-
„Zeg ons: Wanneer zullen deze dingen zijn?”De Wachttoren 2013 | 15 juli
-
-
16. In welke andere teksten wordt Jezus’ komst genoemd?
16 Jezus zegt over de getrouwe en beleidvolle slaaf: „Gelukkig is die slaaf wanneer zijn meester hem bij zijn aankomst daarmee bezig vindt.” In de gelijkenis van de maagden zegt hij: „Terwijl zij nu heengingen om te kopen, kwam de bruidegom.” En in de gelijkenis van de talenten zegt hij: „Na een lange tijd kwam de meester van die slaven.” In dezelfde gelijkenis zegt de meester dat hij ’bij zijn aankomst het zijne met rente zou hebben ontvangen’ (Matth. 24:46; 25:10, 19, 27). Over welke tijd gaan deze vier teksten over Jezus’ komst?
17. Wat hebben we gezegd over de aankomst uit Mattheüs 24:46?
17 In het verleden hebben we in onze publicaties gezegd dat deze laatste vier verwijzingen slaan op Jezus’ komst in 1918. Neem bijvoorbeeld wat Jezus zegt over „de getrouwe en beleidvolle slaaf”. (Lees Mattheüs 24:45-47.) We dachten dat er een link was tussen de „aankomst” uit vers 46 en Jezus’ komst om de geestelijke toestand van de gezalfden te inspecteren in 1918, en dat de slaaf in 1919 werd aangesteld over alle bezittingen van de Meester (Mal. 3:1). Maar uit een nader onderzoek van Jezus’ profetie blijkt dat we ons begrip van het tijdsaspect van bepaalde elementen in die profetie moeten aanpassen. Hoe dat zo?
18. Tot welke conclusie leidt een studie van Jezus’ profetie als geheel ons over zijn komst?
18 In de verzen die voorafgaan aan Mattheüs 24:46 verwijst de komst steeds naar de tijd dat Jezus tijdens de grote verdrukking komt om het oordeel uit te spreken en te voltrekken (Matth. 24:30, 42, 44). En zoals we in paragraaf 12 gezien hebben, verwijst de komst van Jezus in Mattheüs 25:31 naar dezelfde toekomstige oordeelstijd. Het is dus redelijk te concluderen dat ook Jezus’ komst uit Mattheüs 24:46, 47 om de getrouwe slaaf over al zijn bezittingen aan te stellen, zijn komst in de toekomst betreft, tijdens de grote verdrukking.f Een studie van Jezus’ profetie in zijn geheel maakt inderdaad duidelijk dat de acht verwijzingen naar zijn komst, over de oordeelstijd tijdens de grote verdrukking gaan.
-
-
„Zeg ons: Wanneer zullen deze dingen zijn?”De Wachttoren 2013 | 15 juli
-
-
e Paragraaf 15: De woorden die vertaald zijn met komen en aankomst zijn vormen van het Griekse werkwoord erchomai.
f Paragraaf 18: Zoals opgemerkt, is het Griekse woord dat in Mattheüs 24:46 vertaald is met „bij zijn aankomst” een vorm van hetzelfde Griekse werkwoord dat in Mattheüs 24:30, 42, 44 vertaald is met „komt” en „komen”.
-