-
„Laten wij de zaken rechtzetten”Jesaja’s profetie — Licht voor de hele mensheid I
-
-
1, 2. Met wie vergelijkt Jehovah de heersers en het volk van Jeruzalem en Juda, en waarom is dat terecht?
HET kan zijn dat de inwoners van Jeruzalem geneigd zijn zich te rechtvaardigen na het aanhoren van de in Jesaja 1:1-9 opgetekende veroordeling. Zij zouden ongetwijfeld graag vol trots wijzen op alle slachtoffers die zij Jehovah brengen. Maar in de verzen 10 tot en met 15 staat Jehovah’s vernietigende reactie op die instelling. Ze begint als volgt: „Hoort het woord van Jehovah, gij dictators van Sodom. Leent het oor aan de wet van onze God, gij volk van Gomorra.” — Jesaja 1:10.
2 Sodom en Gomorra werden niet alleen vernietigd wegens hun perverse seksuele praktijken maar ook wegens hun hardvochtige, hoogmoedige instelling (Genesis 18:20, 21; 19:4, 5, 23-25; Ezechiël 16:49, 50). Jesaja’s toehoorders moeten geschokt zijn als zij horen dat zij vergeleken worden met de bevolking van die vervloekte steden.a Maar Jehovah ziet zijn volk precies zoals het is en Jesaja zwakt Gods boodschap niet af om ’hun oren te kittelen’. — 2 Timotheüs 4:3.
-
-
„Laten wij de zaken rechtzetten”Jesaja’s profetie — Licht voor de hele mensheid I
-
-
a Volgens de oude joodse overlevering heeft de goddeloze koning Manasse Jesaja laten terechtstellen, hem in stukken laten zagen. (Vergelijk Hebreeën 11:37.) Een naslagwerk vermeldt dat een valse profeet, om dit doodvonnis te bewerkstelligen, de volgende beschuldiging tegen Jesaja inbracht: „Hij heeft Jeruzalem Sodom genoemd en de vorsten van Juda en Jeruzalem heeft hij als het volk van Gomorra betiteld.”
-