Leeuwen — Afrika’s majestueuze katten
DOOR „ONTWAAKT!”-CORRESPONDENT IN KENIA
DE ZON gaat op over de Serengeti-vlakte in Afrika. In de koele ochtendlucht zitten wij in onze landrover en kijken naar een troep leeuwinnen met hun welpen. Hun zachte, taankleurige vacht heeft een gouden glans en vermengt zich mooi met het lange, droge gras. De jonge welpen zijn onstuimig en vol energie. Ze springen en dollen rond de grote lichamen van de wijfjes, die zich weinig schijnen aan te trekken van hun potsierlijke capriolen.
Plotseling verstijft de troep. Alle ogen worden op iets in de verte gericht. Vanaf ons hooggelegen punt volgen wij de richting van hun starende blik en ontdekken wat hun aandacht heeft getrokken. Het ochtendlicht onthult het indrukwekkende silhouet van een reusachtige mannetjesleeuw. Hij staart ons recht in de ogen. Wij voelen een huivering, niet vanwege de ochtendkoelte, maar vanwege het besef dat zijn dreigende blik op ons gericht is. Zijn verschijning is schrikwekkend en toch vol pracht. Overvloedige gouden manen met zwarte strepen omlijsten zijn enorme kop. Zijn grote ogen zijn amberkleurig en waakzaam. Zijn familie trekt echter zijn aandacht en langzaam wendt hij zijn blik naar hen en beweegt zich in hun richting.
Zijn tred is statig, koninklijk zelfs. Zonder ons een tweede blik waardig te keuren, loopt hij vlak voor onze auto langs en komt bij de wijfjes met hun welpen. Ze staan allemaal op en komen naar hem toe en één voor één drukken ze hun gezicht tegen zijn ruwe snuit — het als begroeting bedoelde en voor katachtigen zo typerende ’kopjesgeven’. Het mannetje baant zich een weg naar het midden van de troep en ploft neer alsof hij totaal uitgeput is van zijn wandeling en draait zich op zijn rug. Zijn loomheid werkt aanstekelijk en al gauw ligt de hele troep te soezen in de eerste stralen van de warme ochtendzon. Voor ons zien wij een plaatje van vrede en tevredenheid omlijst door de gouden, door de wind bestreken grassen van de open vlakte.
Een dier dat intrigeert en fascineert
Wellicht heeft geen enkel dier zo tot de verbeelding van de mens gesproken als de leeuw. Lang geleden beschilderden Afrikaanse kunstenaars rotswanden met afbeeldingen van leeuwen die op hun prooi jagen. In de oudheid werden paleizen en tempels gesierd door kolossale stenen leeuwen met weelderige manen. Tegenwoordig bezoeken menigten mensen dierentuinen om deze fascinerende katten te zien. De leeuw is tot held verheven in boeken en films, zoals in Born Free, het waar gebeurde verslag van een leeuwenwelp zonder ouders die in gevangenschap wordt grootgebracht en uiteindelijk wordt vrijgelaten. En de leeuw is in verhalen — deels waar, deels verzonnen — tot boosdoener verlaagd in de rol van kwaadaardige menseneter. Geen wonder dat de leeuw een dier blijft dat intrigeert en fascineert!
Leeuwen kunnen buitengewoon woest zijn en, nu en dan, zo teder en speels als poesjes. Ze spinnen zachtjes als ze tevreden zijn, maar kunnen zo krachtig brullen dat het acht kilometer verderop te horen is. Soms lijken ze lui en lusteloos, maar ze kunnen zich met verbazingwekkende snelheid voortbewegen. De mens heeft de leeuw onvergankelijke roem verleend om zijn moed, en van een moedig persoon zegt men dat hij een leeuwenhart heeft.
Simbaa — Een gezellige kat
Leeuwen behoren tot de sterkst sociaal levende katachtigen. Ze gedijen in grote familiegroepen — troepen genaamd — van slechts een paar tot meer dan dertig leden. De troep bestaat uit een groep leeuwinnen die nauw verwant kunnen zijn. Ze leven, jagen en werpen gezamenlijk. Deze nauwe band, soms voor het leven, vormt de basis van de leeuwenfamilie en garandeert het voortbestaan ervan.
Elke troep heeft één of meer volwassen mannetjesleeuwen die het territorium van de troep markeren en erin patrouilleren. Deze prachtige beesten kunnen, gemeten van het puntje van hun zwarte neus tot het kwastje aan het eind van hun staart, wel ruim drie meter lang zijn en meer dan 225 kilo wegen. Hoewel de mannetjes de troep overheersen, zijn het de vrouwtjes die de leiding nemen. De leeuwinnen zijn gewoonlijk degenen die de aanzet geven tot activiteit, zoals naar de schaduw verhuizen of een jacht beginnen.
Normaal gesproken werpen leeuwinnen om het jaar. Leeuwtjes zijn bij hun geboorte volslagen hulpeloos. Het grootbrengen van welpen is een gemeenschapsproject en alle wijfjes zullen de jongen binnen de troep beschermen en voeden. Welpen groeien snel; met twee maanden zijn ze aan het rennen en spelen. Ze buitelen over elkaar als kleine katjes, ze stoeien, storten zich op hun speelkameraadjes en springen rond in het hoge gras. Ze raken gefascineerd door alles wat beweegt en springen naar vlinders, achtervolgen insecten en stoeien met stokken en stengels. Het onweerstaanbaarst is het bewegen van moeders staart, die ze met opzet heen en weer zwiept om hen tot spelen uit te nodigen.
Elke troep woont in een duidelijk begrensd territorium dat zich over vele hectaren kan uitstrekken. Leeuwen geven de voorkeur aan hooggelegen gebieden met voldoende water en volop beschutting tegen de intense middagzon. Daar leven ze tussen de olifanten, giraffen, kafferbuffels en andere dieren van de vlakte. Het leeuwenleven wordt verdeeld tussen vele uren slapen en korte periodes van jagen en paren. Het is ongelooflijk maar waar: men kan leeuwen wel twintig uur per dag rustend, slapend of zittend aantreffen. Vast in slaap zien ze er vredig en mak uit. Laat u echter niet bedriegen — de leeuw is woester dan bijna alle andere wilde dieren!
Als jager
In de namiddag beginnen de door de zon verzengde graslanden af te koelen. De drie leeuwinnen in de troep die wij observeren, beginnen zich te verroeren na hun siësta. Door de honger gedreven beginnen de katten zich rond te bewegen, de lucht opsnuivend terwijl ze over de vergelende graslanden uitkijken. De trek van de gnoes is in volle gang en tienduizenden van deze weinig bevallige antilopen grazen vredig ten zuiden van ons. De drie katten bewegen zich nu in die richting. Over een wijde linie uitwaaierend sluipen ze stilletjes door het ruwe terrein. De geelbruine katten zijn bijna onzichtbaar in het lange gras en kunnen de nietsvermoedende kudde tot op minder dan dertig meter naderen. Dan besluiten de katten tot actie over te gaan. Als een pijl uit de boog vliegen ze op de geschokte menigte gnoes af. In paniek vlucht de kudde alle kanten op en met wilde blik rennen de beesten voor hun leven. Honderden stampende hoeven verpulveren de grond, een rode stofwolk veroorzakend. Wanneer het stof wegwaait zien wij de drie leeuwinnen staan, buiten adem en alleen. Hun prooi is hun ontsnapt. Misschien zal zich vanavond nog een gelegenheid tot jacht voordoen, misschien ook niet. Hoe behendig en vlug ze ook zijn, leeuwen op jacht zijn in slechts dertig procent van de gevallen succesvol. Verhongering vormt dus een van de grootste bedreigingen voor leeuwen.
De kracht van een volwassen leeuw is opmerkelijk. Men heeft waargenomen dat ze als troep jagend soms dieren van meer dan 1300 kilo omgooien en doden. Tijdens het begin van de achtervolging kunnen leeuwen snelheden bereiken van wel zo’n zestig kilometer per uur, maar ze kunnen die snelheid niet lang volhouden. Daarom besluipen ze hun prooi en maken daarbij gebruik van hinderlagen. Negentig procent van het jagen wordt gedaan door leeuwinnen, maar het zijn de grotere mannetjes die meestal het leeuwendeel krijgen wanneer het etenstijd is. Als wild schaars is, zijn leeuwen soms zo hongerig dat ze hun eigen welpen bij de prooi zullen wegjagen.
Als prooi
Lang geleden zwierf de majestueuze leeuw over het hele Afrikaanse continent en ook in delen van Azië, Europa, India en Palestina. Als jager concurreert hij met de mens. Omdat de leeuw het vee bedreigde en mensen letsel toebracht, kwam het zover dat men hem meteen doodschoot. De snelle groei van menselijke bevolkingen heeft de habitat van de leeuw sterk verkleind. Tegenwoordig leven er buiten Afrika nog maar een paar honderd leeuwen in het wild. Nu zijn leeuwen alleen veilig voor de mens binnen de grenzen van beschermde gebieden en wildparken.
Gelukkig zijn er veranderingen op komst voor dit magnifieke dier. De bijbel beschrijft een toekomstige tijd waarin de leeuw in vrede met mensen zal leven (Jesaja 11:6-9). Onze liefdevolle Schepper zal dit binnenkort verwezenlijken. Dan zal Afrika’s majestueuze kat in harmonie en vrede met de rest van de schepping leven.
[Voetnoten]
a Simba is Swahili voor „leeuw”.
[Kader/Illustratie op blz. 19]
Wanneer de leeuw BRULT
LEEUWEN staan bekend om hun unieke vocale vermogen om een luid gebrul voort te brengen dat kilometers ver gehoord kan worden. Het gebrul van de leeuw wordt beschouwd als een van „de indrukwekkendste geluiden in de natuur”. Leeuwen brullen gewoonlijk gedurende de duisternis en bij zonsopgang. Zowel mannetjes als wijfjes brullen en soms verheft een hele troep zijn stem in een gemeenschappelijk gebrul.
Wetenschappers die leeuwen bestuderen opperen dat het gebrul verschillende dingen tot stand brengt. Mannetjesleeuwen brullen om bekendheid te geven aan hun territoriumgrenzen en, als een uiting van agressie, om andere mannetjes te waarschuwen mochten die hun territorium binnendringen. De bijbel sprak dan ook toepasselijk over de agressieve, trotse en hebzuchtige heersers van Assyrië en Babylon als brullende „jonge leeuwen met manen” die Gods volk gewelddadig tegenstonden en verslonden. — Jesaja 5:29; Jeremia 50:17.
Het gebrul stelt leden van de troep in staat te weten waar de andere zich bevinden, als ze door duisternis of afstand gescheiden zijn. Na de vangst van een prooi attendeert gebrul de andere leden van de troep erop waar de maaltijd wacht. Met verwijzing naar deze kenmerkende eigenschap merkt de bijbel op: „Zal een jonge leeuw met manen zijn stem uit zijn schuilplaats laten weerklinken indien hij helemaal niets gevangen heeft?” — Amos 3:4.
Verrassend is dat als leeuwen op wilde dieren jagen, ze hun gebrul niet gebruiken als strategie om hun prooi angst aan te jagen. Richard Estes zegt in zijn boek The Behavior Guide to African Mammals dat er „geen aanwijzing voor [is] dat leeuwen opzettelijk brullen om hun prooi in een hinderlaag te jagen (naar mijn ervaring negeren prooidieren leeuwengebrul gewoonlijk)”.
Waarom beschrijft de bijbel Satan dan als een ’brullende leeuw die op zoek is om iemand te verslinden’? (1 Petrus 5:8) Hoewel wilde dieren niet geïntimideerd schijnen te raken door het brullen van een leeuw, ligt dit anders met mensen en vee. Het angstaanjagende gebrul van een leeuw dat in de nachtelijke duisternis weergalmt, zou iedereen die niet veilig achter een dichte deur zat, bang maken en intimideren. Lang geleden werd nauwkeurig opgemerkt: „Er is een leeuw die heeft gebruld! Wie zal niet bevreesd zijn?” — Amos 3:8.
Satan weet een bekwaam gebruik van angst te maken om mensen te intimideren zodat zij zich onderwerpen. Gelukkig heeft Gods volk een machtige bondgenoot. Met een sterk geloof in Jehovah’s steun kunnen zij deze krachtige „brullende leeuw” met succes weerstaan. Christenen worden ertoe aangemoedigd ’hun standpunt tegen hem in te nemen, vast in het geloof’. — 1 Petrus 5:9.