Zeventig weken: Bijna alle joodse commentators zijn de opvatting toegedaan dat hier jaarweken worden bedoeld, met andere woorden, 490 jaar. Dit is in harmonie met de in de Schrift gepresenteerde profetische berekening van „een jaar voor elke dag”. — Numeri 14:34; Leviticus 25:8; Ezechiël 4:6.
◆ „Van het uitgaan van het woord om Jeruzalem te herstellen en te bouwen” (Daniël 9:25, JP): Nehemia vertelt dat hem in het twintigste jaar van koning Artaxerxes de opdracht werd gegeven om Jeruzalem te herstellen en te herbouwen. Dit was in het jaar 455 v.G.T. — Nehemia 2:1-8; zie Insight on the Scriptures, Deel 2, blz. 614-616, 899, 900, uitgegeven door de Watchtower Bible and Tract Society of New York, Inc.
Zeven weken: De zeven weken (jaarweken of 49 jaar) hebben betrekking op de periode waarin het herstel van de stad, Jeruzalem, werd voltooid.
Tweeënzestig weken: De tweeënzestig weken (jaarweken of 434 jaar) hebben betrekking op de periode na de voltooiing van de stad tot aan de komst van de Messias.
Wanneer deze twee tijdsperiodes bij elkaar worden geteld, komt men op 69 jaarweken, of 483 jaar. Rekenend vanaf het beginpunt in 455 v.G.T. blijkt 29 G.T. het einde van de 69ste week te zijn.
29 G.T.: Een in Bethlehem geboren en in Nazareth grootgebrachte jood genaamd Jezus (Hebreeuws: Jesjoea), uit de geslachtslijn van David, begint in het hele land Israël te prediken. — Lukas 3:1-3, 21, 22.