-
Christus houdt een afrekening met zijn slavenWereldomvattende zekerheid onder de „Vredevorst”
-
-
1. Welke regering heeft geen economische problemen, en wie moeten thans verantwoording afleggen aan deze regering?
OP ÉÉN uitzondering na is er geen enkele regering die geen economische problemen heeft. De meeste regeringen gaan onder een zware schuldenlast gebukt. De enige regering die hierop een uitzondering vormt, is het thans alom verkondigde „koninkrijk der hemelen” (Matthéüs 25:1). Er bevinden zich op aarde nog toekomstige leden van dat hemelse koninkrijk die in dienst van die regering staan. Gedurende deze kritiekste periode van de gehele menselijke geschiedenis worden deze dienaren van „het koninkrijk der hemelen” ter verantwoording geroepen. Zij moeten verantwoording afleggen aan de regering met betrekking tot de wijze waarop zij de aan hen toevertrouwde waardevolle dingen hebben gebruikt.
2. Waarom dienen wij erg geïnteresseerd te zijn in een bepaalde gelijkenis, zoals deze door de „Vredevorst” werd verteld?
2 Om dit te illustreren, heeft de belangrijkste vertegenwoordiger van dat „koninkrijk der hemelen” lang geleden een gelijkenis of illustratie verteld. Dit dient ons in deze tijd te interesseren, want de „Vredevorst” vertelde deze gelijkenis als een onderdeel van zijn zich tot ver in de toekomst uitstrekkende profetie over „het teken” dat een kenmerk zou vormen van zijn „tegenwoordigheid” in het Koninkrijk, met volledige autoriteit om te regeren (Matthéüs 24:3). Wij in deze tijd zijn onontkoombaar betrokken bij de gevolgen van de vervulling van die profetische gelijkenis, aangezien ons voortbestaan, ons leven dus, ermee gemoeid is. Laten wij nu dus eens zien hoe de „Vredevorst” enkele dagen voor zijn offerandelijke dood op Calvarië de gelijkenis aan zijn apostelen vertelde.
-
-
Christus houdt een afrekening met zijn slavenWereldomvattende zekerheid onder de „Vredevorst”
-
-
3. Wat hebben de slaven gedurende de afwezigheid van de meester gedaan met de talenten die zij vóór zijn vertrek hadden ontvangen?
3 „Waakt daarom voortdurend, want gij weet noch de dag noch het uur. Want het is zoals met een mens die toen hij op het punt stond naar het buitenland te reizen, zijn slaven bij zich riep en zijn bezittingen aan hen toevertrouwde. En hij gaf aan de een vijf talenten,a aan een ander twee, aan weer een ander één, een ieder naar zijn eigen bekwaamheid, en hij ging naar het buitenland. Degene die de vijf talenten had ontvangen, ging onmiddellijk heen en deed er zaken mee en verwierf er nog vijf bij. Zo verwierf ook degene die de twee had ontvangen, er nog twee bij. Maar degene die er slechts één had ontvangen, ging heen en groef in de grond en verborg het zilvergeld van zijn meester.
-
-
Christus houdt een afrekening met zijn slavenWereldomvattende zekerheid onder de „Vredevorst”
-
-
6 Neemt hem daarom het talent af en geeft het aan hem die de tien talenten heeft. Want aan een ieder die heeft, zal meer worden gegeven en hij zal overvloed hebben; maar wie niet heeft, hem zal zelfs wat hij heeft, nog ontnomen worden. En werpt de onnutte slaaf in de duisternis buiten. Daar zal hij wenen en knarsetanden.’” — Matthéüs 25:13-30.
-