Begrijpt u altijd waar het om gaat?
DE OUDSTE broer ziedde van woede. Het voorwerp van zijn kwaadheid was zijn jongere broer. En de oorzaak? Zijn broer had een teken van waardering ontvangen dat hèm was onthouden. Naarmate zijn toorn toenam, gaf een wijze vriend hem de raad zijn gekwetste gevoelens te beheersen. Anders zou er iets ergs gebeuren. Maar de man negeerde de goede raad. In plaats daarvan doodde hij droevig genoeg zijn jongere broer.
Die man was Kaïn, de oudste zoon van onze eerste ouders, Adam en Eva. Kaïn doodde zijn jongere broer Abel toen Jehovah Abels offer aannam en Kaïns offer verwierp. De wijze vriend was niemand anders dan Jehovah God, degene die de liefdevolle raad had gegeven die door Kaïn was verworpen. Als gevolg hiervan drong moord de jonge menselijke familie binnen, terwijl Kaïn werd veroordeeld om de rest van zijn lange leven als een afgekeurde uitgestotene te leven. Wat een droevig gevolg van het niet begrijpen waar het bij gegeven raad om gaat! — Genesis 4:3-16.
Vele eeuwen later bedreef koning David van Israël overspel met Bathséba, de vrouw van de Hethiet Uría, waarna zij zwanger werd. David trachtte het probleem op te lossen door er bij Uría op aan te dringen thuis bij zijn vrouw te slapen. Toen Uría weigerde, trof David er regelingen voor dat Uría op het slagveld zou sterven, waarna hij met Bathséba trouwde om te voorkomen dat zij als een overspelige vrouw zou sterven. Een profeet van God ging naar David toe en bracht de ernst van wat hij had gedaan onder zijn aandacht. David begreep al gauw wat er met de raad werd bedoeld. Daarom aanvaardde Jehovah zijn oprechte berouw, hoewel David gedurende de rest van zijn leven de gevolgen van die misdaad heeft moeten dragen. — 2 Samuël 11:1–12:14.
Deze twee historische voorbeelden tonen aan hoe belangrijk het is naar raad te luisteren. Het kan het verschil betekenen tussen succes en mislukking, tussen geluk en verdriet, zelfs tussen leven en dood. Geen wonder dat de bijbel zegt: „De weg van de dwaas is recht in zijn eigen ogen, maar wie naar raad luistert, is wijs” (Spreuken 12:15). Toch is het niet gemakkelijk naar raad te luisteren. Hoe komt dit? Hoe kunnen wij in dit opzicht de goede houding van koning David ontwikkelen en het slechte voorbeeld van Kaïn vermijden?
Nederigheid helpt
Heel vaak vinden mensen het moeilijk naar raad te luisteren omdat zij niet kunnen aanvaarden dat zij hulp nodig hebben. En ook al beseffen zij dit, dan kunnen zij niet inzien waarom zij raad van deze persoon dienen te aanvaarden. Dit is in werkelijkheid trots, maar door eens rustig over de kwestie na te denken, kan men worden geholpen deze verkeerde eigenschap te overwinnen. Paulus zei bijvoorbeeld: „Allen hebben gezondigd en bereiken niet de heerlijkheid Gods” (Romeinen 3:23). Dit leert ons dat iedereen van tijd tot tijd raad nodig heeft. Het leert ons tevens dat ook degenen die ons raad geven, tekortkomingen hebben. Niemand is hiervan uitgezonderd. Laat dus niet toe dat de tekortkomingen die u bij iemand opmerkt, u beletten de hulp te aanvaarden die hij u misschien kan geven.
Jezus beklemtoonde hoe noodzakelijk het is tegen trots te strijden toen hij tot zijn volgelingen zei: „Indien gij u niet omkeert en wordt als jonge kinderen, zult gij het koninkrijk der hemelen geenszins binnengaan” (Matthéüs 18:3). Jonge kinderen krijgen een gevoel van zekerheid wanneer hun ouders hun raad geven en leiden. Krijgt u dit gevoel ook wanneer iemand u raad geeft, omdat u beseft dat deze raad aantoont dat hij liefde en zorg voor u heeft? (Hebreeën 12:6) Koning David, wiens nederige bereidheid om raad aan te nemen, voor Jehovah de weg opende zijn berouw te aanvaarden, werd ertoe bewogen te schrijven: „Zou de rechtvaardige mij slaan, het zou een liefderijke goedheid zijn; en zou hij mij terechtwijzen, het zou olie op het hoofd zijn.” — Psalm 141:5.
Zo’n zachtmoedige houding kan ons helpen wanneer wij raad ontvangen op terreinen waar geen vaste regels gelden. Wanneer wij bijvoorbeeld raad krijgen omdat onze uiterlijke verzorging of manier van kleden enkelen in de gemeente tot struikelen brengt, kan het werkelijk nederigheid vergen om te begrijpen waar het om gaat. Slaagt men hier niettemin in, dan geeft men gehoor aan de vermaning van de apostel Paulus: „Laat een ieder niet zijn eigen voordeel blijven zoeken, maar dat van de ander.” — 1 Korinthiërs 10:24.
Gelukkig heeft Jehovah de bijbel verschaft, die vol staat met de prachtigste raad. Het woord voor „raad” in zijn verschillende vormen komt daarin zelfs meer dan 170 maal voor. Ook verschaft Jehovah liefdevolle herders om ons te helpen deze raad toe te passen. De gezinsregeling is nog een voorziening van Jehovah voor het verschaffen van liefdevolle hulp door middel van raad van ouders die zich bewust zijn van hun verantwoordelijkheden. Laten wij altijd nederig naar zulke raad luisteren.
’Wees vlug om te horen’
In Jakobus 1:19 wordt de raad gegeven: „Ieder mens moet vlug zijn om te horen, langzaam om te spreken, langzaam met betrekking tot gramschap.” Dit is vooral het geval wanneer wij raad ontvangen. Waarom? Is het om te beginnen niet waar dat wij ons vaak van onze tekortkomingen bewust zijn en dat het niet als een volledige verrassing komt als een bezorgde vriend die onder onze aandacht brengt en raad geeft? Het maakt het voor alle betrokkenen beslist gemakkelijker als wij datgene wat hij probeert te zeggen snel onderscheiden en de liefdevolle hulp nederig aanvaarden.
Wanneer een vriend naar ons toestapt om ons raad te geven, dienen wij in gedachte te houden dat hij of zij behoorlijk nerveus kan zijn. Raad geven is niet gemakkelijk. Misschien heeft degene die op het punt staat raad te geven, er goed over nagedacht wat hij zal zeggen of hoe hij de ander zal benaderen. Een ouderling begint het gesprek misschien door ons een complimentje te geven voor het goede werk dat wij op het een of andere terrein van christelijke dienst hebben gedaan. Maar dat mag ons er niet toe brengen zijn beweegredenen in twijfel te trekken wanneer hij er daarna toe overgaat raad te geven. Degene die raad geeft, zal in het begin misschien op een indirecte wijze spreken, in een poging niet tactloos of bot te zijn. Wanneer wij genoeg onderscheidingsvermogen hebben om snel te begrijpen waar het om gaat, zal de raadgever in zijn taak geholpen worden en zullen ons misschien gekwetste gevoelens worden bespaard.
Soms zal de raadgever misschien een voorbeeld of een illustratie gebruiken om ons te helpen begrijpen waar het om gaat. Een jongeman was nog geen ernstige kwaaddoener geworden maar was wel op het verkeerde pad. Toen een oudere christelijke man met hem redeneerde, pakte hij een liniaal die op het bureau lag. Terwijl hij de liniaal kromboog, vroeg hij: „Als ik een liniaal zo krombuig, kan ik er dan nog een rechte lijn mee trekken?” De jongeman begreep waar het om ging. Hij had geprobeerd de regels om te buigen ten einde ze aan zijn eigen verlangens aan te passen. De illustratie hielp hem de wijze raad uit Spreuken 19:20 toe te passen: „Luister naar raad en aanvaard streng onderricht.”
Herken indirect gegeven raad
Zo’n onderscheidingsvermogen kan ons helpen profijt te trekken van indirect gegeven raad, zelfs zonder tussenkomst van iemand anders. Dit gebeurde in het geval van een jongeman in Portugal. Hij bestudeerde de bijbel en kocht een exemplaar van het boek Maak je jeugd tot een succes. Slechts enkele dagen later vertelde hij dat hij het boek al driemaal had gelezen en erdoor geholpen was. Hoe dan wel? Hij zei:
„Ik had geen werkelijke hoop voor de toekomst, maar hoofdstuk 2 [„Waarom je met vertrouwen de toekomst tegemoet kunt zien”] heeft mijn leven zinvol gemaakt. Ook heb ik de laatste jaren gemasturbeerd; niemand heeft mij ooit verteld dat dit niet alleen God mishaagde, maar bovendien schadelijk voor me was. Na hoofdstuk 5 [„Masturbatie en homoseksualiteit”] gelezen te hebben, besloot ik hiermee op te houden. Hoofdstuk 7 [„Wat je uiterlijke verschijning over je onthult”] heeft mij geholpen aandacht te schenken aan mijn persoonlijke verschijning, en zoals u kunt zien, ben ik al naar de kapper geweest.”
Hij zei verder nog: „Jarenlang heb ik gerookt. Hoofdstuk 15 [„Zijn drugs de sleutel tot geluk?”] heeft mij met betrekking tot dat onderwerp op het rechte spoor gezet. Ik heb tot Jehovah gebeden, en sinds zondag heb ik geen sigaret meer aangeraakt. U moet weten dat ik al enige tijd seksuele betrekkingen had met mijn vriendin, maar hoofdstuk 18 [„Heeft seksuele moraliteit zin?”] heeft Gods kijk op dit onderwerp onder mijn aandacht gebracht. Ik heb al met haar over deze kwestie gesproken, en zij heeft besloten een eind te maken aan onze verhouding.”
Wat is het verheugend te zien dat een jeugdig persoon in zo’n korte tijd zulke veranderingen in zijn leven aanbrengt! Hoe is dit mogelijk geworden? Doordat hij datgene wat hij las, als raad herkende die op hem persoonlijk van toepassing was.
Acht slaan op raad werpt nut af
Raad — of deze nu indirect, door middel van de bijbel of bijbelverklarende lectuur, of rechtstreeks, via een vriend, tot ons komt — kan heilzaam zijn. Dit blijkt uit de ervaring van een vader die de hulp van geestelijk oudere mannen in zijn gemeente inriep omdat zijn achttienjarige zoon niet gunstig reageerde op zijn pogingen hem door middel van streng onderricht te leiden. De christelijke ouderlingen redeneerden liefdevol met de vader, die God ijverig diende maar klaarblijkelijk evenwichtiger met de leden van zijn gezin moest leren omgaan.
Paulus’ woorden werden aan hem voorgelezen: „En gij, vaders, irriteert uw kinderen niet, maar blijft hen in het strenge onderricht en de ernstige vermaning van Jehovah grootbrengen” (Efeziërs 6:4). De vader werd gevraagd over het volgende na te denken: Had de manier waarop hij had geprobeerd zijn zoon aan te moedigen, hoe goed bedoeld ook, de jongen in werkelijkheid geïrriteerd? Had hij misschien van zijn zoon verlangd dat hij net zo’n ijver voor christelijke vergaderingen en dienst aan de dag zou leggen als hijzelf bezat, zonder te trachten liefde voor deze dingen in zijn hart te planten? Had hij zijn zoon geholpen ’Jehovah, zijn God, te leren vrezen’? — Deuteronomium 31:12, 13.
De vader luisterde naar de raad en paste die toe. Het resultaat? Zijn achttienjarige zoon bezoekt nu de christelijke vergaderingen en de vader leidt een wekelijkse bijbelstudie met hem. En zoals de vader opmerkte: „Wij hebben nu een veel betere vader-zoonverhouding.” Ja, zowel vader als zoon begrepen wat er met de raad werd bedoeld.
Er bestaat geen twijfel over dat wij allen fouten maken en van tijd tot tijd raad nodig hebben (Spreuken 24:6). Als wij begrijpen waar het bij wijze raad om gaat en er acht op slaan, zullen ons veel zegeningen ten deel vallen. Hiertoe behoort de allerkostbaarste zegen, namelijk het aankweken en in stand houden van een betekenisvolle, persoonlijke verhouding met onze liefdevolle hemelse Vader, Jehovah. Dan zullen wij hetzelfde kunnen zeggen als koning David: „Ik zal Jehovah zegenen, die mij raad gegeven heeft.” — Psalm 16:7.