De schandelijke weg van de wereld hartgrondig verfoeien
„Omdat gij niet langer met hen deze weg bewandelt naar dezelfde lage poel van liederlijkheid, staan zij vreemd te kijken en gaan zij voort schimpend over u te spreken.” — 1 PETRUS 4:4.
1. Hoe beschrijft de bijbel de vroegere wereldse weg die vele christenen in de eerste eeuw hebben bewandeld?
EEN „lage poel van liederlijkheid”. Zo beschrijft de apostel Petrus de schandelijke toestand waarin velen in de eerste eeuw hadden verkeerd voordat zij christenen werden. Andere vertalingen spreken erover als het „moeras van verregaande zedeloosheid” (The New American Bible) en de „beerput van uitspattingen” (The New Testament van Kleist en Lilly). Wat bevond zich zoal in deze lage poel van liederlijkheid? De apostel noemt met name losbandig gedrag, wellusten, overdaad van wijn, brasserijen, drinkgelagen en onwettige afgoderijen. — 1 Petrus 4:3, 4.
2. Waarvoor kunnen christenen in deze tijd geprezen worden?
2 Wat een verschil tussen deze wereld en de ware christelijke gemeente! Petrus kon de christenen aan wie hij schreef, warm prijzen voor het feit dat zij zich niet langer met hun vroegere wereldse metgezellen door dit moeras, deze beerput, van slechtheid bewogen. Wij zijn heel blij soortgelijke prijzende woorden te kunnen richten tot christenen in deze tijd, nu de toestanden zelfs nog slechter zijn dan in de eerste eeuw. Jehovah’s Getuigen getroosten zich ijverig moeite om de reine en onbesmette aanbidding te beoefenen die door onze God en Vader wordt goedgekeurd, hetgeen inhoudt ’zichzelf onbevlekt van de wereld te bewaren’ (Jakobus 1:27). Hun hoge morele maatstaf schenkt Jehovah’s naam grote eer.
3. Wat was een reden tot droefheid voor Paulus, evenals het dat voor ons in deze tijd is?
3 Om hun hoge maatstaf als een reine organisatie te handhaven, moet Gods volk echter soms overgaan tot het terechtwijzen of zelfs uitsluiten van de betrekkelijk weinigen die zich laten verlokken tot de ontaarde praktijken van deze wereld. Dit geeft reden tot droefheid, en wij hebben dezelfde gevoelens als de apostel Paulus had toen hij in de eerste eeuw een soortgelijke situatie zag. Hij schreef: „Want er zijn er velen, ik heb al dikwijls over hen gesproken, maar nu spreek ik ook wenend over hen, die als vijanden van de martelpaal van de Christus wandelen, en hun einde is vernietiging en hun god is hun buik en hun heerlijkheid bestaat in hun schande en hun zinnen hebben zij gericht op dingen op de aarde” (Filippenzen 3:18, 19). Hoe kan een ieder van ons vermijden dat hem zulke dingen overkomen? Door Jezus te leren nabootsen in het liefhebben van Jehovah’s hoge maatstaven van rechtvaardigheid en door de onreinheid van deze wereld te haten. — Hebreeën 1:9.
Kijk niet om
4. (a) Waarom bestaat de mogelijkheid dat wij verlokt worden om ons tot de ontaarde praktijken van deze wereld te keren? (b) Wat zal ons helpen het te vermijden een verkeerd verlangen aan te kweken?
4 Onderschat nooit de kracht der zonde. De attracties van deze wereld zijn sterk en talrijk; de Duivel is sluw en gemeen; het menselijk hart is verraderlijk (1 Johannes 2:15-17; 1 Petrus 5:8; Jeremia 17:9). Wanneer het hart eenmaal zijn verlangen ergens op heeft gezet, wil het vaak niet meer naar rede luisteren. Daarom juist ontvangen wij zo veel vermaningen in Gods Woord om ons te helpen ervoor te zorgen dat ons hart toegewijd blijft aan Jehovah en het doen van zijn wil. Het is heel belangrijk verkeerde verlangens niet de kans te geven zelfs maar te beginnen zich in het hart te ontwikkelen (Jakobus 1:14, 15; Matthéüs 5:27-30). Wij moeten ons hart blijven versterken met redenen waarom wij het goede moeten liefhebben en de smerige wegen van deze wereld hartgrondig moeten verfoeien en verwerpen. De apostel Paulus vatte het aldus samen: „Uw liefde zij zonder huichelarij. Hebt een afschuw van wat goddeloos is, hangt het goede aan.” — Romeinen 12:9.
5. Waarom is het verstandig onze motieven en verlangens zorgvuldig te onderzoeken?
5 Gezien het gevaar om van de christelijke weg af te wijken, doet een ieder van ons er verstandig aan voortdurend zijn motieven, zijn verlangens, zijn doeleinden te onderzoeken. Bent u persoonlijk als de christenen die Petrus kon prijzen omdat zij niet terugkeerden naar deze zelfde „lage poel van liederlijkheid”? Of vertoont u bij tijden de houding van Lots vrouw, die met verlangen omkeek naar de dingen waaruit zij was bevrijd? — Genesis 19:26; Lukas 17:31-33.
Verdorvenheid viert hoogtij in „de laatste dagen”
6, 7. (a) Welke houding tegenover genoegens is volgens de bijbel kenmerkend voor „de laatste dagen”? (b) Hoe komen mensen van de wereld openlijk voor hun onreine denken en doen uit?
6 Sta er eens een moment bij stil in wat voor wereld wij ons op het eind van deze twintigste eeuw bevinden. Wat een overvloed van verdorvenheid! Zoals de apostel Paulus voorzei, hebben mannen en vrouwen „meer liefde voor genoegens dan liefde voor God”. Ja, ’goddeloze mensen en bedriegers gaan van kwaad tot erger voort, terwijl zij misleiden en worden misleid’. — 2 Timótheüs 3:1, 4, 13.
7 Overspel, hoererij, homoseksualiteit, lesbische liefde, abortus — deze en andere woorden zijn vertrouwde begrippen geworden. Dit soort zaken wordt vrijelijk en met goedkeuring besproken op radio en televisie en in religieuze en opvoedkundige kringen. De pornohandel floreert, en zijn waar is overal verkrijgbaar. Sommige van de populairste films, toneelstukken en televisieseries hebben een inhoud die met de een of andere vorm van immoraliteit te maken heeft. Hoe dankbaar zijn wij dat wij hier geen deel van zijn! En hoe hard moeten wij vechten om er zeker van te zijn dat zulke geniepige propaganda geen invloed uitoefent op ons hart!
8. Wat moeten wij volgens de bijbel wel en niet doen met betrekking tot de immorele praktijken van deze wereld?
8 Verstandige christenen slaan acht op Paulus’ raad: „Laat hoererij en allerlei onreinheid of hebzucht onder u zelfs niet ter sprake komen, zoals het heiligen past . . . Blijft u ervan vergewissen wat de Heer welgevallig is . . . Ziet er daarom nauwlettend op toe hoe gij wandelt, niet als onwijzen, maar als wijzen.” Veeleer, zo zei Paulus, dienen wij te denken aan dingen die waar zijn, rechtvaardig, eerbaar, liefelijk en deugdzaam. — Efeziërs 5:3-16; Filippenzen 4:8.
9. Wat kan heel gemakkelijk gebeuren als wij twijfelachtig vermaak kiezen?
9 Houdt u deze gezonde raad zorgvuldig in gedachte wanneer u uw amusement kiest? Bedenk dat des te meer wij naar ontaarde dingen luisteren, hoe meer de levensstijl van de wereld aanvaardbaar lijkt en eigenlijk niet zo slecht schijnt. Wij kunnen zelfs bepaalde prominente figuren in de sport- en amusementswereld die zulke dingen beoefenen, heimelijk gaan bewonderen of imiteren. Wees op uw hoede voor een dergelijke neiging.
Laat u niet verstrikken door de redeneringen van deze wereld
10. Wat was de levensfilosofie die de epicureeërs van de eerste eeuw in praktijk brachten?
10 In Paulus’ dagen waren velen aanhangers van de filosofie van de epicureeërs, die leefden voor het genot, om de zinnen te bevredigen. Wanneer de dood u overvalt, zo zeiden zij, is voor u alles afgelopen. Waarom dus niet alle plezier uit het leven te halen zolang u nog leeft, want morgen kunt u dood zijn.
11. Hoe bootsen veel mensen in de wereld van nu in hun denken en doen de epicureeërs na?
11 Velen in deze tijd hebben dezelfde instelling. Schaamteloos geven zij zich over aan genoegens van elke soort, zonder er veel gedachten aan te verspillen hoe hun gedrag op anderen van invloed is. Voor hen bestaat God niet, of zo hij mocht bestaan, dan laat hij niet blijken zich om de menselijke aangelegenheden te bekommeren. Aangezien de mens een produkt van evolutie is — zo beweren zij — zijn zij echt aan niemand verantwoording verschuldigd dan aan zichzelf en de gemeenschap waarin zij leven. Het valt zelfs te verontschuldigen wanneer mensen als dieren handelen. Als immorele praktijken die in de bijbel worden veroordeeld, de zinnen genot verschaffen, mag niemand hun die dingen kwalijk nemen. Waarom een leven van zelfopoffering en frustratie leiden, zo redeneren zulke mensen, als wij toch allemaal op dezelfde plek terechtkomen — in het graf?
12, 13. (a) Wat is het gevaar als christenen worden blootgesteld aan wereldse redeneringen? (b) Wat was de kern van het probleem in Korinthe? (c) Wat moeten wij doen om ons niet door een zelfzuchtige levensvisie te laten beïnvloeden?
12 Wij mogen er niet onze ogen voor sluiten dat sommige christenen in Korinthe door zo’n manier van redeneren beïnvloed schijnen te zijn geweest. Toen Paulus aan de gemeente daar schreef, erkende hij dat „indien de doden niet worden opgewekt,” er inderdaad wel enige logica zou schuilen in de destijds heersende levensfilosofie „laat ons . . . eten en drinken, want morgen sterven wij”. Maar hij ontzenuwt deze bedrieglijke redenering snel: „Wordt niet misleid. Slechte omgang bederft nuttige gewoonten. Ontwaakt en wordt nuchter op een rechtvaardige manier en beoefent geen zonde, want sommigen hebben geen kennis van God. Ik spreek om u tot schaamte te bewegen.” — 1 Korinthiërs 15:32-34.
13 Merk op hoe Paulus meteen doordringt tot de kern van het probleem van deze Korinthische christenen. Hun verkeerde denkwijze kwam door slechte omgang. Wij kunnen hier iets uit leren. Als wij niet voorzichtig zijn, kunnen wij gaan denken dat wij bepaalde verboden genoegens zouden moeten proeven voordat wij te oud worden om ervan te genieten of voordat wij sterven. Als wij enigszins geneigd zijn zo te redeneren, moeten wij onze denkwijze snel veranderen. Hoe? Bedenk dat deze zelfzuchtige zienswijze Gods rechtvaardige maatstaven negeert. Ze verraadt een gebrek aan vertrouwen in Gods zekere beloften, met inbegrip van de opstandingshoop. Zelfs uit praktisch oogpunt kan men stellen dat degenen die een ontaard leven leiden, veel hartzeer en moeilijkheden over zichzelf brengen. Om het juiste perspectief te krijgen, dienen zij ’te ontwaken en nuchter te worden op een rechtvaardige manier’. Zij kunnen niet juist en nuchter redeneren als zij ’geen kennis van God hebben’.
14. Wie zullen niet de zegeningen van Gods koninkrijk beërven, maar wat erkende Paulus aangaande het vroegere leven van sommigen?
14 Al eerder in zijn brief aan de Korinthiërs had de apostel Paulus duidelijk gemaakt dat hoereerders, overspelers, afgodendienaars, homoseksuelen, dieven, hebzuchtige personen, dronkaards, beschimpers en afpersers — allemaal mensen die in Korinthe volop aanwezig waren — geen deel zouden uitmaken van Gods koninkrijk. Hij voegde eraan toe: „Toch zijn sommigen van u dat geweest. Maar gij zijt rein gewassen, maar gij zijt geheiligd.” Dat zij aldus zijn rein gewassen, toont de kracht van Gods Woord en het loskoopoffer (1 Korinthiërs 6:9-11). Tot de onreinheid van de oude wereld terugkeren zou dan toch wel het toppunt van dwaasheid zijn!
15. Welke onverbloemde taal gebruikte Petrus om de positie te beschrijven van degenen die terugkeren tot de smerige praktijken van deze wereld?
15 Petrus zei: „Indien zij, na door een nauwkeurige kennis van de Heer en Redder Jezus Christus de verontreinigingen van de wereld te zijn ontvlucht, wederom in deze zelfde dingen verwikkeld raken en erdoor overwonnen worden, zijn de laatste toestanden stellig erger voor hen geworden dan de eerste. Hun is overkomen wat het ware spreekwoord zegt: ’De hond is tot zijn eigen uitbraaksel teruggekeerd, en de gebade zeug tot het rollen in de modder’” (2 Petrus 2:20, 22). Dat is krasse taal! Maar soms zijn er krachtige woorden nodig om de ernst van de gegeven raad te doen doordringen. Deze waarschuwing die werd gegeven aan christenen in de eerste eeuw, is zelfs nog toepasselijker voor ons in deze tijd.
Wij oogsten wat wij zaaien
16. Op welke manieren zal iemand ’zaaien wat hij oogst’ wanneer hij een leven van bandeloosheid leidt?
16 Christenen zien overal om zich heen de bewijzen dat de immorele, ontaarde levenswijze van de wereld schadelijk, ja, dodelijk is (Romeinen 1:18-32). Bedenk eens wat er alleen al op het gebied van de seksualiteit aan hartzeer en lijden uit voortvloeit wanneer er geen respect wordt betoond voor Gods wet inzake moraliteit: uiteengevallen gezinnen, onwettige zwangerschappen, abortussen, verkrachting, seksueel misbruik van kinderen, en geslachtsziekten, om slechts enkele zaken te noemen. Dan zijn er de gezondheidsproblemen die ontstaan wanneer het lichaam wordt ondermijnd door overmatig eten en drinken, en het gebruik van drugs. Toegeven aan hebzucht resulteert vaak in stelen en het plegen van bedrog. Er bestaat haast geen overtreding van Gods wet die niet de een of andere fysieke of emotionele schade voor de overtreder tot gevolg heeft. Het is zoals de apostel Paulus christenen vermaande: „Wordt niet misleid: God laat niet met zich spotten. Want wat een mens zaait, dat zal hij ook oogsten; want wie met het oog op zijn vlees zaait, zal uit zijn vlees verderf oogsten.” — Galaten 6:7, 8.
17. Waarom dient een christen gemotiveerd te zijn om volgens Gods rechtvaardige maatstaven te leven?
17 Wat geeft de Schrift daartegenover een krachtige reden om zich aan Gods maatstaven te houden. Hoe waar is wat Gods Woord zegt: „Een man van getrouwe daden zal vele zegeningen verkrijgen”! (Spreuken 28:20) Degenen die de schandelijke weg van deze wereld verfoeien, vermijden de verschrikkelijke gevolgen van een ontaard leven. Zij genieten een zuivere verhouding met hun broeders en zusters, en met hun God, Jehovah. Bovendien bezitten zij de grootse hoop de prijs van eeuwig leven in Gods nieuwe wereld te mogen ontvangen. Nu wij reeds ver gevorderd zijn in de eindtijd van dit samenstel van dingen, hebben degenen die tot de „andere schapen” behoren zelfs de speciale hoop dat zij levend door de „grote verdrukking” heenkomen en helemaal niet sterven. Zij hebben een onvoorwaardelijk geloof dat als zij voordien sterven, God allen die in de herinneringsgraven zijn, een opstanding belooft (Johannes 5:28, 29; 10:16; Openbaring 7:14). Waarom zou iemand, dit alles in aanmerking genomen, er zelfs maar een vluchtige gedachte aan willen besteden verwikkeld te raken in de walgelijke praktijken van deze wereld? — Romeinen 6:19-23; 1 Petrus 4:1-3.
18. (a) Hoe zal Jehovah in de „grote verdrukking” zijn oordeel tegen „goddeloze mensen” tot uitdrukking brengen? (b) Hoe uit Jehovah zich in zijn laatste in de bijbel opgetekende woorden met betrekking tot een oordeel?
18 De bijbel laat duidelijk zien dat wij in het laatste deel leven van wat dat boek „het besluit van het samenstel van dingen” noemt (Matthéüs 24:3). Zoals Petrus zei, „zijn de hemelen en de aarde van nu voor het vuur opgespaard en ze worden bewaard voor de dag van het oordeel en van de vernietiging der goddeloze mensen” (2 Petrus 3:7). Wanneer deze lang verbeide dag van afrekening komt, zal de bewering dat de mens onafhankelijk van God kan handelen en dat zijn immorele, gewelddadige gedrag gewoon een produkt van evolutie is, in rook opgaan (Kolossenzen 3:5, 6). Luister hoe God zelf, in zijn laatste in de bijbel opgetekende woorden, beschrijft waar het op uitloopt voor wie hem dienen en waarop voor wie dat niet doen: „Zie! Ik kom vlug, en het loon dat ik geef, heb ik bij mij, om een ieder te vergelden naar zijn werk. . . . Gelukkig zijn zij die hun lange gewaden wassen, opdat hun het recht wordt verleend om naar de bomen des levens te gaan en zij ingang in de stad mogen verkrijgen door haar poorten. Buiten zijn de honden en zij die spiritisme beoefenen en de hoereerders en de moordenaars en de afgodendienaars en een ieder die op de leugen gesteld is en ze beoefent.” — Openbaring 22:12-15.
19. Wat dient ons vaste besluit te zijn als wij bedenken wat er gaat gebeuren?
19 Wees, terwijl deze wereld in moreel opzicht steeds slechter wordt, vastbesloten Jehovah te behagen door te doen wat rein, eerbaar en rechtvaardig is. Blijf u inspannen om de prijs van leven te bemachtigen. Weiger u deze „lage poel van liederlijkheid” van de wereld te laten inzuigen, waar u de dood zult vinden. U kunt de strijd tegen een ontaarde manier van denken winnen als u de schandelijke weg van de wereld hartgrondig verfoeit!
Wat zou u antwoorden?
◻ Waarom bestaat het gevaar dat wij in de schandelijke praktijken van deze wereld verwikkeld raken?
◻ Waarom moeten wij heel voorzichtig zijn in de keuze van ons amusement?
◻ Welke fatale redenering kan ons gemakkelijk beïnvloeden als wij omgaan met hedendaagse epicureeërs?
◻ Wat is Jehovah’s oordeel tegen hen die zich zonder berouw te hebben tot de schandelijke weg van deze wereld keren?
◻ Welke zegeningen wachten hun die zich vrij houden van het verwerpelijke gedrag van deze wereld?
[Illustratie op blz. 16, 17]
Als dienstknechten van God de schandelijke weg van deze wereld hartgrondig verfoeien, zal dat hen helpen toegang te verwerven in de nieuwe wereld van rechtvaardigheid
[Illustratie op blz. 18]
Het schandelijke amusement van de wereld kan een christen die niet op zijn hoede is, verstrikken