HOOFDSTUK 26
Een God die ‘graag vergeeft’
1-3. (a) Onder welke zware last ging de psalmist David gebukt, en wat gaf hem troost? (b) Wat kan een zware last voor ons zijn, maar waarvan verzekert Jehovah ons?
‘MIJN zonden stijgen me boven het hoofd’, schreef de psalmist David. ‘Ze zijn als een zware last die ik niet kan dragen. Ik voel niets meer en ben totaal gebroken’ (Psalm 38:4, 8). David wist hoe zwaar de last van een schuldig geweten kon zijn. Maar er was iets wat hem troost gaf. Hij begreep dat hoewel Jehovah zonde haat, hij niet de zondaar haat als die echt berouw heeft en zijn gedrag verandert. David was ervan overtuigd dat Jehovah graag barmhartig is voor een zondaar die berouw heeft. Hij zei: ‘Jehovah, u (...) vergeeft graag’ (Psalm 86:5).
2 Als je een zonde hebt begaan, voel je misschien ook de last van een schuldig geweten. Op zich is het goed om je slecht te voelen over wat je hebt gedaan. Dat kan je motiveren je uiterste best te doen om je fouten te corrigeren. Maar het gevaar bestaat dat je je zo schuldig voelt dat je ervan overtuigd raakt dat Jehovah je nooit zal vergeven, hoeveel berouw je ook hebt. Als je door schuldgevoel ‘onder al te groot verdriet bezwijkt’, kan Satan proberen je zover te krijgen dat je de moed opgeeft door je te laten denken dat Jehovah je waardeloos vindt en niet goed genoeg om hem te dienen (2 Korinthiërs 2:5-11).
3 Denkt Jehovah er echt zo over? Absoluut niet! Vergevingsgezindheid is een facet van Jehovah’s grote liefde. In zijn Woord verzekert hij ons ervan dat hij bereid is ons te vergeven als we oprecht berouw hebben (Spreuken 28:13). Om ons te helpen begrijpen dat Jehovah’s vergeving nooit onbereikbaar voor ons is, gaan we bekijken waarom en hoe hij vergeeft.
Waarom Jehovah ‘graag vergeeft’
4. Wat houdt Jehovah in gedachte over ons, en welke invloed heeft dat op de manier waarop hij ons behandelt?
4 Jehovah is zich bewust van onze beperkingen. ‘Hij weet heel goed hoe we zijn gevormd, hij vergeet niet dat we stof zijn’, zegt Psalm 103:14. Hij houdt er rekening mee dat we uit stof zijn gemaakt en dat we als gevolg van onze onvolmaaktheid tekortkomingen en zwakheden hebben. De uitdrukking dat hij weet ‘hoe we zijn gevormd’ doet ons eraan denken dat de Bijbel Jehovah vergelijkt met een pottenbakker en ons met de potten van klei die hij vormt (Jeremia 18:2-6). Omdat Jehovah begrijpt dat we door de erfzonde zwak zijn, bepaalt hij als de Grote Pottenbakker heel liefdevol hoe hij ons het beste kan behandelen, afhankelijk van of we zijn leiding wel of niet volgen.
5. Hoe beschrijft het boek Romeinen de krachtige greep van de zonde?
5 Jehovah weet hoe sterk de invloed van zonde is. De Bijbel beschrijft zonde als een sterke kracht die de mens in haar dodelijke greep houdt. Hoe sterk is de greep van de zonde? In het boek Romeinen beschrijft Paulus dat als volgt: We zijn ‘in de macht van de zonde’ zoals slaven in de macht van hun meester zijn (Romeinen 3:9). De zonde heeft als een koning over de mensheid ‘geregeerd’ (Romeinen 5:21). De zonde ‘woont’ in ons (Romeinen 7:17, 20). We staan constant onder ‘de wet van de zonde’, die alles probeert te beheersen wat we doen (Romeinen 7:23, 25). Het is duidelijk dat de zonde grote macht over onvolmaakte mensen heeft! (Romeinen 7:21, 24)
6, 7. (a) Hoe beziet Jehovah mensen die berouw hebben en hem om vergeving vragen? (b) Waarom mogen we Gods barmhartigheid nooit vanzelfsprekend vinden?
6 Jehovah weet dus dat we hem niet volmaakt kunnen gehoorzamen, hoe graag we dat ook zouden willen. Hij verzekert ons liefdevol dat als we oprecht berouw hebben en hem vragen ons te vergeven, hij dat zal doen. Psalm 51:17 zegt: ‘Het slachtoffer dat God graag heeft, is een gebroken geest. Een gebroken en verbrijzeld hart, o God, zult u niet afwijzen.’ Jehovah zal een hart dat door schuldgevoelens ‘gebroken en verbrijzeld’ is nooit afwijzen.
7 Maar betekent dit dat je Gods barmhartigheid vanzelfsprekend mag vinden en die als een excuus voor zonde kunt gebruiken? Absoluut niet! Jehovah laat zich niet door sentimentaliteit leiden. Zijn barmhartigheid kent grenzen. Hij zal mensen die schaamteloos zonde beoefenen zonder berouw te tonen, niet vergeven (Hebreeën 10:26). Maar als hij ziet dat iemand oprecht berouw heeft, wil hij graag vergeven. We gaan nu kijken naar de beeldspraak die in de Bijbel wordt gebruikt om dit schitterende facet van Jehovah’s liefde te beschrijven.
Hoe volledig vergeeft Jehovah?
8. Wat doet Jehovah als het ware wanneer hij onze zonden vergeeft, en welk vertrouwen geeft dat ons?
8 Nadat David berouw had getoond van zijn zonde, zei hij: ‘Uiteindelijk bekende ik mijn zonde aan u, ik bedekte mijn fout niet. (...) En u vergaf mijn fouten en zonden’ (Psalm 32:5). ‘Vergeven’ is de vertaling van een Hebreeuws woord dat ‘optillen’ of ‘dragen’ betekent. De manier waarop het hier wordt gebruikt, duidt op het wegnemen van schuld, onrechtvaardigheid of overtreding. Jehovah tilde Davids zonden dus als het ware op en droeg ze weg. Ongetwijfeld verlichtte dat de last van schuldgevoelens waaronder David gebukt was gegaan (Psalm 32:3). Ook wij kunnen er volledig op vertrouwen dat Jehovah onze zonden zal wegdragen als we hem om vergeving vragen op basis van ons geloof in Jezus’ loskoopoffer (Mattheüs 20:28).
9. Hoe ver doet Jehovah onze zonden van ons weg?
9 David gebruikte nog een levendige illustratie om Jehovah’s vergeving te beschrijven: ‘Zover als de zonsopgang is van de zonsondergang, zover heeft hij onze overtredingen van ons verwijderd’ (Psalm 103:12). De zon komt op in het oosten en gaat onder in het westen. Hoe ver is het oosten van het westen? Het oosten ligt altijd op de grootst denkbare afstand van het westen. De twee windstreken komen nooit bij elkaar. Volgens een Bijbelgeleerde betekent deze uitdrukking ‘zo ver mogelijk; zo ver als we ons kunnen voorstellen’. Jehovah liet David deze woorden opschrijven om ons te laten weten dat als hij vergeeft, hij onze zonden zo ver van ons weg doet als we ons maar kunnen voorstellen.
10. Waarom hoef je, als Jehovah je zonden heeft vergeven, niet het gevoel te hebben dat je die de rest van je leven met je meedraagt?
10 Heb je weleens geprobeerd een vlek uit een lichtgekleurd kledingstuk te verwijderen? Hoeveel moeite je ook deed, de vlek bleef waarschijnlijk zichtbaar. Kijk eens hoe Jehovah beschrijft hoe volledig hij vergeeft: ‘Al waren je zonden scharlakenrood, ze zullen zo wit worden gemaakt als sneeuw. Al waren ze zo rood als karmozijnen stof, ze zullen zo wit worden als wol’ (Jesaja 1:18). Scharlaken is een helderrode kleur.a En karmozijn is een dieprode verfstof, die vaak werd gebruikt om stoffen te verven (Nahum 2:3). We zouden de vlek van zonde nooit zelf kunnen verwijderen. Maar Jehovah kan zonden die zijn als scharlaken en karmozijn, wit maken als sneeuw of ongeverfde wol. Als Jehovah onze zonden vergeeft, hoeven we niet het gevoel te hebben dat we de vlek van die zonden de rest van ons leven met ons meedragen.
11. Wat betekent het dat Jehovah onze zonden achter zijn rug werpt?
11 Nadat Hizkia van een dodelijke ziekte was genezen, componeerde hij een ontroerend danklied. Daarin zei hij tegen Jehovah: ‘U hebt al mijn zonden achter uw rug geworpen’ (Jesaja 38:17). Hier wordt het beeld geschetst dat Jehovah de zonden van een berouwvolle zondaar als het ware achter zich werpt, waar hij ze niet meer ziet en er niet meer aan denkt. Volgens één naslagwerk kan daarmee de volgende gedachte worden overgebracht: ‘U hebt [mijn zonden] gemaakt alsof ze niet gebeurd waren.’ Is dat niet geruststellend?
12. Hoe laat Micha uitkomen dat Jehovah onze zonden blijvend verwijdert als hij vergeeft?
12 De profeet Micha was ervan overtuigd dat Jehovah zijn berouwvolle volk zou vergeven. Hij zei: ‘Wie is een God als u, die (...) voorbijgaat aan de overtreding van het overblijfsel van zijn erfdeel? (...) U zult al hun zonden in de diepten van de zee werpen’ (Micha 7:18, 19). Hoe zullen mensen in Bijbelse tijden die woorden hebben opgevat? Het was voor hen onmogelijk om iets wat ‘in de diepten van de zee’ was geworpen, terug te halen. Micha’s woorden laten dus zien dat als Jehovah je vergeeft, hij je zonden blijvend verwijdert.
13. Wat is de betekenis van Jezus’ woorden: ‘Vergeef ons onze schulden’?
13 Jezus gebruikte de verhouding tussen schuldeisers en schuldenaars om Jehovah’s vergeving te illustreren. Jezus leerde ons bidden: ‘Vergeef ons onze schulden’ (Mattheüs 6:12). Jezus vergeleek zonden dus met schulden (Lukas 11:4). Als we zondigen, komen we bij Jehovah ‘in de schuld te staan’. Een naslagwerk zegt over de betekenis van het Griekse werkwoord dat met ‘vergeven’ is vertaald: ‘Een schuld laten varen, opgeven, door er geen aanspraak op te maken.’ Dus als Jehovah ons vergeeft, is het alsof hij de schuld die we bij hem hebben, kwijtscheldt. Dat is echt een troost voor berouwvolle zondaars. Jehovah zal nooit terugbetaling eisen van een schuld die hij heeft kwijtgescholden! (Psalm 32:1, 2)
14. Welk beeld roept de uitdrukking ‘je zonden worden uitgewist’ op?
14 Jehovah’s vergeving wordt verder beschreven in Handelingen 3:19: ‘Heb berouw en keer je om, zodat je zonden worden uitgewist.’ De uitdrukking ‘uitwissen’ is een vertaling van een Grieks werkwoord dat ‘uitvegen, schrappen of vernietigen’ kan betekenen. Volgens sommige Bijbelgeleerden wordt hier het beeld overgebracht van het uitvegen van een met de hand geschreven tekst. Hoe kon dat gedaan worden? De inkt die in de oudheid werd gebruikt, was meestal gemaakt van een mengsel van onder andere koolstof, gom en water. Kort nadat met deze inkt iets geschreven was, kon iemand een natte spons nemen en de tekst wegvegen. Dat brengt een mooi beeld over van Jehovah’s barmhartigheid. Als hij onze zonden vergeeft, is het alsof hij een spons neemt en ze wegveegt.
15. Wat wil Jehovah ons over zichzelf laten weten?
15 Als we over al die beeldspraak nadenken, is het duidelijk dat Jehovah ons wil laten weten dat hij onze zonden graag wil vergeven als we oprecht berouw hebben. Je hoeft niet bang te zijn dat hij je in de toekomst om die zonden zal veroordelen. Dat blijkt uit nog iets anders wat de Bijbel over Jehovah’s grote barmhartigheid zegt: als hij vergeeft, vergeet hij.
Jehovah wil ons laten weten dat hij ‘graag vergeeft’
‘Aan hun zonden zal ik niet meer denken’
16, 17. Wat betekent het dat Jehovah onze zonden vergeet?
16 Jehovah beloofde aan degenen die in het nieuwe verbond werden opgenomen: ‘Ik zal hun overtredingen vergeven en aan hun zonden zal ik niet meer denken’ (Jeremia 31:34). Betekent dit dat als Jehovah vergeeft, hij zich die zonden niet meer kan herinneren? Nee. De Bijbel vertelt ons over de zonden van veel personen die door Jehovah werden vergeven, zoals David (2 Samuël 11:1-17; 12:13). Dus Jehovah weet nog steeds welke zonden ze begaan hebben. Hij heeft hun zonden, het berouw dat ze toonden en dat hij ze vergeven heeft, laten opschrijven zodat wij ervan kunnen leren (Romeinen 15:4). Maar wat bedoelt de Bijbel dan als er staat dat Jehovah ‘niet meer denkt’ aan de zonden van personen die hij vergeeft?
17 Het Hebreeuwse werkwoord dat met ‘ik zal niet meer denken aan’ is weergegeven, houdt meer in dan zich herinneren wat in het verleden is gebeurd. Een naslagwerk zegt dat het ‘de extra betekenis heeft van gepaste actie ondernemen’ (Theological Wordbook of the Old Testament). In die betekenis houdt aan een zonde ‘denken’ dus in dat de zondaar gestraft wordt (Hosea 9:9). Maar als Jehovah zegt dat hij ‘aan hun zonden niet meer zal denken’, geeft hij ons de verzekering dat als hij berouwvolle zondaars eenmaal heeft vergeven, hij hen niet nog ergens in de toekomst vanwege die zonden zal straffen (Ezechiël 18:21, 22). Jehovah vergeet dus in de zin dat hij niet steeds opnieuw over onze zonden begint om ons steeds weer te beschuldigen of te straffen. Wat een troost om te weten dat Jehovah vergeeft en vergeet!
Hoe zit het met de gevolgen?
18. Waarom wil vergeving niet zeggen dat een berouwvolle zondaar wordt gespaard voor alle gevolgen van zijn verkeerde gedrag?
18 Jehovah wil iemand die berouw heeft graag vergeven. Maar wil dat zeggen dat die persoon geen gevolgen zal ondervinden van zijn verkeerde gedrag? Zeker niet. We kunnen niet zondigen zonder er nadelige gevolgen van te ondervinden. Paulus schreef: ‘Wat je zaait, zul je ook oogsten’ (Galaten 6:7). Als we zondigen, kunnen we met de consequenties te maken krijgen. Dat betekent niet dat Jehovah ons laat lijden nadat hij ons vergeven heeft. Als we met problemen te maken krijgen, moeten we niet denken: misschien straft Jehovah me voor zonden die ik heb begaan (Jakobus 1:13). Maar Jehovah beschermt ons niet tegen alle gevolgen van ons verkeerde gedrag. Echtscheiding, ongewenste zwangerschap, een seksueel overdraagbare aandoening, verlies van vertrouwen of respect — dat kunnen de trieste, onvermijdelijke gevolgen van zonde zijn. Vergeet niet dat hoewel Jehovah David had vergeven vanwege zijn zonde in verband met Bathseba en Uria, hij David niet beschermde tegen de rampzalige gevolgen ervan (2 Samuël 12:9-12).
19-21. (a) Welke voordelen had de wet in Leviticus 6:1-7 voor zowel het slachtoffer als de dader? (b) Welke stappen wil Jehovah dat we doen als anderen nadeel hebben ondervonden van onze zonden?
19 Onze zonden kunnen nog meer consequenties hebben, vooral als anderen er nadeel van hebben ondervonden. Kijk bijvoorbeeld eens naar Leviticus hoofdstuk 6. In dit deel van de wet van Mozes wordt de situatie geschetst van iemand die een mede-Israëliet besteelt, afzet of afperst. Hij ontkent vervolgens alles en legt zelfs een valse eed af. Het is het woord van de een tegen dat van de ander. Later krijgt de persoon last van zijn geweten, en hij bekent zijn zonde. Maar om door Jehovah vergeven te worden moet hij nog drie dingen doen: hij moet teruggeven wat hij gestolen heeft, hij moet het slachtoffer een vergoeding betalen met een waarde van 20 procent van wat hij gestolen heeft en hij moet een ram als schuldoffer naar de priester brengen. Dan, zo zegt de wet, ‘moet de priester verzoening voor hem doen vóór Jehovah, en hij zal vergeving krijgen’ (Leviticus 6:1-7).
20 Uit deze wet blijkt hoe barmhartig Jehovah is. Om te beginnen had het slachtoffer er voordeel van, want hij kreeg zijn eigendommen terug en was ongetwijfeld heel opgelucht dat de dader uiteindelijk zijn zonde toegaf. Maar de wet was ook tot voordeel van de dader, die uiteindelijk zijn zonde bekende en zijn fout herstelde. Als hij dat niet had gedaan, zou Jehovah hem niet vergeven hebben.
21 Hoewel wij niet onder de wet van Mozes staan, geeft die wet ons inzicht in Jehovah’s manier van denken, onder andere hoe hij over vergeving denkt (Kolossenzen 2:13, 14). Als anderen nadeel hebben ondervonden van je zonden, maakt het Jehovah blij als je doet wat je kunt om het onrecht te herstellen (Mattheüs 5:23, 24). Dat kan betekenen dat je je zonde toegeeft, je schuld erkent en je excuses aanbiedt aan het slachtoffer. Vervolgens kun je Jehovah vragen je te vergeven op basis van Jezus’ offer. Als je dat doet, kun je er zeker van zijn dat Jehovah je heeft vergeven (Hebreeën 10:21, 22).
22. Waarmee kan Jehovah’s vergeving samengaan?
22 Als Jehovah iemand vergeeft, zal hij misschien ook correctie geven, net zoals een liefhebbende vader doet (Spreuken 3:11, 12). Misschien mag iemand niet meer als ouderling, dienaar of pionier dienen. Het kan moeilijk zijn om zo’n kostbaar voorrecht een tijdlang kwijt te zijn. Maar die correctie betekent niet dat Jehovah hem niet vergeven heeft. We moeten beseffen dat correctie van Jehovah een bewijs is van zijn liefde voor ons. Het is altijd in ons eigen belang om die te aanvaarden en er ons voordeel mee te doen (Hebreeën 12:5-11).
23. Waarom mag je nooit de conclusie trekken dat Jehovah je niet kan vergeven, en waarom moet je zijn vergevingsgezindheid navolgen?
23 Het is een grote troost te weten dat Jehovah ‘graag vergeeft’! Wat voor fouten je ook hebt gemaakt, je mag nooit de conclusie trekken dat Jehovah je niet kan vergeven. Als je echt berouw hebt, als je stappen doet om het onrecht te herstellen en als je oprecht om vergeving bidt op basis van Jezus’ slachtoffer, kun je er absoluut zeker van zijn dat Jehovah je zal vergeven (1 Johannes 1:9). Het is belangrijk dat we Jehovah’s vergevingsgezindheid navolgen. Als Jehovah, die niet zondigt, ons zo liefdevol vergeeft, dan moeten wij als zondige mensen zeker ons best doen om elkaar te vergeven!
a Volgens een Bijbelgeleerde was scharlaken ‘een wasechte of vaste kleur. Die kleur verdween niet door dauw, regen, wassen of langdurig gebruik.’