HOOFDSTUK VIJFTIEN
Ze kwam op voor Gods volk
1-3. (a) Waarom was Esther misschien bang om naar haar man te gaan? (b) Welke vragen over Esther gaan we bespreken?
ESTHER probeerde haar zenuwen in bedwang te houden terwijl ze naar het voorhof van het paleis in Susan liep. Dat was niet makkelijk. Alles aan het paleis was bedoeld om indruk te maken: de veelkleurige reliëfs van geglazuurd metselwerk met gevleugelde stieren, boogschutters en leeuwen, de gegroefde zuilen, de imposante beelden en zelfs de hoge ligging dicht bij de sneeuwtoppen van het Zagrosgebergte, met uitzicht op het heldere water van de Choaspes. Dat alles moest bezoekers herinneren aan de enorme macht van de vorst naar wie Esther op weg was, de vorst die zichzelf „de grote koning” noemde. Hij was ook haar man.
2 Haar man! Ahasveros was niet bepaald de man met wie een gelovig Joods meisje misschien had verwacht te trouwen!a Hij nam geen voorbeeld aan mannen als Abraham, die nederig Gods raad opvolgde om naar zijn vrouw Sara te luisteren (Gen. 21:12). De koning wist weinig of niets van Esthers God, Jehovah, of van Zijn Wet. Maar hij kende wel de Perzische wet die verbood wat Esther op het punt stond te doen. Die wet zei namelijk dat iedereen die ongevraagd voor de Perzische monarch verscheen, de dood verdiende. Esther was niet gevraagd te komen, maar ze ging toch. Terwijl ze dichter bij het binnenste voorhof kwam, waar hij haar vanaf zijn troon zou kunnen zien, kan ze het gevoel gehad hebben dat ze haar dood tegemoet liep. (Lees Esther 4:11; 5:1.)
3 Waarom nam ze dat risico? En wat kunnen we leren van het geloof van deze bijzondere vrouw? Laten we eerst eens zien hoe het kwam dat een gewoon meisje zoals Esther koningin van Perzië werd.
Esthers achtergrond
4. Wat was Esthers achtergrond, en waarom woonde ze bij haar neef?
4 Esther was een wees. We weten heel weinig van haar ouders, die haar de naam Hadassa hadden gegeven. Dat is een Hebreeuws woord voor mirte, een mooie struik met witte bloemen. Toen Esthers ouders stierven, trok een van haar familieleden, de vriendelijke Mordechai, zich haar lot aan. Hij was haar neef, maar hij was veel ouder. Hij nam haar in huis en behandelde haar als zijn eigen dochter (Esth. 2:5-7, 15).
5, 6. (a) Hoe werd Esther door Mordechai opgevoed? (b) Beschrijf het leven van Esther en Mordechai in Susan.
5 Mordechai en Esther woonden als Joodse ballingen in de Perzische hoofdstad, waar er waarschijnlijk op ze werd neergekeken vanwege hun godsdienst en de Wet waar ze zich aan probeerden te houden. Esther raakte ongetwijfeld steeds meer aan haar neef gehecht. Hij onderwees haar over Jehovah, de barmhartige God die Zijn volk al heel vaak had gered — en die dat weer zou doen (Lev. 26:44, 45). Er groeide een hechte band tussen Esther en Mordechai.
6 Mordechai werkte blijkbaar als beambte in de burcht Susan, want hij zat regelmatig samen met andere dienaren van de koning in de poort (Esth. 2:19, 21; 3:3). Hoe Esther als jong meisje haar tijd doorbracht weten we niet, maar we kunnen ervan uitgaan dat ze goed voor haar oudere neef zorgde en zijn huis schoonhield, dat waarschijnlijk in de armere wijken aan de overkant van de rivier lag. Misschien ging ze graag naar de markt in Susan, waar goud- en zilversmeden en andere handelaars hun koopwaar uitstalden. Esther had er geen idee van dat die luxe later iets heel gewoons voor haar zou worden; ze wist nog niet wat de toekomst zou gaan brengen.
„Schoon van uiterlijk”
7. Waarom werd Vasthi afgezet als koningin, en wat gebeurde er daarna?
7 Op een dag gonsde het in Susan van de geruchten over problemen aan het hof. Ahasveros had een groot feest voor zijn edelen gegeven met uitgebreide maaltijden en veel wijn. Toen hij zijn mooie koningin, Vasthi, wilde laten komen, die een eigen feest had met de vrouwen, had ze geweigerd. Boos en vernederd had de koning zijn adviseurs gevraagd hoe Vasthi gestraft moest worden. Het gevolg was dat ze was afgezet als koningin. De dienaren van de koning gingen nu in het hele land mooie jonge vrouwen zoeken; uit hen zou de koning een nieuwe koningin kiezen (Esth. 1:1–2:4).
8. (a) Waarom was Mordechai misschien een beetje bezorgd toen Esther volwassen was geworden? (b) Hoe zouden we de evenwichtige Bijbelse kijk op schoonheid kunnen toepassen? (Zie ook Spreuken 31:30.)
8 We kunnen ons voorstellen hoe Mordechai af en toe vol genegenheid naar Esther keek en met een mengeling van trots en bezorgdheid zag dat zijn nichtje een bijzonder mooie vrouw was geworden. „De jonge vrouw was fraai van gestalte en schoon van uiterlijk”, lezen we in Esther 2:7. De Bijbel geeft een evenwichtig beeld van uiterlijke schoonheid: het is iets prachtigs, maar het moet samengaan met wijsheid en nederigheid. Anders kan het tot arrogantie, trots en andere vervelende trekjes leiden. (Lees Spreuken 11:22.) Heb je zoiets weleens zien gebeuren? Hoe zou dat met Esther gaan? Zou haar schoonheid een hulp of juist een handicap zijn? De tijd zou het leren.
9. (a) Wat gebeurde er toen de dienaren van de koning Esther zagen, en waarom moet het moeilijk voor haar zijn geweest om afscheid te nemen van Mordechai? (b) Waarom liet Mordechai Esther met een niet-Jood trouwen? (Zie ook het kader.)
9 De dienaren van de koning zagen ook dat Esther heel mooi was. Ze haalden haar bij Mordechai weg en namen haar mee naar het grote paleis aan de overkant van de rivier (Esth. 2:8). Het moet een moeilijk afscheid zijn geweest, want Mordechai was als een vader voor haar. Hij had vast niet gewild dat zijn pleegdochter met een niet-Jood zou trouwen, ook al was dat een koning, maar hij was machteloos.b Wat zal Esther goed geluisterd hebben naar de laatste adviezen die Mordechai nog gaf! Onderweg naar de burcht Susan zat ze vol vragen. Wat voor leven ging ze tegemoet?
Ze wordt geliefd bij iedereen die haar ziet
10, 11. (a) Hoe had Esther makkelijk beïnvloed kunnen worden door haar nieuwe omgeving? (b) Hoe liet Mordechai zien dat hij bezorgd was om Esther?
10 Esther kwam in een wereld terecht die compleet nieuw en vreemd voor haar was. Ze was een van de vele jonge vrouwen die uit alle hoeken van het Perzische Rijk waren gehaald. Ze hadden waarschijnlijk allemaal hun eigen gewoonten, taal en opvattingen. Onder toezicht van de beambte Hegai zouden ze een jaar lang een uitgebreide schoonheidsbehandeling krijgen van massages met geurige oliën (Esth. 2:8, 12). Zo’n omgeving en leefstijl kon bij die jonge vrouwen makkelijk leiden tot een obsessie met hun uiterlijk, en tot arrogantie en wedijver. Werd Esther er ook door beïnvloed?
11 Niemand kan zich meer zorgen om Esther hebben gemaakt dan Mordechai. De Bijbel zegt dat hij elke dag zo dicht mogelijk bij het vrouwenhuis kwam om te weten hoe het met Esther ging (Esth. 2:11). Terwijl hij af en toe iets over haar hoorde, misschien via behulpzame bedienden aan het hof, moet hij enorm trots op haar zijn geweest. Waarom?
12, 13. (a) Wat voor indruk maakte Esther op de mensen om haar heen? (b) Waarom zal Mordechai blij zijn geweest dat Esther niets over haar Joodse achtergrond had verteld?
12 Esther maakte zo veel indruk op Hegai dat hij haar extra vriendelijk behandelde. Hij gaf haar zeven dienstmeisjes en de beste plaats in het vrouwenhuis. Het verslag zegt zelfs: „Al die tijd verwierf Esther voortdurend gunst in de ogen van iedereen die haar zag” (Esth. 2:9, 15). Zou alleen haar schoonheid zo’n diepe indruk op iedereen hebben gemaakt? Nee, Esther had meer.
13 Er staat bijvoorbeeld: „Esther had niets over haar volk of over haar bloedverwanten verteld, want Mordechai zelf had haar het gebod opgelegd dit niet te vertellen” (Esth. 2:10). Mordechai had dus gezegd dat ze niet over haar Joodse achtergrond moest praten; hij wist ongetwijfeld dat er aan het Perzische hof veel vooroordeel tegen zijn volk bestond. Wat was hij blij te horen dat Esther, ook nu ze niet meer bij hem woonde, nog even verstandig en gehoorzaam was!
14. Hoe kunnen jongeren in deze tijd het voorbeeld van Esther volgen?
14 Zo kunnen ook jongeren in deze tijd hun ouders of pleegouders blij maken. Als hun ouders niet in de buurt zijn, en zelfs als ze mensen om zich heen hebben die oppervlakkig, immoreel of gemeen zijn, kunnen ze slechte invloeden weerstaan en vasthouden aan de normen waarvan ze weten dat die goed zijn. Als ze dat doen, maken ze net als Esther hun hemelse Vader blij. (Lees Spreuken 27:11.)
15, 16. (a) Hoe kon Esther de koning voor zich winnen? (b) Waarom waren de veranderingen in Esthers leven waarschijnlijk niet makkelijk?
15 Toen Esther aan de beurt was om bij de koning te komen, mocht ze alles uitkiezen wat ze nodig dacht te hebben, misschien om zich nog mooier te maken. Maar bescheiden vroeg ze niets meer dan wat Hegai opnoemde (Esth. 2:15). Ze besefte waarschijnlijk dat schoonheid alleen het hart van de koning niet zou winnen; een bescheiden en nederige instelling zou aan het hof meer indruk maken. Had ze gelijk?
16 Het verslag zegt: „De koning kreeg Esther meer lief dan alle andere vrouwen, zodat zij meer gunst en liefderijke goedheid voor zijn aangezicht verwierf dan alle andere maagden. En hij zette haar voorts de koninklijke hoofdtooi op het hoofd en maakte haar koningin in de plaats van Vasthi” (Esth. 2:17). Het moet voor dit eenvoudige Joodse meisje moeilijk zijn geweest om zich aan te passen aan deze verandering: ze was de nieuwe koningin, de vrouw van de machtigste monarch op aarde! Steeg die nieuwe positie haar naar het hoofd? Absoluut niet!
17. (a) Hoe bleef Esther gehoorzaam aan haar pleegvader? (b) Waarom is het belangrijk het voorbeeld van Esther na te volgen?
17 Esther bleef gehoorzaam aan haar pleegvader, Mordechai. Ze hield haar band met het Joodse volk geheim. En toen Mordechai een complot ontdekte om Ahasveros te vermoorden, gaf Esther dat gehoorzaam aan de koning door, waardoor de aanslag werd voorkomen (Esth. 2:20-23). Ook liet ze door haar nederige en gehoorzame instelling zien dat ze nog steeds in haar God geloofde. Het is echt nodig om in deze tijd het voorbeeld van Esther te volgen, want de meeste mensen zien gehoorzaamheid niet als een goede eigenschap; het is juist heel normaal om ongehoorzaam en opstandig te zijn. Maar mensen die oprecht in God geloven, vinden gehoorzaamheid belangrijk, net als Esther.
Esthers geloof wordt op de proef gesteld
18. (a) Wat kan de reden zijn geweest dat Mordechai niet voor Haman wilde buigen? (Zie ook de voetnoot.) (b) Hoe volgen gelovige mannen en vrouwen in deze tijd het voorbeeld van Mordechai?
18 Er was een man die steeds belangrijker werd aan het hof van Ahasveros. Hij heette Haman. De koning stelde hem als eerste minister aan, zodat hij zijn belangrijkste adviseur en de tweede in het rijk werd. De koning bepaalde zelfs dat iedereen die Haman tegenkwam, voor hem moest buigen (Esth. 3:1-4). Dat was voor Mordechai een probleem. Hij was bereid de koning te gehoorzamen, maar niet als hij daarmee tegen Gods wil inging. Haman was namelijk een Agagiet. Dat betekende kennelijk dat hij afstamde van Agag, de Amalekitische koning die door Gods profeet Samuël was terechtgesteld (1 Sam. 15:33). De Amalekieten waren zo slecht dat ze zich tot vijanden van Jehovah en van Israël hadden gemaakt. Als volk waren de Amalekieten door God veroordeeld (Deut. 25:19).c Hoe kon een trouwe Jood voor een Amalekiet buigen? Dat kon Mordechai niet. En hij hield voet bij stuk. Ook nu nog hebben gelovige mannen en vrouwen hun leven geriskeerd om zich te houden aan het principe: „Wij moeten God als regeerder meer gehoorzamen dan mensen” (Hand. 5:29).
19. Wat wilde Haman, en wat deed hij om de koning aan zijn kant te krijgen?
19 Haman was woedend. Maar hij vond het niet genoeg om alleen Mordechai te doden. Hij wilde heel Mordechais volk uitroeien! Hij probeerde de koning aan zijn kant te krijgen door een negatief beeld van de Joden te schilderen. Zonder ze bij naam te noemen, suggereerde hij dat ze een onbelangrijk volk waren, „verstrooid en afgezonderd onder de volken”. Erger nog, hij zei dat ze zich niet aan de wetten van de koning hielden en dus gevaarlijke opstandelingen waren. Hij vertelde dat hij een enorm geldbedrag aan de schatkamer van de koning wilde schenken om alle Joden in het rijk af te slachten.d Ahasveros gaf zijn eigen zegelring aan Haman waarmee hij elk bevel dat hij in gedachten had kon bekrachtigen (Esth. 3:5-10).
20, 21. (a) Wat voor effect had Hamans bevel op Mordechai en op de andere Joden in heel het Perzische Rijk? (b) Wat smeekte Mordechai Esther te doen?
20 Al gauw haastten ruiters zich naar elke uithoek van het enorme rijk met brieven waarin het doodvonnis tegen het Joodse volk, want daar kwam het op neer, werd bekendgemaakt. Stel je eens voor hoe die boodschap aankwam in het verre Jeruzalem, waar een groep Joden die uit ballingschap in Babylon waren teruggekeerd met veel moeite een stad aan het herbouwen waren die nog geen verdedigingsmuur had. Misschien dacht Mordechai aan hen toen hij het vreselijke nieuws hoorde, en ook aan zijn vrienden en familieleden in Susan. Radeloos scheurde hij zijn kleren en liep hij in zak en as huilend door de stad. Haman zat ondertussen met de koning te drinken, niet onder de indruk van het verdriet dat hij had veroorzaakt onder de vele Joden en hun vrienden in Susan. (Lees Esther 3:12–4:1.)
21 Mordechai wist dat hij iets moest doen. Maar wat? Esther hoorde dat hij helemaal van streek was en stuurde hem kleren, maar hij weigerde zich te laten troosten. Hij had zich misschien al heel lang afgevraagd waarom zijn God had toegelaten dat Esther bij hem werd weggehaald om met een heidense koning te trouwen. Nu leek het antwoord duidelijk te worden. Mordechai stuurde Esther een boodschap waarin hij haar smeekte bij de koning te bemiddelen en „voor haar eigen volk” op te komen (Esth. 4:4-8).
22. Waarom was Esther bang om voor haar man te verschijnen? (Zie ook de voetnoot.)
22 Die boodschap moet Esther de stuipen op het lijf hebben gejaagd. Dit was een enorme beproeving op haar geloof. Ze was bang, en dat liet ze Mordechai eerlijk weten. Ze herinnerde hem aan de wet van de koning. Ongevraagd voor hem verschijnen betekende de doodstraf. Alleen als hij zijn gouden scepter uitstak zou de overtreder gespaard blijven. En had Esther reden om dat te verwachten, vooral na wat er met Vasthi was gebeurd toen ze had geweigerd voor de koning te verschijnen? Esther vertelde Mordechai dat de koning haar al dertig dagen niet had geroepen! Dat gaf haar genoeg reden om zich af te vragen of ze bij de grillige koning uit de gunst was geraakt (Esth. 4:9-11).e
23. (a) Wat zei Mordechai om Esthers geloof te versterken? (b) Waarom is Mordechai een schitterend voorbeeld voor ons?
23 Mordechai gaf een resoluut antwoord om Esthers geloof te versterken. Hij verzekerde haar ervan dat als zij niets deed, de bevrijding van de Joden wel uit een andere hoek zou komen. Maar hoe kon ze verwachten gespaard te blijven als de vervolging heviger werd? Mordechai liet zien dat hij een sterk geloof had in Jehovah, die nooit zou toelaten dat Zijn volk uitgeroeid werd en Zijn beloften altijd zou nakomen (Joz. 23:14). Daarna vroeg hij aan Esther: „Wie weet, of gij niet juist voor een tijd als deze tot de koninklijke waardigheid gekomen zijt?” (Esth. 4:12-14) Mordechai is een schitterend voorbeeld voor ons. Hij vertrouwde volledig op Jehovah. Doe jij dat ook? — Spr. 3:5, 6.
Geloof dat sterker is dan angst voor de dood
24. Hoe toonde Esther geloof en moed?
24 Esther nam een beslissing. Ze vroeg of Mordechai haar volksgenoten opdracht wilde geven om net als zij drie dagen te vasten. Ze besloot haar boodschap met woorden van geloof en moed die door hun eenvoud nog steeds indruk maken: „Ingeval ik moet omkomen, moet ik omkomen” (Esth. 4:15-17). Ze zal die drie dagen meer hebben gebeden dan ooit. Uiteindelijk was het zover. Ze trok haar mooiste koninklijke kleren aan en deed alles wat ze kon om bij de koning in de smaak te vallen. Toen ging ze.
25. Wat gebeurde er toen Esther voor de koning verscheen?
25 Zoals aan het begin van dit hoofdstuk werd gezegd, liep Esther naar het hof van de koning. We kunnen ons wel voorstellen dat ze zich grote zorgen maakte en heel veel tot Jehovah gebeden heeft. Ze kwam het voorhof in, waar ze haar man op zijn troon kon zien zitten. Misschien probeerde ze van zijn gezicht af te lezen hoe zijn stemming was. Als ze heeft moeten wachten, moet het een eeuwigheid geleken hebben. Maar toen zag Ahasveros haar. Hij was natuurlijk verbaasd, maar al gauw werd zijn blik milder. Hij stak zijn gouden scepter uit! — Esth. 5:1, 2.
26. Waarom hebben ware christenen in deze tijd moed nodig, en waarom was wat Esther die dag had gedaan nog maar het begin?
26 Esther kreeg audiëntie: de koning wilde naar haar luisteren. Ze had haar standpunt ingenomen voor haar God en haar volk, waardoor ze al Gods aanbidders tot in deze tijd een prachtig voorbeeld van geloof gaf. Voor ware christenen zijn zulke voorbeelden heel waardevol. Jezus zei dat zijn echte volgelingen te herkennen zouden zijn aan zelfopofferende liefde. (Lees Johannes 13:34, 35.) Vaak heb je net als Esther moed nodig om die liefde te tonen. Esther was die dag voor Gods volk opgekomen, maar dat was nog maar het begin. Hoe kon ze de koning ervan overtuigen dat zijn favoriete adviseur, Haman, een gemene samenzweerder was? Hoe kon ze haar volk redden? Die vragen worden in het volgende hoofdstuk besproken.
a Algemeen wordt aangenomen dat Ahasveros koning Xerxes I was, die in het begin van de vijfde eeuw v.Chr. over het Perzische Rijk regeerde.
b Zie het kader „Vragen over Esther” in hoofdstuk 16.
c Haman was misschien een van de allerlaatste Amalekieten, want „het overblijfsel” van hen was in de tijd van koning Hizkia al gedood (1 Kron. 4:43).
d Haman bood 10.000 talenten zilver aan, wat nu honderden miljoenen euro’s waard zou zijn. Als Ahasveros inderdaad Xerxes I was, kan dat geld Hamans voorstel aantrekkelijker hebben gemaakt. Xerxes had een enorm bedrag nodig omdat hij al heel lang van plan was een oorlog tegen Griekenland te beginnen. Die oorlog zou uiteindelijk op een ramp uitlopen.
e Xerxes I stond erom bekend dat hij wispelturig en opvliegend was. De Griekse geschiedschrijver Herodotus noemde daar een paar voorbeelden van uit de tijd van Xerxes’ oorlog tegen Griekenland. De koning gaf bevel een pontonbrug van schepen over de Hellespont (een zeestraat) te bouwen. Toen de brug door een storm werd vernield, beval Xerxes dat de ontwerpers onthoofd moesten worden, en hij liet zijn mannen zelfs de Hellespont ’straffen’ door het water zweepslagen te geven terwijl er een beledigende tekst werd voorgelezen. Tijdens diezelfde veldtocht smeekte een rijke man of zijn zoon vrijgesteld mocht worden van de strijd. Xerxes liet de zoon doormidden snijden en stelde het lichaam tentoon als een waarschuwing.