Veelgestelde vragen
Heeft God een begin gehad?
▪ Volgens de Bijbel heeft God geen begin gehad. God heeft altijd bestaan. Hoe moeilijk dat begrip, Gods eeuwigheid, ook te bevatten is, we kunnen het denkbeeld niet zomaar wegwuiven omdat we het niet helemaal kunnen begrijpen.
Is het redelijk te verwachten dat we al Gods wegen begrijpen? De apostel Paulus verklaarde: „O de diepte van Gods rijkdom en wijsheid en kennis! Hoe ondoorgrondelijk zijn zijn oordelen en hoe onnaspeurlijk zijn wegen!” (Romeinen 11:33) Ons verstand kan de diepte van Gods wijsheid en kennis net zomin volledig bevatten als een baby alles wat een ouder doet, kan begrijpen. Hoewel die geïnspireerde woorden van Paulus in eerste instantie over het unieke van Gods wijsheid en barmhartigheid gaan, kunnen we eruit concluderen dat er aspecten van Jehovah God en zijn doen en laten zijn die voor ons verstand onmogelijk te doorgronden zijn. Het begrip dat God geen begin heeft gehad, is er kennelijk een van. Toch kunnen we het volste vertrouwen hebben in wat de Bijbel over God leert. Jezus Christus zei over de heilige geschriften: „Uw woord is waarheid” (Johannes 17:17).
Mozes zei in gebed tot Jehovah: „Gij zijt er altijd geweest, en gij zult er altijd zijn” (Psalm 90:2, The Holy Bible, New Century Version). Hier beschrijft Mozes Gods bestaan als zich uitstrekkend in twee richtingen. De ene betreft de toekomst. Jehovah is „Degene die tot in alle eeuwigheid leeft” (Openbaring 4:10). Gods bestaan strekt zich dus uit tot in de eeuwige toekomst. De andere betreft het verleden. Met andere woorden, God is nooit geschapen en ook nooit tot bestaan gekomen. In plaats daarvan gaat Gods bestaan terug tot in het oneindige verleden.
Abstracte begrippen zijn voor de meesten van ons moeilijk te begrijpen. Toch hebben we soms met moeilijke begrippen te maken, zoals positieve en negatieve getallen. Getallen tellen kan eindeloos doorgaan, zowel naar boven als naar beneden. Zouden we dat voorbeeld niet kunnen toepassen op de jaren in het leven van de Schepper?
Het is daarom passend dat alleen God de unieke titel „Koning der eeuwigheid” draagt (1 Timotheüs 1:17). Bedenk dat Jezus Christus, de myriaden engelen in de hemel en de mensheid op aarde allemaal een begin hebben gehad omdat ze geschapen zijn (Kolossenzen 1:15, 16). Dat geldt niet voor God. Blijven we erbij dat God geschapen moet zijn, dan verzeilen we in een zinloze cirkelredenering over wie de Schepper heeft geschapen. Nee, alleen Jehovah bestaat „van eeuwigheid tot eeuwigheid” (Psalm 90:2, De Nieuwe Bijbelvertaling). Met andere woorden, Jehovah bestond „vóór alle tijd” (Judas 25, vtn.).
Houd echter wel in gedachte dat Gods eeuwige bestaan niet louter een nuchter feit is. Een nadere beschouwing van Mozes’ gebed onthult dat Gods eeuwigheid een liefdevolle belofte van eeuwig leven voor ons zeker stelt. In contrast met de vluchtigheid van ons huidige leven wordt God beschreven als „een echte woning voor ons (...) gedurende geslacht na geslacht”. Als liefdevolle Vader was, is en zal Jehovah er altijd zijn voor zijn volk. Laat die schitterende waarheid een bron van troost voor u zijn! — Psalm 90:1.