„Laat uw hart niet verontrust worden”

„Laat uw hart niet verontrust worden. Oefent geloof in God, oefent ook geloof in mij.” — JOHANNES 14:1.

 1. Waarom kwamen Jezus’ woorden in Johannes 14:1 precies op tijd?

HET was 14 Nisan van het jaar 33 G.T. Een klein groepje mannen was na zonsondergang bijeen in een bovenkamer in Jeruzalem. Hun Leider sprak afscheidswoorden waarin hij hun raad en aanmoediging gaf. Onder andere zei hij: „Laat uw hart niet verontrust worden” (Johannes 14:1). Zijn woorden kwamen precies op tijd, want spoedig zouden er schokkende dingen gebeuren. Die nacht werd hij gearresteerd, verhoord en ter dood veroordeeld.

 2. Waarom was die dag zo uitermate belangrijk, en wat hielp de discipelen?

² U mag die dag met recht als de belangrijkste dag in de hele geschiedenis beschouwen, de dag die bepalend was voor de hele toekomst van de mensheid. De offerandelijke dood van de Leider, Jezus, vervulde veel oude profetieën en verschafte degenen die geloof in hem stelden, de basis voor eeuwig leven (Jesaja 53:5-7; Johannes 3:16). De apostelen, overrompeld en van hun stuk gebracht door de traumatische gebeurtenissen van die nacht, waren er echter enige tijd door in een toestand van verwarring en vrees. Petrus verloochende Jezus zelfs (Matthéüs 26:69-75). Maar nadat de getrouwe apostelen de beloofde helper, de heilige geest, hadden ontvangen, verkregen zij vrijmoedigheid en week hun verontrusting (Johannes 14:16, 17). Toen Petrus en Johannes sterke tegenstand en gevangenzetting te verduren hadden gehad, baden zij dan ook tot God om hulp om zijn woord „met alle vrijmoedigheid” te spreken. Hun gebed werd verhoord. — Handelingen 4:1-3, 29-31.

 3. Waarom zijn zo veel mensen diep verontrust in deze tijd?

³ In deze tijd leven wij in een wereld die diep verontrust is. Het einde van dit oude samenstel van dingen komt snel naderbij (2 Timótheüs 3:1-5). Het ernstige verval van het gezinsleven en de morele maatstaven, een alarmerende toename van vreemde ziekten, politieke instabiliteit, werkloosheid, voedseltekorten, terrorisme en de dreiging van een kernoorlog zijn zaken waarvan miljoenen de uitwerking in hun persoonlijke leven ervaren of waar zij zich erg bezorgd over maken. Vele harten zijn verontrust door een knagende vrees voor de toekomst. Zoals Jezus heeft voorzegd, heerst er onder de natiën „radeloze angst . . . terwijl de mensen mat worden van vrees en verwachting omtrent de dingen die over de bewoonde aarde komen”. — Lukas 21:25, 26.

 4. Welke factoren kunnen bewerken dat christenen spanningen te verduren hebben?

⁴ Zelfs christenen kunnen ernstig beïnvloed worden door zulke deprimerende factoren. Zij kunnen ook aan spanning bloot komen te staan ten gevolge van religieus vooroordeel of tegenstand van familieleden, buren, collega’s, medescholieren en regeringsautoriteiten (Matthéüs 24:9). Hoe kunnen wij in deze moeilijke tijd dus onze kalmte en rust bewaren? Hoe kunnen wij vrede des geestes behouden wanneer wij het zwaar te verduren krijgen? Hoe kunnen wij de toekomst met vertrouwen tegemoet zien? Wat zal ons helpen de diepe bezorgdheid te overwinnen die steeds algemener wordt? Wij bevinden ons in ongeveer dezelfde kalenderperiode als waarin Jezus de in Johannes 14:1 opgetekende raad gaf; laten wij die dus zorgvuldig beschouwen.

Hoe kunnen wij bezorgdheid overwinnen?

 5. Welke aanmoedigende vermaningen geeft de Schrift ons?

⁵ Nadat Jezus de liefdevolle aanmoediging had gegeven ’hun hart niet verontrust te laten worden’, zei hij tot zijn apostelen: „Oefent geloof in God, oefent ook geloof in mij” (Johannes 14:1). De geïnspireerde Schrift geeft ons vele soortgelijke aansporingen: „Werp uw last op Jehóvah, en hijzelf zal u schragen.” „Wentel uw weg op Jehovah, en verlaat u op hem, en hijzelf zal handelen” (Psalm 55:22; 37:5). Paulus gaf de Filippenzen deze uiterst belangrijke raad: „Weest over niets bezorgd, maar laat in alles door gebed en smeking te zamen met dankzegging uw smeekbeden bij God bekend worden; en de vrede van God, die alle gedachte te boven gaat, zal uw hart en uw geestelijke vermogens behoeden.” — Filippenzen 4:6, 7.

6, 7. (a) Wat is één manier om spanning te verminderen? (b) Hoe kunnen wij een nauwe band met Jehovah ontwikkelen?

⁶ Als wij ons bezorgd of ongerust maken over problemen of zware verantwoordelijkheden, kan dat soms niet alleen onze geest maar ook onze gezondheid beïnvloeden. Een medisch deskundige merkt echter in het boek Don’t Panic op: „Als mensen hun problemen kunnen uitpraten met iemand voor wie zij respect hebben . . ., wordt de mate van stress vaak aanzienlijk verkleind.” Indien dat al geldt voor een gedachtenwisseling met een ander mens, hoeveel meer zal het dan niet helpen om tot God te spreken. Want voor wie kunnen wij meer respect hebben dan voor Jehovah?

⁷ Daarom is een nauwe persoonlijke band met hem in deze tijd zo belangrijk voor christenen. Rijpe dienstknechten van Jehovah weten dat terdege, en daarom hoeden zij zich voor de soort van omgang met wereldse mensen of de vormen van tijdverdrijf waardoor die verhouding zou kunnen verzwakken (1 Korinthiërs 15:33). Zij beseffen ook hoe belangrijk het is tot Jehovah in gebed te gaan, niet slechts één of twee keer per dag, maar veelvuldig. Vooral jonge of nieuwe christenen moeten deze nauwe band met Jehovah aankweken door geregelde studie en meditatie over zijn Woord en door christelijke omgang en dienst. Wij krijgen de dringende aansporing: „Nadert tot God en hij zal tot u naderen.” — Jakobus 4:8.

Raad die Jezus gaf

8, 9. Welke positieve raad in verband met financiële problemen kunnen wij toepassen?

⁸ In veel landen vormen werkloosheid en een slechte economie ernstige redenen tot bezorgdheid. Jezus gaf heel positieve raad betreffende deze zorgen: „Weest niet langer bezorgd voor uw ziel, met betrekking tot wat gij zult eten of wat gij zult drinken, of voor uw lichaam, met betrekking tot wat gij zult aantrekken. Betekent de ziel niet meer dan voedsel en het lichaam niet meer dan kleding?” (Matthéüs 6:25) Ja, de ziel en het lichaam, of de hele persoon, zijn veel en veel belangrijker dan voedsel en kleding. Gods dienstknechten kunnen er zeker van zijn dat hij hen zal helpen in hun fundamentele behoeften te voorzien. Jezus gaf dit voorbeeld: „Slaat oplettend de vogels des hemels gade, want ze zaaien niet, noch oogsten ze, noch vergaren ze in voorraadschuren; toch voedt uw hemelse Vader ze. Zijt gij niet meer waard dan deze?” (Matthéüs 6:26) Het is ondenkbaar dat God voor gevederde schepselen zou zorgen maar zijn menselijke dienstknechten, die hem heel dierbaar zijn en voor wie Jezus zijn leven heeft afgelegd, zou verwaarlozen.

⁹ Jezus versterkte dit vervolgens door te verwijzen naar de leliën des velds, die niet zwoegen en niet spinnen, terwijl „zelfs Salomo in al zijn heerlijkheid niet als een van deze getooid was”. De regering van koning Salomo stond bekend om haar pracht. Jezus vroeg toen vertroostend: „Zal [God] u dan niet veeleer bekleden?” — Matthéüs 6:28-32; Hooglied 3:9, 10.

10. (a) Tot wie zijn de vertroostende woorden van Jezus gericht? (b) Welke raad gaf hij met betrekking tot de toekomst?

¹⁰ Vervolgens laat Jezus echter zien dat dit alleen geldt voor degenen die „eerst het koninkrijk en Zijn rechtvaardigheid zoeken”. Over de hele wereld beseffen zulke ware christenen wat Gods koninkrijk in werkelijkheid is en kennen het de eerste plaats in hun leven toe. Voor hen geldt Jezus’ vermaning: „Weest dus nooit bezorgd voor de volgende dag, want de volgende dag zal zijn eigen zorgen hebben. Elke dag heeft genoeg aan zijn eigen kwaad” (Matthéüs 6:33, 34). Met andere woorden, pak ieder probleem aan wanneer het zich aandient en pieker niet al te veel over de toekomst.

11, 12. Hoe hebben sommige christenen ervaren dat Jehovah hun gebeden om hulp heeft verhoord?

¹¹ De meeste mensen zijn echter geneigd zich zorgen te maken over de toekomst, vooral wanneer de toestand slechter wordt. Maar christenen kunnen zich in vertrouwen tot Jehovah wenden, en zij moeten dat ook inderdaad doen. Beschouw het geval van Eleanor eens. Haar man was erg ziek, en een jaar lang kon hij niet werken. Zij had twee kleine kinderen plus de zorg voor een bejaarde vader, zodat zij er niet nog een volledige baan bij kon nemen. Zij vroegen Jehovah om hulp. Kort hierna vonden zij op een ochtend een envelop onder de deur. Er zat een groot bedrag aan geld in — voldoende om het hoofd boven water te houden totdat de man weer kon werken. Zij waren heel dankbaar voor deze op het juiste moment komende hulp. Wij hebben geen bijbelse gronden om te verwachten dat iets dergelijks iedere behoeftige christen zal overkomen, maar wij kunnen er zeker van zijn dat Jehovah ons hulpgeschreeuw zal horen en dat hij het vermogen bezit ons op verscheidene manieren bij te staan.

¹² Een christelijke weduwe in zuidelijk Afrika moest werken om in het levensonderhoud van haar twee jonge kinderen te voorzien. Zij wilde echter heel graag slechts halve dagen werken om ook nog tijd met hen te kunnen doorbrengen. Nadat zij een baan had gevonden, moest zij die weer opzeggen toen de manager besloot dat hij een secretaresse voor hele dagen nodig had. Opnieuw zonder werk, bad deze zuster vurig tot Jehovah om hulp. Drie weken later vroeg haar vroegere werkgever haar terug te komen voor halve dagen. Wat was zij gelukkig! Zij besefte dat Jehovah haar gebeden had verhoord!

Smeek Jehovah

13. (a) Wat wordt bedoeld met „smeking”? (b) Welke schriftuurlijke voorbeelden van smekingen hebben wij?

¹³ Merk op dat Paulus na zijn raad: „Weest over niets bezorgd,” nog verder zegt, „maar laat in alles door gebed en smeking te zamen met dankzegging uw smeekbeden bij God bekend worden” (Filippenzen 4:6). Waarom noemt hij „smeking”? Het woord betekent „dringend verzoek” of ’vurig gebed’. Men doet God een heel dringend verzoek, zoals dat in tijden van grote spanning of gevaar het geval zal zijn. Toen Paulus een gevangene was, vroeg hij medechristenen smekingen ten behoeve van hem op te zenden opdat hij onbevreesd „het goede nieuws . . . als een gezant in ketenen” kon prediken (Efeziërs 6:18-20). Ook de Romeinse legerofficier Cornelius „zond voortdurend smekingen tot God op”. Hoe groot moet zijn verrukking zijn geweest toen een engel zei: „Uw gebeden en gaven van barmhartigheid zijn opgestegen als een gedachtenis voor het aangezicht van God”! En wat was hij begunstigd dat hij tot de eerste heidenen behoorde die met heilige geest werden gezalfd! — Handelingen 10:1-4, 24, 44-48.

14. Hoe weten wij of zo’n vurig verzoek maar eenmaal tot Jehovah moet worden gericht?

¹⁴ Het is opmerkenswaard dat een dergelijk vurig verzoek tot God gewoonlijk niet slechts een eenmalige zaak is. Jezus onderwees in zijn beroemde Bergrede: „Blijft vragen, en het zal u gegeven worden; blijft zoeken, en gij zult vinden; blijft kloppen, en er zal u opengedaan worden” (Matthéüs 7:7). Veel bijbelvertalingen geven dit weer met „vraag . . . zoek . . . klop”. Het oorspronkelijke Grieks brengt echter de gedachte van aanhoudende activiteit over.a

15. (a) Waarom was Nehemía droefgeestig toen hij de wijn aan koning Artaxerxes gaf? (b) Hoe had Nehemía meer gedaan dan alleen een kort gebed opzenden?

¹⁵ Toen Nehemía de Perzische koning Artaxerxes als schenker diende, vroeg de koning waarom hij zo droefgeestig was. Nehemía zei dat dit kwam doordat hij had vernomen dat Jeruzalem in een vervallen staat verkeerde. De koning vroeg toen: „Wat is het dat gij tracht gedaan te krijgen?” Onmiddellijk vroeg Nehemía Jehovah om hulp, ongetwijfeld heel kort, in stilte. Vervolgens vroeg hij toestemming om naar Jeruzalem terug te keren ten einde zijn geliefde stad te herbouwen. Zijn verzoek werd ingewilligd (Nehemía 2:1-6). Vóór dat beslissende onderhoud had Nehemía Jehovah echter dagenlang om hulp gesmeekt (Nehemía 1:4-11). Ziet u welke les hierin voor u ligt opgesloten?

Jehovah antwoordt

16. (a) Welk speciale voorrecht genoot Abraham? (b) Over welke krachtige hulpmiddelen beschikken wij die een rol kunnen spelen in het verkrijgen van antwoorden op onze gebeden?

¹⁶ Bij bepaalde gelegenheden had Abraham het voorrecht met Jehovah te spreken via engelen (Genesis 22:11-18; 18:1-33). Hoewel dat tegenwoordig niet gebeurt, zijn wij gezegend met krachtige hulpmiddelen die Abraham niet had. Een is de complete bijbel — een onuitputtelijke bron van leiding en vertroosting (Psalm 119:105; Romeinen 15:4). Heel vaak kan de bijbel ons de leiding of aanmoediging geven die wij nodig hebben, waarbij Jehovah ons helpt ons de gewenste passages te binnen te brengen. Vaak kan een concordantie of een van de vele bijbelse publikaties die God via zijn organisatie heeft verschaft, ons het antwoord geven. Een gedetailleerde en efficiënte index op deze publikaties is nog een hulpmiddel van onschatbare waarde om de benodigde informatie te vinden.

17. Op welke andere manieren kan Jehovah onze gebeden verhoren, en hoe kunnen vriendelijke, meevoelende christenen helpen?

¹⁷ Als wij met een probleem zitten of ons bedroefd of ontmoedigd voelen, kan de verhoring van ons gebed ook op andere manieren komen. Zo kan een bijbelse lezing in de gemeente of op een congres van Jehovah’s Getuigen net het „medicijn” bevatten dat wij nodig hebben. Op andere momenten zal een gesprekje met een andere christen ons geven wat wij nodig hebben. Vaak kunnen ouderlingen in de gemeente aanmoediging of raad geven. Zelfs gewoon ons hart uitstorten tegenover een rijpe, vriendelijke en meevoelende christen die een goede luisteraar is, kan al vaak bewerken dat wij ons beter voelen. Dat is vooral zo als deze vriend ons helpt ons te bezinnen op bijbelse gedachten. Zo’n gedachtenwisseling kan onze geest en ons hart van een zware last bevrijden. — Spreuken 12:25; 1 Thessalonicenzen 5:14.

18. Welke speciale activiteit kan christenen helpen een periode van mismoedigheid te overwinnen, en hoe hielp dit een jonge pionierster?

¹⁸ Gedurende deze „kritieke tijden . . . die moeilijk zijn door te komen” zijn allerlei vormen van neerslachtige stemmingen heel gewoon (2 Timótheüs 3:1). Om een verscheidenheid van redenen verliezen mensen de moed en raken terneergeslagen. Ook christenen kan dit overkomen, en het kan een bijzonder onplezierige ervaring zijn. Velen hebben echter bemerkt dat het prediken van het goede nieuws hen heeft geholpen zich weer los te rukken uit een tijdelijke periode van mismoedigheid.b Hebt u dat geprobeerd? Wanneer u zich wat mat voelt, probeer dan een aandeel te hebben aan een of andere vorm van Koninkrijksdienst. Met anderen over Gods koninkrijk praten, zal u vaak helpen uw gemoedsgesteldheid van negatief in positief te laten overgaan. Over Jehovah spreken en zijn Woord gebruiken, kan u vreugde — een vrucht van zijn geest — geven en bewerken dat u zich anders voelt (Galaten 5:22). Een jonge pionierster bemerkte ook dat druk bezig blijven in het Koninkrijkswerk haar deed beseffen dat „in vergelijking met de problemen die anderen hadden, [die van haar] maar heel klein en tijdelijk waren”.

19. Hoe overwon een christen met een slechte gezondheid negatieve gedachten?

¹⁹ Soms kan een slechte lichamelijke conditie, misschien verergerd door zorgen of problemen, neerslachtigheid veroorzaken. Dit kan iemand ’s nachts verontrust wakker doen worden, zoals dat een christen van middelbare leeftijd met een slechte gezondheid af en toe overkwam. Hij bemerkte echter dat oprecht gebed een werkelijke hulp vormde. Wanneer hij wakker werd en zich dan gedeprimeerd voelde, ging hij kalm tot Jehovah bidden. Dit zorgde er dan al snel voor dat hij zich beter voelde. Hij vond het ook kalmerend om uit het hoofd vertroostende bijbelpassages te herhalen, zoals Psalm 23. Steevast ervoer hij dat Jehovah’s geest, die werkzaam was als verhoring van zijn gebed of via zijn Woord, hem hielp zijn neerslachtigheid te vervangen door een gelukkiger stemming. Later kon de man evenwichtig en kalm over zijn problemen nadenken, terwijl hij zag hoe hij ze kon overwinnen of zich gesterkt voelde om ze te dragen.

20. Waarom lijkt verhoring van gebed soms op zich te laten wachten?

²⁰ Dit is een voorbeeld van de wijze waarop gebed een antwoord kan verschaffen. Soms lijkt het vinden van een oplossing echter op zich te laten wachten. Waarom? Misschien moet het antwoord wachten tot Gods bestemde tijd. Het schijnt dat God in sommige gevallen degenen die met hun smeekbeden tot hem komen, in de gelegenheid stelt de diepte van hun bezorgdheid, de intensiteit van hun verlangen en de echtheid van hun toewijding te demonstreren. Een van de psalmisten had die ervaring! — Psalm 88:13, 14; vergelijk 2 Korinthiërs 12:7-10.

21. Waarom is het een groot voorrecht thans een van Jehovah’s Getuigen te zijn, en hoe kunnen wij waardering tonen?

²¹ Hoe dan ook, communicatie met de almachtige God door middel van gebed is een geloofversterkende ervaring die ons uit een toestand van wanhoop tot vertrouwen kan opheffen. Hoe vertroostend is het te weten dat hij ons hoort en verhoort! Zoals Paulus aan de gemeente in Filippi schreef, dienen wij onze gebeden en smekingen „te zamen met dankzegging” op te zenden (Filippenzen 4:6). Ja, dagelijks behoren wij ons hart in dankbaarheid voor Jehovah te openen en ’in verband met alles dank te brengen’ (1 Thessalonicenzen 5:18). Dit zal bijdragen tot een nauwe, warme band en zal ons vrede schenken. Het volgende artikel laat zien hoe belangrijk dit voor Jehovah’s dienstknechten in deze verontruste, gevaarlijke tijd is.

[Voetnoten]

Wat zou u antwoorden?

◻ Welke factoren kunnen christenen verontrust doen zijn?

◻ Wat kan ons helpen bezorgdheid te overwinnen?

◻ Waarom kunnen christenen er zeker van zijn dat God hen zal helpen in hun fundamentele behoeften te voorzien?

◻ Wat betekent „smeking”, en hoe laten voorbeelden uit het verleden zien hoe Jehovah hierop reageert?

◻ Op welke verschillende manieren kan Jehovah onze gebeden verhoren?

[Illustratie op blz. 12]

’Uw hemelse Vader voedt de vogels. Zijt gij niet meer waard dan deze?’