtoffers die wij misschien nooit zullen zien en van wie wij misschien nooit een dankbetuiging zullen ontvangen. Een fruitmand voor zieken, een kamerplantje voor personen die aan huis gebonden zijn, een sieraad voor een dierbare vriend — kleine dingen die veel betekenen. Het is een vorm van geven die gepaard gaat met een uit het hart komende vreugde. Dit zijn de geschenken die vaak het meest op prijs gesteld worden.
Van alle gelegenheden voor het geven van geschenken is geen zo herkenbaar als het over de hele wereld bestaande kerstvertoon. Het is een orgie van geschenken geven die eveneens uit het verre verleden stamt. Het is een viering waar velen tegenop zien en anderen reikhalzend naar uitkijken. Het kan het verschil betekenen tussen een financiële ramp en een hoorn des overvloeds. En ook al worden er geschenken uitgewisseld tussen vrienden, het ritueel kan hen dichter bij elkaar brengen of hen juist scheiden. Deze paradox van het geven van geschenken in de kersttijd zal in het volgende artikel worden beschouwd.
[Illustratie op blz. 2]
Speelgoed kan fijn zijn, maar u bent het beste geschenk voor uw kind!