Hoofdstuk 19
De ophanden zijnde „oorlog van de grote dag van God de Almachtige”
1. (a) Waartoe zullen de natiën de Almachtige God spoedig verplichten met betrekking tot „het boek van de Oorlogen van Jehovah”, en wat was dat voor een boek? (b) Met welke oorlog zal dat boek tot een groots hoogtepunt worden gebracht?
DE NATIËN zijn ten langen leste in de tijd aangeland waarin ze de Almachtige God ertoe verplichten de grootse finale te schrijven van „het boek van de Oorlogen van Jehovah” (Numeri 21:14). Dat letterlijke boek was een verslag van de oorlogen die Jehovah ten behoeve van zijn volk heeft gestreden. Klaarblijkelijk heeft Mozes het gelezen. Wellicht begon dat boek met Abrahams succesvolle strijd tegen de koningen die Lot gevangen hadden genomen, waarbij Jehovah voor Abraham streed (Genesis 14:1-16, 20). „Het boek van de Oorlogen van Jehovah” zal nu spoedig tot een groots hoogtepunt worden gebracht doordat er een nieuw hoofdstuk aan toegevoegd wordt — het verslag van zijn glansrijkste overwinning. Dat zal „de oorlog van de grote dag van God de Almachtige” te Armageddon zijn, de finale met betrekking tot dit samenstel van dingen (Openbaring 16:14, 16). Het gehele „boek” zal aantonen dat de Almachtige God nooit een strijd of een veldslag verloren heeft.
2, 3. (a) Wat is sinds het begin van het christendom het geval geweest met betrekking tot het strijden van letterlijke „oorlogen” door Jehovah? (b) Wat zal Jehovah ertoe brengen ten behoeve van zijn dienstknechten in onze tijd te gaan strijden?
2 Het is waar dat Jehovah zijn volk vanaf het begin van het christendom tot nu toe beschermd heeft met andere middelen dan militaire oorlogen. Jehovah heeft nooit voor zijn christelijke getuigen gestreden zoals hij dat voor Israël onder de Mozaïsche wet heeft gedaan. Maar in de nabije toekomst zal de tijd aanbreken dat hij ten behoeve van zijn toegewijde dienstknechten in deze tijd wel strijd zal voeren. Waardoor zal die oorlog te Armageddon worden uitgelokt?
3 Vóór het uitbreken van Gods oorlog zal Babylon de Grote, het wereldrijk van valse religie, vernietigd zijn. Satan de Duivel en de irreligieuze politieke vernietigers van Babylon de Grote zullen ontstemd zijn vanwege het feit dat Jehovah’s Getuigen de enige overlevende religieuze groepering zullen zijn. De wereldheersers zullen hun doel — een godloze wereld — niet hebben bereikt. Op dus tot een algehele aanval op de aanbidders van Jehovah, wiens universele soevereiniteit zij loochenen en tarten! Aldus zullen zij in werkelijkheid tegen God strijden. — Openbaring 17:14, 16; vergelijk Handelingen 5:39.
„Jehovah der legerscharen” hervat zijn krijgsverrichtingen
4. (a) Hoe reageert Jehovah op Gogs aanval? (b) Wat zal door die reactie worden bewezen, in overeenstemming met de naam „Jehovah der legerscharen”?
4 Satan de Duivel, de symbolische Gog van Magog, zal het brein zijn achter deze aanval op Jehovah’s volk. Wanneer Gog zijn atheïstische horden gebruikt om Jehovah’s volk aan te vallen, ten einde hen te plunderen en te vernietigen, zal Jehovah tussenbeide komen en voor zijn volk strijden, zoals in Ezechiël 38:2, 12, 18-20 wordt voorzegd. Jehovah’s reactie wordt ook in Zacharia 14:3 voorzegd: „Jehovah zal stellig uittrekken en oorlog voeren tegen die natiën als op de dag dat hij oorlog voerde, op de dag van de strijd.” Op deze wijze zal de God van de bijbel aan alle hedendaagse natiën het bewijs leveren dat hij nog steeds een Oorlogvoerende God is, net als in de dagen van het oude Israël, toen hij, zoals in de Hebreeuwse Geschriften staat opgetekend, 260 maal als „Jehovah der legerscharen” werd beschreven. — Psalm 24:10; 84:12.
5, 6. (a) Welke oorlog breekt nu uit, en wie voert de hemelse legers in de strijd aan? (b) Welk verslag geeft de apostel Johannes over de hemelse legers die zich in de strijd begeven?
5 Wanneer „de grote dag van God de Almachtige” aanbreekt, zal de tijd gekomen zijn voor „de oorlog” waardoor die dag zal worden gekenmerkt. Jehovah geeft zijn Veldmaarschalk, Jezus Christus, het signaal. In de naam van Jehovah storten hij en de uit myriaden engelen bestaande hemelse legers zich in de strijd, als het ware op oorlogspaarden rijdend (Judas 14, 15). De apostel Johannes geeft ons een van tevoren opgetekend oorlogsverslag over de verpletterende overwinning die Jehovah’s Veldmaarschalk in „de oorlog van de grote dag van God de Almachtige” zal behalen:
6 „Ik zag de hemel geopend, en zie! een wit paard. En degene die erop zat, wordt Getrouw en Waarachtig genoemd, en hij oordeelt en voert oorlog in rechtvaardigheid. Zijn ogen zijn een vuurvlam en op zijn hoofd zijn vele diademen . . . En de legers die in de hemel waren, volgden hem op witte paarden, en ze waren gekleed in wit, rein, fijn linnen. En uit zijn mond komt een scherp lang zwaard te voorschijn, om daarmee de natiën te slaan, en hij zal hen weiden met een ijzeren staf. Ook treedt hij de wijnpers van de toorn der gramschap van God de Almachtige. En op zijn bovenkleed, ja, op zijn dij, draagt hij een naam geschreven: Koning der koningen en Heer der heren.” — Openbaring 19:11-16.
7. Wat betekent het treden van de symbolische wijnpers van de toorn van God voor de natiën?
7 De koninklijke Veldmaarschalk, Jezus Christus, voert de hemelse legers aan in een overwinnende gesloten aanval op alle verzamelde vijanden te Armageddon. Hij verandert dat slagveld in een enorme wijnpers! Aangezien de Koning der koningen „ook . . . de wijnpers van de toorn der gramschap van God de Almachtige [treedt]”, betekent dit dat de natiën grondig verpletterd zullen worden. Ze zullen als rijpe druiven in de enorme „wijnpers” worden geworpen, waar „de toorn der gramschap van God de Almachtige” met een verpletterend effect op hen zal neerdalen. Ook de hemelse legers zullen een aandeel hebben aan het treden van „de grote wijnpers van de toorn van God”. — Openbaring 14:18-20.
8. Hoe beschrijft Jehovah zijn oorlogstactiek?
8 Jehovah’s Getuigen op aarde nemen het „zwaard” niet op tegen Gogs horden, maar Jehovah doet dat wel. Dit is zijn strijd! En nu zullen de natiën van deze wetenschappelijk vergevorderde wereld hem eindelijk zien strijden! Luister hoe hij zijn oorlogstactiek beschrijft: „’Ik wil in geheel mijn bergland een zwaard tegen hem [Gog] oproepen’, is de uitspraak van de Soevereine Heer Jehovah. ’Tegen zijn eigen broeder zal het zwaard van een ieder blijken te zijn. En ik wil zelf met hem in het gericht treden, met pestilentie en met bloed; en een overstromende stortregen en hagelstenen, vuur en zwavel zal ik laten neerregenen op hem en op zijn krijgsbenden en op de vele volken die met hem zullen zijn. En ik zal mij stellig grootmaken en mij heiligen en mij doen kennen voor de ogen van vele natiën; en zij zullen moeten weten dat ik Jehovah ben.’” — Ezechiël 38:21-23.
De wapens die God tegen de vijand gebruikt
9. Wat zijn enkele van de oorlogswapens die Jehovah tegen zijn vijanden zal aanwenden?
9 Als oorlogswapens zal Jehovah de krachten der schepping aanwenden: overstromende wolkbreuken, hagelstenen van dood aanbrengende afmetingen, regens van vuur en zwavel, spuitende wateren vanuit de diepte der aarde, en knetterende bliksemslagen. Wanneer God gebruik maakt van deze middelen om zijn vijanden te doden, zal het licht ervan bij dag en bij nacht zo intens zijn dat het zal lijken alsof de echte zon en maan niet langer voor verlichting nodig zijn. Het zal zijn alsof ze stilstaan, en niet meer als lichtdragers fungeren maar het aan Jehovah’s stralende projectielen overlaten om een vuurwerk van verlichtende kracht tentoon te spreiden (Habakuk 3:10, 11). Jehovah heeft een overvloed aan natuurverschijnselen tot zijn beschikking voor de strijd. — Jozua 10:11; Job 38:22, 23, 29.
10. Wat zal Jehovah volgens Zacharia 14:12 nog meer gebruiken op de komende „dag van strijd”?
10 Op de komende „dag van strijd” zal Jehovah eveneens pestilentie en „de gesel” gebruiken. De profeet Zacharia schreef hierover: „Dit zal de gesel blijken te zijn waarmee Jehovah alle volken zal geselen die werkelijk krijgsdienst tegen Jeruzalem zullen verrichten: Iemands vlees zal wegrotten terwijl hij op zijn voeten staat; en zelfs iemands ogen zullen in hun kassen wegrotten, en zelfs iemands tong zal in zijn mond wegrotten.” — Zacharia 14:12.
11. Wat zal er gebeuren wanneer „de gesel” de krijgslieden treft die Jehovah’s volk aanvallen?
11 Of „de gesel” nu letterlijk zal zijn of niet, hij zal de monden die geopend zijn om schrikaanjagende bedreigingen te uiten, tot zwijgen brengen! Tongen zijn weggerot! Het gezichtsvermogen zal verdwijnen, zodat de aanvallers met hun felle, met haat vervulde blikken alleen nog maar blindelings om zich heen kunnen slaan. Ogen zijn weggerot! De spieren van machtige krijgslieden zullen hun kracht verliezen terwijl zij op hun voeten staan — niet terwijl zij als lijken op de grond liggen. Het vlees dat hun skelet bekleedde, is weggerot! — Vergelijk Habakuk 3:5.
12. Welk effect zal „de gesel” op de legerkampen en uitrusting van de vijand hebben?
12 „De gesel” slaat plotseling toe in hun legerkampen. Hun mobiele materieel voor de aanval wordt hopeloos immobiel gemaakt! (Zacharia 14:15; vergelijk Exodus 14:24, 25) De woorden in Zacharia 14:6 geven te kennen hoe nutteloos hun militaire uitrusting zal zijn: „Het moet geschieden op die dag dat er geen kostelijk licht zal blijken te zijn — de dingen zullen gestold zijn.” Er zal geen hemels licht van goddelijke gunst op hen schijnen. De kunstmatige verlichting van de moderne wetenschap zal de duisternis van Gods misnoegen niet doen verdwijnen. Operationele uitrusting zal immobiel zijn geworden, als door de kou verstijfd — gestold.
13. Wat zal de angst die Jehovah onder de aanvallers teweegbrengt, nog vergroten?
13 Dit alles is al schrikaanjagend genoeg! Maar de angst wordt nog vergroot door de verwarring die God onder de aanvallers zal stichten. Hun eenheid van handelen tegen Jehovah’s Getuigen zal verbroken worden. Als gladiatoren in een Romeinse arena die met een helm zonder viziergaten blindelings moesten vechten, zullen zij zonder iets te zien naar elkaar slaan. De dood aanbrengende verwarring zal wijdverbreid worden terwijl zij elkaar afslachten. — Zacharia 14:13.
14. (a) Hoe groot zal de slachting in die tijd zijn, en hoe zullen de vogels en andere dieren van Jehovah’s overwinning profiteren? (b) Welke houding zullen de overlevenden aannemen tegenover ’degenen die door Jehovah zijn neergeveld’?
14 De massale slachting op die dag der dagen zal enorm zijn, want de strijdkrachten die in die strijd aan Gogs zijde zijn geschaard, zullen geweldig in aantal zijn (Openbaring 19:19-21). Dat zal inderdaad een wereldomvattend conflict zijn, want geen enkel deel van de aarde zal aan de vernietiging ontkomen. Bovendien zullen degenen die in Armageddon worden afgeslacht, niet in graven met gedenktekens worden gelegd. Vogels van elke soort en dieren van het veld zullen van Gods overwinning profiteren en tegelijkertijd helpen de aarde te reinigen van de vele karkassen die als mest op de grond verspreid zullen liggen, niet beweend, niet begraven, verafschuwd door de overlevenden (Ezechiël 39:1-5, 17-20; Openbaring 19:17, 18). „Zij die door Jehovah zijn neergeveld”, zullen eeuwige schande hebben verdiend. — Jeremia 25:32, 33; Jesaja 66:23, 24.
Jehovah’s naam luisterrijk gemaakt
15. Welke uiterst belangrijke gebeurtenis zal zich dan voltrokken hebben, en welke uitwerking zal dit op Jehovah’s naam hebben?
15 Aldus zal „Jehovah der legerscharen” door bemiddeling van zijn Veldmaarschalk, Jezus Christus, onvergankelijke heerlijkheid voor zichzelf verwerven. De grootste gebeurtenis in de universele geschiedenis zal zich dan voltrokken hebben — de rechtvaardiging van Jehovah’s universele soevereiniteit en de heiliging van zijn heilige naam (Ezechiël 38:23; 39:6, 7). Jehovah zal zichzelf een naam maken die alles overtreft wat in „het boek van de Oorlogen van Jehovah” en in de Hebreeuwse Geschriften van de bijbel beschreven staat. (Vergelijk Jesaja 63:12-14.) Wat zal Jehovah zich een luisterrijke naam maken door zijn ontzag inboezemende overwinning in „de oorlog van de grote dag van God de Almachtige”! Juichend zullen allen die Jehovah’s naam liefhebben, die naam dan voor altijd prijzen en lof toezingen!
16. Welk gebed wordt, met het oog op de ophanden zijnde „oorlog van de grote dag van God de Almachtige”, ten behoeve van de „grote schare” opgezonden?
16 Op dus tot de strijd, o Jehovah der legerscharen, met uw koninklijke Zoon Jezus Christus aan uw zijde! (Psalm 110:5, 6) Laat uw getrouwe getuigen op aarde de vreugdevolle getuigen worden van uw weergaloze overwinning door bemiddeling van uw Koning Jezus Christus in „de oorlog van de grote dag van God de Almachtige”. Laat de „grote schare” jubelend „uit de grote verdrukking komen” om voor eeuwig uw aardse getuigen te zijn (Openbaring 7:14). Laat hen onder uw liefdevolle zorg levend de duizendjarige regering van uw zegevierende „Vredevorst” binnengaan, onder wiens regering er geen oorlog meer zal zijn. Laat hen ter rechtvaardiging van de soevereiniteit over het gehele universum, die u rechtens toekomt, een zichtbaar getuigenis zijn voor de opgestane doden. Dank u voor het schrijven van de grootse finale van „het boek van de Oorlogen van Jehovah”. Laat dit verslag van uw onvergelijkelijke zegepraal tot in alle eeuwigheid in de annalen van de universele geschiedenis opgetekend blijven!
[Illustratie op blz. 156, 157]
„Jehovah der legerscharen” zal oorlog voeren tegen de natiën