COVERONDERWERP | EEN KIJKJE IN DE GEESTENWERELD
Visioenen van degenen in de onzichtbare hemel
In de Bijbel staan een aantal fascinerende visioenen die ons een kijkje in de onzichtbare hemel bieden. Bestudeer ze aandachtig. Hoewel niet elk detail letterlijk opgevat moet worden, kunt u zich met behulp van de visioenen een beeld vormen van degenen die zich in de geestenwereld bevinden. Bovendien kunnen ze u helpen te begrijpen wat voor invloed die geesten op u kunnen hebben.
JEHOVAH IS DE ALLERHOOGSTE
‘Een troon bevond zich op zijn plaats in de hemel, en er is iemand op de troon gezeten. En degene die erop is gezeten, is van aanzien gelijk een jaspissteen en een kostbare roodkleurige steen, en rondom de troon is een regenboog, van aanzien aan een smaragd gelijk’ (Openbaring 4:2, 3).
‘Hij had een glans rondom. Er was iets dat eruitzag als de boog die in een wolkgevaarte verschijnt op de dag van een stortregen. Zo was hetgeen eruitzag als de glans die er rondom was. Het was hetgeen eruitzag als de gelijkenis van de heerlijkheid van Jehovah’ (Ezechiël 1:27, 28).
In deze visioenen, die de apostel Johannes en de profeet Ezechiël kregen, wordt de grootsheid van de Allerhoogste God Jehovah beschreven aan de hand van dingen die we ons kunnen voorstellen: schitterende edelstenen, een regenboog en een prachtige troon. Hieruit blijkt dat Jehovah’s aanwezigheid adembenemend mooi, aangenaam en sereen is.
Deze beschrijvingen van God komen overeen met de woorden van de psalmist: ‘Jehovah is groot en zeer te loven. Hij is vrees inboezemend boven alle andere goden. Want alle goden van de volken zijn goden die niets waard zijn; maar wat Jehovah betreft, hij heeft zelfs de hemel gemaakt. Waardigheid en pracht zijn voor zijn aangezicht; sterkte en luister zijn in zijn heiligdom’ (Psalm 96:4-6).
Jehovah is de Allerhoogste. Toch nodigt hij ons uit in gebed tot hem te naderen en verzekert hij ons ervan dat hij naar ons luistert (Psalm 65:2). God houdt zo veel van ons dat de apostel Johannes oprecht kon zeggen: ‘God is liefde’ (1 Johannes 4:8).
JEZUS IS BIJ GOD
‘Hij [Stefanus, een volgeling van Jezus], vol van heilige geest, staarde naar de hemel en zag toen Gods heerlijkheid en Jezus staande aan Gods rechterhand, en hij zei: “Ziet! Ik zie de hemelen geopend en de Zoon des mensen aan Gods rechterhand staan”’ (Handelingen 7:55, 56).
Kort voordat Stefanus dit visioen had, was Jezus gedood op aandringen van de personen tot wie Stefanus hier sprak: de joodse leiders. Door het visioen werd bevestigd dat Jezus leefde, dat hij een opstanding had gehad en dat hij geëerd was. Paulus zei hierover: ‘Hij [Jehovah] wekte hem [Jezus] uit de doden op en deed hem aan zijn rechterhand in de hemelse gewesten zitten, hoog boven elke regering en autoriteit en kracht en heerschappij en elke naam die genoemd wordt, niet alleen in dit samenstel van dingen, maar ook in het toekomende’ (Efeziërs 1:20, 21).
In de Bijbel wordt niet alleen gesproken over Jezus’ verheven positie; er blijkt ook uit dat Jezus net als Jehovah veel van mensen houdt. Toen hij op aarde was, genas Jezus zieke mensen en wekte hij doden op. Door zijn offerdood liet hij zien hoeveel hij van God en van mensen hield (Efeziërs 2:4, 5). Binnenkort zal Jezus, staand aan Gods rechterhand, zijn autoriteit uitoefenen en gehoorzame mensen overvloedig belonen.
ENGELEN DIENEN GOD
‘Ik [de profeet Daniël] bleef aanschouwen tot er tronen werden geplaatst en de Oude van Dagen [Jehovah] zich neerzette. (...) Er waren duizend duizenden die hem bleven dienen, en tienduizend maal tienduizend die vlak voor hem bleven staan’ (Daniël 7:9, 10).
In dit visioen van de hemel zag Daniël niet één engel maar een hele menigte van engelen. Wat moet dat indrukwekkend zijn geweest! Engelen zijn intelligente en machtige geesten, die onder andere bestaan uit serafs en cherubs. In de Bijbel wordt meer dan 250 keer over engelen gesproken.
Engelen zijn geen mensen die vroeger op aarde hebben geleefd. God maakte engelen lang voordat hij de mens maakte. Toen de aarde werd gemaakt, keken de engelen toe en juichten van vreugde (Job 38:4-7).
Eén manier waarop trouwe engelen God dienen is door betrokken te zijn bij het belangrijkste werk dat momenteel op aarde wordt gedaan — het bekendmaken van het goede nieuws van Gods Koninkrijk (Mattheüs 24:14). In een visioen van Johannes werd duidelijk dat engelen daarbij helpen, want hij zei: ‘Ik zag een andere engel in het midden van de hemel vliegen, en hij had eeuwig goed nieuws, om dat als blijde tijdingen bekend te maken aan hen die op de aarde wonen, en aan elke natie en stam en taal en elk volk’ (Openbaring 14:6). Engelen praten niet meer met mensen zoals ze dat in het verleden soms deden, maar ze helpen degenen die het goede nieuws bekendmaken wel om oprechte mensen te vinden.
SATAN MISLEIDT MILJOENEN
‘Er brak oorlog uit in de hemel: Michaël [Jezus] en zijn engelen streden tegen de draak, en de draak en zijn engelen streden, maar hij zegevierde niet, en ook werd er voor hen geen plaats meer gevonden in de hemel. Neergeslingerd werd daarom de grote draak, de oorspronkelijke slang, die Duivel en Satan wordt genoemd, die de gehele bewoonde aarde misleidt; neergeslingerd werd hij naar de aarde, en zijn engelen werden met hem neergeslingerd’ (Openbaring 12:7-9).
Er is niet altijd vrede geweest in de hemel. Aan het begin van de menselijke geschiedenis kwam één engel, verteerd door het verlangen aanbeden te worden, tegen Jehovah in opstand. Hij werd Satan, wat ‘Tegenstrever’ betekent. Andere engelen sloten zich later bij de opstand aan en kwamen bekend te staan als demonen. Die door en door slechte geesten verzetten zich fanatiek tegen Jehovah en hebben de meeste mensen aangezet tot een levenswijze die ingaat tegen Jehovah’s liefdevolle instructies.
Satan en zijn demonen zijn verdorven en wreed. Ze zijn vijanden van de mensen en hebben bijgedragen aan veel van het lijden op aarde. Satan doodde bijvoorbeeld het vee en de knechten van de trouwe Job. Vervolgens doodde hij de tien kinderen van Job door een ‘hevige wind’ te veroorzaken, waardoor het huis waar ze waren, instortte. Daarna sloeg Satan Job met ‘kwaadaardige zweren van zijn voetzool af tot zijn schedel toe’ (Job 1:7-19; 2:7).
Maar binnenkort zal Satan aan zijn eind komen. Sinds hij richting de aarde is geworpen, weet hij dat ‘hij slechts een korte tijdsperiode heeft’ (Openbaring 12:12). Satan is ten dode opgeschreven, en dat is geweldig nieuws!
DEGENEN DIE VAN DE AARDE KOMEN
‘Gij [Jezus] hebt (...) uit elke stam en taal en elk volk en elke natie personen voor God gekocht, en gij hebt hen gemaakt tot een koninkrijk en tot priesters voor onze God, en zij zullen als koningen over de aarde regeren’ (Openbaring 5:9, 10).
Jezus ging na zijn dood op aarde naar de hemel, en dat zal met anderen ook gebeuren. Jezus zei tot zijn trouwe apostelen: ‘Ik ga heen om een plaats voor u te bereiden. En (...) ik kom terug en zal u thuis bij mij ontvangen, opdat ook gij moogt zijn waar ik ben’ (Johannes 14:2, 3).
Degenen die naar de hemel gaan, gaan met een doel. Samen met Jezus zullen zij een rechtvaardige Koninkrijksregering vormen die uiteindelijk over alle mensen op aarde zal regeren. Dat is het Koninkrijk waar Jezus zijn volgelingen in het Onzevader om leerde bidden: ‘Onze Vader in de hemelen, uw naam worde geheiligd. Uw koninkrijk kome. Uw wil geschiede, gelijk in de hemel, zo ook op aarde’ (Mattheüs 6:9, 10).
WAT ZE IN DE HEMEL GAAN DOEN
‘Ik [Johannes] hoorde een luide stem, afkomstig van de troon, zeggen: “Zie! De tent van God is bij de mensen (...). En hij zal elke traan uit hun ogen wegwissen, en de dood zal niet meer zijn, noch rouw, noch geschreeuw, noch pijn zal er meer zijn. De vroegere dingen zijn voorbijgegaan”’ (Openbaring 21:3, 4).
Dit voorspellende visioen verwijst naar de tijd dat Gods Koninkrijk — bestaande uit Jezus en degenen die na hun dood naar de hemel gaan — een eind zal maken aan Satans bestuur en de aarde in een paradijs zal veranderen. De dingen die bij mensen zo veel pijn en verdriet hebben veroorzaakt, zullen er niet meer zijn. Er zal zelfs een eind aan de dood komen.
Maar hoe zit het met de miljarden mensen die gestorven zijn en niet naar de hemel gaan? Zij zullen in de toekomst tot leven worden gewekt en het vooruitzicht hebben om voor altijd in dat paradijs op aarde te leven (Lukas 23:43).
Deze visioenen verzekeren ons ervan dat Jehovah, zijn Zoon Jezus, de trouwe engelen en de mensen die van de aarde zijn ‘gekocht’ veel van ons houden en het beste voor ons willen. Als u hier meer over wilt weten, kunt u contact opnemen met Jehovah’s Getuigen. Of ga naar onze website, www.jw.org/nl, en download het boek Wat leert de bijbel echt?