„Hij zal tot u naderen”
’God is niet ver van een ieder van ons.’ — HANDELINGEN 17:27.
1, 2. (a) Welke vraag zouden we omtrent de Schepper kunnen stellen wanneer we naar de sterrenhemel kijken? (b) Hoe verzekert de bijbel ons dat mensen lang niet onbetekenend zijn in Jehovah’s ogen?
HEBT u op een heldere avond ooit naar de sterrenhemel gekeken en was u met bewondering vervuld? Alleen al het aantal sterren en de uitgestrektheid van het heelal boezemen ontzag in. In dit immense universum is de aarde slechts een stipje. Betekent dit dat de Schepper, ’de Allerhoogste over heel de aarde’, te verheven is om zich om mensen te bekommeren of te ver weg en ondoorgrondelijk om door hen gekend te worden? — Psalm 83:18.
2 De bijbel verzekert ons dat mensen lang niet onbetekenend zijn in Jehovah’s ogen. In feite moedigt Gods Woord ons aan hem te zoeken door te zeggen: ’Hij is niet ver van een ieder van ons’ (Handelingen 17:27; 1 Kronieken 28:9). Ja, als we stappen ondernemen om dicht tot God te naderen, zal hij op onze pogingen reageren. Hoe dan wel? De woorden van onze jaartekst voor 2003 geven het volgende hartverwarmende antwoord: „Hij zal tot u naderen” (Jakobus 4:8). Laten we enkele van de wonderbare zegeningen bespreken die Jehovah uitstort op degenen die dicht tot hem naderen.
Een persoonlijk geschenk van Jehovah
3. Welk geschenk geeft Jehovah aan degenen die dicht tot hem naderen?
3 Ten eerste hebben Jehovah’s dienstknechten een kostbaar geschenk dat hij aan zijn volk heeft voorbehouden. Alle macht, rijkdom en opleiding die dit samenstel te bieden heeft, zullen iemand niet verzekeren van dit geschenk. Het is een persoonlijk geschenk dat Jehovah alleen geeft aan degenen die dicht tot hem naderen. Wat voor een geschenk is dat? Gods Woord antwoordt: „Indien gij . . . om het onderscheidingsvermogen zelf uw stem verheft, indien gij ernaar blijft zoeken als naar zilver, en gij er als naar verborgen schatten naar blijft speuren, in dat geval zult gij de vrees voor Jehovah begrijpen, en de kennis van God zult gij vinden. Want Jehovah zelf geeft wijsheid” (Spreuken 2:3-6). Stel u eens voor: onvolmaakte mensen die in staat zijn „de kennis van God” te vinden! Dat geschenk — de kennis die in Gods Woord staat — wordt vergeleken met „verborgen schatten”. Waarom?
4, 5. Waarom kan „de kennis van God” vergeleken worden met „verborgen schatten”? Illustreer dit.
4 In de eerste plaats heeft de kennis van God grote waarde. Een van de kostbaarste zegeningen ervan is het vooruitzicht op eeuwig leven (Johannes 17:3). Maar die kennis zorgt zelfs nu voor een verrijking van ons leven. Zo zijn we als gevolg van onze zorgvuldige studie van Gods Woord de antwoorden te weten gekomen op belangrijke vragen als: Wat is Gods naam? (Psalm 83:18) Wat is de ware toestand van de doden? (Prediker 9:5, 10) Wat is Gods voornemen met de aarde en de mensheid? (Jesaja 45:18) Ook zijn we te weten gekomen dat het toepassen van de wijze raad uit de bijbel de beste levenswijze tot resultaat heeft (Jesaja 30:20, 21; 48:17, 18). Bijgevolg hebben we gezonde leiding waardoor we geholpen worden opgewassen te zijn tegen de zorgen des levens en een handelwijze te volgen die bijdraagt tot waar geluk en werkelijke voldoening. Bovenal heeft onze studie van Gods Woord ons in staat gesteld Jehovah’s schitterende eigenschappen te leren kennen en dicht tot hem te naderen. Wat zou waardevoller kunnen zijn dan een hechte band met Jehovah gebaseerd op „de kennis van God”?
5 Er is nog een reden waarom de kennis van God vergeleken kan worden met „verborgen schatten”. Net als veel schatten is ze betrekkelijk zeldzaam in deze wereld. Van de zes miljard aardbewoners hebben ongeveer zes miljoen aanbidders van Jehovah, of ongeveer 1 op de 1000, „de kennis van God” gevonden. Beschouw om te illustreren wat een zeldzaam voorrecht het is de waarheid uit Gods Woord te kennen, slechts één bijbelse vraag: wat gebeurt er met mensen bij hun dood? We weten uit de Schrift dat de ziel sterft en dat de doden zich van niets bewust zijn (Ezechiël 18:4). Toch wordt de verkeerde geloofsopvatting dat na de dood iets in een persoon blijft leven door de meeste religies van de wereld aanvaard. Ze vormt een integrerend deel van de religies van de christenheid. Ze wordt ook onderwezen in het boeddhisme, het hindoeïsme, de islam, het jainisme, het judaïsme, het shintoïsme, de sikh-religie en het taoïsme. Sta hier eens bij stil — miljarden mensen worden misleid door deze ene valse leerstelling!
6, 7. (a) Wie alleen kunnen „de kennis van God” vinden? (b) Uit welk voorbeeld blijkt dat Jehovah ons gezegend heeft met inzicht dat veel „wijzen en intellectuelen” ontgaat?
6 Waarom hebben niet meer mensen „de kennis van God” gevonden? Omdat men zonder Zijn hulp de betekenis van Gods Woord niet volledig kan vatten. Bedenk dat deze kennis een geschenk is. Jehovah geeft deze kennis alleen aan degenen die de bereidheid bezitten zijn Woord eerlijk en nederig te onderzoeken. Zulke personen hoeven geen „wijzen naar het vlees” te zijn (1 Korinthiërs 1:26). Velen onder hen kunnen volgens de maatstaven van de wereld zelfs als ’ongeletterd en gewoon’ worden beschouwd (Handelingen 4:13). Maar dat maakt niets uit. Jehovah beloont ons met „de kennis van God” wegens hoedanigheden die hij in ons hart aantreft.
7 Beschouw eens een voorbeeld. Veel geleerden in de christenheid hebben uitgebreide commentaren op de bijbel uitgegeven. Zulke naslagwerken geven misschien een uiteenzetting van de historische achtergrond, de betekenis van Hebreeuwse en Griekse woorden, en nog meer. Hebben zulke geleerden met al hun geleerdheid werkelijk „de kennis van God” gevonden? Welnu, begrijpen ze duidelijk wat het thema van de bijbel is — de rechtvaardiging van Jehovah’s soevereiniteit door middel van zijn hemelse koninkrijk? Weten ze dat Jehovah God geen deel uitmaakt van een Drie-eenheid? Maar wij hebben wel een nauwkeurig begrip van zulke zaken. Waarom? Jehovah heeft ons gezegend met inzicht in geestelijke waarheden dat veel „wijzen en intellectuelen” ontgaat (Mattheüs 11:25). Hoe beloont Jehovah degenen die dicht tot hem naderen!
„Jehovah behoedt allen die hem liefhebben”
8, 9. (a) Hoe beschreef David nog een zegen voor degenen die dicht tot Jehovah naderen? (b) Waarom hebben ware christenen Gods bescherming nodig?
8 Degenen die dicht tot Jehovah naderen, verheugen zich in nog een zegen — Zijn bescherming. De psalmist David, die niet onbekend was met tegenspoed, schreef: „Jehovah is nabij allen die hem aanroepen, allen die hem aanroepen in waarachtigheid. Aan de begeerte van hen die hem vrezen, zal hij voldoen, en hun hulpgeschreeuw zal hij horen, en hij zal hen redden. Jehovah behoedt allen die hem liefhebben” (Psalm 145:18-20). Ja, Jehovah is nabij degenen die hem liefhebben en kan daarom snel reageren op hun hulpgeroep.
9 Waarom hebben we Gods bescherming nodig? Behalve dat ware christenen de gevolgen voelen van het leven in deze ’kritieke tijden, die moeilijk zijn door te komen’, zijn ze het speciale doelwit van Jehovah’s voornaamste Tegenstander, Satan de Duivel (2 Timotheüs 3:1). Die sluwe vijand is vastbesloten ons „te verslinden” (1 Petrus 5:8). We worden door Satan vervolgd, onder druk gezet en in verzoeking gebracht. Hij zoekt ook naar geestes- en hartentoestanden die hij kan uitbuiten. Hij heeft een doel voor ogen: ons geloof verzwakken en ons geestelijk te gronde richten (Openbaring 12:12, 17). Is het, aangezien we met zo’n machtige vijand te kampen hebben, niet geruststellend te weten dat ’Jehovah allen die hem liefhebben, behoedt’?
10. (a) Hoe beschermt Jehovah zijn dienstknechten? (b) Wat is de belangrijkste soort bescherming, en waarom?
10 Maar hoe beschermt Jehovah zijn dienstknechten? Zijn belofte van bescherming is geen garantie voor een probleemloos leven in dit samenstel; ook betekent het niet dat hij verplicht is wonderen voor ons te doen. Niettemin geeft Jehovah fysieke bescherming aan zijn dienstknechten als groep. Per slot van rekening zou hij nooit toestaan dat de Duivel ware aanbidders van de aarde wegvaagt! (2 Petrus 2:9) Bovenal beschermt Jehovah ons in geestelijk opzicht. Jehovah rust ons toe met datgene wat we nodig hebben om beproevingen te verduren en onze verhouding met hem te behoeden. Op de lange duur is geestelijke bescherming de belangrijkste soort bescherming. Waarom? Zolang we onze band met Jehovah hebben, kan niets — zelfs niet de dood — ons blijvende schade berokkenen. — Mattheüs 10:28.
11. Welke voorzieningen heeft Jehovah getroffen om zijn dienstknechten geestelijk te beschermen?
11 Jehovah heeft overvloedige voorzieningen getroffen om degenen die dicht tot hem naderen geestelijk te beschermen. Door middel van zijn Woord, de bijbel, verleent hij ons wijsheid om het hoofd te bieden aan velerlei beproevingen (Jakobus 1:2-5). De praktische raad uit de bijbel toepassen is op zich al een bescherming. Bovendien geeft Jehovah ’heilige geest aan wie hem erom vragen’ (Lukas 11:13). Die geest is de sterkste kracht in het universum en dus kan hij ons beslist toerusten om het hoofd te bieden aan elke beproeving of verleiding die zich in ons leven kan voordoen. Door bemiddeling van Christus voorziet Jehovah in „gaven in mensen” (Efeziërs 4:8). Deze geestelijk bekwame mannen spannen zich in om Jehovah’s eigen diepe mededogen te weerspiegelen wanneer ze medeaanbidders bijstaan. — Jakobus 5:14, 15.
12, 13. (a) Door welke middelen verschaft Jehovah ons geestelijk voedsel te rechter tijd? (b) Hoe denkt u over Jehovah’s voorzieningen voor ons geestelijke welzijn?
12 Jehovah verschaft nog iets om ons te beschermen: geestelijk voedsel te rechter tijd (Mattheüs 24:45). Door middel van gedrukte publicaties, zoals de tijdschriften De Wachttoren en Ontwaakt!, en ook via de vergaderingen en grotere bijeenkomsten, geeft Jehovah ons wat we nodig hebben op de tijd dat we het nodig hebben. Kunt u zich nog herinneren dat u bij een zekere gelegenheid iets op een christelijke vergadering of op een grotere bijeenkomst hoorde dat uw hart raakte en u sterkte of vertroostte? Hebt u ooit een artikel in een van de bovengenoemde tijdschriften gelezen en gedacht dat het speciaal voor u was geschreven?
13 Een van Satans doeltreffendste wapens is ontmoediging, en we zijn niet immuun voor de gevolgen ervan. Hij weet heel goed dat langdurige moedeloosheid ons van onze kracht kan beroven, ons zelfs kwetsbaar kan maken (Spreuken 24:10). Omdat Satan munt probeert te slaan uit negatieve gevoelens, hebben we hulp nodig. De tijdschriften De Wachttoren en Ontwaakt! hebben nu en dan artikelen gepubliceerd die ons helpen ontmoediging te bestrijden. Betreffende een zo’n artikel schreef een zuster: „Ik lees het artikel bijna elke dag en nog steeds springen me de tranen in de ogen. Ik heb het naast mijn bed liggen, zodat ik het elke keer dat ik me ontmoedigd voel, kan pakken. Door artikelen als deze kan ik gewoon Jehovah’s beschermende armen om me heen voelen.”a Zijn we Jehovah niet dankbaar dat hij ons geestelijk voedsel te rechter tijd verschaft? Bedenk dat zijn voorzieningen voor ons geestelijke welzijn het bewijs vormen dat hij dicht bij ons is en ons onder zijn beschermende zorg heeft geplaatst.
Toegang tot de „Hoorder van het gebed”
14, 15. (a) Welke persoonlijke zegen schenkt Jehovah aan degenen die dicht tot hem naderen? (b) Waarom is het een bijzonder voorrecht om door middel van het gebed vrije toegang tot Jehovah te hebben?
14 Is het u ooit opgevallen dat als mensen macht en autoriteit krijgen, ze vaak voor hun ondergeschikten minder gemakkelijk te benaderen worden? Maar wat valt er te zeggen over Jehovah God? Is hij te ver weg om belangstelling te hebben voor de woorden die louter mensen tot hem spreken? Integendeel! De gave van het gebed is nog een zegen die Jehovah schenkt aan degenen die dicht tot hem naderen. Het is een heel bijzonder voorrecht om vrije toegang tot de „Hoorder van het gebed” te hebben (Psalm 65:2). Waarom?
15 Bij wijze van illustratie: De directeur van een grote onderneming draagt veel verantwoordelijkheden. Hij beslist welke zaken hij persoonlijk zal afhandelen en welke hij aan anderen zal delegeren. Insgelijks heeft de Soevereine Heerser van het universum de keuzemogelijkheid te bepalen welke zaken hij in eigen hand zal houden en welke hij zal delegeren. Beschouw eens wat Jehovah allemaal aan zijn geliefde Zoon, Jezus, heeft gedelegeerd. Aan de Zoon is „macht gegeven om te oordelen” (Johannes 5:27). De engelen zijn „aan hem onderworpen” (1 Petrus 3:22). Jehovah’s machtige heilige geest is Jezus ter beschikking gesteld om hem te helpen zijn discipelen op aarde te leiden (Johannes 15:26; 16:7). Jezus kon daarom zeggen: „Alle autoriteit in de hemel en op aarde is mij gegeven” (Mattheüs 28:18). Toch heeft God het verkozen zich persoonlijk met onze gebeden bezig te houden. Daarom geeft de bijbel ons instructies om onze gebeden alleen tot Jehovah te richten en dat in de naam van Jezus te doen. — Psalm 69:13; Johannes 14:6, 13.
16. Waarom kunnen we erop vertrouwen dat Jehovah werkelijk naar onze gebeden luistert?
16 Luistert Jehovah werkelijk naar onze gebeden? Als hij onverschillig of ongeïnteresseerd zou zijn, zou hij er nooit bij ons op aandringen ’aan te houden in het gebed’ of onze lasten of zorgen op hem te werpen (Romeinen 12:12; Psalm 55:22; 1 Petrus 5:7). Getrouwe dienstknechten in bijbelse tijden hadden het volste vertrouwen dat Jehovah naar gebeden luistert (1 Johannes 5:14). Bijgevolg zei de psalmist David: „[Jehovah] hoort mijn stem” (Psalm 55:17). Ook wij hebben alle reden om erop te vertrouwen dat Jehovah dichtbij is, bereid om naar al onze gedachten en zorgen te luisteren.
Jehovah beloont zijn dienstknechten
17, 18. (a) Hoe denkt Jehovah over de getrouwe dienst van zijn met verstand begiftigde schepselen? (b) Leg uit hoe Spreuken 19:17 aantoont dat onze barmhartige daden bij Jehovah niet onopgemerkt blijven.
17 Jehovah’s positie als de Universele Soeverein wordt niet aangetast door wat louter mensen doen of weigeren te doen. Niettemin is Jehovah een God die waardering heeft. Hij apprecieert — ja, hecht grote waarde aan — de getrouwe dienst van zijn met verstand begiftigde schepselen (Psalm 147:11). Dit is derhalve nog een voordeel dat degenen genieten die dicht tot Jehovah naderen: hij beloont zijn dienstknechten. — Hebreeën 11:6.
18 De bijbel toont duidelijk aan dat Jehovah waardering heeft voor wat zijn aanbidders doen. Zo lezen we: „Hij die gunst betoont aan de geringe, leent aan Jehovah, en zijn bejegening zal Hij hem vergelden” (Spreuken 19:17). Jehovah’s barmhartige consideratie voor geringen kwam in de Mozaïsche wet tot uitdrukking (Leviticus 14:21; 19:15). Wat gaat er in Jehovah om als we in onze omgang met geringen zijn barmhartigheid navolgen? Wanneer we aan de geringen geven en niets terugverwachten, beziet Jehovah dit als een aan Hem gedane lening. Jehovah belooft dat hij die schuld met gunst en zegeningen zal terugbetalen (Spreuken 10:22; Mattheüs 6:3, 4; Lukas 14:12-14). Ja, wanneer we mededogen betonen aan een in nood verkerende medeaanbidder, raakt dat Jehovah’s hart. Wat zijn we dankbaar te weten dat onze barmhartige daden bij onze hemelse Vader niet onopgemerkt blijven! — Mattheüs 5:7.
19. (a) Waarom kunnen we er zeker van zijn dat Jehovah waardering heeft voor wat we in de prediking en het maken van discipelen doen? (b) Hoe beloont Jehovah diensten die ter ondersteuning van zijn koninkrijk worden verricht?
19 Jehovah heeft vooral waardering voor wat we doen ten behoeve van zijn koninkrijk. Wanneer we dicht tot Jehovah naderen, is het alleen maar begrijpelijk dat we onze tijd, onze energie en ons geld gebruiken om een zo volledig mogelijk aandeel te hebben aan de Koninkrijksprediking en het maken van discipelen (Mattheüs 28:19, 20). Soms kunnen we het gevoel hebben dat we weinig tot stand brengen. Ons onvolmaakte hart zou ons er zelfs toe kunnen brengen ons af te vragen of Jehovah ingenomen is met onze krachtsinspanningen (1 Johannes 3:19, 20). Maar Jehovah beschouwt elke gave — hoe klein ook — die voortspruit uit een door liefde gemotiveerd hart als iets heel kostbaars (Markus 12:41-44). De bijbel verzekert ons: „God is niet onrechtvaardig, zodat hij uw werk en de liefde die gij voor zijn naam hebt getoond . . . zou vergeten” (Hebreeën 6:10). Ja, Jehovah zal zelfs de kleinste dienst die ter ondersteuning van zijn koninkrijk wordt verricht, in gedachte houden en belonen. We kunnen niet alleen thans rijke geestelijke zegeningen genieten, maar ook uitzien naar de vreugden van het leven in de komende nieuwe wereld, waar Jehovah edelmoedig zijn hand zal openen en de rechtvaardige begeerten zal verzadigen van allen die dicht tot hem naderen! — Psalm 145:16; 2 Petrus 3:13.
20. Hoe zouden we gedurende het hele jaar 2003 de woorden van onze jaartekst in gedachte kunnen houden, en met welk resultaat?
20 Laten we ons gedurende het hele jaar 2003 afvragen of we voortdurende krachtsinspanningen in het werk stellen om dicht tot onze hemelse Vader te naderen. Zo ja, dan kunnen we ervan verzekerd zijn dat hij op de door hem beloofde manier zal reageren. Per slot van rekening ’kan God niet liegen’ (Titus 1:2). Als u tot hem nadert, zal hij tot u naderen (Jakobus 4:8). En met welk resultaat? Rijke zegeningen nu en het vooruitzicht om tot in alle eeuwigheid steeds dichter tot Jehovah te naderen!
[Voetnoot]
a Een reactie op het artikel „Jehovah is groter dan ons hart” in De Wachttoren van 1 mei 2000, blz. 28-31.
Kunt u zich dit herinneren?
• Welk geschenk geeft Jehovah aan degenen die dicht tot hem naderen?
• Welke voorzieningen treft Jehovah voor de geestelijke bescherming van zijn dienstknechten?
• Waarom is het een bijzonder voorrecht vrije toegang tot Jehovah in gebed te hebben?
• Hoe blijkt uit de bijbel dat Jehovah waardering heeft voor de getrouwe dienst van zijn met verstand begiftigde schepselen?
[Illustratie op blz. 15]
Jehovah heeft ons gezegend met inzicht in geestelijke waarheden
[Illustraties op blz. 16, 17]
Jehovah verschaft geestelijke bescherming
[Illustratie op blz. 18]
Jehovah is dichtbij, bereid om naar elk gebed van ons te luisteren