-
Huichelarij aan de kaak gesteld!Jesaja’s profetie — Licht voor de hele mensheid II
-
-
8, 9. Van welke positieve daden moet oprecht berouw vergezeld gaan?
8 Jehovah wil dat zijn volk meer doet dan vasten wegens hun zonden; hij wil dat zij berouw hebben. Dan zullen zij zijn gunst verwerven (Ezechiël 18:23, 32). Hij legt uit dat wil vasten zinvol zijn, het vergezeld moet gaan van het rechtzetten van begane zonden. Sta eens stil bij de tot zelfonderzoek nopende vragen die Jehovah stelt: „Is dit niet het vasten dat ik verkies? De boeien der goddeloosheid los te maken, de banden van het jukhout te ontbinden, en de verbrijzelden vrij heen te zenden, en dat gij elk jukhout in tweeën zoudt breken?” — Jesaja 58:6.
9 Boeien en jukhouten zijn treffende symbolen van hardvochtige dienstbaarheid. Dus in plaats van te vasten en tegelijkertijd medegelovigen te onderdrukken, moet het volk het gebod gehoorzamen: „Gij moet uw naaste liefhebben als uzelf” (Leviticus 19:18). Zij moeten iedereen die zij hebben onderdrukt en ten onrechte in slavernij hebben gebracht, vrijlaten.a Opzichtige godsdienstige daden, zoals vasten, zijn geen vervanging voor echte godvruchtige toewijding en daden waaruit broederlijke liefde spreekt. Een tijdgenoot van Jesaja, de profeet Micha, schrijft: „Wat vraagt Jehovah van u terug dan gerechtigheid te oefenen en goedheid lief te hebben en bescheiden te wandelen met uw God?” — Micha 6:8.
-
-
Huichelarij aan de kaak gesteld!Jesaja’s profetie — Licht voor de hele mensheid II
-
-
a Jehovah trof voor degenen van zijn volk die in de schulden waren geraakt de voorziening dat zij zich in slavernij konden verkopen — in wezen loonarbeiders werden — om hun schulden af te lossen (Leviticus 25:39-43). De Wet bepaalde echter dat slaven goed behandeld moesten worden. Onmenselijk behandelde slaven moesten in vrijheid worden gesteld. — Exodus 21:2, 3, 26, 27; Deuteronomium 15:12-15.
-