JEHOVAH-NISSI
(Jeho̱vah-Ni̱ssi).
De naam van het gedenkaltaar dat Mozes oprichtte nadat de Israëlieten met succes tegen de Amalekieten te Rafidim hadden gestreden. — Ex 17:8, 13-16.
De naam betekent „Jehovah is mijn signaalmast”, waarbij nis·siʹ wordt afgeleid van nes (signaalmast). De vertalers van de Griekse Septuaginta dachten dat nis·siʹ was afgeleid van noes (vluchten; een toevlucht zoeken), waardoor het „Jehovah is mijn toevlucht” zou betekenen, terwijl het in de Latijnse Vulgaat als een afleiding van na·sasʹ (hijsen; opheffen) werd opgevat, waardoor het „Jehovah is mijn verheffing” zou betekenen. — Ex 17:15, vtn.