Volg Jezus na bij het maken van discipelen
„Schenkt daarom aandacht aan de wijze waarop gij luistert.” — LUKAS 8:18.
1, 2. Waarom moeten we aandacht schenken aan de manier waarop Jezus tijdens zijn bediening met mensen omging?
IN ZIJN hoedanigheid van Grote Onderwijzer en Maker van Discipelen zei Jezus Christus tegen zijn volgelingen: „Schenkt . . . aandacht aan de wijze waarop gij luistert” (Lukas 8:16-18). Dat beginsel geldt voor je christelijke bediening. Als je aandacht schenkt aan geestelijk onderricht, zul je ernaar handelen en een doeltreffende Koninkrijksverkondiger zijn. Natuurlijk kun je Jezus’ stem nu niet horen, maar je kunt wel lezen wat de Bijbel schrijft over wat hij zei en deed. Wat onthult de Bijbel over de manier waarop Jezus tijdens zijn bediening met mensen omging?
2 Jezus was een uitstekend prediker van het goede nieuws en een uitmuntend onderwijzer van de Bijbelse waarheid (Lukas 8:1; Johannes 8:28). Bij het maken van discipelen is zowel prediken als onderwijzen betrokken, maar sommige christenen die uitstekende predikers zijn, vinden het moeilijk mensen doeltreffend te onderwijzen. Terwijl er bij de prediking een boodschap wordt verkondigd, vereist het onderwijzen van mensen over Jehovah en zijn voornemens meestal dat degene die discipelen maakt een band met hen opbouwt (Mattheüs 28:19, 20). Dat kan hij doen door Jezus Christus, de Grote Onderwijzer en Maker van Discipelen, na te volgen. — Johannes 13:13.
3. Welk effect kan het navolgen van Jezus hebben op je inspanningen om discipelen te maken?
3 Als je Jezus’ onderwijsmethoden volgt, geef je gehoor aan de dringende raad van de apostel Paulus: „Gaat voort in wijsheid te wandelen ten aanzien van hen die buiten zijn, de gelegen tijd voor uzelf uitkopend. Uw spreken zij altijd minzaam, gekruid met zout, opdat gij weet hoe gij een ieder een antwoord behoort te geven” (Kolossenzen 4:5, 6). Het kost moeite om Jezus bij het maken van discipelen na te volgen, maar je onderwijs zal er doeltreffend door worden omdat het je helpt ’ieder een antwoord te geven’ naargelang van zijn behoefte.
Jezus moedigde anderen aan zich te uiten
4. Waarom kunnen we zeggen dat Jezus een goede luisteraar was?
4 Als kind al had Jezus de gewoonte naar mensen te luisteren en hen aan te moedigen hun mening te uiten. Toen hij twaalf jaar was bijvoorbeeld troffen zijn ouders hem te midden van de leraren in de tempel aan, „naar wie hij luisterde en aan wie hij vragen stelde” (Lukas 2:46). Jezus was niet naar de tempel gegaan om de leraren in verlegenheid te brengen met zijn kennis, maar om te luisteren, hoewel hij ook vragen stelde. Het feit dat hij een goede luisteraar was, kan één eigenschap geweest zijn waardoor hij bij God en mensen in de gunst stond. — Lukas 2:52.
5, 6. Hoe weten we dat Jezus luisterde naar de woorden van de mensen die hij onderwees?
5 Na zijn doop en zalving als de Messias bleef Jezus geïnteresseerd in het luisteren naar mensen. Hij ging niet zo op in wat hij onderwees, dat hij de mensen vergat die gekomen waren om hem te horen spreken. Vaak pauzeerde hij, vroeg hoe zij erover dachten en luisterde naar hun reactie (Mattheüs 16:13-15). Zo zei Jezus na de dood van Martha’s broer, Lazarus, tegen haar: „Een ieder die leeft en geloof oefent in mij, zal stellig nooit sterven.” Vervolgens vroeg hij haar: „Gelooft gij dit?” En Jezus heeft vast en zeker geluisterd toen Martha antwoordde: „Ja, Heer; ik heb geloofd dat gij de Christus zijt, de Zoon van God” (Johannes 11:26, 27). Wat moet het hem goed hebben gedaan Martha zo haar geloof te horen uiten!
6 Toen veel discipelen Jezus in de steek lieten, wilde hij graag weten hoe zijn apostelen erover dachten. Dus vroeg hij: „Wilt ook gij niet heengaan?” Simon Petrus antwoordde: „Heer, tot wie zullen wij heengaan? Gij hebt woorden van eeuwig leven; en wij hebben geloofd en zijn te weten gekomen dat gij de Heilige Gods zijt” (Johannes 6:66-69). Wat moeten die woorden Jezus genoegen hebben gedaan! Als een Bijbelstudent in die trant zijn geloof onder woorden brengt, zul je dat vast heerlijk vinden.
Jezus luisterde met respect
7. Waarom gingen veel Samaritanen geloof stellen in Jezus?
7 Nog een reden waarom Jezus doeltreffend was in het maken van discipelen, is dat hij om mensen gaf en met respect naar hen luisterde. Bij een bepaalde gelegenheid gaf Jezus bij de Jakobsbron in Sichar getuigenis aan een Samaritaanse vrouw. Tijdens dat gesprek was Jezus niet alleen zelf aan het woord; hij luisterde naar wat zij te zeggen had. Al luisterend merkte Jezus haar belangstelling voor aanbidding op en hij vertelde haar dat God personen zocht die Hem met geest en waarheid zouden aanbidden. Jezus toonde respect en belangstelling voor die vrouw, waarop zij anderen over hem vertelde en ’veel van de Samaritanen uit die stad geloof in hem stelden wegens het woord van de vrouw’. — Johannes 4:5-29, 39-42.
8. Hoe kan het feit dat mensen meestal graag hun mening geven, je helpen een gesprek te beginnen?
8 Over het algemeen vinden mensen het prettig hun mening te uiten. De inwoners van het oude Athene bijvoorbeeld gaven graag hun mening en vonden het prettig naar nieuwtjes te luisteren. Dat leidde tot de indrukwekkende lezing van de apostel Paulus op de Areopagus in die stad (Handelingen 17:18-34). Als je in deze tijd in de velddienst een gesprek met een huisbewoner begint, zou je kunnen zeggen: „De reden voor mijn bezoek is dat ik graag uw mening zou weten over [een bepaald onderwerp].” Luister naar zijn of haar zienswijze en reageer erop, of stel er een vraag over. Laat vervolgens vriendelijk zien wat de Bijbel over het onderwerp zegt.
Jezus wist wat hij moest zeggen
9. Wat deed Jezus voordat hij ’de Schriften volledig opende’ voor Kleopas en zijn metgezel?
9 Jezus zat nooit om woorden verlegen. Hij was niet alleen een goede luisteraar, maar vaak wist hij ook wat mensen dachten, en hij wist precies wat hij moest zeggen (Mattheüs 9:4; 12:22-30; Lukas 9:46, 47). Ter illustratie: Kort na Jezus’ opstanding waren twee van zijn discipelen op weg van Jeruzalem naar Emmaüs. „Terwijl zij nu zo aan het praten waren en van gedachten wisselden,” zegt het evangelieverslag, „kwam Jezus zelf op hen toe en ging met hen meelopen; maar hun ogen werden ervan weerhouden hem te herkennen. Hij zei tot hen: ’Wat zijn dit voor zaken die gij onder het voortlopen zo druk met elkaar bespreekt?’ En met een droevig gezicht bleven zij staan. Toen gaf de één, Kleopas genaamd, hem ten antwoord: ’Woont gij als vreemdeling op uzelf in Jeruzalem en weet daarom niet welke dingen daar in deze dagen zijn gebeurd?’ En hij zei tot hen: ’Welke dingen?’” De Grote Onderwijzer luisterde toen ze uiteenzetten dat Jezus de Nazarener mensen had onderwezen, wonderen had verricht en terechtgesteld was. Nu zeiden sommigen dat hij uit de doden was opgewekt. Jezus liet Kleopas en zijn metgezel rustig aan het woord. Vervolgens legde hij uit wat ze moesten weten door ’de Schriften volledig voor hen te openen’. — Lukas 24:13-27, 32.
10. Hoe kun je achter de religieuze overtuiging komen van iemand die je in de velddienst ontmoet?
10 Misschien is de religieuze overtuiging van een huisbewoner je totaal onbekend. Om daar achter te komen, zou je kunnen zeggen dat je het interessant vindt om te horen hoe mensen over bidden denken. Dan zou je kunnen vragen: „Denkt u dat er echt iemand is die naar gebeden luistert?” Het antwoord kan heel wat over het standpunt en de religieuze achtergrond van de huisbewoner onthullen. Is hij godsdienstig, dan kun je misschien meer over zijn zienswijze te weten komen door te vragen: „Denkt u dat God naar alle gebeden luistert, of zouden er ook gebeden zijn die hij niet goedkeurt?” Zulke vragen kunnen tot een ontspannen gesprek leiden. Wanneer het op zijn plaats is een Bijbelse gedachte te delen, moet je dat tactvol doen en dat wat de huisbewoner gelooft niet afkammen. Als hij graag naar je luistert, zal hij het misschien fijn vinden je terug te zien. Maar stel dat hij een vraag stelt die je niet kunt beantwoorden? Dan kun je wat nazoekwerk doen en voorbereid teruggaan om ’een reden te geven voor je hoop, en dat met zachtaardigheid en diepe achting’. — 1 Petrus 3:15.
Jezus onderwees mensen die het waard waren
11. Wat zal je helpen de mensen te vinden die het waard zijn onderwezen te worden?
11 De volmaakte man Jezus bezat onderscheidingsvermogen waardoor hij kon vaststellen wie het waard waren onderwezen te worden. Voor ons is het heel wat lastiger de mensen te vinden „die de juiste gezindheid voor het eeuwige leven” hebben (Handelingen 13:48). Dat gold ook voor de apostelen, tegen wie Jezus zei: „Welke stad of welk dorp gij ook binnengaat, onderzoekt wie daarin het waard is” (Mattheüs 10:11). Net als Jezus’ apostelen moet je zoeken naar mensen die bereid zijn te luisteren en die de Bijbelse waarheid willen leren kennen. Je kunt de mensen die het waard zijn vinden door aandachtig naar alle mensen met wie je spreekt te luisteren en nota te nemen van de instelling van ieder persoonlijk.
12. Hoe kun je iemand die belangstelling toont, blijven helpen?
12 Na bij iemand weggegaan te zijn die enige belangstelling voor de Koninkrijksboodschap heeft getoond, doe je er goed aan over zijn geestelijke behoeften na te blijven denken. Als je na je gesprek met iemand over het goede nieuws opschrijft wat je hebt geconstateerd, zul je hem geestelijk kunnen blijven helpen. Op nabezoeken moet je goed luisteren om zo meer te weten te komen over de overtuiging, de instelling of de omstandigheden van de persoon in kwestie.
13. Wat kan je helpen erachter te komen hoe iemand over de Bijbel denkt?
13 Hoe kun je mensen ertoe brengen je te vertellen hoe ze over Gods Woord denken? In sommige streken werkt het als je vraagt: „Vindt u de Bijbel een moeilijk boek?” Uit het antwoord op die vraag blijkt vaak hoe iemand tegenover geestelijke zaken staat. Je kunt ook een Bijbeltekst voorlezen en vragen: „Wat vindt u hiervan?” Net als Jezus kun je veel in je bediening bereiken door goede vragen te stellen. Een waarschuwend woord is echter op zijn plaats.
Jezus maakte een doeltreffend gebruik van vragen
14. Hoe kun je belangstelling voor de zienswijze van mensen tonen zonder de indruk te wekken dat je hen ondervraagt?
14 Toon belangstelling voor de zienswijze van anderen zonder hen in verlegenheid te brengen. Volg Jezus’ methode. Hij vuurde geen tactloze vragen op mensen af maar stelde vragen die tot nadenken stemden. Jezus was ook een vriendelijke luisteraar die oprechte mensen verkwikte en hen op hun gemak stelde (Mattheüs 11:28). Allerlei mensen voelden zich vrij om met hun zorgen naar hem toe te gaan (Markus 1:40; 5:35, 36; 10:13, 17, 46, 47). Willen mensen zich op hun gemak voelen als ze je vertellen hoe ze over de Bijbel en de Bijbelse leer denken, dan moet je de indruk vermijden dat je hen ondervraagt.
15, 16. Hoe kun je mensen tot een gesprek over godsdienstige onderwerpen bewegen?
15 Je kunt de conversatie niet alleen bevorderen door een doeltreffend gebruik te maken van vragen, maar ook door iets interessants te zeggen en dan naar de reactie te luisteren. Zo zei Jezus tegen Nikodemus: „Indien iemand niet wedergeboren wordt, kan hij het koninkrijk Gods niet zien” (Johannes 3:3). Die woorden waren zo intrigerend dat Nikodemus het niet kon laten erop te reageren en naar Jezus te luisteren (Johannes 3:4-20). Misschien kun je mensen op een soortgelijke manier tot een gesprek bewegen.
16 Tegenwoordig is de opkomst van veel nieuwe godsdiensten een gespreksthema in bijvoorbeeld Afrika, Latijns-Amerika en Oost-Europa. In zulke delen van de wereld kun je vaak een gesprek beginnen met de woorden: „Ik vind het verontrustend dat er zo veel godsdiensten zijn. Maar ik hoop mensen uit alle landen binnenkort in de ware aanbidding verenigd te zien. Vindt u dat een aantrekkelijk idee?” Door iets verrassends te zeggen over je hoop kun je mensen er misschien toe brengen hun mening te uiten. En vragen zijn makkelijker te beantwoorden als er uit twee opties gekozen kan worden (Mattheüs 17:25). Nadat een huisbewoner op je vraag gereageerd heeft, kun je die zelf beantwoorden met een paar teksten (Jesaja 11:9; Zefanja 3:9). Door aandachtig te luisteren en nota te nemen van het antwoord, kun je misschien bepalen wat je de volgende keer zult bespreken.
Jezus luisterde naar kinderen
17. Waaruit blijkt dat Jezus in kinderen geïnteresseerd was?
17 Jezus was niet alleen in volwassenen maar ook in kinderen geïnteresseerd. Hij was op de hoogte van de spelletjes die kinderen speelden en van de dingen die ze zeiden. Soms nodigde hij kinderen uit bij hem te komen (Lukas 7:31, 32; 18:15-17). Er waren veel kinderen onder de menigten die naar Jezus luisterden. Toen jongens de Messias luid toejuichten, nam hij daar nota van en wees hij erop dat het in de Schrift was voorzegd (Mattheüs 14:21; 15:38; 21:15, 16). Tegenwoordig worden veel kinderen discipelen van Jezus. Hoe kun je hen helpen?
18, 19. Hoe kun je je kind op geestelijk gebied helpen?
18 Om je kind op geestelijk gebied te helpen, moet je naar hem luisteren. Je moet weten welke ideeën hij heeft die misschien niet in overeenstemming zijn met Jehovah’s denkwijze. Wat je kind ook zegt, het is verstandig eerst een positieve opmerking te maken. Daarna kun je passende Bijbelteksten gebruiken om je kind te helpen Jehovah’s kijk op de dingen te begrijpen.
19 Vragen kunnen nuttig zijn. Maar kinderen vinden het net zomin als volwassenen prettig om ondervraagd te worden. In plaats van je kind met het beantwoorden van een aantal moeilijke vragen te belasten, zou je in het kort iets over jezelf kunnen vertellen. Afhankelijk van waar het over gaat, zou je kunnen zeggen hoe je daar vroeger over dacht en kunnen uitleggen waarom. Dan zou je kunnen vragen: „Denk jij er ook zo over?” De reactie van je kind kan aanleiding zijn tot een nuttig en aanmoedigend Bijbels gesprek.
Blijf Jezus navolgen bij het maken van discipelen
20, 21. Waarom moet je een goede luisteraar zijn bij het maken van discipelen?
20 Of je nu een onderwerp met je kind bespreekt of met iemand anders, goed luisteren is bijzonder belangrijk. Het is zelfs een uiting van liefde. Door te luisteren, stel je je nederig op, en degene die aan het woord is, wordt met respect behandeld en krijgt liefdevolle belangstelling. Natuurlijk houdt luisteren in dat je aandacht besteedt aan zijn of haar woorden.
21 Blijf als je in de velddienst bent aandachtig naar de huisbewoners luisteren. Als je nauwlettend aandacht besteedt aan wat ze zeggen, zul je er waarschijnlijk achter komen welke aspecten van de Bijbelse waarheid hun bijzonder zullen aanspreken. Probeer hen vervolgens te helpen door Jezus’ verschillende onderwijsmethoden te gebruiken. Als je dat doet, zul je beloond worden met vreugde en voldoening omdat je bij het maken van discipelen Jezus navolgt.
Overzichtsvragen
• Hoe moedigde Jezus anderen aan hun gedachten onder woorden te brengen?
• Waarom luisterde Jezus naar de mensen die hij onderwees?
• Hoe kun je in de velddienst gebruikmaken van vragen?
• Wat kun je doen om kinderen op geestelijk gebied te helpen?
[Illustratie op blz. 28]
Luister goed in de velddienst
[Illustratie op blz. 30]
We volgen Jezus na als we kinderen op geestelijk gebied helpen