Hoor wat de geest te zeggen heeft
„Uw eigen oren zullen een woord achter u horen, dat luidt: ’Dit is de weg. Wandelt daarop’, ingeval gijlieden rechts of ingeval gij links zoudt gaan.” — JESAJA 30:21.
1, 2. Hoe heeft Jehovah door de hele geschiedenis heen met mensen gecommuniceerd?
OP HET eiland Porto Rico staat ’s werelds grootste en gevoeligste uit één reflector bestaande radiotelescoop. Decennialang hebben wetenschappers gehoopt berichten van buitenaards leven te ontvangen door gebruik te maken van dit enorme instrument. Maar zulke boodschappen zijn nooit ontvangen. Ironisch genoeg bestaan er duidelijke boodschappen van buiten het menselijke domein die ieder van ons te allen tijde kan ontvangen — zonder gebruikmaking van ingewikkelde uitrusting. Deze zijn afkomstig van een Bron die veel verhevener is dan enig verondersteld buitenaards wezen. Wie is de Bron van zulke boodschappen en wie ontvangen ze? Wat geven die boodschappen te kennen?
2 Het bijbelse bericht bevat verschillende verslagen over gelegenheden waarbij van God afkomstige boodschappen voor mensen hoorbaar werden gemaakt. Soms werden deze boodschappen overgebracht door geestelijke schepselen, die als Gods boodschappers dienden (Genesis 22:11, 15; Zacharia 4:4, 5; Lukas 1:26-28). Bij drie gelegenheden werd Jehovah’s eigen stem gehoord (Mattheüs 3:17; 17:5; Johannes 12:28, 29). God sprak ook bij monde van menselijke profeten, van wie velen optekenden waartoe hij hen inspireerde. In deze tijd hebben wij de bijbel, die een opgetekend verslag bevat van veel van die boodschappen, alsook de leringen van Jezus en zijn discipelen (Hebreeën 1:1, 2). Jehovah heeft werkelijk informatie aan zijn menselijke schepselen overgebracht.
3. Wat is het doel van Gods boodschappen, en wat wordt er van ons verwacht?
3 Al deze door God geïnspireerde boodschappen onthullen weinig over het stoffelijke universum. Ze vestigen de aandacht op belangrijker aangelegenheden, die van invloed zijn op ons leven thans en in de toekomst (Psalm 19:7-11; 1 Timotheüs 4:8). Jehovah bedient zich ervan om zijn wil over te brengen en ons zijn richtlijnen te verschaffen. Ze vormen één manier waarop de woorden van de profeet Jesaja in vervulling gaan: „Uw eigen oren zullen een woord achter u horen, dat luidt: ’Dit is de weg. Wandelt daarop’, ingeval gijlieden rechts of ingeval gij links zoudt gaan” (Jesaja 30:21). Jehovah dwingt ons niet naar zijn „woord” te luisteren. Het is aan ons om Gods leiding te volgen en zijn weg te bewandelen. Om die reden vermaant de Schrift ons naar van Jehovah afkomstige boodschappen te luisteren. In het boek Openbaring komt de aanmoediging te ’horen wat de geest zegt’ zeven keer voor. — Openbaring 2:7, 11, 17, 29; 3:6, 13, 22.
4. Is het redelijk in onze tijd te verwachten dat God rechtstreeks uit de hemel met ons communiceert?
4 In deze tijd spreekt Jehovah niet rechtstreeks tot ons uit het hemelse domein. Zelfs in bijbelse tijden waren deze bovenmenselijke boodschappen zeldzame gebeurtenissen waar soms eeuwen tussen lagen. Door de hele geschiedenis heen heeft Jehovah het meest op indirectere manieren met zijn volk gecommuniceerd. Dit is in onze tijd ook zo. Laten wij eens drie manieren beschouwen waarop Jehovah in deze tijd met ons communiceert.
’De gehele Schrift is geïnspireerd’
5. Wat is het voornaamste instrument voor communicatie waarvan Jehovah zich in deze tijd bedient, en hoe kunnen wij daar voordeel van trekken?
5 De bijbel is het voornaamste instrument waarvan God zich bedient om communicatie met mensen te onderhouden. Hij is door God geïnspireerd en alles wat erin staat, kan nuttig voor ons blijken te zijn (2 Timotheüs 3:16). De bijbel staat vol voorbeelden van mensen die werkelijk hebben geleefd en die hun vrije wil hebben aangewend toen zij besloten al dan niet naar Jehovah’s stem te luisteren. Zulke voorbeelden herinneren ons eraan waarom het van levensbelang is te luisteren naar wat de geest van God zegt (1 Korinthiërs 10:11). De bijbel bevat ook praktische wijsheid en geeft ons raad voor de tijd dat wij beslissingen in het leven moeten nemen. Het is alsof God zich achter ons bevindt en ten aanhoren van ons de woorden spreekt: „Dit is de weg. Wandelt daarop.”
6. Waarom is de bijbel verre superieur aan alle andere geschriften?
6 Om te horen wat de geest via de bladzijden van de bijbel zegt, moeten wij er geregeld in lezen. De bijbel is niet slechts een goedgeschreven, populair boek, een van de vele waarover wij in deze tijd beschikken. De bijbel is door de geest geïnspireerd en bevat de gedachten van God. Hebreeën 4:12 zegt: „Het woord van God is levend en oefent kracht uit en is scherper dan enig tweesnijdend zwaard, en het dringt zelfs zover door dat het ziel en geest, en gewrichten en hun merg scheidt, en het kan gedachten en bedoelingen van het hart onderscheiden.” Als wij de bijbel lezen, dringt de inhoud ervan gelijk een zwaard tot in onze innerlijke gedachten en motivaties door en onthult de mate waarin ons leven naar Gods wil is ingericht.
7. Waarom is het lezen van de bijbel van levensbelang, en hoe vaak zouden wij erin moeten lezen?
7 De „gedachten en bedoelingen van het hart” kunnen veranderen naarmate de tijd verstrijkt en naarmate wij door onze ervaringen in het leven — zowel aangename als moeilijke — worden beïnvloed. Als wij het Woord van God niet voortdurend bestuderen, zullen onze gedachten, houdingen en gevoelens niet langer in overeenstemming met godvruchtige beginselen zijn. Derhalve vermaant de bijbel ons: „Blijft beproeven of gij in het geloof zijt, blijft bewijzen dat gij goedgekeurd zijt” (2 Korinthiërs 13:5). Om te kunnen blijven horen wat de geest zegt, dienen wij acht te slaan op de raad om Gods Woord dagelijks te lezen. — Psalm 1:2.
8. Welke woorden van de apostel Paulus helpen ons om met betrekking tot het lezen van de bijbel onszelf te onderzoeken?
8 Iets belangrijks voor bijbellezers om in gedachte te houden, is het volgende: neem voldoende tijd om het gelezene in u op te nemen! In een poging ons te houden aan de raad om elke dag de bijbel te lezen, zullen wij niet door verschillende hoofdstukken heen willen vliegen zonder de betekenis van het gelezene te begrijpen. Hoewel geregeld bijbellezen van levensbelang is, dient onze beweegreden niet alleen te zijn om een schema bij te houden; wij dienen het oprechte verlangen te hebben meer over Jehovah en zijn voornemens te weten te komen. In dit opzicht kunnen wij heel goed de volgende woorden van de apostel Paulus voor zelfonderzoek gebruiken. Schrijvend aan medechristenen zei hij: ’Ik buig mijn knieën voor de Vader, opdat hij u moge geven dat de Christus door middel van uw geloof in uw hart woont met liefde; dat gij geworteld moogt zijn en bevestigd op het fundament, opdat gij volledig in staat moogt zijn met alle heiligen geestelijk te vatten wat de breedte en lengte en hoogte en diepte is, en de liefde van de Christus te kennen, welke de kennis te boven gaat, opdat gij vervuld moogt worden met alle volheid die God geeft.’ — Efeziërs 3:14, 16-19.
9. Hoe kunnen wij bij onszelf het verlangen om van Jehovah te leren, aankweken en verdiepen?
9 Toegegeven, sommigen van ons houden van nature niet van lezen, terwijl anderen verwoede lezers zijn. Maar wij kunnen, ongeacht onze eigen instelling, ons verlangen om meer over Jehovah te weten te komen, ontwikkelen en verdiepen. De apostel Petrus zette uiteen dat wij een verlangen naar bijbelkennis dienen te hebben, en hij erkende dat zo’n verlangen misschien ontwikkeld moet worden. Hij schreef: „Vormt als pasgeboren baby’s een verlangen naar de onvervalste melk die tot het woord behoort, opdat gij door middel daarvan tot redding moogt groeien” (1 Petrus 2:2). Zelfdiscipline is uiterst belangrijk, willen wij ’een verlangen naar bijbelstudie vormen’. Net zoals wij nieuw voedsel, na het verschillende keren geproefd te hebben, lekker kunnen gaan vinden, kan onze houding ten opzichte van lezen en studeren ten goede veranderen als wij onszelf ertoe zetten een geregelde routine te volgen.
’Voedsel te rechter tijd’
10. Wie vormen „de getrouwe en beleidvolle slaaf”, en hoe bedient Jehovah zich van hen in deze tijd?
10 Nog een middel waarvan Jehovah zich bedient om in deze tijd tot ons te spreken, wordt door Jezus in Mattheüs 24:45-47 geïdentificeerd. Daar sprak hij over de met de geest gezalfde christelijke gemeente — „de getrouwe en beleidvolle slaaf” die is aangesteld om geestelijk ’voedsel te rechter tijd’ te verschaffen. Als afzonderlijke personen zijn de leden van deze klasse Jezus’ „huisknechten”. Dezen ontvangen, samen met „een grote schare” „andere schapen”, aanmoediging en leiding (Openbaring 7:9; Johannes 10:16). Veel van dit voedsel te rechter tijd komt in de vorm van gedrukte publicaties, zoals De Wachttoren, de Ontwaakt! en andere publicaties. Meer geestelijk voedsel wordt uitgedeeld in de vorm van lezingen en demonstraties op congressen, andere grote bijeenkomsten en gemeentevergaderingen.
11. Hoe blijken wij ontvankelijk te zijn voor wat de geest door middel van „de getrouwe en beleidvolle slaaf” te zeggen heeft?
11 De door „de getrouwe en beleidvolle slaaf” verschafte informatie is bedoeld om ons geloof te versterken en ons waarnemingsvermogen te oefenen (Hebreeën 5:14). Zulke raad kan algemeen van aard zijn om een ieder in de gelegenheid te stellen die persoonlijk toe te passen. Van tijd tot tijd ontvangen wij ook raad die verband houdt met specifieke aspecten van ons gedrag. Welke instelling dienen wij te hebben als wij werkelijk luisteren naar wat de geest door middel van de slaafklasse zegt? De apostel Paulus antwoordt: „Weest gehoorzaam aan hen die onder u de leiding nemen en weest onderdanig” (Hebreeën 13:17). Het is waar dat allen die deel uitmaken van deze regeling onvolmaakte mannen zijn. Toch schept Jehovah er behagen in zijn menselijke dienstknechten, hoewel onvolmaakt, te gebruiken om ons in deze tijd van het einde te leiden.
Door ons geweten verschafte leiding
12, 13. (a) Welke andere bron van leiding heeft Jehovah ons gegeven? (b) Welke positieve invloed kan het geweten zelfs hebben op mensen die geen nauwkeurige kennis van Gods Woord hebben?
12 Jehovah heeft ons nog een bron van leiding gegeven — ons geweten. Hij schiep de mens met een innerlijk besef van wat goed en kwaad is. Het hoort bij onze aard. In zijn brief aan de Romeinen zette de apostel Paulus uiteen: „Telkens wanneer mensen der natiën, die geen wet hebben, van nature de dingen der wet doen, zijn deze mensen, al hebben zij geen wet, zichzelf tot wet. Zij zijn juist degenen die tonen dat de inhoud van de wet in hun hart staat geschreven, terwijl hun geweten met hen getuigenis aflegt en hun eigen gedachten onderling hen beschuldigen of zelfs verontschuldigen.” — Romeinen 2:14, 15.
13 Velen die Jehovah niet hebben leren kennen, kunnen hun gedachten en daden tot op zekere hoogte in overeenstemming brengen met goddelijke beginselen van goed en kwaad. Het is alsof zij een zwakke innerlijke stem horen die hen in de juiste richting leidt. Als dit gezegd kan worden van degenen die geen nauwkeurige kennis van Gods Woord hebben, hoeveel te meer dient die innerlijke stem dan in het geval van ware christenen te spreken! Een christelijk geweten dat door een nauwkeurige kennis van Gods Woord gelouterd is en dat in overeenstemming met Jehovah’s heilige geest werkzaam is, kan beslist in betrouwbare leiding voorzien. — Romeinen 9:1.
14. Hoe kan een door de bijbel geoefend geweten ons helpen de leiding van Jehovah’s geest te volgen?
14 Een goed geweten, dat door de bijbel geoefend is, kan ons de weg waarop de geest wil dat wij wandelen, in herinnering brengen. Er kunnen tijden zijn waarin noch de Schrift noch onze op de bijbel gebaseerde publicaties specifiek commentaar geven op een bepaalde situatie waarin wij ons wellicht bevinden. Toch kan ons geweten een waarschuwing laten horen en ons wijzen op een mogelijk gevaarlijke handelwijze. In zulke gevallen kan het negeren van de stem van ons geweten in feite betekenen dat wij negeren wat Jehovah’s geest zegt. Door te leren ons op ons geoefende christelijke geweten te verlaten, kunnen wij daarentegen goede keuzes maken ook al is er geen specifieke, op schrift gestelde richtlijn voorhanden. Maar het is uiterst belangrijk in gedachte te houden dat wanneer er geen door God verschaft beginsel, of goddelijke regel of wet is, het onjuist zou zijn de oordelen van ons eigen geweten aan medechristenen op te leggen wanneer het om puur persoonlijke aangelegenheden gaat. — Romeinen 14:1-4; Galaten 6:5.
15, 16. Wat kan er de oorzaak van zijn dat ons geweten slecht functioneert, en hoe kunnen wij vermijden dat dit gebeurt?
15 Een zuiver, door de bijbel geoefend geweten is een goede gave van God (Jakobus 1:17). Maar wij moeten deze gave tegen verdorven invloeden beschermen, wil ze juist kunnen functioneren als een morele veiligheidsvoorziening. Plaatselijke gebruiken, tradities en gewoonten die in strijd zijn met Gods maatstaven kunnen, als daaraan wordt vastgehouden, ervoor zorgen dat ons geweten slecht functioneert en ons niet in de juiste richting duwt. Wij blijken misschien niet in staat te zijn om kwesties juist te beoordelen en zouden onszelf ertoe kunnen misleiden te geloven dat een slechte daad in feite goed is. — Vergelijk Johannes 16:2.
16 Als wij de waarschuwingen van ons geweten blijven negeren, zal zijn stem steeds zwakker worden totdat wij moreel ongevoelig of onontvankelijk zijn. De psalmist sprak over zulke mensen toen hij zei: „Hun hart is ongevoelig geworden, net als vet” (Psalm 119:70). Sommigen die de prikkels van hun geweten negeren, verliezen het vermogen om op juiste wijze te denken. Zij laten zich niet langer door godvruchtige beginselen leiden en zijn niet in staat juiste beslissingen te nemen. Om zo’n situatie te vermijden, dienen wij gevoelig te zijn voor de leiding van ons christelijke geweten ook al lijken de zaken in kwestie van ondergeschikt belang. — Lukas 16:10.
Gelukkig zijn zij die luisteren en gehoorzamen
17. Hoe zullen wij als wij naar ’het woord achter ons’ luisteren en acht slaan op ons door de bijbel geoefende geweten, gezegend worden?
17 Als wij een patroon ontwikkelen om te luisteren naar ’het woord achter ons’ — zoals het door de Schrift en de getrouwe en beleidvolle slaaf wordt verschaft — en als wij de vermaningen van ons door de bijbel geoefende geweten ter harte nemen, zal Jehovah ons met zijn geest zegenen. De heilige geest zal op zijn beurt ons vermogen bevorderen om datgene wat Jehovah ons vertelt in ons op te nemen en te begrijpen.
18, 19. Hoe kunnen wij zowel in onze bediening als in ons persoonlijke leven profijt trekken van Jehovah’s leiding?
18 Jehovah’s geest zal ons ook de kracht geven om moeilijke situaties met wijsheid en moed onder ogen te zien. Zoals in het geval van de apostelen kan Gods geest ons denkvermogen stimuleren en ons helpen om altijd in overeenstemming met bijbelse beginselen te handelen en te spreken (Mattheüs 10:18-20; Johannes 14:26; Handelingen 4:5-8, 13, 31; 15:28). De combinatie van Jehovah’s geest en onze eigen persoonlijke krachtsinspanningen zal ons bij het nemen van belangrijke beslissingen in het leven van succes verzekeren en ons de moed geven overeenkomstig die beslissingen te handelen. Het kan bijvoorbeeld zijn dat u overweegt aanpassingen in uw manier van leven aan te brengen om meer tijd vrij te maken voor geestelijke dingen. Of u kunt voor belangrijke, levensveranderende keuzes staan, zoals het uitkiezen van een huwelijkspartner, het wel of niet nemen van een aangeboden baan of het kopen van een huis. In plaats van ons bij het nemen van beslissingen louter door onze menselijke gevoelens te laten leiden, dienen wij te luisteren naar wat Gods geest te zeggen heeft en in overeenstemming met zijn leiding te handelen.
19 Wij waarderen werkelijk de vriendelijke vermaningen en de raad die wij van medechristenen, met inbegrip van de ouderlingen, ontvangen. Maar wij hoeven niet altijd te wachten totdat anderen dingen onder onze aandacht brengen. Als wij weten wat de verstandige handelwijze is die wij moeten volgen en welke veranderingen wij in onze houding en ons gedrag moeten aanbrengen om God te behagen, laten wij dan tot handelen overgaan. Jezus zei: „Indien gij deze dingen weet, gelukkig zijt gij als gij ze doet.” — Johannes 13:17.
20. Welke zegening ontvangen degenen die naar ’het woord achter hen’ luisteren?
20 Het is duidelijk dat christenen geen letterlijke stem uit de hemel hoeven te horen en ook geen engel op bezoek hoeven te krijgen om te weten hoe zij God moeten behagen. Zij zijn gezegend met Gods geschreven Woord en met de liefdevolle leiding door middel van zijn gezalfde klasse op aarde. Als zij zorgvuldig acht slaan op dit ’woord achter hen’ en de leiding van hun door de bijbel geoefende geweten volgen, zullen zij succesvol zijn in het doen van Gods wil. Dan zullen zij beslist de belofte van de apostel Johannes in vervulling zien gaan: „Wie de wil van God doet, blijft in eeuwigheid.” — 1 Johannes 2:17.
Een kort overzicht
• Waarom communiceert Jehovah met zijn menselijke schepping?
• Hoe kunnen wij profijt trekken van een programma voor geregeld bijbellezen?
• Hoe dienen wij op leiding van de slaafklasse te reageren?
• Waarom dienen wij de stem van een door de bijbel geoefend geweten niet te negeren?
[Illustratie op blz. 13]
De mens heeft geen ingewikkelde apparatuur nodig om boodschappen van God te ontvangen
[Verantwoording]
Courtesy Arecibo Observatory/David Parker/Science Photo Library
[Illustratie op blz. 15]
Jehovah spreekt tot ons via de bijbel en door middel van „de getrouwe en beleidvolle slaaf”