-
Baruch — Jeremia’s trouwe secretarisDe Wachttoren 2006 | 15 augustus
-
-
Zoek geen „grote dingen”
Tijdens het schrijven van de eerste rol maakte Baruch een moeilijke periode door. Hij riep: „Wee mij toch, want Jehovah heeft droefheid aan mijn smart toegevoegd! Ik ben afgemat wegens mijn zuchten, en een rustplaats heb ik niet gevonden.” Wat was de oorzaak van deze crisis? — Jeremia 45:1-3.
Daar wordt geen rechtstreeks antwoord op gegeven. Maar laten we ons Baruchs situatie eens proberen voor te stellen. Het opsommen van de waarschuwingen die 23 jaar lang aan het volk van Israël en Juda waren gegeven, moet wel heel duidelijk hebben gemaakt dat het volk afvallig was en Jehovah verwierp. Jehovah’s besluit om Jeruzalem en Juda te vernietigen en de natie voor zeventig jaar naar Babylon te verbannen — informatie die Jehovah datzelfde jaar onthulde en die misschien ook in de rol werd opgetekend — moet Baruch geschokt hebben (Jeremia 25:1-11). Bovendien bestond het risico dat zijn vastberaden steun aan Jeremia in die kritieke tijd hem zijn positie en zijn carrière zou kosten.
Hoe dan ook, Jehovah zelf greep in om Baruch te helpen het komende oordeel in gedachte te houden. „Wat ik heb opgebouwd, haal ik omver, en wat ik heb geplant, ruk ik uit, ja, zelfs het gehele land”, zei Jehovah. Toen gaf hij Baruch raad en zei: „Maar wat u betreft, gij blijft grote dingen voor u zoeken. Blijf ze niet zoeken.” — Jeremia 45:4, 5.
Jehovah zei niet wat die „grote dingen” waren, maar Baruch moet voor zichzelf geweten hebben of het om zelfzuchtige ambities, prominentie of materiële voorspoed ging. Jehovah gaf hem de raad realistisch te zijn en te denken aan wat er voor de deur stond: „Zie, ik breng een rampspoed over alle vlees, . . . en ik wil u uw ziel ten buit geven in alle plaatsen waarheen gij mocht gaan.” Baruchs kostbaarste bezit, zijn leven, zou gespaard worden, waar hij ook naartoe zou gaan. — Jeremia 45:5.
-
-
Baruch — Jeremia’s trouwe secretarisDe Wachttoren 2006 | 15 augustus
-
-
Toen Baruch eraan werd herinnerd dat er in de laatste dagen van Juda geen tijd was voor persoonlijke „grote dingen”, reageerde hij kennelijk positief, want hij kreeg inderdaad ’zijn ziel ten buit’. Het is verstandig die raad op onszelf toe te passen, want ook wij leven in de laatste dagen van een stelsel. Jehovah doet ons dezelfde belofte: ons leven zal gespaard worden. Kunnen we net als Baruch positief op zulke vermaningen reageren?
-