Wat Jehovah’s tijden en tijdperken voor onze tijd betekenen
„Elke boom die geen voortreffelijke vruchten voortbrengt, wordt omgehakt en in het vuur geworpen.” — MATTHÉÜS 7:19.
1. Wat kunnen wij leren van de wijze waarop Jehovah in het verleden met sommige heersers heeft gehandeld?
DE GESCHIEDENIS legt getuigenis af van het feit dat Jehovah in staat is ’tijden en tijdperken te veranderen, koningen af te zetten en koningen aan te stellen’ (Daniël 2:21). In voorbije eeuwen heeft hij, toen het in zijn voornemen paste, Farao, Nebukadnezar, Belsazar, Herodes Agrippa I en anderen afgezet. ’Maar’, zeggen sommigen misschien, ’die gebeurtenissen zijn allemaal oude geschiedenis. Wat hebben wij ermee te maken?’ Wij hebben er heel wat mee te maken, want ze behelzen krachtige lessen. Wat wij uit deze gebeurtenissen leren, is dat wanneer Jehovah’s tijd ervoor is aangebroken, hij een eind maakt aan de heerschappij van wereldleiders. En wanneer hij het verkiest, laat hij de heerser van zijn keuze aan de macht komen.
2. Waarvoor is in onze dagen Jehovah’s tijd aangebroken?
2 In onze dagen is voor Jehovah opnieuw de tijd aangebroken om ’koningen af te zetten en koningen aan te stellen’. Maar voordat God de Koning van zijn keuze ’aanstelt’, zal hij alle heersers van deze wereld afzetten en het hele samenstel van dingen waarover zij heersen, verwijderen. Waarom? Omdat zij, net als Belsazar uit het oude Babylon, „op de weegschaal gewogen en te licht bevonden” zijn. De situatie in deze tijd is precies zoals in de tijd toen Gods dienstknecht Daniël tot Belsazar sprak: „God heeft de dagen van uw koninkrijk geteld en er een eind aan gemaakt” (Daniël 5:26, 27). Daarom zal Jehovah in onze tijd „stellig koningen verpletteren op de dag van zijn toorn. Hij zal gericht houden onder de natiën”. — Psalm 110:5, 6.
„Te licht bevonden”
3, 4. Hoe zijn de wereldheersers van deze eeuw op het gebied van vrede „te licht bevonden”?
3 Hoe zijn de aardse heersers „te licht bevonden” waar het de ontwikkelingen in de wereld betreft? Zij moeten voor een groot deel de verantwoordelijkheid dragen voor wat er in onze tijd, een tijd van rampspoeden zoals de geschiedenis nooit tevoren heeft gekend, met de mensheid is gebeurd. Zo zijn er alleen al sedert 1914 ongeveer honderd miljoen mensen in verscheidene oorlogen om het leven gekomen! In deze tijd wordt het voortbestaan van het leven op aarde bedreigd door kernwapens. Op ditzelfde ogenblik staan er duizenden op belangrijke bevolkingscentra gerichte kernraketten klaar om door het voortdurend gereedstaande personeel te worden afgeschoten.
4 Het tijdschrift Science bracht verslag uit over de volgende huiveringwekkende analyse in verband met een mogelijke kernoorlog: ’Bij een omvangrijk nucleair conflict is de waarschijnlijkheid groot dat een aanzienlijk gedeelte van het plante- en dierenleven op aarde zal uitsterven. Het uitsterven van de mensheid kan niet uitgesloten worden geacht.’ Een regeringsfunctionaris in Europa zei: „De verliezen zouden niet worden geteld in termen van steden, maar in termen van hele werelddelen.” De president van een Latijns-Amerikaans land verklaarde betreffende de defensiekosten: „De mensheid vaart op een broos schip dat heel gemakkelijk kan vergaan . . . Indien het inderdaad tot zinken komt, zou het iedereen kunnen meezuigen.” En een Japanse krant merkte op: „De wereld lijkt verder van [vrede] verwijderd dan ooit in de geschiedenis.”
5, 6. Hoe is het met de economie van veel landen en volken gesteld?
5 Toch blijven de natiën steeds meer geld uitgeven aan bewapening. De kosten zijn nu gestegen tot ongeveer een biljoen dollar per jaar! Eén bron merkt op dat de wereld ongeveer vijftig maal zoveel geld per soldaat uitgeeft als per kind in de schoolleeftijd. Beschouw ook eens een rapport van de Verenigde Naties waarin aangetoond wordt dat minstens 450 miljoen mensen in de wereld honger lijden en dat hun aantallen toenemen. Een ander rapport verklaart dat in ontwikkelingslanden „jaarlijks dertig tot veertig miljoen mensen van honger sterven”. Het zegt ook dat het in ongeveer de helft van die sterfgevallen kinderen onder de vijf jaar betreft.
6 Een regeringsfunctionaris van een groot land in Zuid-Amerika zegt dat „40 procent van de arbeiders in volstrekte armoede leeft”. In een ander Zuidamerikaans land is 51 procent van de arbeiders in de hoofdstad door werkloosheid getroffen. Een bericht besluit met de woorden: „Een werelddeel van 260 miljoen mensen heeft het ernstigste dieptepunt in een halve eeuw bereikt.” En merk op wat de volgende drie krantekoppen uit verschillende landen zeggen: „Armoedecijfer ’verontrustend’ genoemd.” „Armoede neemt toe.” „Armoede, een pijnlijke ervaring.” Zijn deze berichten uit ontwikkelingslanden afkomstig? Neen, ze zijn afkomstig van regeringsfunctionarissen in Canada, de Verenigde Staten en de Bondsrepubliek Duitsland. Ja, zelfs zogenaamd rijke natiën zitten diep in de moeilijkheden.
7. Welke opmerkingen zijn er gemaakt over de misdaad en het geweld die in onze tijd zo welig tieren?
7 In veel landen worden deze problemen weerspiegeld in een lawine van misdaad, geweld en terrorisme. In de Verenigde Staten bijvoorbeeld merken de Federale Centra voor Ziektebestrijding op dat per jaar meer dan 50.000 Amerikanen worden vermoord of zelfmoord plegen! Een hoofdartikel in The New York Times kwam dan ook tot de conclusie: „Alles is uit de hand gelopen.” Een ander hoofdartikel merkte op: „Dit is een tijd van internationale anarchie.” Ondanks eeuwenlange krachtsinspanningen, ervaring en technologische vooruitgang zijn de wereldleiders dus niet in staat om in de fundamentele levensbehoeften van velen van hun onderdanen te voorzien.
8. Waarvan getuigt de geschiedenis?
8 Zowel de vroegere als de hedendaagse geschiedenis getuigt er beslist van dat de mens uit eigen kracht geen antwoord weet voor de problemen. De politieke, economische en religieuze leiders van deze wereld kunnen nooit de vrede en zekerheid, het geluk, de gezondheid en het leven brengen waarnaar wij verlangen en die wij nodig hebben. Daarom moet deze wereld verdwijnen! En ze zal verdwijnen, want dat heeft Jehovah zich voorgenomen. Het is zoals de bijbel zegt: „De bijl ligt reeds gereed aan de wortel der bomen; elke boom dan die geen voortreffelijke vruchten voortbrengt, moet omgehakt en in het vuur geworpen worden.” — Lukas 3:9.
Nog een reden voor het oordeel
9. Hoe bezien wereldleiders Jehovah’s voornemens over het algemeen?
9 Dat deze wereld en haar leiders zulke slechte vruchten hebben voortgebracht, is een van de redenen waarom Jehovah, na de wereld op de weegschaal gewogen te hebben, haar te licht bevonden heeft en haar zal vernietigen. Maar er is nog een reden: De wereldleiders hebben Jehovah — de Schepper en Universele Soeverein — buiten beschouwing gelaten. Zij hebben geen werkelijke belangstelling voor zijn voornemens of voor zijn tijden en tijdperken. Daarom zegt 1 Korinthiërs 2:8 terecht over hen: „Deze [goddelijke] wijsheid is geen van de regeerders van dit samenstel van dingen te weten gekomen.” Psalm 146:3 geeft ons dan ook de raad: „Stelt uw vertrouwen niet op edelen, noch op de zoon van de aardse mens, aan wie geen redding toebehoort.”
10, 11. (a) Wat moet worden gedaan door degenen die Jehovah willen leren kennen? (b) Hoe komt het dat Gods dienstknechten te weten kunnen komen wat anderen niet weten?
10 In plaats daarvan drukt Spreuken 3:5, 6 ons op het hart: „Vertrouw op Jehovah met heel uw hart en steun niet op uw eigen verstand. Sla in al uw wegen acht op hem, en híj zal uw paden recht maken.” Mensen die dit doen, zullen niet hopeloos blijven ronddolen in de onverlichte duisternis van deze wereld. Jehovah zal hen zegenen met zijn geest, zodat zij te weten zullen komen wat zijn voornemens en zijn tijden en tijdperken ten aanzien van hen inhouden. Zoals Handelingen 5:32 zegt, geeft Jehovah zijn heilige geest „aan hen die hem als regeerder gehoorzamen”.
11 Gods dienstknechten weten dus wat de heersers van deze wereld niet weten. Zij weten wat Jehovah’s voornemens en zijn tijdperken inhouden. Eén Petrus 1:11 zegt dat in het verleden Gods dienstknechten „bleven onderzoeken welk speciale tijdperk of wat voor soort van tijdperk de geest in hen te kennen gaf”. Aangezien Gods geest deze dingen te kennen gaf, kon de apostel Paulus tot zijn ware medeaanbidders zeggen: ’Gij weet de gelegen tijd’ (Romeinen 13:11). Omdat Jehovah’s hedendaagse dienstknechten hem als regeerder gehoorzamen, openbaart Gods heilige geest ook aan hen in welk tijdperk zij zich vanuit zijn standpunt bevinden. Amos 3:7 zegt: „De [Soevereine] Heer Jehovah zal niets doen tenzij hij zijn vertrouwelijke aangelegenheid heeft geopenbaard aan zijn knechten, de profeten.”
Nog een andere reden
12, 13. Wat is nog een krachtige reden waarom Jehovah deze wereld en haar leiders te licht bevonden heeft?
12 Dit brengt ons op nog een reden waarom Jehovah deze wereld met haar leiders te licht bevonden heeft en er een eind aan zal maken. Denk eens terug aan wat Farao, Belsazar, Herodes en andere heersers in het verleden Jehovah’s dienstknechten hebben aangedaan. Zij waren hun tegenstanders, vervolgden hen en doodden hen zelfs. En God stelde die heersers daarvoor verantwoordelijk.
13 Zo is het ook in onze tijd. Verscheidene wereldheersers zijn tegenstanders van Jehovah’s vreedzame dienstknechten en vervolgen en doden hen zelfs. Zulke heersers ’spreken zelfs woorden tegen de Allerhoogste en bestoken de heiligen zelf van het Opperwezen voortdurend’ (Daniël 7:25; 11:36). Maar het geïnspireerde verslag in Jesaja 54:17 verklaart: „Geen enkel wapen dat tegen u gesmeed zal worden, zal succes hebben . . . Dit is de erfelijke bezitting van de knechten van Jehovah.” Alle tegenstanders zullen derhalve het onderspit delven, precies zoals met anderen in het verleden is gebeurd. Anderzijds belooft Jehovah dat zijn volk het einde zal overleven en voorspoed zal genieten.
De eindfase nadert
14, 15. (a) In welke tijdsperiode leven wij, en welke waarschuwingen dienen wij ter harte te nemen? (b) Wat nadert met rasse schreden, in weerwil van alle krachtsinspanningen die wereldleiders zich getroosten?
14 In welke tijd bevinden wij ons dus vanuit Gods gezichtspunt? Het is de eindfase voor deze wereld. Haar zon gaat onder. Snel komt de nacht voor haar naderbij. Weldra zal haar winter aanbreken. Alle bewijzen die door de vervulling van bijbelse profetieën en door Jehovah’s tijdschema worden verschaft, tonen aan dat wij in „de laatste dagen” leven, in „het besluit van het samenstel van dingen” (2 Timótheüs 3:1-5; Matthéüs 24:3-14). Wij dienen dan ook de volgende waarschuwing van Jezus ter harte te nemen: „Blijft bidden dat uw vlucht niet geschiedt in de wintertijd” (Matthéüs 24:20). Wanneer de nacht of winter over deze wereld neerdaalt, zal het te laat zijn om Jehovah’s gunst te zoeken.
15 De tijd om een eind te maken aan deze godonterende wereld nadert met rasse schreden. Wanneer die tijd komt, zal Jehovah alle wereldheersers met geweld uit hun ambt verwijderen. Hoe oprecht zij misschien ook zijn, aan hun vruchteloze en uitzichtloze plannen zal een eind worden gemaakt. O ja, misschien proberen de heersers hun onderdanen wel op te vrolijken met wapenverdragen en allerlei plannen voor vrede en zekerheid en zelfs met ’heilige jaren’; maar de opmars naar het laatste treffen in Gods oorlog van Armageddon gaat onweerstaanbaar voort. — Openbaring 16:13-16.
16. Aan wie heeft Jehovah de wereldheerschappij gegeven?
16 Bedenk ook dat Jehovah niet alleen ’koningen afzet’ maar dat hij tevens ’koningen aanstelt’ (Daniël 2:21). De hemelse legers die Jehovah zal gebruiken om in Armageddon zijn oordelen te voltrekken, zullen worden aangevoerd door de Heerser die hij over de hele aarde heeft ’aangesteld’. En dat is zijn getrouwe Zoon, Christus Jezus, die thans met hemelse macht en heerlijkheid is bekleed. Openbaring 19:16 noemt hem „Koning der koningen en Heer der heren”. Daniël 7:14 zegt: „Hem werd heerschappij en waardigheid en een koninkrijk gegeven, opdat de volken, nationale groepen en talen alle hém zouden dienen. Zijn heerschappij is een heerschappij van onbepaalde duur, die niet zal voorbijgaan, en zijn koninkrijk een dat niet te gronde gericht zal worden.” — Zie ook Daniël 2:44.
17, 18. (a) Wat zal er volgens Gods Woord gebeuren met degenen die God en zijn aangestelde Heerser over deze aarde niet erkennen? (b) Wie nog meer weet dat er niet veel tijd meer over is?
17 In duidelijke taal vertelt Gods profetische Woord wat er gaat gebeuren met degenen die Jehovah en zijn aangestelde Heerser over de hele aarde niet erkennen. Er staat: „Ik zag ook een engel in de zon staan, en hij riep met een luide stem en zei tot alle vogels die vliegen in het midden van de hemel: ’Komt hier, wordt vergaderd tot het grote avondmaal van God, om te eten de vleesdelen van koningen en de vleesdelen van militaire bevelhebbers en de vleesdelen van sterke mannen en de vleesdelen van paarden en van hen die daarop zitten, en de vleesdelen van allen, zowel van vrijen als van slaven en van kleinen en groten.’” — Openbaring 19:17, 18.
18 Jeremia 25:33 beschrijft het als volgt: „Zij die door Jehovah zijn neergeveld, zullen op die dag stellig van het ene einde der aarde helemaal tot het andere einde der aarde komen te liggen. Er zal niet over hen geweeklaagd worden, noch zullen zij bijeengezameld of begraven worden. Tot mest op de oppervlakte van de aardbodem zullen zij worden.” Ja, het einde nadert voor Satans hele verdorven samenstel van dingen. En hijzelf weet dat heel goed! In Openbaring 12:12 staat dat hij weet dat hij nog slechts „een korte tijdsperiode” heeft.
Zoek Jehovah nu
19. Welke opwindende dag en welk verrukkelijke tijdperk zullen er beginnen nadat er een eind aan dit samenstel is gemaakt?
19 Wanneer de nacht of winter van Satans samenstel voorbij is — wat dan? Dan zal het Jehovah’s tijd zijn om een stralende nieuwe dag, een verrukkelijke nieuwe lente te doen aanbreken. Het zal de tijd zijn waarin een begin wordt gemaakt met Jehovah’s rechtvaardige nieuwe samenstel onder de heerschappij van zijn hemelse Koning, Christus Jezus. In dat nieuwe samenstel zal er geen geweld, geen onrecht, geen lijden, geen ziekte en geen dood meer zijn. De mensen zullen tot volmaaktheid worden gebracht, met eeuwig leven in het vooruitzicht. Wat een inspirerend toekomstbeeld! — Psalm 37:10, 11, 29; Openbaring 21:4.
20, 21. Hoe zoeken mensen uit alle natiën in grote getale thans Jehovah?
20 Voordat dit samenstel echter eindigt en het nieuwe samenstel begint, is het Jehovah’s tijdperk om voor de zachtmoedigen der aarde iets uitermate belangrijks te doen. Het is de tijd waarin hij degenen bijeenvergadert die hem willen leren kennen, die bereid zijn zich aan zijn wil te onderwerpen en die zich zullen neerbuigen voor de Koning van zijn keuze. Door dit te doen, komen zij onder Jehovah’s bescherming: „De naam van Jehovah is een sterke toren. Hier snelt de rechtvaardige binnen en ontvangt bescherming.” — Spreuken 18:10.
21 In deze tijd doen mensen in grote getale dit — miljoenen zelfs. Zij komen uit iedere natie op aarde. Zij worden in Zacharia 8:20, 21 beschreven: „Dit heeft Jehovah der legerscharen gezegd: ’Het zal nog geschieden dat de volken en de inwoners van vele steden zullen komen; en de inwoners van de ene stad zullen stellig naar die van een andere gaan, zeggende: „Laten wij toch vooral gaan om het aangezicht van Jehovah te vermurwen en Jehovah der legerscharen te zoeken.”’” 8 Vers 23 voegt eraan toe: „Het zal zijn in die dagen [ja, in onze tijd] dat tien mannen uit alle talen der natiën zullen vastgrijpen, ja, zij zullen werkelijk de slip vastgrijpen van een man die een jood [gezalfde lofprijzers van Jehovah] is, zeggende: ’Wij willen met ulieden gaan, want wij hebben gehoord dat God met ulieden is.’”
22. Wat moeten wij beseffen en doen als wij de dag van Jehovah’s toorn willen overleven?
22 Aanbid daarom Jehovah samen met zijn volk, en kom naar zijn veilige plaats. Heb een aandeel aan het belangrijkste werk dat in deze tijd op aarde wordt gedaan — het bijeenvergaderen en opleiden van degenen die Armageddon zullen overleven en die het schitterende vooruitzicht zullen hebben een paradijs op aarde te mogen aanleggen en er eeuwig in te leven. Besef in welke tijd en in welk tijdperk wij ons bevinden en doe waartoe Jesaja 55:6 aanspoort: „Zoekt Jehovah terwijl hij te vinden is. Roept tot hem terwijl hij nabij blijkt te zijn.” Ja, „zoekt Jehovah, al gij zachtmoedigen der aarde, die Zíjn rechterlijke beslissing hebt volbracht. Zoekt rechtvaardigheid, zoekt zachtmoedigheid. Wellicht zult gij verborgen worden op de dag van Jehovah’s toorn”. — Zefanja 2:3.
Overzichtsvragen
◻ In welke opzichten zijn de wereldheersers in Gods ogen „te licht bevonden”?
◻ Waarom weten Jehovah’s dienstknechten de betekenis van Zijn tijden en tijdperken terwijl de wereldleiders dit niet weten?
◻ Waarom verdienen zoveel heersers Gods ongunstige oordeel?
◻ Welke tijd en welk tijdperk zijn er vanuit Jehovah’s gezichtspunt aangebroken?
◻ Waarom en hoe dienen wij thans Jehovah te zoeken?
[Illustratie op blz. 18]
Velen die thans geloof oefenen, zullen het einde van deze wereld overleven