-
De Bestuurder die vanaf het begin het einde weetOnze toekomstige wereldregering — Gods koninkrijk
-
-
23 „Dit heeft Jehovah gezegd, de Koning van Israël en zijn Verlosser, Jehovah der legerscharen: ’Ik ben de eerste en ik ben de laatste, en buiten mij is er geen God. En wie is er als ik? Laat hij het uitroepen, opdat hij het moge vertellen en het mij moge voorleggen. Laten zij [deze goden] van hun kant vanaf de tijd dat ik het volk van weleer aanstelde, zowel de toekomstige dingen als de dingen die op het punt staan te komen, vertellen. Hebt geen angst en staat niet verstomd. Heb ik het u niet van die tijd af ieder afzonderlijk doen horen en aangekondigd? En gij zijt mijn getuigen. Bestaat er een God buiten mij? Neen, er is geen Rots. Ik heb er geen erkend.’” — Jesaja 44:6-8.
-
-
De Bestuurder die vanaf het begin het einde weetOnze toekomstige wereldregering — Gods koninkrijk
-
-
25 De profeet Jesaja zelf was een van Jehovah’s getuigen, niet waar? Dat Jesaja op een in het oog springende wijze een getuige van Jehovah was, blijkt stellig uit zijn profetische boek, dat zesenzestig hoofdstukken telt, alsook uit de vele aanhalingen uit dit boek die in de geïnspireerde christelijke geschriften, van Matthéüs tot Openbaring, worden aangetroffen. En hoe staat het met Jezus Christus zelf? Kan iemand in de hemel of op aarde ontkennen dat ook hij een getuige van Jehovah was? Niemand die waar maar ook of op welk tijdstip maar ook heeft geleefd, overtreft hem als zulk een getuige. Als geboren jood of Israëliet maakte Jezus Christus deel uit van de natie tot wie de woorden uit Jesaja 43:10 werden gericht: „’Gij zijt mijn getuigen’, is de uitspraak van Jehovah, ’ja, mijn knecht die ik verkozen heb.’” In elk geval noemt de apostel Johannes hem „Jezus Christus, ’de Getrouwe Getuige’”. En Johannes citeert de opgestane Jezus ook als volgt: „Deze dingen zegt de Amen, de getrouwe en waarachtige getuige, het begin van de schepping door God.” — Openbaring 1:5; 3:14.
-