Jonge mensen vragen . . .
Hoe kan ik de masturbatiegewoonte afleren?
„DE WIJZE waarop ik mijn slagen richt, is dusdanig dat ik niet in de lucht sla”, schreef de christelijke apostel Paulus (1 Korinthiërs 9:26). Hij vergeleek de worsteling om zijn begeerten te beheersen met een bokswedstrijd. Een bokser die met zijn stoten slechts lucht raakt, zal al gauw het onderspit delven. Daarom moet iemand om met succes de strijd met de masturbatiegewoonte aan te binden, weten hoe hij zijn „slagen” moet richten, hoe hij het beste te werk kan gaan.a
„Bereidt uw geest voor op actie”
De strijd tegen masturbatie wordt in onze geest gevochten. Vandaar dat de bijbel aanraadt: „Bereidt uw geest voor op actie; hebt zelfbeheersing” (1 Petrus 1:13, New International Version). Stel nu dat wij toevallig iets zien wat seksueel prikkelend is. De geest is geneigd bij zulke gedachten stil te staan en hartstocht tot ontwikkeling te laten komen (Matthéüs 5:28). Als dat gebeurt, ontstaat in ons lichaam de neiging tot seksuele activiteit. Hoe langer onze geest bij de verkeerde gedachte stilstaat, hoe meer dit lichamelijke proces voortschrijdt tot hogere fasen van opwinding. Uiteindelijk kan het prikkelingsniveau tot masturbatie leiden. Maar de geest moet zich inspannen en de immorele gedachte verwerpen. Als dat gebeurt, neemt de prikkeling snel af en ebt elk door lichamelijke spanning veroorzaakt ongemak weg.
Het is echter moeilijk verkeerde gedachten te verwerpen, vooral als je ’s avonds alleen bent. Een 17-jarige jongen vertelt welke stappen hij daarom doet: „Allereerst probeer ik ’van onderwerp te veranderen’ zodat mijn geest van de gedachten die de prikkeling teweegbrengen, afstapt. Ook het besef dat de drang uiteindelijk overgaat, maakt het gemakkelijker.” „Van onderwerp veranderen” vereist misschien meer dan alleen een geestelijke inspanning. Een jonge vrouw zegt erover: „Het beste wat je kunt doen, is onmiddellijk uit bed stappen en een of ander klusje gaan doen, of misschien een kleinigheid eten, zodat je geest zich op andere dingen richt.” Ja, dwing jezelf ertoe ’de dingen te blijven bedenken die van ernstig belang, rechtvaardig, eerbaar en liefelijk zijn, waarover gunstig wordt gesproken en die lof verdienen’. — Filippenzen 4:8.
Als je er moeite mee hebt in slaap te komen, probeer dan het voorbeeld van de trouwe koning David op te volgen, die schreef: „Wanneer ik op mijn legerstede aan u [God] heb gedacht, mediteer ik over u in de nachtwaken” (Psalm 63:6). Als wij onze geest dwingen over God en zijn hoedanigheden na te denken, zal de aandrang vaak verdwijnen. „O gij die Jehovah liefhebt, haat het slechte”, schreef de psalmist (Psalm 97:10). Het is niet gemakkelijk een gewoonte te haten die zulk ogenblikkelijk vleselijk genot teweegbrengt, maar blijf bedenken hoe God deze onreine gewoonte beziet. Je moet echter ook . . .
Voorzorgsmaatregelen nemen
„Schrander is degene die de rampspoed heeft gezien en zich vervolgens verbergt, maar de onervarenen zijn doorgelopen en moeten de straf ondergaan”, schreef de geïnspireerde wijze man (Spreuken 22:3). Het oorspronkelijke Hebreeuwse woord dat in dit geval met „schrander” is vertaald, betekent „snelheid, rapheid van geest of verstand”. Iemand die schrander is, denkt van tevoren na en weet waardoor een situatie ernstiger wordt. Heb je dus geconstateerd dat bepaalde bezigheden, kledingstukken of gerechten je seksueel stimuleren, vermijd die dan in elk geval.b Vermijd angstvallig alle lectuur, tv-programma’s of films met een sensueel thema. Blijf niet naar zulke dingen kijken. „Wend mijn ogen af, opdat ze dat wat waardeloos is niet zien”, bad de psalmist (Psalm 119:37). Zulke sensuele beelden zullen in je geest worden opgeslagen en vaak weer bovenkomen als je alleen bent.
Het is vooral nodig stappen te doen om ’je te verbergen’ voor toekomstige problemen op tijdstippen dat je emotioneel aangeslagen of down kunt zijn, neerslachtig misschien. „Hebt gij u ontmoedigd betoond op de dag van benauwdheid? Uw kracht zal gering zijn”, waarschuwt Spreuken 24:10. Als je weet dat op zulke momenten je weerstandsvermogen minder of „gering” zal zijn, is het goed te proberen je aangelegenheden zo veel mogelijk zo te regelen dat je niet voor lange tijd alleen bent. Stel een schema op vol opbouwende activiteiten waardoor je geest bezig zal zijn met ondernemingen die een uitdaging vormen, en minder in de gelegenheid is naar immorele gedachten af te glijden. Let dan vooral heel goed op met welke dingen je je geest gevuld laat zijn. Een vrouw bij wie de verlangens op bepaalde tijden van de maand intenser worden, moet eveneens praktische wijsheid gebruiken om het hoofd te bieden aan de grotere problemen.
Hoewel het toepassen van de voorgaande suggesties zal helpen, hebben de meeste personen die met succes de strijd tegen deze slechte gewoonte hebben aangebonden, ontdekt dat de ware oplossing geworteld was in een krachtig geestelijk offensief.
Een geestelijk offensief
Een 27-jarige man die vanaf zijn elfde jaar met de gewoonte geworsteld had, slaagde er ten slotte in die te overwinnen. Hoe? In de allereerste plaats vermeed hij zorgvuldig alle pornografie. „Vervolgens was het een kwestie van in het offensief gaan door al mijn geestelijke hulpmiddelen in de strijd te werpen”, verklaarde hij. „Ik las elke dag, zonder uitzondering, minstens twee hoofdstukken in de bijbel.” Hij heeft dit zonder mankeren drie jaar lang gedaan.
Andere christenen die moeite hebben gehad met het overwinnen van deze gewoonte, gaven toe dat een achteruitgang in hun persoonlijke studie van Gods Woord beslist een factor was die tot de moeilijkheden bijdroeg. „Ik heb een periode gehad waarin het verlangen tot masturberen bijzonder sterk was”, berichtte een christen wiens probleem met masturbatie na zijn huwelijk aanhield. „Ik stond onder druk door mijn baan en door zo veel andere dingen dat mijn persoonlijke studie eronder begon te lijden. Ik zag er de noodzaak van in meer te studeren. Dit hielp, en ik ben dankbaar dat ik het verlangen heb overwonnen zonder terug te vallen.”
’Volop te doen hebben in het werk van de Heer’, bijvoorbeeld door het onderwijzen van anderen in de bijbel, is ook een hulp (1 Korinthiërs 15:58). Een vrouw die masturbatie de baas werd, verklaarde: „Iets wat mij nu echt helpt deze gewoonte te vermijden, is dat mijn geest en energie er door de volle-tijdprediking helemaal op gericht zijn anderen te helpen een goedgekeurde verhouding met God te verwerven.”
Ten slotte wordt als hulp bij het bewaren van je zelfbeheersing in de avonduren door een christen nog de raad gegeven: „Lees voordat je naar bed gaat iets over geestelijke zaken. Het is heel belangrijk dat de laatste gedachte van de dag in het geestelijke vlak ligt. Bidden is om die tijd ook uiterst nuttig.”
De uiterst belangrijke rol van het gebed
Ja, voor een succesvolle strijd tegen deze slechte gewoonte kun je het niet stellen zonder „kracht die datgene wat normaal is te boven gaat”. Die kracht komt van God (2 Korinthiërs 4:7). Door innige gebeden kun je God om deze kracht smeken. „Stort uw hart voor hem [God] uit”, schreef de psalmist (Psalm 62:8). God belooft dat degenen die met „vrijmoedigheid van spreken” tot hem naderen, zullen ontdekken dat hij hun „hulp op de juiste tijd” geeft (Hebreeën 4:16). Een jonge christelijke vrouw die met de masturbatiegewoonte worstelde, schreef: „Het gebed is een ogenblikkelijke bron van kracht. Bidden op het tijdstip dat het verlangen opkomt, helpt beslist.” Stel ook bij het opstaan en de hele dag door, God van je besluit in kennis en smeek om zijn sterkende heilige geest. — Lukas 11:13.
Oprechte gebeden zullen je nader tot God brengen en dan wordt God heel reëel en een persoonlijke Helper. Stilstaan bij je vriendschap met God en het verlangen je „vrijmoedigheid van spreken” te behouden, zijn uiterst belangrijk. Het komt echter ook voor dat iemand aarzelt te bidden omdat hij zich schaamt of de seksuele prikkeling zo plezierig vindt dat hij er niet mee wenst op te houden. Juist dan moet er weerstand worden geboden aan zulke gevoelens. De bijbel zegt: „Houdt aan in het gebed.” Iemand die smeekbeden tot God richt — op dat moment om hulp smeekt — zal meestal bemerken dat de verkeerde impuls afneemt. — Romeinen 12:12.
Hulp van anderen
Als je persoonlijke pogingen niet met succes bekroond worden en je de strijd echt wilt winnen, spreek dan met iemand die je kan helpen, met een van je ouders bijvoorbeeld of met iemand die geestelijk bekwaam is. Een jonge man die zijn strijd met de masturbatie steeds weer verloor, bereikte het punt dat hij volkomen radeloos was. „Op een avond heb ik er onder vier ogen met mijn vader over gepraat”, bekende hij. „Ik moest al mijn moed bijeenrapen en ik huilde toen ik het hem vertelde, zo schaamde ik me. Maar ik zal nooit vergeten wat hij zei. Met een geruststellende glimlach op zijn gezicht zei hij: ’Wat ben ik trots op je.’ Hij wist wat een moeite het me had gekost om dit op te brengen. Geen woorden hadden mij meer op kunnen beuren en mij een grotere vastberadenheid kunnen geven.
Mijn vader liet me daarop een paar schriftplaatsen zien om me te helpen beseffen dat ik niet ’te ver heen’ was,” vervolgde de jongen, „en vervolgens nog wat schriftplaatsen om er zeker van te zijn dat ik begreep hoe ernstig mijn verkeerde handelwijze was. Hij zei dat ik moest proberen tot een bepaalde datum ’een schone lei te houden’ en dan zouden we er weer over praten. Hij zei me ook dat ik niet terneergeslagen moest zijn als ik terugviel, maar gewoon moest proberen het de volgende keer langer vol te houden zonder te bezwijken.” Nadat de jonge man het probleem helemaal overwonnen had, kon hij zeggen: „Dat er nog iemand van mijn probleem op de hoogte was en me hielp, heeft me nog het meest gebaat.”
De hulp inroepen van een ouderling in de christelijke gemeente is voor velen ook heel waardevol geweest. Vrouwen die dergelijke intieme problemen waarschijnlijk niet graag met een man zullen bespreken, hebben het vaak nuttig gevonden een rijpe christelijke vrouw in vertrouwen te nemen (Titus 2:3, 4). De nuttige kennis van deze personen zal kracht bijzetten aan je eigen pogingen om de masturbatiegewoonte af te leren. Hoe waar is de bijbelse spreuk: „Een man [of vrouw] van kennis versterkt kracht. Want door bekwaam beleid zult gij uw oorlog voeren, en in de veelheid van raadgevers is er redding”! — Spreuken 24:5, 6.
Een terugval verwerken
Na hard gewerkt te hebben aan het overwinnen van de gewoonte, viel een jongere er toch weer in terug. Hij bekende: „Het was of ik onder een verpletterende last gebukt ging. Ik voelde me zo onwaardig. Toen begon ik mezelf wijs te maken: ’Ik ben te ver heen. Ik geniet Jehovah’s gunst toch niet, dus waarom zou ik het mezelf moeilijk maken?’” Een terugval wil echter nog niet zeggen dat je de strijd verloren hebt. Een 19-jarig meisje dat vijf jaar met de gewoonte geworsteld heeft, verklaarde: „Eerst gebeurde het ongeveer elke avond, maar toen ging ik meer op Jehovah vertrouwen, en met de hulp van zijn geest bezwijk ik nu misschien nog maar een keer of zes per jaar. Ik vind mezelf daarna heel slecht, maar iedere keer dat ik ben bezweken, ben ik als de volgende verleiding komt veel sterker.” Zij is de strijd dus geleidelijk aan het winnen.
Analyseer bij een terugval wat eraan vooraf is gegaan. Een meisje gaf na bezweken te zijn toe: „Ik bid om vergeving en ik ga na wat ik heb gelezen of waaraan ik heb gedacht. Bijna altijd kan ik nauwkeurig vaststellen hoe het komt dat ik gestruikeld ben. Op die manier weet ik wat ik niet meer moet doen.” Door de frequentie waarmee een terugval plaatsvindt bij te houden, is het mogelijk de mate van vooruitgang vast te stellen.
De beloningen als het gevecht gewonnen is
Toen een jonge man ten slotte de masturbatiegewoonte overwonnen had, zei hij: „Het was alsof er een enorm gewicht van mij af was.” Een andere christelijke jongere berichtte: „Sinds ik het probleem heb overwonnen, kan ik tegenover Jehovah een rein geweten houden, en dat is iets wat ik voor niets zou willen ruilen!”
Ja, een goed geweten, een groter gevoel van eigenwaarde, een beter gebruik van je tijd en emotionele energie, minder kans dat je je schuldig maakt aan seksuele immoraliteit, en een nauwere band met God zijn allemaal beloningen als je de masturbatiegewoonte hebt afgeleerd. „Ik ben zo blij dat ik mezelf ’de baas ben’ na zo’n lange strijd met mezelf”, verklaarde een jonge vrouw die zich als „verslaafd” aan masturbatie had beschouwd. „Nu weet ik hoe belangrijk het is, te haten wat Jehovah haat. De grootste hulp was het nadenken over mijn band met hem. Ik besefte hoe dwaas het zou zijn de kostbaarste verhouding die ik ooit heb gehad, door masturbatie kapot te laten maken. Geloof me, het overwinnen van deze gewoonte is de moeite alleszins waard.” Ook in dit opzicht is het goed de raad op te volgen die de apostel Paulus in 1 Korinthiërs 9:25-27 gaf, waar onder meer staat: „Ik beuk mijn lichaam en leid het als een slaaf, om niet, na tot anderen te hebben gepredikt, zelf op een of andere wijze afgekeurd te worden.”
[Voetnoten]
a In Ontwaakt! van 8 september en 8 november 1987 werd duidelijk gemaakt waarom de gewoonte zo moeilijk af te leren is maar waarom christenen ertegen moeten vechten.
b In een bespreking van factoren die een matigende invloed op seksuele verlangens kunnen hebben, zegt de Encyclopædia Britannica (1946): „Het vermijden van een dieet dat rijk aan vlees en specerijen is, en vooral van bedwelmende dranken, is belangrijk.” Alcoholische dranken kunnen iemands remmingen doen afnemen en zelfbeheersing moeilijker maken.
[Kader op blz. 23]
Om de masturbatiegewoonte af te leren, is het nodig (1) erotische gedachten te verwerpen, (2) geestelijk in het offensief te gaan door goede studiegewoonten, (3) tot God te bidden om hulp op de juiste tijd, en (4) in sommige gevallen, met een rijpe christen over het probleem te praten