Hoogtepunten van het afgelopen jaar
NA WEER een gezegend jaar van heilige dienst hebben we veel redenen voor vreugde. Als we terugkijken op enkele van de hoogtepunten van het enorme werk dat onze God door middel van zijn aanbidders tot stand brengt, kunnen we beslist zeggen: „Gij hebt het jaar gekroond met uw goedheid”! — Ps. 65:11.
HET „GOEDE NIEUWS” OP INTERNET
Als Getuigen van Jehovah vatten we onze verantwoordelijkheid ernstig op om ’dit goede nieuws van het koninkrijk op de gehele bewoonde aarde te prediken tot een getuigenis voor alle natiën’ voordat het einde komt (Matth. 24:14). Door de jaren heen zijn nieuwe technologische ontwikkelingen een hulp geweest om de verspreiding van „het woord van het koninkrijk” te versnellen (Matth. 13:18-23). Inmiddels maken we alweer elf jaar gebruik van onze officiële website, www.watchtower.org, om geestelijk materiaal in elektronische vorm aan het publiek te presenteren. Bezoekers van de website kunnen de Bijbelse waarheid in 314 talen leren kennen en kunnen informatie bekijken over ons geloof, actuele onderwerpen, welke rol God in onze toekomst speelt, medische zorg en bloed, en beschikbare publicaties.
Veel mensen bezoeken www.watchtower.org om de Bijbel te lezen. Elke dag raadplegen ruim 6300 mensen de Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift in de tien talen waarin die op de site staat. Favoriet onder de bezoekers zijn de Psalmen, Spreuken en de evangelieverslagen over Jezus’ leven.
Elke week worden er in twaalf talen geselecteerde artikelen uit De Wachttoren en Ontwaakt! toegevoegd, vooral artikelen die in de tijdschriften zijn verschenen met het algemene publiek in gedachten. Veel mensen vragen zich af wat we geloven, hoe onze bijeenkomsten verlopen en hoe onze prediking wordt gefinancierd. Bezoekers van de website kunnen antwoord op hun vragen krijgen door online de brochure Jehovah’s Getuigen — Wie zijn zij? Wat geloven zij? te bekijken. De publicatie Het einde van valse religie is nabij! staat in 252 talen op de site, waaronder een verkorte versie in vijf gebarentalen.
DE WAARHEID GEVONDEN OP INTERNET
Welke resultaten heeft het opgeleverd deze publicaties op internet te zetten? Gemiddeld heeft www.watchtower.org elke dag 60.000 bezoekers! Velen van hen wonen op plekken waar relatief weinig Getuigen zijn of in landen waar ons werk verboden is of onder restricties staat. Maar als ze op zoek zijn naar de waarheid kunnen ze via onze website toch bij het dorstlessende waarheidswater komen.
Zo vertelt Bryon: „Ik wilde altijd al graag meer over de Bijbel weten, maar als ik met vrienden meeging naar de kerk, zongen ze alleen maar liederen of deden ze spelletjes.” Bryon ging een opleiding volgen en deed veel aan sport. Hij studeerde vijf talen en kreeg een studiebeurs, maar zijn geestelijke behoefte bleef onvervuld. Dus bad hij of hij de waarheid mocht vinden.
„Ik was wanhopig op zoek naar antwoorden”, vertelt Bryon. „Ik besloot Jehovah’s Getuigen op internet op te zoeken omdat een paar schoolvrienden die Getuigen waren me hadden verteld dat Gods naam Jehovah is. Ik zocht de website van de organisatie op en begon de brochure Wat verlangt God van ons? te lezen. Eindelijk kreeg ik antwoord op mijn vragen.” Bryon vroeg om Bijbelstudie, maakte snel vorderingen en droeg zijn leven in 2004 aan Jehovah op. Hij is nu gewone pionier en hoopt zijn talenkennis te gebruiken als zendeling.
’GOD IS MET ULIEDEN’
Het is prachtig te zien dat duizenden mensen „uit alle talen der natiën” dagelijks www.watchtower.org bezoeken! Gemiddeld vullen 94 personen per dag op de website het formulier „Wilt u graag bezocht worden?” in (Zach. 8:23).
Denise was iemand die vragen had over het geloof van Jehovah’s Getuigen, maar ze zag ertegen op om naar de plaatselijke Koninkrijkszaal te gaan. In plaats daarvan besloot ze op internet te kijken, en ze kwam terecht op www.watchtower.org. De informatie op de site overtuigde Denise ervan dat ze de waarheid had gevonden, maar ze vroeg niet meteen om Bijbelstudie. Ze besefte namelijk dat ze veranderingen in haar leven zou moeten aanbrengen om aan de Bijbelse normen te voldoen. Ze vulde vier keer op de website het formulier „Wilt u graag bezocht worden?” in, maar durfde steeds niet op de knop Verzenden te klikken.
In maart 2007 vulde Denise het formulier de vijfde keer in. Dit keer klikte ze wel op Verzenden om een persoonlijk bezoek aan te vragen. Haar verzoek werd doorgestuurd naar de plaatselijke gemeente, en de ouderlingen vroegen een zuster, Vonnie, om Denise op te zoeken. Binnen een week na Vonnies eerste bezoek kwam Denise naar de vergaderingen in de Koninkrijkszaal.
Tegen het eind van de zomer had Denise haar religieuze voorwerpen weggedaan, had ze zich uit laten schrijven bij haar vorige religie en kwam ze ervoor in aanmerking een niet-gedoopte verkondiger te worden. Zowel zij als haar twee zoontjes maakten snelle vorderingen, en haar zoontje van acht gaf zich op voor de theocratische bedieningsschool. In januari 2008 werd Denise gedoopt en twee maanden later, precies een jaar nadat ze op internet het formulier had ingevuld, ging ze in de hulppioniersdienst. Denise zegt: „Zonder de website zou ik deze ervaring nu niet kunnen vertellen.”
In januari 2008 werd via de website www.jw.org iets nieuws beschikbaar gesteld: audiobestanden van bepaalde publicaties, die in zeventien talen te downloaden zijn. Er is een overweldigende belangstelling voor deze voorziening, want er worden elke maand ruim een miljoen publicaties en afzonderlijke artikelen gedownload! Veel verkondigers luisteren naar de tijdschriften onderweg naar hun werk of naar school.
VERTALINGEN DIE IN EEN BEHOEFTE VOORZIEN
Het is een grote hulp de steun van engelen te hebben terwijl we mensen uit „elke natie en stam en taal” aansporen om God heerlijkheid te geven! (Openb. 14:6, 7) Omdat mensen vaak beter reageren als ze de Bijbelse boodschap leren in een taal die ze goed begrijpen, geven Jehovah’s Getuigen nu lectuur uit in zo’n 450 talen.
Het boek Wat leert de bijbel echt? is onlangs verschenen in het Tetum, dat op Oost-Timor gesproken wordt, maar er waren niet voldoende exemplaren beschikbaar. Maria, die sinds kort studie had uit het Indonesische Leert de bijbel-boek, had geen exemplaar in het Tetum. Ze vroeg de zuster die haar Bijbelstudie gaf of ze het boek in het Tetum twee dagen mocht lenen. In die tijd herhaalde ze enthousiast alles wat ze geleerd had. In haar moedertaal begreep ze veel waarheden een stuk beter dan toen ze het Indonesische boek bestudeerde. De zuster kon het niet over haar hart verkrijgen het boek terug te vragen. Maria heeft nog steeds studie en bezoekt de vergaderingen.
In Kenia wordt door de overheid en in de handel meestal Engels en Swahili gebruikt. Maar miljoenen Kenianen zijn beter vertrouwd met het Kikuyu, Kikamba, Luo of een andere plaatselijke taal. De productie van lectuur in deze talen heeft dan ook veel belangstelling voor de aanbidding van Jehovah gewekt. De gemeente Siaya begon ermee lectuur in het Luo te gebruiken en vergaderingen in die taal te houden, en de ouderlingen schreven: „De broeders en zusters begrijpen het onderwijs nu beter. De kinderen letten beter op. Sinds we lezingen houden op basis van schema’s in het Luo, is het aantal aanwezigen op de vergaderingen met 60 procent toegenomen.”
In Nicaragua spreken velen liever Miskito dan Spaans, en het districtscongres in het Miskito trok dan ook ruim tweehonderd bezoekers. Enkelen van hen brachten hiervoor grote offers. Zo bouwden dertien broeders uit het plaatsje Asang aan de Río Coco een vlot van boomstammen en voeren ze in twee dagen stroomafwaarts naar Waspam. Daar konden ze achter op een vrachtwagen meerijden naar de congresstad, een rit van vijf uur. Voor de meesten van de groep was dit het eerste districtscongres dat ze bijwoonden. Ze vonden het schitterend het programma in hun eigen taal te horen. Omdat ze al hun geld hadden besteed aan de heenreis, gaven andere aanwezigen hun het geld dat ze nodig hadden om weer thuis te komen.
De aanwezigen op het Miskito congres waren opgetogen dat het boek Wat leert de bijbel echt? in hun taal uitkwam. Vooral de pioniers waren daar heel dankbaar voor. Tot die tijd hadden ze het Spaanse Leert de bijbel-boek voor hun Bijbelstudies moeten gebruiken en de paragrafen en vragen zelf in het Miskito vertaald. Nu hoeven ze niet meer over de vertaling na te denken, maar kunnen ze zich concentreren op het onderwijzen van Bijbelse waarheden.
Quechua is een indianentaal die in Zuid-Amerika wordt gesproken. Een paar Quechuasprekende verkondigers in Peru schreven: „Aan het eind van onze presentatie vertellen we de huisbewoner dat we lectuur in het Quechua hebben. Sommigen zijn zo blij dat ze lectuur in hun eigen taal hebben dat ze beginnen te huilen en de publicaties kussen.” Het bijkantoor in Peru schreef: „Sommige broeders die in gebied wonen waar Quechua gesproken wordt, hebben veel moeite gedaan om hun waardering te uiten. Eén broeder zei nadat hij Wat leert de bijbel echt? in het Quechua had gelezen, dat hij eindelijk de betekenis en waarde van Christus’ loskoopoffer begreep. Lezers hebben aardappels, taarten, kisten met fruit, en andere dingen naar het bijkantoor gestuurd om hun dankbaarheid te tonen.”
De organisatie zet zich ook in voor de vertaling van lectuur in talen die op afgelegen eilanden in de Stille Zuidzee worden gesproken. „Ik ben Jehovah dankbaar dat hij aan ons gedacht heeft”, zei een zuster tegen een zendelinge op het Micronesische eiland Pohnpei. „Voorheen kregen we De Wachttoren in het Ponapeaans een aantal maanden later dan de Engelse uitgave.” Ze voegde er met een kwinkslag aan toe: „We dachten dat Armageddon voor ons misschien ook later zou komen. Maar nu bestuderen we het tijdschrift tegelijk met de rest van de wereld en ziet het er net zo mooi uit als het Engelse tijdschrift. We zijn heel dankbaar dat het Besturende Lichaam voor ons zorgt.”
De broeders en zusters op de Marshalleilanden in het noorden van de Stille Zuidzee waren dolblij met de nieuwe publieksuitgave van De Wachttoren in het Marshallees. Ze lezen graag levensverhalen, maar in eerdere uitgaven van De Wachttoren was daar geen ruimte voor, dus moest iemand ze vertalen uit het Engelse tijdschrift. Daarom waren ze dolblij toen het eerste levensverhaal verscheen in de publieksuitgave in hun eigen taal. Een zestienjarige lezer zei: „Al jaren bladerde ik de Engelse tijdschriften door en dan zag ik de plaatjes bij de levensverhalen en wenste ik dat ik het artikel kon lezen. En nu kan dat.”
Zelfs als iemand één publicatie in zijn taal heeft, kan dat zijn leven veranderen. In een Centraal-Aziatisch land waar ons werk onder restricties staat, is de brochure Wat verlangt God van ons? op grote schaal verspreid. Een jonge man die deze brochure in handen kreeg, was zo onder de indruk van wat hij las dat hij naar een rivier in de buurt ging en zichzelf ’doopte’. Toen hij hoorde dat hij Bijbelstudie nodig had, stemde hij daar direct in toe en hij werd al snel op de juiste manier gedoopt. Nu besteedt hij een groot deel van zijn tijd aan de prediking van het goede nieuws.
DE BIJBEL IN MEER TALEN VERTAALD
Jehovah’s Getuigen koesteren Gods Woord, de Bijbel, als een schat en hechten veel belang aan een nauwkeurige, duidelijke vertaling. Daarom is Gods volk heel blij dat de Nieuwe-Wereldvertaling inmiddels geheel of gedeeltelijk in meer dan zeventig talen verkrijgbaar is. Als de Bijbel in een nieuwe taal verschijnt is dat natuurlijk reden tot vreugde, maar door hem dagelijks bij persoonlijke studie, op vergaderingen en in de velddienst te gebruiken, wordt het hart pas echt geraakt en wordt iemands denkwijze gevormd.
Het bijkantoor in Rusland heeft heel wat brieven ontvangen waarin lezers hun waardering uitten voor de volledige Russische editie van de Nieuwe-Wereldvertaling. Een vrouw schreef: „Ik heb de Bijbel al heel wat keren gelezen, maar met deze vertaling is het alsof ik de Bijbel voor het eerst lees! Soms vullen mijn ogen zich met tranen en gaat er een rilling van opwinding door me heen wanneer de Bijbelse boodschap mijn hart raakt.”
Omdat de vertaling zo duidelijk is, werd een andere lezer ertoe bewogen te zeggen: „Na het lezen van Genesis hoofdstuk 18 voelde ik me geroepen om jullie te schrijven. Abrahams gesprek met Jehovah, dat in vers 23-32 staat, heeft me diep geraakt. Hoewel ik de Bijbel nu al voor de vijfde keer lees, is dit de eerste keer dat ik echt over dit gesprek heb nagedacht. Ik voelde met Abraham mee en ’luisterde’ goed naar hem en naar Jehovah. Door de begripvolle houding van Jehovah kreeg ik tranen in mijn ogen. Deze vertaling brengt de situatie tot leven. Ik herkende Jehovah’s eigenschappen niet alleen maar voelde ze ook echt.”
„Hartelijk bedankt voor de volledige Nieuwe-Wereldvertaling!”, schreef Alesya uit Moskou. „Eindelijk raken we niet meer in de war van het ’Oude Testament’ vanwege de oude, onbegrijpelijke vertaling! Het is allemaal zo eenvoudig!”
Een andere lezer schreef: „Op mijn werk had ik het met Irina, die bij me in dienst is, over de waarheid. Eerst citeerde ik Bijbelteksten alleen. Maar toen ik mijn bijbel opensloeg om haar Jezus’ modelgebed te laten zien, vroeg ze: ’Is dit nu het Onzevader?’ Toen ze Jezus’ woorden las, zei ze met stralende ogen: ’Wat schitterend! Het staat er zo duidelijk! Ik heb dit gebed al vaak gehoord maar heb het nooit begrepen. Het is hier zo duidelijk en eenvoudig! Ik wil ook zo’n bijbel. Help me alsjeblieft aan zo’n bijbel!’ Ik zei: ’We geven alleen een bijbel aan mensen die hem echt willen lezen.’ Ze antwoordde serieus: ’Ik heb nog nooit eerder de Bijbel willen lezen. Ik heb in het verleden verschillende bijbels gehad, en die heb ik allemaal weggegeven, maar nu wil ik de Bijbel echt lezen!’”
Een broeder schreef over de Oekraïense Nieuwe-Wereldvertaling van de Christelijke Griekse Geschriften: „Ik wil graag laten weten hoe dankbaar ik ben voor dit schitterende geschenk van Jehovah en zijn organisatie. Ik geniet van elke bladzijde en ik draag deze bijbel altijd bij me. De taal is eenvoudig en begrijpelijk. De woorden raken mijn hart en ik kan de diepe Bijbelse waarheden makkelijk bevatten.”
Ook de Servische en Kroatische editie zijn heel goed ontvangen. Een Kroatische zuster schreef: „Deze Bijbel is heel eenvoudig te lezen en veel makkelijker te begrijpen dan de Bijbel die we jaren gebruikt hebben. Bijbelse raad raakt mijn hart nu eerder en ik heb het gevoel dat ik Jehovah beter leer kennen dan ooit tevoren.”
Op 2 november 2007 kondigde broeder Geoffrey Jackson van het Besturende Lichaam de Samoaanse editie aan van de Nieuwe-Wereldvertaling van de Christelijke Griekse Geschriften. Exemplaren van de traditionele Samoaanse Bijbel zijn zeldzaam en duur, dus de broeders en zusters zijn erg blij dat bijbels nu makkelijk verkrijgbaar zijn. Een verkondiger zei na de Bijbel enkele maanden gebruikt te hebben: „De oude Bijbel lijkt gedachten te verbergen, maar de nieuwe Bijbel onthult gedachten en maakt ze duidelijker.”
Een zuster vertelt over een Bijbelstudie waarbij Jakobus 4:8 in het studieboek werd aangehaald: „Ik stelde de huisbewoner voor om dit vers in de Nieuwe-Wereldvertaling te lezen, ook al was het een heel bekende tekst. Eerst dachten we dat we de verkeerde tekst hadden, maar we zagen al snel dat het vers klopte. De zuster die met me mee was zei geschrokken: ’De tekst is veranderd.’ We zagen nu duidelijk dat deze tekst betekent dat we een nauwe band met Jehovah moeten hebben, iets wat in de traditionele Bijbel niet uit de verf kwam. Het raakte ons diep en zorgde ervoor dat we aan een nauwe band met Jehovah wilden werken.”
Een tijdje nadat de Nieuwe-Wereldvertaling in het Chinees was verschenen, schreven zendelingen die op Taiwan dienden: „We kregen de gelegenheid de Nieuwe-Wereldvertaling aan te bieden aan een advocaat die graag onze tijdschriften leest. Hij wilde weten waarom er een nieuwe vertaling nodig was. Nadat we hem maar een paar verzen hadden laten lezen, was hij erg onder de indruk, en hij zei dat deze nieuwe vertaling veel makkelijker te begrijpen was dan de traditionele vertaling die hij altijd las.” Ze boden ook een exemplaar aan aan een parlementslid, en die legde de bijbel in haar kantoor. Een radionieuwslezer die veel kritiek op Jehovah’s Getuigen had, zag de vertaling in haar kantoor liggen en las er een gedeelte uit. Hij was zo onder de indruk dat hij de zendelingen belde om een exemplaar voor zichzelf te vragen.
Een Kirgizische zuster die vanwege oogklachten moeite heeft met lezen, zag altijd erg op tegen Bijbellezen. Maar toen ze de Nieuwe-Wereldvertaling van de Christelijke Griekse Geschriften in het Kirgizisch kreeg, ging ze daar anders over denken. Ze put nu veel voldoening uit haar Bijbellezen vanwege de eenvoudige, duidelijke vertaling.
„Het is een uitstekende vertaling!”, zei een andere zuster. „Ik struikel niet over woorden als ik er hardop in lees. Ik wil hem steeds weer lezen. Het is alsof ik de waarheid opnieuw leer kennen.”
„Ik ben heel blij met het evangelie van Mattheüs in Amerikaanse Gebarentaal”, schreef een slechthorende zuster aan het Besturende Lichaam. „De Bijbel leeft, en raakt nu mijn hart. Ik kan Jezus’ persoonlijkheid, de uitdrukking op zijn gezicht, zijn vriendelijkheid en zijn diepe liefde voor mensen zien. Ik ben echt heel blij met Mattheüs in gebarentaal. Maar . . . kunnen jullie een beetje haast maken met de vertaling van andere Bijbelboeken in gebarentaal?”
Een goed vertaalde Bijbel kan dus de sluier oplichten die de betekenis van Gods Woord verbergt en het licht van de echte boodschap door laten schijnen tot het hart van de lezer. Daarom zijn personen die graag dichter tot hun hemelse Vader willen naderen ook zo blij als de Nieuwe-Wereldvertaling beschikbaar komt in hun moedertaal, de taal die hun hart raakt.
MEER WERKERS IN DE OOGST UITGEZONDEN
Als gevolg van de vereenvoudiging van werkzaamheden op het bijkantoor in de Verenigde Staten, hebben heel wat Bethelieten de uitnodiging gekregen om in een andere toewijzing te gaan dienen. Sommigen van hen zijn naar bijkantoren in het buitenland gegaan, maar enkele honderden zijn als speciale of gewone pionier toegewezen aan gebieden overal in de VS. Hoe voelden ze zich toen ze een andere toewijzing kregen? Hoe zijn ze omgegaan met de uitdagingen van hun nieuwe toewijzing? En welke uitwerking heeft het op de gemeenten gehad?
Todd en Leslie vertellen: „Jarenlang hebben we ’de Meester van de oogst gesmeekt dat hij werkers in zijn oogst zou uitzenden’. We hadden ons alleen niet gerealiseerd dat wij daar zelf voor gebruikt zouden worden! Nu zien we dat Jehovah de dingen leidt, en we vinden het een voorrecht dat Christus ’ons getrouw heeft geacht door ons aan een bediening toe te wijzen’” (Matth. 9:37, 38; 1 Tim. 1:12).
Terugkijkend op de eerste paar maanden in hun nieuwe toewijzing zegt Franco: „Mijn vrouw en ik hadden er geen idee van hoeveel behoefte er nog in de VS was. Toen we in onze toewijzing kwamen ontdekten we dat er heel veel mensen zijn die graag Bijbelstudie willen.” Curtis en Karolynne geven de gevoelens van veel van deze pioniers goed weer: „We aanvaarden graag onze toewijzing in het veld! Dat geeft ons de kans Jehovah te laten zien dat we het echt meenden toen we onszelf bij onze opdracht verloochenden en ons leven aan hem gaven.”
VERTROUWEN OP „DE MEESTER VAN DE OOGST”
Natuurlijk maakten degenen die na jaren Betheldienst een nieuwe toewijzing kregen, zich soms ook zorgen. Een echtpaar vroeg zich af: „Hoe komen we aan betaalbare huisvesting? En zal de overgang lukken van verkondiger naar pionier, om opeens 120 tot 130 uur per maand te prediken en de gemeente aan te moedigen?” Hoe is het hen en anderen in hun nieuwe situatie vergaan?
Enkelen vonden pas betaalbare huisvesting op de laatste dag die ze hadden om in hun nieuwe toewijzing woonruimte te vinden. Jessica, een alleenstaande zuster, ging naar haar nieuwe toewijzing om woonruimte te zoeken, maar na twee weken was dat nog steeds niet gelukt. Op de dag voordat ze naar Bethel terug moest om haar spullen in te pakken, bood een plaatselijke ouderling haar tot haar grote blijdschap een huisje aan dat ze voor een bescheiden bedrag kon huren.
Jeff en Cynthia vertelden aan een vrouw die appartementen verhuurde dat ze Getuigen van Jehovah waren. De vrouw zei enthousiast: „Ik ken Jehovah’s Getuigen en ik weet dat het met jullie wel goed zit. Jehovah staat garant voor jullie huur!”
„Ervaringen zoals de onze zijn een herinnering dat we altijd op Jehovah moeten vertrouwen”, zeiden Eric en Melonie. „We zien elke dag bewijzen dat Jehovah ons helpt. Dat heeft ons geloof echt versterkt.”
DE GEMEENTEN BIEDEN STEUN
De liefdevolle reactie van de gemeenten is voor deze pioniers een grote hulp geweest om aan hun nieuwe toewijzing te wennen. Een kringopziener zegt dat veel gemeenten het vol trots hebben over „onze speciale pioniers”. Hij voegt daaraan toe: „De hele kring heeft hun armen en hart voor hen geopend.” Een plaatselijke broeder schreef vol waardering: „Ik wil het bijkantoor graag heel hartelijk bedanken. Deze pioniers zijn echt een zegen voor ons allemaal!”
Een gemeente in Kansas had honderd gebieden die al vele maanden niet meer bewerkt waren. Met de hulp van een speciale pioniersechtpaar wordt het grootste deel van het gebied nu geregeld bewerkt. De ouderlingen schreven: „We hadden ons niet kunnen voorstellen hoeveel deze regeling voor ons zou betekenen.”
Terwijl de gemeenten voor de pioniers „een versterkende hulp” zijn geweest, hebben de plaatselijke verkondigers zelf ook voordelen ondervonden (Kol. 4:11). Een kringopziener bericht: „De ijver en het enthousiasme van de pioniers hebben onze broeders en zusters echt aangemoedigd en gestimuleerd.” Een andere reizende opziener schreef: „Wat vooral opvalt aan de speciale pioniers is hun liefde en vreugde, en die werken aanstekelijk.”
Eén echtpaar heeft tot hun vreugde tien inactieve verkondigers kunnen helpen weer actief te worden. De pioniers die als ouderling dienen hebben ook een positieve invloed. Een ouderling schreef: „Het is een verademing om zo’n evenwichtige, ervaren broeder in de gemeente te hebben. Dat was precies wat de gemeente en het lichaam van ouderlingen nodig hadden.”
„GODS MEDEWERKERS”
Jehovah heeft Koninkrijkspredikers gezegend met veel ervaringen die vreugde geven. Zo gingen Steve en Gaye op een koude winterdag van huis tot huis. Bij het eerste huis richtten ze een Bijbelstudie op bij een depressieve oudere man. Binnen twee weken bezocht hij een vergadering in de Koninkrijkszaal, en daar zeiden ze tegen hem dat ze het zo aardig vonden dat hij hen bij het eerste bezoek had binnengelaten. Hij zei daarop: „Ik vroeg jullie niet binnen omdat ik zo aardig was, maar omdat ik wist dat jullie zouden komen. Ik had al drie dagen om hulp gebeden.” Hij bezoekt nu geregeld de vergaderingen en maakt vorderingen in de richting van de doop.
Ray en Jill zagen op een ochtend vanuit hun auto een man aan de andere kant van de weg lopen, en ze besloten hem aan te spreken. Ze boden hem lectuur en een Bijbelstudie aan. Hij nam de tijdschriften en vertelde dat hij eerder al Bijbelstudie van Jehovah’s Getuigen had gehad. Hij was onlangs naar dit gebied verhuisd en ging graag in op hun aanbod om de Bijbelstudie te hervatten.
Allen die offers blijven brengen in de dienst voor Jehovah weten dat ’God niet onrechtvaardig is, zodat hij hun werk en de liefde die ze voor zijn naam hebben getoond, zou vergeten’ (Hebr. 6:10). Net zoals het menselijk lichaam uit veel delen bestaat die allemaal hun bijdrage leveren, kan elk lid van de gemeente iets bijdragen aan de geestelijke groei en schoonheid ervan. ’God heeft de leden in het lichaam [de gemeente] geplaatst, elk daarvan, zoals het hem heeft behaagd.’ En door de bijdrage die elk lid levert, „delen alle andere leden in de vreugde” (1 Kor. 12:18, 26). Deze harmonieuze samenwerking onder „Gods medewerkers” is tot lof van Jehovah, die ’de wasdom blijft geven’ (1 Kor. 3:6, 9).
HET GOEDE NIEUWS WETTELIJK BEVESTIGEN
Jezus zei tegen zijn apostelen: „Gij zult ter wille van mijn naam voorwerpen van haat zijn voor alle mensen” (Matth. 10:22). Zijn ware discipelen konden verwachten dat tegenstanders ’liegende allerlei kwaad tegen hen zouden spreken ter wille van hem’ (Matth. 5:11). Hoe hebben Christus’ discipelen in deze tijd zich ingespannen voor het „wettelijk bevestigen van het goede nieuws”? — Fil. 1:7.
Armenië
Tussen april 2007 en april 2008 hebben douanebeambten in Armenië geweigerd ruim zeven ton aan bijbels en Bijbelse lectuur vrij te geven tenzij er een exorbitant bedrag aan invoerrechten werd betaald. Uiteindelijk werd in april 2008 de eerste zending lectuur aan de broeders vrijgegeven nadat ze onder protest de invoerrechten hadden betaald, terwijl andere zendingen nog steeds worden vastgehouden. De broeders hebben juridische stappen ondernomen.
Kazachstan
Twee broeders van het internationale hoofdbureau van Jehovah’s Getuigen die een bezoek aan het land brachten om hun medeaanbidders geestelijk op te bouwen, werden na afloop van een speciale vergadering in Almaty gearresteerd. Ze werden op het politiebureau vastgehouden, ondervraagd en vervolgens voor de rechter gebracht, die hen schuldig bevond aan ’zendingsactiviteiten’. Hoewel ze later werden vrijgelaten, zijn er stappen ondernomen om de vonnissen aan te vechten. Nog recenter is de overheid huizen van broeders binnengevallen om bijeenkomsten voor gebed en Bijbelstudie te verstoren. Drie officieel geregistreerde gemeenten zijn wat betreft hun religieuze activiteiten door rechtscolleges op non-actief gesteld, en het politieapparaat heeft meerdere malen theocratische activiteiten verstoord in een regio ten noorden van de Kaspische Zee.
Tadzjikistan
De geloofsgemeenschap van Jehovah’s Getuigen in Tadzjikistan is in 1994 officieel geregistreerd, wat hun de vrijheid gaf om voor aanbidding samen te komen. Maar op 11 oktober 2007 heeft het ministerie van Cultuur een verbod uitgevaardigd op de aanbidding van Jehovah’s Getuigen. De broeders hebben stappen ondernomen om bewijzen te overleggen dat Jehovah’s Getuigen vredelievende mensen zijn die geen bedreiging voor de openbare orde vormen.
Oezbekistan
De situatie van Jehovah’s Getuigen in Oezbekistan gaat steeds verder achteruit. Begin 2008 werd een Getuige tot vier jaar in een werkkamp veroordeeld omdat hij zijn geloof praktiseerde. Anderen zijn gearresteerd, vastgehouden, veroordeeld en beboet omdat ze wet- en regelgeving inzake religieuze organisaties en het onderwijzen van geloofsovertuigingen hadden overtreden. Vergaderingen zijn verstoord door plotselinge invallen, particuliere huizen zijn doorzocht, lectuur is in beslag genomen en verkondigers zijn aangehouden. Veel van onze broeders en zusters zijn uitgescholden en gemolesteerd door politieagenten.
Een aantal functionarissen uit deze regio heeft onthuld dat de plaatselijke geestelijkheid verantwoordelijk is voor het ophitsen tot deze laaghartige aanvallen. We blijven bidden dat de autoriteiten snel zullen inzien hoe ongerijmd hun daden zijn en dat ze onze broeders en zusters zullen toestaan ’een kalm en rustig leven te blijven leiden met volledige godvruchtige toewijding en ernst’ (1 Tim. 2:1, 2).
Griekenland
In Griekenland heeft de Raad van State in ons voordeel beslist in twee zaken in verband met het recht van personen om als religieuze gewetensbezwaarde erkend te worden. Konstantinos Kotidis had enkele jaren in het leger van de Sovjet-Unie gediend voordat hij naar Griekenland verhuisde en een Getuige van Jehovah werd. Toen broeder Kotidis werd opgeroepen voor militaire dienst, werd hem vervangende burgerdienst geweigerd. Omdat hij al in het leger had gediend, stelden ze dat hij zich niet op gewetensbezwaren kon beroepen. Maar de Raad van State besliste dat iemand die militaire dienst heeft verricht en wiens religieuze geweten later een verandering ondergaat, als gewetensbezwaarde erkend kan worden en toegestaan kan worden om vervangende burgerdienst te doen.
De aanleiding voor de andere zaak was dat Stylianos Ioannidis niet in dienst werd genomen bij een openbare instelling omdat hij als gewetensbezwaarde in de gevangenis had gezeten en daarom niet aan zijn militaire verplichtingen had voldaan. De Raad van State oordeelde echter dat gewetensbezwaarden die hun gevangenisstraf hebben uitgezeten, recht hebben op vrijstelling van militaire dienst. De Raad oordeelde ook dat de kwestie rond hun militaire status dan permanent is afgehandeld en daarom geen belemmering voor hen kan vormen om als ambtenaar aangesteld te worden. Dit is de eerste keer dat de Griekse Raad van State zijn uitspraak baseerde op precies dezelfde aspecten van godsdienstvrijheid als het Europese Hof voor de Rechten van de Mens in een andere zaak had gedaan naar aanleiding van een Getuige van Jehovah die een dienstverband was geweigerd vanwege zijn veroordeling als gewetensbezwaarde.
Eritrea
Onze broeders en zusters in Eritrea worden nog steeds wreed en onrechtvaardig behandeld. De overheid houdt een aantal Getuigen van Jehovah vast in gevangenenkampen, soms onder extreem slechte omstandigheden. In juli 2008 zijn er opnieuw zes broeders gearresteerd, onder wie enkele ouderlingen die in dit land de leiding hadden. Ondanks veel inspanningen en internationale verzoeken om verlichting blijft de regering vastbesloten de aanbidding van de ware God, Jehovah, tegen te staan.
Zuid-Korea
Er wordt vooruitgang geboekt in Zuid-Korea, waar de regering heeft geweigerd het fundamentele recht te erkennen om op grond van gewetensbezwaren militaire dienst te weigeren. De afgelopen vijftig jaar hebben ruim 13.000 broeders een gevangenisstraf uitgezeten, en op dit moment zitten er zo’n vijfhonderd gevangen. Met hun vastberadenheid en hun christelijke gedrag hebben ze in de gevangenis en aan de overheid een uitstekend getuigenis gegeven, waar onze God, Jehovah, beslist blij mee is (1 Petr. 2:20). Tot op dit moment zijn er 488 klachten ingediend bij het VN-Mensenrechtencomité, dat in 2006 bij twee zaken in ons voordeel heeft beslist. Ondertussen hopen de broeders dat de regering het plan zal doorzetten om een wet op te stellen waarmee in een aanvaardbare vorm van vervangende burgerdienst wordt voorzien.
Rwanda
Alle leraren in Rwanda werden in april 2008 verplicht om een seminar bij te wonen, en onder hen bevonden zich veel Getuigen van Jehovah. Er werd geen uitzondering gemaakt voor personen die niet wilden deelnemen aan activiteiten die ingingen tegen hun door de Bijbel gevormde geweten. Het gevolg was dat zo’n 215 Getuigen die weigerden het seminar bij te wonen werden ontslagen, en twee zusters hebben meerdere weken gevangengezeten. Het seminar omvatte politieke en militaire zaken, en de aanwezigen moesten meedoen aan politieke activiteiten en nationalistische ceremoniën. Personen die het seminar probeerden te verlaten werden door het leger tegengehouden. Sinds die tijd zijn 90 kinderen van Jehovah’s Getuigen van school gestuurd omdat ze weigerden het volkslied te zingen of de vlag te groeten. Wij zijn er zeker van dat Jehovah onze broeders en zusters en hun kinderen de kracht zal geven om hem trouw te blijven bij deze nieuwe golf van vervolging.
Spanje
De regering van Spanje heeft haar goedkeuring verleend aan een koninklijk besluit betreffende Jehovah’s Getuigen die in de speciale volletijddienst staan, zoals leden van de Bethelfamilie en reizende opzieners. In de officiële kennisgeving worden speciale volletijddienaren erkend als „geordineerde bedienaren (...) die zich volledig wijden aan zendingswerk of pastoraal werk, aan religieuze educatie of aan andere noodzakelijke activiteiten ter ondersteuning van de doelstelling van het kerkgenootschap”. Dit besluit komt op een moment dat de overheid in andere landen in twijfel trekt of speciale volletijddienaren van Jehovah’s Getuigen echt bedienaren zijn en in aanmerking komen voor de privileges die ook voor bedienaren van andere groeperingen gelden.
HET EUROPESE HOF VOOR DE RECHTEN VAN DE MENS
Jehovah’s Getuigen in Armenië, Azerbeidzjan, Frankrijk, Georgië, Oekraïne, Oostenrijk, Rusland en Turkije hebben in totaal 24 verzoekschriften lopen bij het Europese Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) in Straatsburg. De verzoekschriften hebben betrekking op de fundamentele rechten van burgers die onder de jurisdictie van de Europese Conventie voor de Rechten van de Mens vallen, zoals het recht om op grond van persoonlijke gewetensbezwaren militaire dienst te weigeren. Andere verzoekschriften betreffen vervolging en discriminatie wegens godsdienst, uitschrijving of een verbodenverklaring van een rechtspersoon die door Jehovah’s Getuigen wordt gebruikt om het werk te organiseren, overheidsbemoeienis met het recht om in vrede voor aanbidding samen te komen en het recht van een moeder om haar kind als een Getuige van Jehovah op te voeden.
Oostenrijk
Op 31 juli 2008 werd door het EHRM ten gunste van ons beslist in de zaak Jehovah’s Getuigen tegen Oostenrijk. Het hof besliste dat de Oostenrijkse godsdienstwet het recht van Jehovah’s Getuigen op vrijheid van aanbidding schond door verschillende klassen van godsdiensten te onderscheiden, waardoor een categorie inferieure godsdiensten werd gecreëerd, en als gevolg daarvan een categorie inferieure burgers. Deze uitspraak komt na dertig jaar inspanningen van onze broeders om in Oostenrijk als religieuze organisatie te worden erkend. In de uitspraak van het hof stond: „[Een lange wachttijd] lijkt nauwelijks gerechtvaardigd voor de religieuze groeperingen die internationaal al lang bestaan en die in het land reeds geruime tijd gevestigd en daarom bij de bevoegde autoriteiten bekend zijn, zoals dat bij de Jehovah’s Getuigen het geval is.” De Oostenrijkse regering is nu verplicht de huidige juridische situatie te wijzigen, waardoor onze broeders in Oostenrijk wellicht dezelfde rechten krijgen als grote godsdiensten.
Azerbeidzjan
In november 2007 werd er bij het EHRM een klacht ingediend wegens schending van ons recht op vrijheid van aanbidding door de politie. Hoewel Jehovah’s Getuigen in Azerbeidzjan officieel geregistreerd zijn, is het aantal arrestaties en gevallen van onheuse behandeling van onze broeders alarmerend toegenomen. Grote groepen gewapende politieagenten hebben vreedzame bijeenkomsten van Jehovah’s Getuigen verstoord, waarbij ze lectuur en privébezittingen in beslag hebben genomen, de aanwezigen hebben gearresteerd en vastgehouden en broeders en zusters hebben uitgescholden en gemolesteerd. Omdat de politie-invallen gewoon doorgaan, heeft het hof de urgentie van de situatie onderkend en zal de zaak met spoed behandeld worden. Wij hopen dat onze broeders en zusters binnenkort weer in alle rust kunnen vergaderen zonder bang te hoeven zijn voor invallen van de politie.
Frankrijk
In februari 2005 is bij het EHRM een klacht ingediend over de onbillijke en onrechtmatige belastingaanslag die het Genootschap van Jehovah’s Getuigen in Frankrijk is opgelegd. Wij wachten nog steeds af of het hof deze zaak in behandeling wil nemen. Ondertussen hebben tegenstanders ons geloof in zo’n verkeerd daglicht gesteld dat er het afgelopen jaar wel zeventig gevallen van vandalisme aan Koninkrijkszalen zijn geweest. Desondanks blijven de broeders in Frankrijk hopen dat het hof binnenkort zal beslissen dat de regering op discriminerende wijze heeft gehandeld, wat voor Jehovah’s Getuigen in Frankrijk verlichting zou kunnen betekenen.
Rusland
In december 2001 dienden Jehovah’s Getuigen in Rusland bij het EHRM een klacht in wegens herhaalde criminele en civiele vervolging van de geloofsgemeenschap van Jehovah’s Getuigen. In juni 2004 bekrachtigde de Moskouse rechtbank het vonnis van een lagere rechter om de activiteiten van Jehovah’s Getuigen in Moskou te verbieden en hun rechtspersoon te ontbinden. De meeste broeders en zusters in Moskou slagen er nog steeds in bijeen te komen voor de aanbidding en het goede nieuws van het Koninkrijk te prediken. Maar in Moskou en elders in Rusland zijn talloze incidenten geweest waarbij vergaderingen en congressen van overheidswege werden verstoord en onze broeders en zusters ook op andere manieren onheus werden behandeld. Zo werd in juli een Koninkrijkszaal in Tsjechov, zo’n zestig kilometer ten zuiden van Moskou, door brandstichters in de as gelegd. Hoewel de brandweer er direct bij werd geroepen, berichten ooggetuigen dat de brandweerlieden weinig moeite deden om de brand onder controle te krijgen, en tot dusver heeft de politie geweigerd een onderzoek in te stellen. Ondanks de beproevingen en tegenstand blijven onze broeders en zusters in Rusland getrouw en vertrouwen ze erop dat Jehovah hen zal bijstaan.
Jehovah belooft dat geen enkel wapen dat tegen zijn aanbidders gesmeed wordt, succes zal hebben (Jes. 54:17). Zelfs de meest ongunstige omstandigheden kunnen resulteren in „de vooruitgang van het goede nieuws”. Gods aanbidders zijn daarom vastbesloten ’vast te staan in één geest, één van ziel zijde aan zijde strijdend voor het geloof van het goede nieuws, zonder zich in enig opzicht te laten verschrikken door hun tegenstanders’ (Fil. 1:12, 16, 18, 27, 28). Blijf daarom voor onze broeders en zusters over de hele wereld bidden terwijl ze hun vertrouwen stellen op Jehovah, ’hun vesting en Degene die hun ontkoming verschaft’ (2 Thess. 3:1; Ps. 18:2).
BIJKANTOORINWIJDINGEN
Er heerste op zaterdag 10 november 2007 grote vreugde op het bijkantoor in Zuid-Afrika, toen zo’n vierduizend broeders en zusters bijeenkwamen voor de inwijding van een grotere drukkerij, een eetzaal en een woongebouw.
Bezoekers aan de drukkerij vonden het schitterend om de MAN Roland Lithoman-drukpers te zien, waar tienduizenden bijbels en Bijbelse publicaties op gedrukt worden. In de nieuwe boekbinderij zijn al meer dan een miljoen exemplaren van de Nieuwe-Wereldvertaling gedrukt in zestien Afrikaanse talen. Gasten kregen ook de vergrote verzendafdeling te zien, waar het bijkantoor Bijbelse lectuur in voorraad heeft voor de bijna achtduizend gemeenten in tien landen in zuidelijk Afrika.
Op 7 juni 2008 werd een dependance van het bijkantoor in Nigeria ingewijd in Lagos, 360 kilometer ten zuidwesten van het Bethelcomplex in Igieduma. Het kantoor in Lagos heeft een woongebouw met 24 kamers, een magazijn en een kantoorgebouw. Veel zaken van het bijkantoor worden afgehandeld in Lagos, de economische hoofdstad van het land. De nieuwe dependance biedt huisvesting aan Bethelieten die zendingen in de haven ophalen en inkopen doen voor het bijkantoor, en ook voor anderen die op de luchthaven aankomen of vandaar vertrekken. Het kantoor in Lagos doet tevens dienst als tijdelijke locatie voor de Bedienarenopleidingsschool totdat de uitbreiding van het bijkantoor in Igieduma is afgerond. Jehovah’s zegen rust duidelijk op het predikingswerk in Afrika, zoals dat wereldwijd het geval is.
TOEGERUST OM GODS WIL TE DOEN
Wat zijn we Jehovah dankbaar dat hij ons heeft toegerust „met al het goede om zijn wil te doen, en moge hij door bemiddeling van Jezus Christus datgene in ons verrichten wat welgevallig in zijn ogen is” (Hebr. 13:21). Omdat Jehovah heeft bewezen dat hij degene is die „overvloedig veel meer kan doen dan alles wat wij vragen of waarvan wij ons een denkbeeld kunnen vormen”, zeggen we vanuit het diepst van ons hart: „Aan hem zij de heerlijkheid door middel van de gemeente en door bemiddeling van Christus Jezus tot in alle geslachten, van eeuwigheid tot eeuwigheid” (Ef. 3:20, 21).
[Kader op blz. 25]
Een godsdienst registreren — Waarom en hoe?
Hoe een godsdienst geregistreerd wordt, verschilt per land. Sommige landen, zoals Armenië en Azerbeidzjan, kennen specifieke wetten die een geloofsgemeenschap de mogelijkheid bieden een verzoek tot officiële registratie en erkenning in te dienen. Als het verzoek wordt gehonoreerd, zal de geloofsgemeenschap in dat land worden erkend als een officiële godsdienst. In andere landen zijn er twee soorten registraties. De ene is voorbehouden aan de gevestigde godsdiensten. Deze classificatie heeft veel voordelen, zoals belastingvrijstellingen. De tweede is meestal bedoeld voor kleinere, nieuwere en onconventionele religieuze groeperingen.
Andere landen, zoals Georgië en de VS, hebben geen specifieke wetgeving voor de registratie van godsdiensten. In zulke gevallen voorziet de grondwet in godsdienstvrijheid voor iedereen. Hoewel er geen officiële erkenning van afzonderlijke godsdiensten is, kan een religieuze groepering een verzoek indienen om een rechtspersoon te laten registreren. Als dat gehonoreerd wordt, kan de rechtspersoon gebruikt worden voor hun activiteiten, zoals drukken en uitgeven, en voor het bezitten van onroerend goed.
[Kaart op blz. 21]
(Zie publicatie voor volledig gezette tekst)
OOSTENRIJK
FRANKRIJK
SPANJE
GRIEKENLAND
ERITREA
RWANDA
ARMENIË
AZERBEIDZJAN
RUSLAND
KAZACHSTAN
OEZBEKISTAN
TADZJIKISTAN
ZUID-KOREA
[Illustratie op blz. 11]
De Luosprekende gemeente in Siaya
[Illustratie op blz. 13]
De „Nieuwe-Wereldvertaling” is geheel of gedeeltelijk verkrijgbaar in ruim zeventig talen
[Illustratie op blz. 22]
Konstantinos Kotidis
[Illustratie op blz. 22]
Stylianos Ioannidis
[Illustratie op blz. 29]
Nieuw woongebouw in Lagos (Nigeria)
[Illustratie op blz. 29]
De drukkerij van Zuid-Afrika