De beesten van de Apocalyps — Wat betekenen ze?
OP ZATERDAG 15 juni 1985 baadden de gebouwen van de Verenigde Naties in New York in de stralende namiddagzon. Zoals gewoonlijk kwam een grote stroom bezoekers het indrukwekkende complex bezichtigen, en velen konden hun bewondering voor alles wat zij zagen niet verbergen.
Tot dusver lijken de Verenigde Naties er echter nog heel ver van verwijderd de natiën te verenigen. Zoals een officiële gids die middag zei: „Sinds de Tweede Wereldoorlog zijn er 150 oorlogen gevoerd, met meer dan twintig miljoen doden. Er is nog steeds geen wereldregering. [De VN] komt er vermoedelijk het dichtst bij.” Is een wereldregering dan een ongrijpbare droom? U kunt het geloven of niet, maar het antwoord is te vinden door de beesten van de Apocalyps te onderzoeken.
Sommige bijbelcommentators zien geen profetische betekenis in de beesten van het boek Openbaring. Zij passen ze veeleer toe op gebeurtenissen die nog tijdens het leven van de apostel Johannes plaatsvonden. The Catholic Encyclopedia zegt bijvoorbeeld in de bespreking over de beesten van de Apocalyps: „Apocalyptische schrijvers hadden de gewoonte . . . hun visioenen in een profetische vorm te gieten en het te doen voorkomen alsof ze op een eerder tijdstip waren opgetekend.”
Maar de apostel Johannes verklaarde: „Door inspiratie geraakte ik in de dag des Heren” (Openbaring 1:10). Ja, het boek Openbaring concentreert zich niet op voorbije historie maar op een toekomstige „dag” waarop de Heer Jezus Christus vanuit de hemel zou beginnen te regeren. Volgens Openbaring hoofdstuk 6 zou „de dag des Heren” gekenmerkt worden door wereldoorlogen, wijdverbreide voedseltekorten en dodelijke ziekten. De gebeurtenissen op aarde waarvan men in deze twintigste eeuw getuige is geweest, vormen het overtuigende bewijs dat wij sedert 1914 in „de dag des Heren” leven. — Openbaring 6:1-8.a
In dat historische jaar begon Jezus Christus met zijn Koninkrijksheerschappij (Openbaring 11:15, 18). De beesten van de Apocalyps moeten daarom na die datum op de voorgrond treden. In werkelijkheid beelden deze beesten vijanden van God af die de mensen beletten naar Gods koninkrijk op te zien als de enige regeling die aan ’s mensen verlangen naar vrede zal voldoen. Tot deze vijanden behoren een draak en drie wilde beesten. Laten wij ze in volgorde van hun optreden beschouwen.
De grote draak
„Zie!” riep Johannes uit, „een grote vuriggekleurde draak, met zeven koppen en tien horens.” Wat beeldt deze grote draak af? Johannes zelf verklaart dat het beest niemand anders dan Satan de Duivel voorstelt. Volgens Johannes’ visioen verzette deze draak zich fel tegen de geboorte van Gods hemelse koninkrijk in 1914. Met welk gevolg? „Neergeslingerd werd daarom de grote draak, de oorspronkelijke slang, die Duivel en Satan wordt genoemd, die de gehele bewoonde aarde misleidt; neergeslingerd werd hij naar de aarde, en zijn engelen werden met hem neergeslingerd.” — Openbaring 12:3, 7-9.
Johannes toont aan dat dit een vreselijke uitwerking op de mensheid zou hebben. „Wee de aarde en de zee, want de Duivel is tot u neergedaald, en hij heeft grote toorn, daar hij weet dat hij slechts een korte tijdsperiode heeft” (Openbaring 12:12). Hoewel Satan in zijn vrijheid beperkt is tot de omgeving van de aarde, is hij er nog steeds op uit Gods opgerichte koninkrijk te dwarsbomen. Hij doet dit door de mensheid te misleiden, waartoe hij drie wilde beesten gebruikt. Let eens op de beschrijving die Johannes van het eerste van deze beesten geeft.
Het beest uit de zee
„Ik zag een wild beest uit de zee opstijgen, met tien horens en zeven koppen . . . Het wilde beest nu dat ik zag, geleek op een luipaard, maar zijn poten waren als die van een beer en zijn muil was als een leeuwemuil. En de draak gaf het beest zijn kracht en zijn troon en grote autoriteit.” — Openbaring 13:1, 2.
Wat beeldt dit monsterlijke dier af? Johannes verschaft onder inspiratie een belangrijke sleutel: „Hem werd autoriteit gegeven over elke stam en elk volk en elke taal en natie” (Openbaring 13:7). Wat oefent autoriteit uit over ieder mens die op aarde leeft? Slechts één ding: het wereldomvattende stelsel van politieke heerschappij. Ontvangt dit stelsel zijn autoriteit werkelijk van „de draak”, Satan? De bijbel antwoordt bevestigend. De apostel Johannes zei bijvoorbeeld: „De gehele wereld ligt in de macht van de goddeloze.” Geen wonder dat Satan, toen hij Jezus in de wildernis verzocht, hem autoriteit aanbood over „alle koninkrijken der bewoonde aarde” en beweerde: „Deze autoriteit . . . is mij overgegeven.” — 1 Johannes 5:19; Lukas 4:5, 6.
Maar wat wordt door die zeven koppen afgebeeld? Johannes kreeg een ander monsterlijk beest te zien, dat vrijwel het spiegelbeeld van dit beest was. Het had ook zeven koppen. Er werd uitgelegd dat de koppen van het beeld „zeven koningen” of wereldmachten voorstelden, waarvan er ’vijf waren gevallen, één was er, de andere was nog niet gekomen’ (Openbaring 17:9, 10). In de bijbelse geschiedenis waren er vóór de tijd van Johannes vijf wereldmachten opgestaan: Egypte, Assyrië, Babylon, Medo-Perzië en Griekenland. Rome, de zesde, was nog aan de macht toen Johannes leefde.
Wat was de zevende kop? Aangezien het visioen te maken had met „de dag des Heren”, moet hij betrekking hebben op de wereldmacht die gedurende deze laatste dagen sedert 1914 de machtspositie van het Romeinse Rijk inneemt. De geschiedenis onthult dat dit een dualistische wereldmacht is, bestaande uit Groot-Brittannië en de Verenigde Staten van Amerika. Vóór 1914 had Groot-Brittannië het grootste imperium opgebouwd dat de wereld ooit had gekend. Gedurende de negentiende eeuw had het tevens hechte diplomatieke en handelsbetrekkingen met de Verenigde Staten aangeknoopt. Deze twee landen streden tijdens de Eerste en Tweede Wereldoorlog zij aan zij, en hun speciale relatie is tot op de huidige dag blijven bestaan. In 1982 sprak president Reagan van de Verenigde Staten tot het Britse parlement over „de opmerkelijke vriendschap tussen onze beide landen”. Nog korter geleden, in februari 1985, sprak de Britse premier de beide huizen van het Amerikaanse Congres toe en zei: „Mogen onze twee aan elkaar verwante natiën gezamenlijk voorwaarts gaan . . . vastberaden, in hetzelfde geloof . . . op weg naar het derde millennium van de christelijke jaartelling.”
Wegens de grote invloed die de Anglo-Amerikaanse dualistische wereldmacht op de wereldaangelegenheden heeft, wordt ze in het boek Openbaring afzonderlijk afgebeeld. Hoe? Door het tweede beest van de Apocalyps.
Het beest uit het land
„En ik zag een ander wild beest”, zo schrijft Johannes, „uit de aarde opstijgen, en het had twee horens, gelijk een lam, maar het ging spreken als een draak.” Door te beweren christelijk en niet-agressief te zijn, meet de Anglo-Amerikaanse wereldmacht zich het uiterlijk aan van een lam. Maar in werkelijkheid heeft ze gehandeld als een draak. Hoe? Door veel natiën te koloniseren en hebzuchtig de hulpbronnen van de aarde uit te buiten. Ook „bewerkt [ze] dat de aarde en zij die daarop wonen, het eerste wilde beest aanbidden, dat van zijn dodelijke slag genezen was . . . terwijl [ze] tot hen die op de aarde wonen, zegt dat zij een beeld moeten maken voor het wilde beest” (Openbaring 13:3, 11-15). Hoe is dit in vervulling gegaan?
Satans wereldomvattende politieke stelsel liep tijdens de eerste wereldoorlog een „dodelijke slag” op. Om herhaling van zo iets te voorkomen, bevorderden Groot-Brittannië en Amerika de ’aanbidding’ van het politieke stelsel. Ze deden dit door de natiën ertoe te bewegen ’een beeld te maken voor het wilde beest’. Hoe ging dit in zijn werk?
Tegen het einde van de eerste wereldoorlog begon president Wilson van de Verenigde Staten een kruistocht ten gunste van de pas voorgestelde Volkenbond. Met dat doel sprak hij tot de afgevaardigden op de Parijse Vredesconferentie in 1919: „Vertegenwoordigers van de Verenigde Staten steunen dit grootse plan voor een Volkenbond. Wij beschouwen het als de hoeksteen van het hele programma waarin ons oogmerk . . . in deze oorlog . . . tot uitdrukking is gebracht. Kortom, wij zijn hier om ervoor te zorgen dat de fundamenten van deze oorlog worden weggeslagen.”
Na de toespraak van president Wilson was het woord aan niemand minder dan de Britse premier, Lloyd George: „Ik ben opgestaan om deze resolutie te steunen. Na de nobele toespraak van de president der Verenigde Staten meen ik dat er geen kanttekeningen nodig zijn om deze resolutie bij de Conferentie aan te bevelen, en ik . . . verklaar dat het volk van het Britse Rijk nadrukkelijk achter dit voorstel staat.”
Later dat jaar, tijdens een bijeenkomst in Londen ter ondersteuning van de ratificatie van de Volkenbond, werd een brief van de koning van Groot-Brittannië voorgelezen: „Wij hebben de oorlog gewonnen. Dat is een grootse prestatie. Maar het is niet voldoende. Wij hebben gestreden om een blijvende vrede te bewerkstelligen, en het is onze opperste plicht alle maatregelen te treffen om die te verzekeren. Daartoe is niets van groter belang dan een sterke en duurzame Volkenbond. . . . Ik beveel deze zaak bij alle ingezetenen van het Rijk aan, opdat met de hulp van alle andere mensen van goede wil een steunpilaar en een onfeilbare bescherming van de vrede, tot heerlijkheid van God, . . . tot stand moge komen.”
Op 16 januari 1920 werd de Volkenbond opgericht, met een ledental van 42 landen. In 1934 telde de bond 58 landen. Het tweehoornige beest uit het land was erin geslaagd de wereld ertoe te bewegen ’een beeld te maken voor het wilde beest’. Dit beeld of deze voorstelling van Satans wereldomvattende politieke stelsel wordt afgebeeld door het laatste beest van de Apocalyps.
Het scharlakengekleurde beest
Hier volgt Johannes’ beschrijving van dit laatste beest: „Een scharlakengekleurd wild beest . . ., dat vol was van lasterlijke namen en dat zeven koppen en tien horens had.” Over dit beest werd tot Johannes gezegd: „Het wilde beest dat gij gezien hebt, was, maar is niet, en toch staat het op het punt uit de afgrond op te stijgen, en het zal de vernietiging tegemoet gaan. . . . Het . . . is ook zelf een achtste koning” (Openbaring 17:3, 8, 11). In overeenstemming met deze beschrijving heeft de Volkenbond geprobeerd als een wereldmacht op het wereldtoneel op te treden. Hij slaagde er echter niet in de Tweede Wereldoorlog, die in 1939 uitbrak, te voorkomen. Het beest verdween als het ware in de afgrond.
Gedurende de Tweede Wereldoorlog heeft de Anglo-Amerikaanse wereldmacht er hard aan gewerkt die internationale organisatie te doen herleven. In 1941 voerde de eerste minister van Groot-Brittannië, Winston Churchill, geheime besprekingen met president Franklin Roosevelt van de Verenigde Staten aan boord van een schip op de Atlantische Oceaan. Zij legden een gemeenschappelijke verklaring af omtrent „hun hoop op een betere toekomst voor de wereld” en „de oprichting van een breder en permanent stelsel om de algemene veiligheid te verzekeren”. Het volgende jaar onderschreven in Washington, D.C., 26 natiën dit Anglo-Amerikaanse voorstel in wat de „Verklaring van Verenigde Naties” werd genoemd. Dit leidde tot de oprichting van de organisatie der Verenigde Naties op 24 oktober 1945. Het scharlakengekleurde beest was uit de afgrond opgestegen onder een nieuwe naam. Thans zijn er 159 natiën aangesloten bij deze organisatie, die, naar ze hopen, het thans bestaande stelsel van menselijke politieke heerschappij zal bestendigen.
Dit alles houdt echter geen rekening met het Messiaanse koninkrijk van God, dat in 1914 in de hemel is opgericht. Ieder mens op aarde moet kiezen tussen heerschappij van God en heerschappij van mensen. Weldra zal het scharlakengekleurde beest te zamen met alle menselijke regeringen strijd moeten leveren tegen Gods op de troon geplaatste Koning, Jezus Christus. Met welk resultaat? „Het Lam [Jezus Christus] zal hen overwinnen, omdat hij Heer der heren en Koning der koningen is.” Ja, het scharlakengekleurde beest zal te zamen met het hele stelsel van menselijke regeringen ’de vernietiging tegemoet gaan’. — Openbaring 17:11, 14; zie ook Daniël 2:44.
Wat een zegen zal het dan zijn zich niet te hebben laten misleiden door de draak en zijn drie beesten! Zij die hebben bewezen dat zij loyale onderdanen van Gods koninkrijk zijn, zullen de strijd overleven en deel gaan uitmaken van „een nieuwe aarde”. God „zal elke traan uit hun ogen wegwissen, en de dood zal niet meer zijn, noch rouw, noch geschreeuw, noch pijn zal er meer zijn. De vroegere dingen zijn voorbijgegaan” (2 Petrus 3:13; Openbaring 21:3, 4). Onderwerp u daarom aan Gods koninkrijk, de enige effectieve wereldregering. Dan zult ook u ervoor in aanmerking komen deze eeuwigdurende zegeningen te genieten.
[Voetnoten]
a Dit punt is uitvoeriger behandeld in de uitgaven van 1 januari en 15 januari van De Wachttoren.