-
Hij vond troost bij zijn GodDe Wachttoren 2011 | 1 juli
-
-
Hoe reageerde Jehovah op Elia’s angst en bezorgdheid? De engel vroeg Elia in de opening van de grot te gaan staan. Dat deed hij, zonder te weten wat er ging gebeuren. Ineens kwam er een sterke wind opzetten! Dat moet een oorverdovend lawaai gegeven hebben, want het waaide zo hard dat bergen werden verscheurd en rotsen verbrijzeld. We kunnen ons voorstellen dat Elia zijn ogen probeerde te beschermen en tegelijk zijn grove haren mantel vasthield waar de wind aan rukte. Daarna moest hij zijn best doen om overeind te blijven, want de grond onder zijn voeten begon te bewegen: een aardbeving! Daar was hij nog maar net van bekomen toen er een groot vuur voorbijkwam, dat hem dwong een paar stappen achteruit te doen, de grot in (1 Koningen 19:11, 12).
In alle drie de gevallen zegt het verslag dat Jehovah niet in deze spectaculaire demonstraties van natuurkracht te vinden was. Elia wist dat Jehovah niet de een of andere mythische natuurgod was zoals Baäl, die door zijn misleide aanbidders geprezen werd als de Wolkenberijder, of brenger van regens. Jehovah is de echte Bron van alle enorme krachten in de natuur, maar hij is ook veel groter dan alles wat hij gemaakt heeft. Zelfs de stoffelijke hemel kan hem niet bevatten! (1 Koningen 8:27) Maar hoe werd Elia hierdoor geholpen? Denk eens aan zijn angst. Met een God als Jehovah aan zijn kant, die al die enorme krachten kan gebruiken, hoefde Elia echt niet bang te zijn voor Achab en Izebel! — Psalm 118:6.
Toen het vuur weg was, werd het stil en hoorde Elia „een rustige, zachte stem”b. Die vroeg hem opnieuw zich te uiten, en dat deed Elia: hij vertelde voor de tweede keer waar hij mee zat. Misschien luchtte dat hem verder op. Maar ongetwijfeld vond Elia meer troost in wat de „rustige, zachte stem” daarna zei. Jehovah verzekerde hem dat hij helemaal niet nutteloos was. Waarom niet? God vertelde hem dat hij in de oorlog tegen de Baälaanbidding nog van alles ging doen. Elia’s werk was duidelijk niet voor niets geweest, want wat God van plan was, kon niemand tegenhouden. En Elia speelde daar nog steeds een rol in, want Jehovah gaf hem specifieke instructies; hij moest weer aan het werk (1 Koningen 19:12-17).
-
-
Hij vond troost bij zijn GodDe Wachttoren 2011 | 1 juli
-
-
b Deze „rustige, zachte stem” kan van dezelfde engel geweest zijn die gebruikt werd om „Jehovah’s woord” over te brengen dat in 1 Koningen 19:9 wordt genoemd. In vers 15 wordt deze engel als „Jehovah” aangeduid. Dat kan ons doen denken aan de engel van wie Jehovah zich bediende om Israël te leiden in de woestijn, en over wie hij zei: ’Mijn naam is in hem’ (Exodus 23:21). We kunnen hier natuurlijk niet dogmatisch over zijn, maar het is wel opmerkelijk dat Jezus voordat hij naar de aarde kwam, als „het Woord” optrad: Jehovah’s speciale Woordvoerder voor zijn aanbidders (Johannes 1:1).
-